De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 31 januari pagina 15

31 januari 1925 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

No. 2486 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 15 TOONEEL TE PARIJS 1.Atelier, Lnigi Pirandello: Chacun sa vérité." Met LugnéPoe's theatre de l'Oeuvre is ,,1'Atelier" daarboven op Montmartre, n der weinige der theaters d'avant-garde, waar we dit jaar staat «p kunnen maken. Pitoëff heeft voor goed de Comédie des Champs Elysées verlaten en zal eerst later in het seizoen het theatre des Arts bespelen, Copeau laat in de Vieux-Colombier een slechts door hem zelve her stelbare leegte. Jouvet's directie in de Comédie des Ch.-Elysées zal in vele oprichten nog moeten toonen wat ze waard is en zoo is de dappere toe wijding, waarmede Charles Dnllin ook "dit derde seizoen zijn idealen weet hoog te houden, ons dubbel dierbaar. Aan Dullin komt de onschatbare eer toe de Pjirijzenaars met een tooneelwerk van Pirandello ift kennis gebracht te hebben en zijn scherp door4«chte vertooning van la Volnptéde l'Honnetir" houdt ook nu nog repertoire. Daarna kwam Pitoëff met de ,Zes personen" en dit jaar is het weer Dullin, die met dit uiterst representatieve Chaun sa vérité" tot de conclusie dwingt, dat dit eerste tooneelstuk van Pirandello zeker niet zijn minste is. Pirandello houdt niet van het tooneel en zijn vertrouwde vrienden verklaren ons, dat hij zich slechts tot deze uitdrukkingsvorm van eigen wezen gewend heeft, omdat de drang om zich sneller en directer te uiten hem te sterk werd. Ik geloof dan ook niet, dat we ooit tot het vol ledige inzicht van dezen diep-grijpende en tegelijk waarachtigste onzer moderne tooneelschrijvers zullen komen, wanneer we niet ten minste de hoofdlijnen van zijn omvangrijke litte raire verleden in hun ontwikkeling hebben nage gaan . Intusschen spreekt echter juist dit Chacun sa vérité" bijzonder sterk voor zichzelf. De schrijver stelt er n van zijn dringendste en hem zelf bijna obsedeerende problemen, het probleem der persoonlijkheid. De persoon verandert, naarmate degenen die haar beschouwen, verschillend zijn; een ieder ziet nzelfde object, dus ook nzelfde persoon op zijn wijze, de persoonlijkheid is dus iets zeer betrekkelijks, en een vaststaande waar heid omtrent n bepaald individu bestaat er niet. In een klein kletsdorp is een nieuwe functio naris bij de politie gekomen en zijn vreemde levenswijze heeft de gemoederen tot het hoogste geprikkeld. Hij heeft zijn vrouw in zijn schoon moeder in verschillende woningen gehuisvest, staat zijn echtgenootc nooit toe het huis te ver laten of bezoeken te ontvangen, en gedoogt slechts dat de oude, door leed gebukte vrouw dagelijks haar dochter boven aan het venster, van de straat af, komt toeknikken. De goegemeente heeft geen rust voor zoowel aan Ponza als aan zijn schoon moeder letterlijk een verklaring wordt afgeperst. Mevrouw Frola verklaart, dat haar schoonzoon het ziekelijke waandenkbeeld koestert hertrouwd te zijn. Niets is minder waar; om gezondheids redenen heeft zijn eerste en eenige vrouw een tijd lang buitenshuis moeten doorbrengen. Het feit van haar ziekte had hem zoo aangegrepen, dat zijn geest er door verward is. Bij haar terugkeer weigerde hij haar te herkennen, en slechts de fictie van een tweede huwelijk heeft zijn verstand kunnen redden. Volgens Madame Frola is haar schoonzoon volkomen normaal en moet men hem slechts in dit ne punt ontzien. Hiertegenover verklaart Ponza dat zijn schoonmoeder door de dood van haar kind het verstand verloren heeft en in de meening verkeert dat hij, Ponza weigert, de volgens haar zieke brein nog steeds bestaande ?dochter te toonen. Om haar rust te geven wendt hij dus de idee fixe voor, waarvan Madame Frola hem beschuldigt en waarbij ze vrede vindt. Resumeerende, verklaart dus de moeder, dat er n niet gestorven vrouw bestaat, de echtgenoot, dat hij met een tweede getrouwd is en de vorige sinds jaren gestorven is. Beide verklaringen schijnen even aannemelijk; vandaar de vraat zuchtige nieuwsgierigheid van de dorpsgrooten, die tot eiken prijs de waarheid" willen opsporen. Maar feiten en acten ontbreken, want het geheim zinnige drietal komt uit een dorp uit het zuiden, dat door een aardbeving verwoest is. Zooals al de quasi-gekken bij Pirandello is ook hun ver leden omsluierd en voor reëele verklaring onaan tastbaar. En ten slotte zal zelfs het verschijnen van Madame Ponza geen stap nader tot de waar heid brengen, want uit het sphinxen-antwoord ,,ik ben zoodanig, als telkens een ieder gelooft" blijkt slechts, dat voor elk niensch, ziin waarheid hét ware" is. Het kost weinig moeite in den met argumenten jongleerenden oom, die als spottend toeschouwer het gansche armzalige gedoe der domme dwazen met zijn bijtende sarcasmen zal overstelpen, het standpunt van Pirandello te herkennen. In dit eerste tooneelstuk blijft hij nog dicht,bij wat. wij gewoonlijk de dagelijksche werkelijk heid plegen te noemen en resulteert de ontwikkeling waarmee niet de uiter lijke handeling bedoeld is in een betrekkelijk koel ontleden van de aspecten der altijd deelbare persoon lijkheid. Maar de deelbaar heid, veranderlijkheid, die hier slechts ten opzichte van de omringende mede schepselen, beschouwd wordt, zal in zijn volgend werk la Voluptéde l'Honneur" nog rijker mogelijk heden bieden, n.l. de stage wisseling en verdeeldheid in de persoon zelve. Daar zijn de verschillende levensphasen, maar daar is ook de veelheid der mogelijk heden, die op n kort moment in een menschenziel besloten liggen, en wanneer vorige eeuwen de zonde, de deugd, de heb zucht en de offervaardig heid, de wellust en de kuischheid tot gestalten objectiveerden deed men niets anders dan orde scheppen in de chaos, die Nietzsche een kluwen wilde slangen" noemde. Nauw verbonden met deze betrekkelijkheid der meeningen en personen is die andere relativiteit, de overgang van fictie naar waarheid. In Chacun sa vérité" wordt hierop slechts gezinspeeld, in la Volupt de l'Honneur" schijnt het vreemde licht van zijne, Pirandello's werkelijkheid slechts even en voelt men, dat een domein betreden ? wordt, waarvan de uiterste schuilhoeken rng niet voldoende beheerscht worden; vandaar soms een weifelen en tasten, maar in de Zes Personen" is dat alles tot een levende waarheid gegroeid, die ons overtuigender lijkt, dan vele vaststaande" realiteiten uit het werkelijke" leven van iederen dag. Wat is de droom" van een Mozart, de visie" van een Rembrandt anders dan het putten uit een eeuwige en vaste Waarheid, waarvan de botte geesten en doove ooren der andere stervelingen, slechts een enkele maal de genade mogen ondergaan. Tot den sprong naar déze realiteit was Piran dello in Chacun sa vérité" nog niet bereid en eerst de Six Personnages" bracht een verbluffend meesterschap ook in het hanteeren van deze zoo moeilijk tastbare werkelijkheid. Toch zijn beide werken, ieder op hun eigen plan van een gave, afgeronde schoonheid en het is niet te verwonderen, dat juist deze tooneelstukken Pirandello zelve, het liefst zijn. Sommigen hebben deze nieuwe kunst, waarin een fonkelend vernuft elk gesteld probleem met een souvereine beheersching hanteert en belicht, niets dan het spel van een fijne, maar koelcerebrale intellegentie genoemd. Ik kan het be grijpen, maar niet verontschuldigen, dat men van spel spreekt, waar een diepe ernst blijkbaar zoo bloedig doorleefd en doorleden is; wel heel sterk moet men op den uiterlijken schijn afgaan om niet het smartelijke en pijnlijk zich samentrek kende ontroeringsleven te voelen, dat daar in deze dichtersziel verscholen ligt. In de veelszins uitmuntende opvoering van Chacun sa vérité" had Charles ullin zich de rol van den ironischen, met zijn schijnbare kalmte ieder nog meer ophitsenden Laudisi voorbehouden en speelde hem met al het snijdende indringingsvermogen van zijn sober maar kernachtig talent. De beiden verbijsterden (of wijzen naar men wil) werden respectievelijk door Camille Corney en Madame Dullin menschelijk en waardig vertolkt vooral Madame Dullin gaf als een door het leven murw geslagene, wie toch alle zachtheid ge bleven is, iets zeer ontroerends en vormden te zamen het belaagde wild tegenover de meedoogenlooze, uitzinnige vervolgers. Tezamen met de slechts kort optredende onbekende" vrouw werden zij terecht geheel als groep behandeld, waarbij de regie misschien met iets te veel nadruk wilde overtuigen, dat de eigenlijke" gekken in het andere kamp gezocht moesten worden, zoo was met name de krijZONSVERDUISTERING Teekening voor de Amsterdammer" door George van Raemdonck ELEURSTELLINCi E. J. VAN SCHAICK MAKELAAR Korte Jansstraat 25"* - Utrecht WONINGBUREAU ASSURANTIES TELEFOON 125 schende oude juffrouw, zonder den eisen van den schrijver in travesti gespeeld wel een vermaak voor jong en oud, maar ware een iets minder sterke charge van al deze dorpsenormimiteiti.n ons toch liever geweest. Scenisch was de prachtige vondst van een lange, holle gang op den achtergrond, waaruit de beide dwazen" steeds weer als uit een andere, verre wereld opdoem den, een vreugde en een trouvaille van analoge soort, als de onvergetelijke lift. waarin bij Pitoëff de Zes Personen uit den hooge neerdaalden in de Comédie des Champs-Elysées. Louis ME ij ER NIEUWE UITGAVEN Brochure met attesten en voorwaarden voor liet bouwen van kuizen enz. Uitgave Smit en Co.'s Bouwbureau te Groningen. Mnziei;kalender 1925. Uitgave M. J. H. Kessels te Tilburg. De Kleine G:</s, vijf verhalen voor kinderen door N. van Hichtum, L. Baekclmans, J. S. Brandts Btiys, M. C. van Zeggelen, E. TierieHogerzeil, versierd met originecle hüittsneden van Chris Lebeau. Santpoort, Uitgeven-Mij C. A. Mees. LAAT UWE. CENTRALE VERWARMING EN BIJKOMENDE INSTALLATItS AANLEGGEN DOOR D E KON FABR. F. W. BR A AT-DELFT EN GE ZULT TEVREDEN ZlvJN.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl