Historisch Archief 1877-1940
DE AM5TEKDAMMÏ1K, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
Nol 2480
VAN
. Z.
.. AALT3É"f-*
UKNI6E KEUKENMEID.
Aaltje !
Ja^ mevrouw!
Zoo gaat het den godganschelijken dag. Dan
is het om lucifers en dan om sigaretten. Sigaretten !
Mijn mevrouw zaliger had zoo iets moeten beleven.
En dan is het om een boek dat ze kwijt is en dan
weer is het een jarretel, die zoek is. Ik zeg maar,
een huishouding zonder orde en netheid en zonder
kinderen is niets gedaan. Wij hadden negen kinde
ren en allemaal zijn ze netjes terecht gekomen.
Niet ik had ze, ik bedoel mijn mevrouw zaliger.
De oudste jonge meneer is directeur van de Bank
op de Heerengracht en de oudste jongejuffrouw
is getrouwd niet een aanstaand minister, hebben
ze me verteld, en als ik ze tegenkom en ze loopen,
want ze hebben allemaal auto's, dan houden ze
me staande en vragen altijd steevast hoe het me
gaat en wat moet ik dan zeggen? Dat het me niet
naar de vleeze gaat? Dat kan ik voor de lieve kinde
ren niet over mijn gemoed verkrijgen. Pierre, de
derde zoon, was altijd dol met me en als ik dertig
jaar geleden niet zoo'n verstandige meid geweest
was, zou ik me waarachtig wat in mijn hoofd heb
ben kunnen gehaald hebben. Nu is hij getrouwd
?met een dochter van den directeur van die groote
booten op Indië, die op het Museumplein woont en
ze zeggen dat hij een paar miliioen te wachten
heeft als de oude mevrouw de oogen sluit. En nu
zal u vragen waarom ik niet bij een van die negen
in betrekking ben. Omdat ik met al die
aangetrouwde dames en heeren niet goed kon opschieten.
Dat is de foef. Maar als ik alles vooruit geweten
had!
Aaltje !
Ja mevrouw !
Heb je mijn knoopenhaakje ook gezien?
Ja, mevrouw, ik denk onder de spiegelkast.
Nu vraag ik je !
Het is mijn gewoonte niet uit mijn dienst te
kletsen. Dat past voor een ondergeschikte niet.
Maar je gemoed schiet soms wel eens even vol.
Ik zal geen kwaad van ze spreken maar ze zijn
zoo onrustig. Ik heb het al eens tegen mevrouw
gezegd: u moest een hok met kinderen hebben.
Toen lachte ze.
Kinderen hinderen, zei ze. Hoe kan ik
's middags in Trianon zitten als ik een aan de
borst, een op mijn schoot en een aan mijn rokken
heb hangen? En hoe kan ik 's avonds dansen als
mijn twee kleintjes de kinkhoest hebben?
U zou veel gelukkiger zijn, mevrouw, zei ik.
Maar zouden de kinderen gelukkiger zijn?
vroeg zij.
De arme schapen, dacht ik, misschien heeft
ze wel gelijk.
Aaal i
Ja, mevrouw !
Ik zie mijn poederdoos niet !
Misschien in het nachtkastje, mevrouw. Daar
heb ik hem gisteren gezien.
En meneer? Een best mensen. Altijd beleefd.
Maar hij heeft r.iets in te brengen. Zij heeft de
centen meegebracht. En dan zijn ze allebei
artistiekerig. De hemel zal-je bewaren. Als ze niet zingt,
speelt ze piano of ze zet die misthoorn zoo noem
ik dat ding op Amerika, zegt ze en ze begint te
dansen. Als je het maar gelooven wil.
Aaltje'!
Ja, mevrouw !
Aal, om zeven uur diner vanavond. We bren
gen een paar gasten mee.
Ja, mevrouw !
O, die gasten ! Elke dag een of andere snurker.
Soms drie of vijf tegelijk en dikwijls met van die
rare modellen. Mevrouw zaliger zou d'r in d'r
graf omdraaien als ze wist dat Aal zulke dames
bedienen moest. Ik zal van hun fatsoen niets zeg
gen. Daar kun je tegenwoordig niet van op aan'
Want die er het fatsoenlijkst uitzien, zijn dikwijls
de ergste. Maar ze zijn zoo vrij met de heeren en
altijd dat rooken en de beenen over mekaar met
die korte rokken en dan de poesjes die ze
meedrinken. Ik heb nognooit sterke drank of spiritua
liën over mijn lippen gehad behalve n keer, toen
ik met meneer Pierre alleen thuis was en die me
wijn liet drinken, en dan natuurlijk ambtshalve,
zobals mijn zwager zegt, als ik een rumpudding
proeven mnet, maar ik zeg je dat de dames tegen
woordig tegen de heeren opdrinken.
Wat meneer eigenlijk doet, weet ik niet precies.
Ik geloof dat hij in de politiek is en ook aan de
Beurs schijnt hij zaken te doen. Dat kan niet
samengaan, zei mijn meneer zaliger. Of de Beurs
en dan verdien je geld als je op je zaken past, Of
de politiek en dan raak je in de misère, ook al pas
je op je zaken. Maar allebei bestaat niet. En dan
schijnt mevrouw boeken te schrijven. Er slingeren
er een paar in de voor-suite en ik heb ze eens in
gekeken, maarer niets van begrepen. Ik geef ieder
graag het zijne en ik ben niet zoo ouderwetsch of
ik weet wat er in de wereld te koop is, maar dat
een getrouwde vrouw die in de
Waldeck-Pyrmontlaan woont, zulke gemeene boeken schrijft, dat
vind ik meer dan erg. En zoo jong neg. En dan al
die rare schilderijen er» beeldjes die overal h?ngen
of staan. Ik vind het zondig al die bloote menschen,
want ze wekken maar slechte gedachten op. Meneer
vroeg van de week of ik niet een paar van die
nakende kerels in de keuken wilde hebben. En
mevrouw lachte en zei dat het me mooie gedachten
zou geven bij het koken, maar ik denk dat de boel
zou aanbranden als ik naar die beeldjes keek en ik
zeg dat ik niet voor niets achtenvijftig jaar ben
geworden en jong meisje ben gebleven. Daar ben
ik trotsch op, al moet ik zeggen dat toen dertig
jaar geleden meneer Pierre.... Een mensch is
geen aardappel, ook al ben je ondergeschikte.
Ik verwacht vanmiddag gasten. Ik ben benieuwd
wat dat nu weer voor snurkers zijn.
ALIDA ZEVEN B OOM
P.S. Meneer Pierre, die ik van de week tegen
kwam, heb ik verteld dat ik mijn levenservaringen
ging te boek stellen en dat ik ze 's nachts op mijn
kamertje schrijf, als er tenminste in huis niet ge
danst wordt.,.Weetje hoe je ze dan noemen moet?"
vroeg hij. Noem ze: ,,Het nachtboek van Aaltje de
zuinige Keukenmeid". Hij lachte en drukte me een
rijksdaalder in de hand. Zoo is hij. Maar ik weet
niet of de redactie het wel goed zal vinden.
A A L
OPEN BRIEF AAN DEN HEER
JOHAN DE MEESTER
Hooggeachte Heer en Collega,
Men behoeft niet de theorie der twee vader
landen" aan te hangen, om te erkennen, dat elk
beschaafd volk en elk beschaafd inensch in IK t
fransch vernuft een zijner geestelijke bevrachters
heeft gevonden, gelijk in het duitsche denken, den
Engelschen levensvorm, de lraliaan;che schoon
heid.
En men behoeft niet blind te zijn voor de eigen
schappen, die andere diplomatieke vertegenwoor
digers aan den dag leggen, om te erkennen, dat de
aftredende Fransche gezant de lieer Charles
Benoist op geniale wijze de fransche belangen hier
te lande heeft gediend en door zijn inncniendheid
zich hier talrijke vrienden heeft verworven.
Maar de fijntjes glimlachende fraiiïchnian
gij houdt het mij ten goede, geachte collega ,
moet toch, bij het aanhooren van uwe rede namens
het genootschap Nederland?Frankrijk te Rotter
dam, wel even gedacht hebben: jongen, jongen.
die Hollanders blijven toch altijd des
demfboches".
Want die rede, de waardeering v.-or haar
bioemrijken stijl verbiedt niet, dit op te nierken,
heeft uitgemunt door een zoo eerbiedige onder
danigheid als tot dusver alleen aan de .,.\iler
Hoc hst Gnadigen" door hun bevende bescherme
lingen Werd betoond. Gij kunt haast geen woorden
vinden, om de diepe gelukzaligheid te uiten over
het feit, dat de gezant, voordat iiij zich ais particu
lier voor goed in ons land vestigt, een .gezellig
kopje thee komt drinken tusschen wat gemoedelijke
Rotterdammers, en ge zijt bijna beducht, dat Zijne
Excellentie zich al te zeer heeft vermoeid op zijn
gezellige reisjes ter verkenning van zijn diploma
tiek ress-'irt, waaraan de heer Benoist clie een vlot
lever en belangstellend tijdgenoot is, toch ook wel
zijn genoegen zal hebben gehad.
Nu staat het u vrij, geachte collega, een Fransch
diplomaat naar Duitschcn trant te- begroeten, al
zijn wij Hollanders gewoon zulke begroetingen wat
kalmer te houden en doet het eeiiigszins pijnlijk
aan, een kunstenaar van uwe beteekenis, een van
de Koningen des levens", zooals van Uevsscl de
kunstenaars noemde, den rug te zien buigen
v<«oeen diplomaat, zooals een plattelandsburgemce-ter
dat pleegt te doen.
Maar wat u niet vrij staat, en waartegen het
nationaal geweten in opstand komt, is, dat ge, in
uwe Rotterdamsche rede uw eigen land, welks taal
de bouwstof is voor uwe eigen, voortreffelijke wer
ken, hebt miskend en gekleineerd. Dat ge uw eigen
land belachelijk hebt gemaakt door bij deze gelegen
OOKTfRED:J ROESKE
ZANDBLAD - SIGAREN 8 en10 ets
heid te herinneren aan een weinig-hoofschen voor
vader uit de zeventiende eeuw, die de kracht kende
der kleine, machtige republiek welke hij vertegen
woordigde, door uit het mooie boek van Asselin,
juist die fragmenten te citeeren, die ons verachte
lijk voorstellen, in plaats van die vele andere passa
ges, waarin hij komt tot de erkenning der groote
waarden van het moderne Holland.. .., dat alles
zal de heer Benoist indien hij, en wij twijfelen daar
niet aan, een rasecht Franschman is, niet weinig
genoegen hebben opgemerkt. Want een Fransch
man is nimmer hoffelijk ten koste van zijn eigen
land.
En aan het slot uwer rede roept ge uit: Twee
deviezen zijn het program van Nederland?Frank
rijk: Leve de Fransche letteren, leve het Fran
se hèvernuft !" Ook ik hoop op den gestadigen
bloei der Fransche cultuur, maar: Nederland
Frankrijk houdt eene betrekking van
wedcrkeerigheid in zich gevat. Goddank ! zijn wij nog geen
geestelijk wingewest van Frankrijk, evenmin als
Wij het ooit van Duitschland willen zijn. Ik grond
mijn oordeel over de gelijkwaardigheid onzer
eigene cultuur met die der Franeclien, op lang
durige gedachtenwisseling met vooraanstaande
Fransche literatoren. Frankrijk heeft een even
groot, zoo niet grooter belang, zich te verrijken
door onze cultuur als wij het hebben bij eene ver
rijking door de Fransche, en het lijkt een weinig
gracieuze waardeering van 's Heeren Benoist's
arbeid onder ons, die wederkeerigheid uit te schake
len.
Het gevoelen van vele goede Hollanders, die door
uw slaafsche rede gekwetst zijn en van vele goede
Franschen, die weerzin hebben tegen de ver
loochening door een volk van zijn eigen nationali
teit, deed mij naar de pen grijpen. En, was ik
heftig, wil mij geachte collega gelooven, dat de
scherpte van mijn aanval bepaald werd door mijne
waardeering voor uwe fchrijverspersoonlijkluid,
die niet in overeenstemming is met dit slecht
hovelingengebaar.
Met gevoelens van hoogachting en van eene
waardeering, die incidenten overbrugt, ben ik
L'w jongere collega,
F. H. R i T T i: R Jr.
75 ets. par */» Eng. pond.
RECLAME
Eetkamer-Ameublement
NEDERLANDSCH FABRIKAAT
Buffet, Taf el met 2 uitschuif bladen,
4 Stoelen, 2 Fauteuils
COMPLEET f295.-.
SPIEE's MeflMleerinrictóini
Haarlemmerstraat 78
TELEFOON 4-6-4-2-7 ? AMSTERDAM