De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 24 januari pagina 8

24 januari 1925 – pagina 8

Dit is een ingescande tekst.

DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2485 BOUWT IN HET OOSTERPARK TE BILTHOVEN IILICeilKEEl KISTREXT DE DIRECTIE TEL. INT. :?No. 6538 DE AMSTERDAMMER Weekblad voor Nederland; kost slechts f 3.?per kwartaal of f 10.?per jaar bij vooruitbetaling. Clichés Van Leer AMSTERDAM DEPOT Nicholson's JASSEN EN COSTUUMS MAISON N. DE BOER PALEISSTRAAT 16 EN 41 HOEK SINGEL UW INTEKIEUR IEEET JAGEN MET U MEDE LMT HET DOOR I>E VtBZORQEN ? HERMAN HEIJERMANS Diamantstad Prijs ing. f2.50; geb. f3.50 Joep's Wonderlijke Avonturen Prijs ing. f2.50; geb. f3.50 Ter perse: DE 11e DRUK VAN Kamertjeszonde Prijs ing. f 1.90; geb. f2.50 UitgavenJEM. QUERIDO, A'dam RUBBER CORSETS HET GEHEIM VAN DE SLANKE LIJN RUBBER RUBBER CORSET BUSTEHOUDER met rose bekleed en 2 paar met rose bekleed en zijden jairetelles schoudeibanden ALLEENVERKOOP VOOR NEDERLAND EN KOLONIËN 11.50 iNVERKOOP V i BI J 11.50 TJiiiiiiiiiiniuiiiiiiiiiiiililiiiiiiniiiiiiiiiiii flMTEsnaMiiimiiiiilMiiiiiiiiiiii i iiiilliiic; BIJKOMSTIGHEDEN CLV Ontegenzeggelijk zijn de dagen hier aan boord veel te kort. En dat wordt nog erger, doordat ze maar doorgaan met eiken dag de klok vooruit te zetten; zoo komen we nooit aan ons reglementaire etmaal van vier en twintig uur toe, en dat merk je deerlijk; want het grootste deel van de vele pret tige dingen die er te doen vallen,blijft onaangeroerd. Je kunt, na het ontbijt, maar net een lekkere wan deling over het dek maken en een paar brieven schrijven, dan is het al weer tijd voor de lunch; je komt 's middags bijna nooit aan het boek toe, dat op je schoot ligt, omdat je moet kijken naar den hemel en naar het water en naar de kinderen, die in de buurt spelen. Als er dan bovendien nog spelletjes worden georganiseerd of de grammafoon wordt aangezet, weet je heelemaal niet, hoe je met het noodigste moet klaarkomen. En de avonden, als de bootbevolking wat luider van gerucht begint te worden onder het opwindende kaartspelen, is er buiten de stilte, met niets dan het zwaarbonzende hart van het schip en onze gelijkmatige doffe stappen. In de overvuldheid dezer uren vonden we het feit, dat we in Port Said aan wal zouden gaan, dan ook volkomen overbodig; ik had bovendien uit The Hght that failed" de herinnering, dat het de meest gevloekte stad van de heele wereld was, en de mevrouw, die de reis al veertien keer heeft ge maakt, verzekerde ons nogeens nadrukkelijk, dat ze nooit verder ging met de kinderen dan tot het groote hotel aan de zee, omdat het een stad van dieven en oplichters was. Toch was het wegvaren in de kleine, kleurige roeiboot, onder het bestiale gebrul van de zwemmers, die naar kwartjes doken en den doordringend-eentonigen zang van de kolendragers, die met hun lichters langszij waren komen liggen, van een overstelpende feestelijkheid. Het groene zonnige water vlakbij onze oogen, de blootvoetige roeiers met hun kaftans, hun blije hoofddoeken en hun onverholen, toegewijde afzetterij, de uitbundigheid der scheldpartijen, als de schuitjes zich onder elkaar verwarden, a! dat harde en felle en levenskrachtige had iets zoo overweldigends, dat zelfs de eigenwijze ex-gymnasiast er stil van werd, en we tenslotte spontaan even naar het groote Engelsche oorlogsschip omkeken, dat zijn kanonnen op de stad hield gericht, omdat dat nog vertrouwder leek, dan het hevige Oosten, dat vóór ons lag. Er is een westersche fijngevoeligheid, die we maar zoo gauw mogelijk moeten afleggen: we willen onzen medemenscrien graag zooveel geven, dat zij er tevreden en blij om zijn. De koetsiers, de kleine schoenpoetsers, de briefkaartenventers, de sigarettenkoopmannen hebben zich nooit anders dan met een blik van diepe, lijdzame verongelijktheid van ons afgewend, om er daarna snel van door te gaan en hun buit in veiligheid te brengen. Geen kralen-man. die niet verzekert er geld op toe te leggen, als hij ons zijn kettingen voor zoo'n koopje liet houden; geen liedjeszanger, die, als er een vijffrankbiljet in zijn schaal werd geworpen, niet nog even wachtend bleef staan, om te zien, of zoo'n verkwistende gek niet tot nog dwazer excessen kon gebracht worden. Alleen de toovenaar, die n, twee kuikentjes uit het niets haalde, en guldens in zijn fez, in den mond van zijn medemenschen en onder zijn bekertjes tooverde, was al genoeg vereuropeescht om volop voldaan te zijn, toen ze tenslotte allemaal in zijn eigen hand terecht kwamen. Maar wat zijn ze schilderachtig: de kleine, modderige dievekinderen, die op den grond liggen om over je laarzen te wrijven, tot ze glim men als hun oogen; en de ouden met hun rooden fez en hun waardige houding. Turksche vrouwen met de zwarte doeken, die alleen de oogen onbedekt laten, Grieken, Arabieren. Egyptenaren, als een inderhaast bijeengescharrelde ,,menigte" in een opera warrelen ze allemaal door elkaar; iedereen biedt je iets aan; iedereen wil je iets laten zien; iedereen loopt met je mee of houdt je staande; ten slotte weet je nog maar n ding: dat het te veel is; en dan brengt een rijtuigje redding, door je snel naar de pier te voeren, naar het groote stand beeld van De Lesseps, die met een nobel gebaar het werk van zijn leven aan de menschheid aan biedt. We liepen er eerst even uit te hijgen van al de kleurigheid en al het lawaai en de opdringerigheid: toen keerden we ons tegelijk naar links: een smal strandje; wat witte dakjes van badkoetsen, een vuurtoren in de verte; zon over geel zand, en een blauwe zee met witte kopjes; tegen de steetien van de pier wat branding. En ineens was er in onze herinnering dat andere hoofd in zee, met de steile trap naar de steenen beneden; en het was een ochtend in Augustus en er zeilde een bootje voorbij. Zoo heel anders is dit toch al weer niet", zei de een, en de ander: Dat is de vuurtoren van Katwijk." \Ve liepen stil terug, en zelfs de palmen leken niet vreemd meer; de scheepjes, die in de haven dobberden, met de mast voorop en het sierlijke, driehoekige Latijnsche zeil, waren toch wel even mooi als onze tjotters, en voor de zooveelste maal citeerden we Top Naeff over het eigene in vervreemden staat", dat we in de heele wereld terugvonden. A N N I E S A L O M O N' S KALENDERS J. van den To»rn, wijnhandel en limonadefabriek te Amsterdam. Dag-bl iden niet spreuken en anccd'jten; schildteekening in kleur. Stoomververij en Chem. Wasscherij de Regen boog" te Tilburg. Maand-bladen; schild met repro ductie in kleur van het schilderij van Frans van Mieris, De Regenboog. Drukkerij Senefelder te Amsterdam. Maand bladen met teekeningen in kleur naar ontwerp van Sjoerd Kuperus. ,,De Nieuwe Boerhaave" te 's-Oravenhage. Maand-bladen. Internationale Automobiel Centrale K. Landeweer te Utrecht. Maand-bladen; schild met foto grafische reproductie van de Cadillac, rijdend door de Stichtsciie Lustwarande. Gall en all, wijn- en likeurhandel te Amsterdam. Kwartaal bladen, eik met reproductie naar oude prenten van J. Cats, J. Bosboom en C. Springer uit het. museum Fodor. Fongcrs' rijwielenfabriek te Groningen. Jaar-blad met teekening in kleuren. Dalmeyer's Efficiency kalender. Dag-hladen. Uitgave Nationaal Instituut voor zelfontwikkeling te Amsterdam.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl