De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 10 januari pagina 13

10 januari 1925 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

No. 2483 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 Dr. H. P. Berlage Muziek in de Hoofdstad fcj ,,// Barbiere di Siviglia" De meest Italiaansche der Italiaansche opera's, d.w.z. het meest gecomponeerd naar het impro visatie-karakter der Italiaansche zangers en tooneelspelers, is misschien wel Rossini's Barbiere di Siviglia," een comédie en musique", en het hoeft daarom ook niet te verwonderen, dat de zangers van de Hondt s Italiaansche opera er het meest in hun element blijken en zich er in uitzingen met een spontaniteit en een vreugde, die de opvoering voor ons onvergetelijk maken. Rossini kende het geheim van deze opera's. Hij kende het krachtens zijn Italiaansche natuur en krachtens zijn spontaniteit. Men heeft, van aesthetisch standpunt uit vaak op de Barbier" afgegeven: muzikale arabesken,cadensen staarten, mechanische muziek", etc. Inderdaad, zoo in de partituur neergeschreven ziet alles er nogal eenvoudig, ,,in elkaar getimmerd" uit. De eenige constructie schijnt de herhaling te zijn: gedragen door het crescendo. Monsieur Crescendo" noemde men Rossini wel. Maar hoor dit alles eens door de kelen en met de zielen van Italiaansche zangers gezongen. Het betoovert u, het bedwelmt u, de versnelde cadensen slepen mee met de vaart van een dans. De herhalingen werden als ware continuo-passages, magisch, het geheele karakter dier muziek is op de grootst mogelijke meeslepend heid, als de spontaniteit zelf, ingesteld. Prunières heeft gelijk, wanneer hij constateert, dat op het oogenblik nog de Barbier" met meer succes weer stand bood tegen den tijd, dan menige groote opera met onbetwistbare verdienste: zoo op het bezielende en levende element der muziek ge baseerd, kan dit werk niet verouderen. Toch had de Barbier" bij zijn eerste opvoering, in 1816te Rome het werk heettetoen Almaviva of de nuttelooze voorzorg" geen succes. Paisiello had de Barbier" reeds als opera gecomponeerd en men scheen van dit werk bij de vergelijking niet los te kunnen komen. De eenige toehoorder, die applaudiseerde, was Rossini zelf. De Barbier" werd gecomponeerd voor een directeur, die een opera noodig had voor den Carnavalstijd, en eerst op het laatste oogenblik koos Rossini dezen tekst naar Beaumarchais' comédie mede met het oog op de gevaarlijke concurrentie, die Paisielb's Barbier" h;m moest aandoen; een concurrentie, die hem ook eerst noodlottig werd, want het publiek riep ironisch Bravo, Paisiello !", hoewel het werk geheel Rossini is. De opera kwam volgens Rossini's eigen zeggen in dertien dagen gereed en de ouverture, waarvan men toch zou zweren, dat zij voor dit werk gecomponeerd was, zoo juist en onmiddellijk drukt zij den geest er van uit, ontleende Rossini aan een ander werk, dat was blijven liggen ! Doch ondanks dit spoed-karakter heeft Rossini nimmer weer zulk een gelukkige muzikale inval gehad als juist onder het componeeren van deze muziek, ik persoonlijk prefereer haar boven de Guillaume Teil", dat ongetwijfeld ook een meesterwerk is en door de kenners voor rijper en muzikaal belangrijker wordt gehouden. Het was Rossini's natuur gemakkelijk en spontaan Straatje in Cheribon (fig. 8.) melodieën te kunnen schrijven: Composer n'est rien; Ie difficile c'est de faire répéter les artistes", zeide hij zelf. Rossini heeft bewezen, dat ondanks de bedenkingen, die er tegen zijn aan te voeren, er ook een genialiteit van de gemakkelijkheid bestaat, en dat het een Rossini veroorloofd kon zijn, zoo te componeeren, waar het anderen tot oppervlakkigheid bracht. Men ga dit werk hooren, als de Italiaansche Opera het zingt. Wij zijn gaan luisteren naar de opvoering Zondagmiddag in de Hullandsche Schouwburg, wij hebben eenige uren geleefd in een sfeer, die electrisch scheen, en waarin het publiek dol van enthousiasme Werd. Men vergat het slechte decor, het allegaartje van costumeering en andere nalatigheden, die irriteeren, omdat zij met een klein beetje meer zorg waren te ver helpen. Maar de muziek ! De ouverture ! Crescendoversnellingen. Zeker, zeker. Maar wat een wónderman is deze dirigent Fratini, die met een klein orkestje werkt en toch onmiddellijk het contact verkrijgt tusschen orkest, zangers en publiek. De melodie verhaspelt den tekst ! Zeker, zeker. Maar wat een muziek en wat een zangers. Hier heeft inderdaad Ie maitre divin" van Meyerbeer gelijke meesters in de vertolking gevonden. Wij moeten ze noemen, het is onze plicht. Zij heeten: Elda di Veroli (Rusina), O. Cavallini (Figaro) Oliver (Almaviva) Borin (Basilio) Cherubini (Bartolo), Zappata (Marcelina). Wanneer wij deze allen gehoord hebben, verwonderen wij ons niet meer over de aantrekkingskracht, die de opera toch nog altijd voor het publiek het groote publiek, zeggen wij wijsneuzig blijft behouden. Componeerden onze opera-verbeteraars maar een.-. zoo ! Zij zouden minder hoeven te klagen over de slechte smaak" van het publiek, dat maar niet naar hen wil luisteren en oppervlakkige" muziek prefereert boven hun diepzinnige bedoe lingen. En na dezen Barbier" zeggen ook wij, i n tallooze herhalingen: Bravo, Bravissinio ! ! Het Concertbnreaii" Het Concertbureau" is een stichting van de jonge Ned. Vereeniging van Toonkunstenaars en den kunstkring Voor Allen." Wij kunnen daar beide instellingen en ons concertleven mee gi'lukwensclien. Dit bureau bracht in de eerste plaats een organisatie, waardoor concerteerenden op redelijke voorwaarden kunnen optreden: dit was een der drijfveeren, die indertijd tot de oprichting leidden. Daar nog velen schijnen te meenen, dat dit bureau ook de optredende artiesten pousseert zooals de Kunstkring deed met het arrangeeren van speciale concerten voor min of meer debuteerenden mag er nog wel eens de nadruk op gelegd worden, dat voor de waarde der optredende kunste naars Het Concertbureau'" geenerlei aansprake lijkheid heeft te aanvaarden en deze een eventueel echec dan ook maar met de critiek en het publiek in het reine moeten brengen. Het bureau is er, het doet zijn taak en daarmede basta. Mevrouw Keizer?Demmers, die zich op een der concerten van dit bureau liet hooren is een der gevorderden," zonder nog onder de geslaagden" te mogen worden genoemd. Deze zangeres heeft ten zeker gemak in haar voordracht durf is misschien juister doch laat in de forto's wel wat al te zeer hooren, dat enkele van haar tonen nog niet volmaakt klinken en dat vooral in het hooge register goede naast slechte elkaar afwisselen. Haar timbre heeft charme, doch haar zingen is te eenvormig nog. Ook is de zangeres vaak niet voldoende in het lied, dat zij zingt, doorgedrongen. Maar dat kan allemaal nog komen en voor de ontwikkeling van haar aanleg heeft zij reeds goede belofte gegeven in liederen van Wolff enStrauss,die haar beter lagen dan Debussy, het lied Berceuse" van Diepenbrock, Chausson, de Italianen. Eenige nieuwe liederen van Mevrouw Mesritz van Velthuysen werden dien avond nog ten gehoore gebracht. De componiste hielp zelf de zangeres als begeleidster aan de piano. Het componeer-talent van Mevrouw Mesritz valt, na eenige gelukkige invallen, niet mee. Ik heb deze liederen vol ouderwetsch pathos en waarin vooral de rythmiek tam en huiskamerachtig" aandoet, maar weinig kunnen waardeeren. Is hier niet die doeniwaardige middelmatigheid der veel te velen, die een goed lied"kutmenschrijven? Wij hoopten,en hopen nog, meer van Mevrouw Mesrit/. CONSTANT v A N W E s s E M Dr. H. P. Berlage Rivier te Batavia (fig. 11.)

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl