De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1924 20 december pagina 3

20 december 1924 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

VOOR NEDERtSND" DE NEDERLANDSCHE HANDEL MIJ. Teekening voor de Amsterdammer" door Joh. Braakensiek HET PUBLIEK OP DEN WAL: ZOOLANG HIJ AAN 'T ROER ZIT, BEHOEVEN \vij ONS NIET ONGERUST TE MAKEN." DE BRIEVEN VAN KEIZERIN ALEXANDRA FJODOROWNA In Juli 1918, toen de legers van admiraal Koltsjak Jekaterinbnrg naderden, hebben de bolsjewiki besloten zich van de keizerlijke familie, die in een klein huisje te Jekaterinbttrg opgesloten was, te ontdoen; zij dreven alle leden van het gezin en de weinige bedienden, die den keizer ook in het ongeluk trouw zijn gebleven, naar den kelder van het huis en hebben daar allen op een beest achtige wijze afgemaakt, waarna de lijken ver moedelijk werden verbrand. Onder de voorwerpen, die Nikolaas II tot zijn dood bij zich hield, bevond zich ook een kistje van zwart hout, waarin o.a. de 400 brieven lagen, die de keizerin hem gedurende de drie laatste jaren (20 April 1914?4 Maart 1917) heeft geschreven. Het waren de jaren, toen Niko laas II door de omstandigheden werd gedwongen dikwijls zijn vrouw alleen te laten om naar het front te gaan. (Vóór dien tijd verliet de keizer zijn vrouw zelden en zijn afwezigheid duurde nooit langer dan een paar dagen). Nikolaas II wilde nooit van deze brieven scheiden en alleen de dood kon ze hem ontrukken. Deze brieven zijn nu in drie talen uitgegeven en de Fransche editie (Lettres de l'Impératrice Alcxandra Teodorowna a PEmpereur Nicolas II, Payot, Paris) ligt voor ons. Alexandra Fjodorowna beschrijft in haar brieven alle bezoeken, die zij heeft afgelegd, vertelt alle kleine bijzonderheden van haar eentonig leven, maar zij vertelt ook van haar gesprekken met staatslieden, geeft haar echtgenoot raad in staats zaken, beveelt personen aan voor ministerambten e.d. Deze brieven geven niet alleen een bijna vol komen beeld van de persoon der keizerin, zij stellen ons ook in staat een blik te werpen achter de scher men van de politieke gebeurtenissen, zij geven den sleutel tot het begrijpen van zeer veel vreemd soortige benoemingen en andere daden van den tsaar, die onverklaarbaar schenen. Het eerste, dat ons in de brieven van deze zes en veertigjarige vrouw en moeder van cenige huwbare dochters treft, is haar grenzelooze liefde voor haar man, den uitverkorene van haar hart. Deze reeds oud wordende vrouw (zij noemt zich zelf ,,ta vieille femme") schrijft aan haar man in ontroerende uitdrukkingen, die gewoonlijk alleen een pas verloofd meisje of een jonggehuwd vrouw tje gebruikt. Deze vrouw hield ook hartstochtelijk van haar kinderen (onevenwichtig als zij was, verviel zij steeds in uitersten, het gewone verschijnsel bij psychopatische personen), vooral van haar zoon, Baby", zooals zij hem noemde. In haar brieven neemt de tsarewitsj de eerste plaats na haar man in. Zijn gezondheid, zijn vorderingen, zijn luimen, alle bijzonderheden van zijn dagelijksch leven, alles wordt in de brieven met onbeschrijfelijke teederheid beschreven. Ten tweede worden wij getroffen door het feit, dat deze vrouw, een Protestantsche van origine, die Orthodox is geworden omdat de Russische grondwet dat nu eenmaal eischt, zoo oprecht Orthodox-vroom was. Zij was even bijgeloovig als een ongeletterde boerin, die nooit haar gehucht heeft verlaten. De tsarin geloofde in wonderen, bezocht dagelijks de mis, stuurde aan de Russische legeraanvoerders heiligenbeelden, die de generaals altijd bij zich moesten hebben, want hiervan hing de uitslag van het gevecht af, vertelde alle geruch ten over bovennatuurlijke voorteekcns, die zich in Rusland vertoonden en dat alles volkomen op recht. (Zij schreef aan haar man, en in vollen ernst, dat ergens in Rusland aan het zwerk een kruis verscheen, dat langzamerhand verdween; zij waar schuwde den tsaar, dat dit een goed, maar ook een slecht voorteeken kon zijn). Deze lichtgeloovigheid heeft haar tot een slavin van den onwetenden boer Raspoetien gemaakt, dien zij verafgoodde en in wien zij geloofde minstens even veel als in haar heiligenbeelden. Zij noemt hem in de brieven steeds Onze Vriend" (met een hoofdletter !). Zij haastte zich ieder bevel (want Raspoetien gaf geen raad, maar beval) van dezen gewetenloozen schurk uit te voeren. Zooals men weet, was deze Raspoetien ook een van de oorzaken van de onpo pulariteit van de tsarin bij het volk. welk gevoel langzamerhand lot een haat aangroeide, waardoor zoowel zij zelf als haar gezin ten gronde werden gericht. Deze vrouw, die zoo veel van haar kinde ren hield, die zoo hartstochtelijk haar man be minde, heeft tegelijkertijd, zonder het te willen natuurlijk, voor hen allen den kuil gegraven. De keizerin bemoeide zich, zooals wij reeds heb ben geschreven, met de staatszaken. Nikolaas II, een onbenullige man zonder wil, zonder eigen over tuigingen, was slechts het werktuig van zijn eer zuchtige echtgenoote, die zich als een nieuwe Katherina de Groote beschouwde, die overtuigd was dat zij wist hoe Rusland geregeerd moest worden. Wanneer wij in haar brieven lezen, dat zij X aanbeveelt als minister, Y als legeraanvoer der, Z als gouverneur-generaal van een provincie, en daarna de keizerlijke benoemingen raadplegen, dan zien wij, dat de tsaar steeds deed, wat zijn vrouw wilde. De politiek van Rusland werd dus bepaald niet door Nikolaas II, maar door zijn onevenwichtige, hysterische vrouw. Zij zette hem er toe aan, niet aan de eischen van het volk toe te geven, zij drong bij hem op een breuk met de Rijksdoema aan, zij raadde hem aan de maatrege len te treffen, die de dynastie steeds meer en meer gehaat maakten. Het volk haatte de keizerin en weldra werd zij in de oogen van de massa de oorzaak van alle ongelukken, die Rusland troffen. Toen de oorlogs kansen zich tegen Rusland keerden en de Russische TENTOONSTELLING MAGAZIJN AMSTERDAM MODERNE INTERIEURS 12 DEC.TOT 31 DECEMBER legers zware nederlagen leden, ontstond het ge-irucht, dat ook dit haar schuld was, dat zij Rusland verried: zij was toch immers een Duitsche. Dit gerucht verspreidde zich als een loopend vuurtje door het geheele land, bereikte de loopgraven, werd in bedekte termen van de tribune van het Russische parlement verkondigd. Dit gerucht was de laatste druppel, die den emmer deed overloopen. Uit de brieven blijkt echter, dat de keizerin Rusland niet had verraden en van deze beschuldi ging moet zij dus vrijgesproken worden. Het staat echter ook vast, dat zij, zonder het te willen, spionnen van den vijand beschermde en hun alle gewenschte inlichtingen verschafte. Raspoetien,. de vriend en vertrouwensman van het keizerlijke echtpaar, was omringd door het uitschot van de Russische maatschappij en in zijn omgeving be vonden zich ook Duitsche spionnen. Zij lieten Raspoetien bij de tsarin naar den toestand aan het front informeeren, en zoo kwam de Duitsche generale staf alles te weten, wat de Russische leger leiding in het schild voerde. Toen echter Raspoetien zelf naar het front wilde gaan en dit aan den opper bevelhebber, grootvorst Nikolaj Nikolajewitsj, had medegedeeld, antwoordde deze, die reeds lang vermoedde, welke rol R. speelde, dat hij hem zou ophangen zoodra hij zich in de frontzóne zou vcrtoonen. Dit antwoord heeft den haat van de tsarin tegen den grootvorst nog sterker gemaakt. En dezevrouw kon even hartstochtelijk en onredelijk haten als zij kon liefhebben. Ze deed al het moge lijke om haar willoozen man tegen den opper bevelhebber (zij noemde hem minachtend ,,Nikolasja") in het harnas te jagen. De tsarin haatte niet alleen Nikolaj Nikolaje witsj, maar ook veel andere personen, en juist hen'die de dynastie nog wellicht hadden kunnen redden. Zij haatte den loyalen Goetijkow en bad dat er een treinongelukje zou plaats hebben en dat G. zou vermorzeld worden en toch was G. de persoon die hard werkte om de stommiteiten ui misdaden van haar beschermelingen te niet te doen. Zij verlangde dat haar man gebruik zou maken van de rechten die de staat van beleg hen\ toe kende en G. zou. .. . ophangen ! G. was overigens niet de eenige, dien zij gaarne zou willen laten ophangen: zelfs verschillende leden van de keizer lijke familie moesten volgens haar meer.ing aan den beul overgeleverd worden ! Zij haatte de Doema, zij haatte den Bond van Zemstwos en Steden, zij haatte iedereen, die zich inspande liet zinkende schip te redden, En terwijl deze nienschen dag en nacht werkten, organiseerde zij processies,^ zond heiligenbeelden en beweende d'en ..Vriend" dien de mannen van de door hem verleide en in hel verderf gestorte ^vrouwen hebben gedood. Het is moeilijk'een ander boek aan te wijzen, dat zulk een duidelijk beeld zou geven van de voor geschiedenis van de Russische ineenstorting als deze brieven van de ongelukkige keizerin Alexan dra Fjodorowna. B O K I S R A P T S C H I N S K Y RINGER5' KROKANTE CHOCOLADE 15 CTS.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl