Historisch Archief 1877-1940
No. 2484
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
17
DFEÖPJ)
ONZE KOLONIËN: Z.W. CELEBES
Teekfning voor ,,tte Amsterdammer" duur J. . Sinia
d,
,=?,
Mengelberg s afscheid
Wederom is Mengelberg naar Amerika vertrok
ken, het land, waar, zooals hij het uitdrukt, de
menschen 100 pCt. van je vragen.
Het Nederlandsche seizoen van Mengelberg
verloopt de laatste jaren helaas niet zonder
strubbelingen. Ongesteld zijn en zich ,,sparen
moeten" wijst het noodlot ons speciaal als ons
deel aan, wat ook al niet mee helpt om
Mengelberg's werkzaamheid hier te vergrooten. De
toegezegde noviteiten worden ten slotte vrijwel
steeds door andere dirigenten gebracht. Monteux
gaf de Sacre", PieréPetrouchka" van
Strawinsky. Mengelberg dirigeerde alleen het piano
concert en dit verliep niet geheel zonder onge
lukken. Het is niet geheel toeval, dat Mengelberg
het moderne deel der programma's op de schouders
van anderen laadt. Ongetwijfeld, Mengelberg's
sympathieën bezit deze moderne muziek niet.
Dit laat zich niet dwingen. En het is misschien
verstandig ingezien zulks op te dragen aan diri
genten, die deze muziek in hun bloed hebben
opgenomen, die er alle knepen" van kennen, die
met enkele aanwijzingen en met een paar repetities,
door dit ,,doolhof" het orkest weten te luiden.
Het is goed dat ook andere dirigenten in ons
Concertgebouw, dat niet geheel buiten den tijd
kan blijven staan, aan het woord zijn en dankbaar
stemt ons het besluit van het Bestuur, ditmaal
ook Bruno Walter een maand met ons orkest te
laten werken en de te groote plaats, die de leiding
van Dr. Muck in ons muziekleven innam wat
in te krimpen.
Tot afscheid dirigeerde Mengelberg hier een
programma van Russische componisten en de 8e
symphonie van Mahler.
De Russische avond bracht kennismaking met
een vioolconcert in suite-vorm van den meester
der Moskousche school Tanejew.
Men weet dat Tanejew Moskou vertegenwoor
digde in de ontwikkelingsgeschiedenis der latere
Russische muziek, zooals Rimsky Korsakoff het
Petersburg deed. Van de leerlingen, die hij vormde
zijn bekend geworden: Scriabine, Rachmaninoff
en Nic. Medtner.
Het concert van Tanejew, dat werk is van een
contrapuntist, die evenwel niet de zin voor het
melodische mist, ligt gemakkelijk aansprekend
voor het gehoor. De deelen, waaruit het bestaat,
zijn niet alle even belangrijk. De Oavotte is te on
oorspronkelijk gevonden en te vlak van
rhythmische bewerking. Het voorspel en het sprookje
behooren tot de geslaagdste. Toch, hoeveel meer
eigenheid bezit bijv. Une nuit sur Ie mont
chauve" van Moussorgsky, een wel ouderen,
maar tenminste echt Russischen meester, Rus
sisch ook naar de mentaliteit, die niet wcnscht te
coquetteeren met een mal tintje
West-Europeesche beschaving in zijn muziek, maar daardoor
oer-ruig en overtuigend ! Helaas slechts weinige
der latere Russische componisten hebben, zooals
Strawinsky, het Westen door en door leeren
aanvaarden en zijn toch in de eerste plaats
Russen gebleven !
Ferd. Heiman droeg het concert van Tanejew
voor, straf en met warme toongeving.
Mahler's 8ste symphonie ! De symphonie der
duizend" (reeds gemeenplaats geworden). Gewel
dig klinken doet het zeker. Als de geluidmassa
van groote koren en van een groot orkest de kracht
is, welke de zielen der luisteraars zal overtuigen,
moet deze symphonie het stellig. Voor Mahler's
oeuvre is deze symphonie als een groote offerande,
waarin men hem zelf prachtig en al te snel",
naar Felix Salten het uitdrukt, ziet opbranden.
Over de 8e van Mahler is al evenveel commentaar
gegeven als over Goethe's Faust" 2e deel,
waarvan de slotscène hier verklankt is. Hoe ver
houden deel I, de Pinksterhymne, en deel II, de
Faust-scène, zich tot elkaar? Ziedaar een vraagstuk
waarvan reeds menige gelukkige oplossing gegeven
is. Wij zullen hier niet op ingaan. Wij kunnen
naar tallooze biographieën verwijzen en niet het
minst naar de geslaagde ideeën analyse, die
indertijd H. J. de Marez Oyens er van gaf in het
Mahler-fcestboek. Wij voegen er nog aan toe
het woord van Nietzsche: Het zijn de groote
meesters, die een consonant-toon uit ieder conflict
kunnen doen klinken." Hier heeft Mahler's diepste
menschelijke zelfstrijd zich veredeld. Maar het
was geen Verlossing", zooals de romantiek het
graag ziet.
De solisten waren ditmaal de sopranen Getrild
Foerstel, Jo van Ijzer?Vincent, Hermine Schol
ten, de alten llona Durigo, Meta Reidel, Suze
PKAUW.
Daar was een tijd, dat de Boegineesche
handelsprauwen de Indische wateren in grooten getale
en in alle richtingen doorkruisten; ja, hun aantal
was zelfs zoo groot, dat men aan de kusten van
Sumatra den Oostmoesson wel,, moesson boegis"
noemde om de vele Boegineesche prauwen, welke
van de zoo gunstige windrichting gebruik maakten
om westwaarts te stevenen. Geleidelijk, naarmate
de moderne verkeersmiddelen toenamen, ver
minderde wel in aanzienlijke mate haar aantal,
maar nog altijd is de zoogenaamde
padoewakaeng", de Boegineesche handelsprauw, met
haar van andere inheemsche prauwen zoo geheel
afwijkend type, een veel voorkomende verschij
ning op de Indische reeden.
Eeuwen lang heeft zij haar type, dat in vele
opzichten zoo een sterke gelijkenis vertoont met
de afbeeldingen van schepen, welke men op som
mige beeldhouwwerken van den Boro Boedoer op
Java aantreft, kunnen bewaren, doch in de laatste
jaren is de tuigage van het meerendeel dezer
prauwen geheel op Europeeschen voet ingericht.
Wat wel jammer is, wanl haar zeilvennogcn moge
grooter geworden zijn, dit neemt niet weg, dat,
met het verdwijnen der zoo typische inlandsche
takelage, met de groote uit plantenvezels geweefde
zeilen, veel van het juist zoo karakteristieke is
verloren gegaan.
De schets voor mijn plaatje maakte ik eens op
de reede van Saleyer. Reeds vroeg in den morgen
had onze stoomer hier het anker laten vallen en
nog blikkerde alles in het jonge morgenlicht, toen
ik mijn arbeid aanving. Aan bakboord, waar
heel in de verte de hoofdplaats Saleyer flauwtjes
opdoemde in een teer blauw-violet, dat slechts
hier en daar onderbroken werd door het felrood
van een Europeesch of Chineesch pannendak,
bood de zee wel een zeer levendig schouwspel.
Ontelbare prauwtjes en prauwen, van de meest
primitieve af, slechts uit een enkelen boomstam
gehouwen en nauwelijks plaats biedend voor n
man, tot met veel zorg gebouwde, rijk met
snijen schilderwerk versierde, repten zich, onder hevig
tieren en schreeuwen der bemanning, over de
watervlakte, die zooeven nog stil genietend van de
rustig over haar voortscherende zonnestraaltjes,
thans doorploegd van zooveel kielen, gebeukt en
geslagen door honderde pagaaien, wielde en deinde,
zoodat het werd in de verte n schitterflitsen
als van vloeibaar goud, waaruit grillige lijnen en
kronkels, in wilden chaos dooreengekringeld,
voortschoten tot nabij den stoomer, waar zij
vervloeiden in de zacht blauw-groene tinten van
het tegen den scheepswand opklotsende water.
Veel kalmer beeld vertoonde zich aan stuurboord,
maar stellig even schoon. Daar weerspiegelden
zich in het rustige, slechts hier en daar door de
eerste vleugjes der morgenkoelte gerimpelde
water, de statige ranke klapperboomen van Poeloe
Pasi (= varker.seiland) onder wier schaduw
droomerig zich enkele huisjes verhieven boven
het geelwitte strand, terwijl meer naar rechts,
waar boven de oneindige zee een paar zeiltjes
bollend opblankten, de reusachtige verschijning
van den Lompobattang (piek van Bonthain)
opdook, gehuld nog in het lieflijke zacht rose
kleed, dat de morgen hem schonk.
J. G. S i N i A.
Luger, de tenoren Jac, Urlus en Louis van Tulder,
de bas-bary.ons Denys en Kloos.
Zooals wij zeiden, klonk geweldig en er
waren vele machtig-ontroerende momenten en
Mengelberg gaf zich wederom aan dit werk geheel
weg.
Concerten.
Op het tweede Seroen-Cornelis-concert moest
helacis Evert Cornelis ontbreken.
Mevrouw Mesrit?. begeleidde nu de zangeres
aan het klavier. Het zou onbillijk zijn thans reeds
een oordeel over deze nieuwe combinatie te vellen.
Zij is ons vreemd en zij is zichzelf nog vreemd.
Mevrouw Mesritz is een knap en voortvarend
pianiste. Zij bewees het met de voordracht van
haar aardige, hoewel wat te geïmproviseerde
(om van de invloeden, die er dik opliggen maar
niet te spreken) Schetsen uit het kinderleven".
Maar, en dit leerde het tweede Seroen-concert ons
ook, het ligt niet in haar natuur een goed bege
leidster te zijn. Zij speelt op eigen gelegenheid, volgt
niet altijd het tempo van de zangeres en verliest
zich vaak zoo zeer ir. haar partij, dat de zangeres
haar stem geweld aan moet doen om de baas"
te blijven. Zie, dit ziin gevaarlijke feilen in deze
combinatie. Seroen en Cornelis geven als
kunstenaars-paar prestaties, die geheel met
elkaar verweven zijn, niet alleen toevallig, tech
nisch, maar ook psychisch, zooals men dat zelden
aantreft. In deze combinatie is Cornelis niet te
vervangen. Een andere combinatie zou dit nimmer
herstellen en het zou de dood aan deze onverge
lijkelijke concerten beteekenen. Hiervoor moge
de Muze en allen, die het wel mcenen met ons
muziekleven ons bewaren.
De noviteit was ditmaal een tweetal liederen
op oud Hollandschc teksten van Willein Pijper.
Zij dateeren van 1923 en geven een poging om een
zangstem zelfstandig met een klavier te begeleiden.
Indien een tekst eenige lyrische waarde heeft
ten opzichte van een muzikale uitdrukking lijkt
mij de muziek bij dezen tekst een vergissing;
indien Pijper de meening voorstaat, dat de tekst
slechts een woordenschema is in een klankgeheel,
waarvan de muziek de zelfstandige lijnen heeft
te trekken vind ik deze compositie
vast-geconcipieerd en zeer geslaagd. De zangeres gaf er met
den componist aan de piano een boeiende ver
tolking van.
Op de pianoavonden van W'illem Andriessen
komen wij later, bij den derden, terug.
CONSTANT VAN W E s s E M