De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 6 december pagina 17

6 december 1924 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

No. 2477 DE AMSTERDAMMER WEEKBLAD VÓÓR NEDERLAND 17 SCHILDERKUNST-KRONIEK LUCIE VAN DAM VAN ISSELT, Pictuta, den Haag. Deze tentoonstelling bevat volgens een opgave van den katalogus werk uit de jaren 1923 en 1924. Wat hier te zien is, is dus wat tegenwoordig de schilderes vermag. En wanneer we dan, benieuwd naar den tegenwoordigen toestand, een omgegang gemaakt hebben, beginnen we van zelve te zoeken naar die schilderijen, waarin we eenige warmte van gevoel kunnen erkennen, en kunnen vinden. Want dat doen we, en dat bewijst, dat in een aantal der schilderijen we de wellende bron van het gevoel niet erkennen. Ik heb eens van deze schil deres geschreven, dat het werk getuigde van een koele bedachtzaamheid en ik ben, voor het grootste deel dezer beschaafde schilderijtjes, van dezelfde meening gebleven. Er is een aandachtig heid in deze stillevens, maar er is niet overal innigheid; er is te weinig innigheid in het koele, gratieuze spel van veel geschakeerde grijzen en witten. En deze innigheid is ook te weinig in vele der vormen; de groote, te vlakke cactus bewijst het. Maar er zijn, gelukkig, nog andere schilde rijtjes, waar meer dan koele bedachtzaamheid is en meer dan een klare maar niet innige kleur. Deze vindt ge, die innigheid, bovenal in de voor stellingen met de cactusplanten. Het schilderij is daar belangrijker, evenals het schilderij met het simpele meizoentje (10), dat op een grauwe zinken plaat staat tegen een grauwen achtergrond. Het heeft daér, wat we zoeken. Qrooter, het meest groote" schilderij van de heele verzameling, is dat met de twee cactussen (een groote, een kleine), waar de figuur van de cactusbladen tegenover den achtergrond, vastheid en allure geeft aan het werk. Eén cactusplantje (12) is vergeleken met deze schilderij nog door dringender geschilderd, evenals het kleine japansche brievenkistje, met d'inktflesch, 't lak en het ivoren beestje van Altorf. Charme heeft de geschilderde doode mol met het palmtakje.evenals de eerste schoentjes, gezien tegen het oude dekentje. Zwierig is Na het bal" met de dans schoenen etc. (een on derwerp, op zijn Amsterdamsch gezien) en de blauwe clematis (6), terwijl de Dpodskop(31), een romantische geaard heid ietwat bezit. Met dit tiental schilderijen is genoemd, wat boven de koele bedachtzaam heid uitgaat, boven de wat ^te schrale helder heid van het verstande lijke hier, en wat een blijvende beschouwing verdraagt, en niet alleen bekoort maar niet indringend bezien. schilder vyas hij niet alleen. Hij noteerde ze met zorg te midden van hel andere. Aan de Japanners doet hij niet denken. De vorm, de strakke^ onver biddelijke lijn was hem niet aangenaam. Eerder vervagen de omtrekken. Het was hem te doen om een illusie, de illusie van het zacht-ademendc leven van dier en plant in het doorschijnende, dragende water. De verwezelijking daarvan kwam hij zeer nabij. Zijn vischjes drijven in het nat dat ze omvat en steunt. Een keus uit Dysselhof is moeilijk. De honderd nummers dezer tentoonstelling geven elkaar weinig toe. Ge kunt het kleurige verkiezen boven het monotone of omgekeerd. In beide bereikt hij een groote fijnheid. Maar in zijn grijze schilderijtjes hangt soms een geheimzinnigen toover, dien g? elders mist. Het is of hij zich daar vrijer liet gaan. Daarom zou ik 22 (Snotdolf) of 20(Cameleonvisch) verkiezen boven veel andere. Zijn teekeningen hebben het zachte, geresigneerde van zijn schilderijen. Met wat zwart krijt maakte hij een rotsje en wat planten in het water, zoo onwezenlijk en zorgvuldig, zoo duidelijk en toch vliedend, dat het een sprookje werd. H E N N U S TENTOONSTELLING KUNSTGROEP BILTHOVEN" TE UTRECHT. In de zalen van de firma Begeer aan de Oude gracht te Utrecht (daartoe belangeloos ter beschik king gesteld) werd door de Kunstgroep Bilthoven" welke zich tot taak heeft gesteld in de huidige moeielijke omstandigheden meerdere (en liefst daadwerkelijke !) belangstelling voor de kunst te Kunstzaal De Rietvink" J A. A. M VAN ES, WASSENAAR Permanente tentoonstelling van schilderijen. werk staat hier en daar in de drie ineenvolgende vertrekken verspreid. Veel nieuws is er niet, doch men heeft niettemin getracht met het beschikbare materiaal iets behoorlijks te bereiken. Onder de beeldhouwers zijn vooral Biellng, Bolle, Remiens en Richter goed vertegenwoordigd. TENTOONSTELLING IN DE KERK-UIL" TE HAARLEM. Mej. van Regieren Altciui heeft alle eer van haar werk bij de inrichting van de nieuwe vertrekken in het aardige, als tegen de oude Sint Bavo-kerk aanleunende huisje, waarin de Kerk-Uil" thans een thuis gevonden heeft. Wanden en meubels en toontafels zijn in zwart en wit gehouden, boven geeft een diep rood daaraan warmte en hier en daar aan kapjes met kralen en vriendelijk bor duurwerk, herkent men haar goeden smaak, welke ook in de manier waarop de tentoongestelde voor werpen zijn neergezet en gerangschikt te waar deeren valt. Het is alles zoo prettig beschaafd en dat komt aan het werk der kunstenaren ten goede. De houtsneden in zwarte lijsten tegen de witte wanden; (Eckman, Wittenberg met een paar mooie vogel figuren, Weiland en Wenckebach), hier en daar kleurig borduurwerk (Mej. Testas met zeer fan tastische kussens, en mevr. van Royen); weef sels (Semey, Mej. Sipkema) en batiks (Mej. d'Aillymet een zeer ver fijnde, parelmoer-achtige sjaal en ook Mej. Bake) en daartusschen verspreid enkele vazen (van Lanooy) en glas werk (o.m. van de Bazel) dat alles komt hier in volle intimiteit der hui selijke omgeving bijzon der goed tot zijn recht. Zoo is er voor elck wat wils" en dat is in deze dagen nog zou jlecht niet gezien. O T T o VAN TUSSENBROEK lEEIEISPIESIL TENTOONSTELLING KUNSTGROEP BILTHOVEN" UTRECHT bij waaksch PLASSCHAERT ATELIER G. W. DYSSELHOF, Wisselingh en Co. bij E. J. van Zou er onder de belangstelling voor deze expo sitie een klein deel wellicht onbewuste speculatiegeest schuilen, die het finantieel succes verklaart? Speculatiegeest die nu eenmaal gaarne opduikt na den dood van een niet-pnbekend kunstenaar. Zeker is dat Dysselhof bij zijn leven nooit onder vond, wat hem thans te beurt valt na zijn dood. Hij leefde in een betrekkelijke vergetelheid; nu is hij voor een moment en vogue. Hij verdient waardeering; vaderlandsche waar deering vooral. Hij was een Hollander naar alle kanten. Hij was een bescheiden werkman op het schuchtere af; een die ging met zachten maar vasten tred; die nooit losliet, die altijd opnieuw hetzelfde begon en kon beginnen, die zich speciali seerde op een klein gebied waar hij altijd oogstte en dat hij toch niet uitputte. Dat was zijn kracht. Het aquarium waaraan hij eenmaal zijn liefde ver pand had, werd hem nooit te klein. Hij kon eraltijd terugkeeren en vond steeds wat hij zocht. In het schilderen bewaarde hij den aard en het geduld van den handwerksman. Hij behoorde tot de weini gen die de grenzen hunner begaafdheid kennen. Natuurlijk was hij niet zonder hartstocht, maar de hartstocht verteerde hem niet. Hij was een be daard maar volhardend minnaar der schoonheid. Misschien was het geen toeval dat hem naar het aquarium trok. Hij vond er het stille, vredige leven waarheen zijn hart uitging. Een visschenwekken, eene tentoonstelling ingericht van het werk van een aantal Nederlandse hèbeeldende kunstenaren en kunstnijveren. Er zijn meubels van van tier Slnys en vuil Wouda. Beider zoeken had eenvoudige, rustige vorm geving. Er is gebrand glas in lood door Schelling, waarvan het geornamenteerde ontwerp sterker is dan dat met de mannefiguur; voorts het altijd mooie aardewerk van Lanooy, terwijl de platcelbakkerijen ,,de Duinvoet", de Vier Paddestoelen" en E.S.K.A.F." met werk van verschillende ont werpers uitkomen; weefwerk van Mevr. Polvliet?van Hoogstraten, Mej. van Os en enkele werkstukken naar teekening van Hildo Krop. De mooie batik's door Arnold Pijpers zag ik hier met genoegen terug, ook het werk van Mej. Eilers mag genoemd worden. Haar sjaal heeft aantrekkelijkheid. Tinwerk door Metlwrst en lepels door van der Hoef met het aardige opschrift: Eerst eten zei Likkepot" en velerlei beeldhouwW. B. te S. Wat zijn de vereischten voor liet secretaris-diploma; hoe kan men dit het best beha len indleninen in'tbezitis van diploma H. .S.5/.V Met het secretarisdiploma" wordt waar schijnlijk door u bedoeld de aete van bekwaamheid in de gemeente-admini stratie van de Nederlandsche Vereeniging voor Ge meentebelangen. Deze acte wordt verkregen na het met goed gevolg afgelegd schriftelijk en mondeling examen, daarvoor door genoemde Vereeniging uit geschreven. Zij, die in bezit zijn van een diploma H.B.S. 5 j. cursus, kunnen aan dit examen deel nemen tegen overlegging van een verklaring van be voegde zijde eener tenminste tweejarige geregelde werkzaamheid binnen de laatstvoorafgaande vijf jaren aan een gemeente-secretarie, ten kantore van een gemeente-ontvanger, aan een provinciale grif fie of aan een departement van algemeen bestuur. J. d. W. te A. Kunt U mij het adres opgeven voor aanvraag van Oostenrijkse/ie of Hongaarsche kinde ren ter verzorging te nemen? Vragen en inlichtingen hierover gelieve u te richten tot Mevrouw C. Bosch-Pigge, de Clercqstraat 70, Amsterdam. Het oude Hollandsche schilderij van een bekend meester en in goeden staat IS DE BESTE BELEGGING. De grootste en uitgebreidste collectie in persoonlijk bezit HUYS VAN JOHAN DE WITT" KNEUTEROIJK 6 DEN HAAG DORUS HERMSEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl