Historisch Archief 1877-1940
DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2487
BOUWT IN HET
OOSTERPARK
TE
BILTHOVEN
IILICHTIIEEI IERSTREKT DE DIRECTIE
TEL. INT. :?No. 6538
. VAM DER PUTT i Ot VLAM
tl N D H O VE M
Clichés
Van Leer
AMSTERDAM
TE HUUR.
WINKELHUIS met woning en kelder ad f 1500
per jaar. DIVERSE WONINGEN bestaande uit drie
kamers met keuken en zolder of vier kamers met
keuken en kelder, Huren varieeren van f36 t m.
f 42 per maand, gelegen Baarsjesweg hoek
Chasseestraat.
Nadere ii,lichtingen Jacob van Lennepstraat 8, Telef. 26935,
of Amsteilaan £4, Tekf. 29254.
EEN GOED INTEGIEUR
l/ EEN DAttL'J K/CH
GENOT* DRAMT
TE OOITERBEEK DE
VERZORGING OP.
Een van de mooiste Amerikaansche
WHITE
LUXE OMNIBUSSEN, vindt U op het R.A.I.
Tentoonstellingsterrein van 6?15 FEBRUARI 1925.
PROEFRIT GRATIS.
Alleenvertegenwoordigers dei White Comp. Clevelarid voor Nederland:
NV. Gebrs. NEFKENS' Automobiel Maatschappt)
UITSLUITEND: AMSTERDAM,Jacob Obrechtstraat 26, Tel. 22507.
UTRECHT, Nachtegaalstraat 55, Tel. 3061.
Geen filialen, ook niet in andere plaatsen.
BOEKNDE BO KEN
E. M, HULL
DE SHEIK
Prijs ing f l .90 ; geb. f2.40
E. M, HULL
De Schaduw van het Oosien
Prijs ing. f 1.90; geb. f2.40
NORBERT JACQTJES
Dr, Mm, de Speler
Prijs ing. f 1.90; geb. f 2.40
Uitgaven EM. QUIiRIDO, A'dam
DB AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
kost slechts f 3.?per kwartaal
of f 10.?per jaar bij
vooruitbetalingMotor- en Zeiljachten
TB KOOP, In diverse grootten en prijzen.
Lijst vin In commissie staande
vaaitulgen gratli en franco toegezonden.
ft Ll/OT
AFD. JACHT AGENTUU*
Sleper e v«st 1 Rotterdam
BIJKOMSTIGHEDEN
CLVII
Nee, de Kerstavond is geen succes geweest,
ondanks de verlichte vuurtorens en molens,
wonderen van koekebakkers-techniek, die bij de
baron de boeuf" werden vertoond, en de hoornen
van-overvloed vol ijs in diverse kleuren en smaken,
waaraan het kleine jongentje, dat in zijn pyama,
op bloote voetjes, nog even naar binnen was ge
haald, niet uitgekeken kon raken.
Het was ook beter geweest maar net te doen,
alsof het een avond was als een ander, en dat zou
ons een heel stuk gelukt zijn, omdat de hemel
zoo zomersch oversterd was en het water zoo
zoetjes kabbelde, dat het niet zoo heel moeilijk
scheen er onze gedachten van af te houden, dat
verleden jaar de straten dik besneeuwd waren,
en dat op elk geschikt en ongeschikt plekje van
het huis een takje hulst hing, tot aan den gong en
het telefoonboekje toe, en een groote bos op het
tafeltje van de ziekenkamer.
En dan was er ook nog het verschil van tijd,
waarom we ons voortdurend konden voorhouden,
dat het geen zin had, telkens op ons horloge te
kijken en te denken: ,,nu komen de loges uit den
trein. Zou het kleine meisje dadelijk om de ,,groote
pop Grietje" vragen? Zouden ze samen met ge
spannen gezichtjes achter de serredeuren staan te
kijken, als grootvader de vogeltjes floot en brood
strooide op het steenen straatje? Het was daar
in Holland immers misschien nu wel nacht; ze
zouden allemaal slapen; maar bij wie zou het
jongetje dan den volgenden ochtend in bed
kruipen?"
Maar toen we 's-avonds de eetkamer binnen
kwamen, toen was er geen ontkomen aan, of het
was wel.degelijk Kerstmis, Kerstmis in een ban
ketbakkerswinkel als u wilt, met slingers van
dotjes watten, met roode lampjes en roode klokken
en verdroogde hulst, maar het was niet een avond
als een ander, daaraan konden de warmte en de
zee en de zomersche sterren niets veranderen, <:n
we keken elkaar een beetje verschrikt aan, omdat
onze comedie van den langen ochtend en den
langen middag niets had gebaat en we nu zoo
onwezenlijk bleek tegenover elkaar stonden in
den oranjegloed, die onze handen gestorven deed
lijken en onze japonnen verkleuren deed.
En de oude dame met de donkere oogen, die
met de heroiek van vrouwen, die lang op een een
zame plantage hebben gewoond, tot nu toe alles
prettig en belangwekkend had gevonden, liet
ineens haar beheerschte masker vallen, en ze
was niets dan een vrouw, die pas haar man ver
loren heeft en het gemis niet dragen kan. Het
Duitsche vrouwtje wist alleen nog, hoe in die
Heimat nu alle klokken luidden en hoe haar moeder
alleen zou staan onder den Weihnachtsbaum,
en de mevrouw van dubieuse reputatie zei botweg,
wat allen dachten: Nu moesten we ze even thuis
kunnen zien !"
Neen, er was geen feeststemming ondanks de
kalkoenen en de champagne, en we waren elkaar
vreemder dan ooit, al had de kapitein, in een sober
en hartelijk preekje, ons juist opgedragen goed
voor elkaar te zijn. Ik hield mijn oogen gespannen
op het gezicht van den verlaten Franschman
met den triesten neus, voor wien het allemaal
ontegenzeggelijk veel erger was dan voor ons,
maar toen een hofmeester, goed bedoeld, op een
tinnen deksel begon te slaan om kerkklokken na
te bootsen en een onzichtbaar koortje bij
guitaargetokkel gevoelvol Stille nacht" en Noél"
trillerde, toen was er even niets anders dan het
verlangen naar een wintersene huiskamer, met alle
gordijnen dicht, en een stem, die: .,De herdertjes
lagen bij nachte" zong.
Later zette de kok, die een veelzijdig man is,
zich aan de piano en bombardeerde de toetsen
met dezelfde kracht en doelbewustheid, waarmee
hij eerst de kalkoenen om het leven had gebracht.
l-.n het eenige jonge meisje ging van arm tot arm
en stepte en stepte, tot de heele mannelijke jeugd
aamechtig in de lage stoelen lag gezonken. Maar
de linnenjuffrouw zat zwaarmoedig op het achter
ste kuildek, en de kapper, die zou zijn gaan
trouwen, als dit niet zoo'n onvoordeelige reis was
geweest met weinig passagiers, en nog minder
klanten, hing beneden over de railing en staarde
al maar naar hetzelfde punt. Toen we naar den
leegen kant van het dek liepen, vonden we daar
den blonden hofmeester, die zijn draai niet had",
en piekerde over het dochtertje, dat hij ziek had
moeten achterlaten.... Ik dacht aan wat de
administrateur had verteld: hoe stil de matrozen
altijd zijn, als ze naar Indiëtoe varen, maar hoe,
op de thuisreis, er van Marseille af geen houden is
aan hun juichend gezang en gefluit; en ik durfde
me niet voorstellen, hoe ze nu in het vooronder
bij elkaar zouden zitten, met ruwe grappen, met
vloeken en gescheld, maar allemaal baloorig en
verlangend, precies op dezelfde manier als de
douarière en de scheepvaart-directeur en de
marconist, eenzaam in zijn hooge kamertje.
Nog later zaten de mannen bij elkaar op het dek;
de kapitein schonk champagne en vertelde
boeiende herinneringen van zijn zeemansleven;
de bruine jongens gleden op hun bloote voeten
zacht over de planken, de flesch in een handdoek
gewikkeld, en schonken de glazen bij; de sterren
wemelden en de boot ploegde zeker en sterk door
het wijkende water.
Maar tenslotte lagen ze toch allemaal ieder in
hun afgeschoten hutte-hokje, in hun aparte
couchette; en ieder zag achter zijn gesloten oogen
zijn aparte wereldje, dat geen met een ander zou
willen ruilen: het wereldje, waar hij kind is geweest
en w-aar hij bij blijft behooren, al lagen er zeeën
en werelden tusschen.
A N N I E S A L O M O N S
HGOFIEN'S ROOMBOTER
WORDT SPECIAAL BEREID
PEEK & CLOPPENBURG