De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 14 februari pagina 3

14 februari 1925 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 2488 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND DE SUBSIDIE VOOR DE OLYMPISCHE SPELEN Teekening voor de Amsterdammer" door Joh. Braakensiek MINISTER DE VISSER: ,,ZIEHIER EEN MILLIOEN. RED U VOORLOOIMG !" DE INTERNATIONALE PUZZLE Half Februari 1925. Gelijkmatigheid van druk in het centrum. Plaatselijke depressie's in het Zuid-Oosten. Zoo luidt het weerbericht. Aan den Balkankant is de rust nog steeds onvast, en men schijnt steeds op storm vlagen voorbereid te moeten zijn. De ver menging van nationaliteiten, die ten allen tijd in het schiereiland tot wrijving aanleiding heeft ge geven, blijft een kruis. En het nieuwe middel, dat de Balkanstaatslieden hadden uitgedacht: de uit wisseling van bevolkingen, heeft in den laatsten tijd eer nieuwe moeilijkheden er bij gebracht. In Griekenland is de populariteit van Venizelos en Politis er een tijdlang door aangetast en ten slofte is de toenadering tot Bulgarije in haar tegen deel omgeslagen. Men had gehoopt de eeuwige Macedonische kwestie te kunnen verzachten door een protokol tusschen Athene en Sofia, waardoor de Slavische bevolkingen,die onder Grieksch gezag zijn gebracht, de bescherming van een internatio nale controle zouden genieten. Bulgarije zijnerzijds had de wederkeerige verplichting met vreugde aanvaard. Het zag er een middel in tot balseming van de ontvangen wonden. Maar het Atheensche nationale gevoel kon zooveel verschrikkelijkheid niet aan, en volgde zijn toeschietelijk gezinde leiders niet. Het hield zich stil, zoolang een nood zakelijke leening te Londen moest worden binnen gesleept. Doch nadat dit gelukt was, werd 't Grieksch-Bulgaarsche protokol verworpen. De poging om de verhouding met Bulgarije te ver beteren is daardoor mislukt. Men was misschien wat hard van stal geloopen. Griekenland heeft nu de verhouding met Serviëweer aangehaald, die naar aanleiding van het protokol was opge zegd. Doch verbetering van de algemecie Bal kansfeer is hiervan nu bepaald het gevolg niet. Daarbij is een incident gekomen, dat eensklaps het nieuwe Turkije weer in zijn eigenaardig licht heeft geplaatst: het nationale Turkije, dat de grootheidsintriges van 't vroegere Ottomaansche Rijk wenscht begraven te zien, doch omgekeerd ook de zwakheden waaraan dat Rijk ten prooi was, ener giek zoekt af te schudden, 't Is niet uitgesloten, dat dit nog wel eensmet bruuskheid gepaard gaat. De zaak betreft den gricksch- orthodoxen patriarch te Konstantinopel, tegen wiens positie Ismet Pascha zich te Lausanne sterk had verzet, met een beroep op 't feit dat de hoofden van den orthodoxen godsdienst te Konstantinopel steeds instrumenten van politieke inmenging waren ge weest, door het H.'llenisme en zelfs door de groote Europeesche politiek gebruikt. Slechts met moeite en na 't verkrijgen van beperkende voorwaarden, was ten slofte bij den vrede het blijven van de christelijke primaat in de Turksche hoofdstad aanvaard. Doch hij zou zich uitsluitend op gods dienstig terrein bewegen en buiten alle staatkundi ge activiteit blijven. Er is geen reden om aan te nemen, dat de nationaal-Turksche regeering door godsdienstige drijfveeren van anti-christeijken aard zou zijn gedreven, noch dat zij door middel daarvan binnenlands propaganda zou trachten te voeren. Het land, dat zelf de glorie van het Kaliphaat heeft afgeschud, kan er niet op worden aangezien, actieve moslimpolitiek te voeren. Maar het reageert uiterst ge voelig negatief, en defensief. In den tegenwoordigen Griekschen patriarch een niet-Turksch onderdaan ziende, die bovendien formeel onder de termen van het uitwisselingstractaat scheen te kunnen wor den gebracht, besloot Angora zijne uitzetting. In Griekenland heeft dit een oogenblik geweldige irritatie teweeggebracht. Alle vezelen van het Hellenisme en van 't orthodoxisme trilden. Intusschen is het vuur reeds weer wat getemperd, en de kwestie schijnt langs den normalen weg van rechten en overleg te zullen worden afgewikkeld. Het Turksche standpunt blijkt ten slotte sterker en minder scherp te zijn gebleken dan aanvankelijk leek; voor de Grieksche vrees bestond wellicht minder grond. Het lijkt inderdaad alsof Fethi Bey slechts een toestand bereiken wil die, prak tisch gesproken, ook Italiëweet door te voeren ten aanzien van den kerkvorst dien het in zijn midden ziet resideeren. Ofschoon er daaromtrent geen enkel voorschrift of regel bestaat, is toch de reali teit deze:dat de Pausen te Rome sinds 1870 Itali anen zijn geweest, en dat waarschijnlijkook voort aan Italianen zullen worden gekozen. De politiek van het Koningrijk rekent daarmee en daarop, zonder twijfel mogelijk te achten. In nog sterkere mate zal waarschijnlijk Angora er op aansturen, dat de zetel van den Patriarch te Konstantinopel slechts door geestelijken van Turksche nationaliteit kan worden bekleed. In eene regeling zal dit wel licht niet worden neergelegd, doch het is de inzet van het spel. Griekenland, wanneer het overigens de positie verzekerd ziet, en de mogelijkheid van vrije verNIEUWE ZENDING VAN JAPANSCHE KARPETTEN EENIGE VOORBEELDEN: 245 x 320 Fl. 50.50 180 x 270 ,, 32.50 60 x 12O 4.8O 45 X 90 ,, 2.70 kiezingen gewaarborgd, zal er zich niet tegen kun nen verzetten. En 't is al wel gebleken,dat de groote mogendheden geen andere eischen wenschen te steunen. In de Entente cordiale" gaat het goed. Mis schien zelfs wat al te goed. Terwijl een goede ver standhouding tusschen Engeland en Frankrijk een internationaal belang is, hoeveel heeft Europa in de laatste jaren niet tengevolge van strubbelingen in die verhouding te lijden gehad, zal een al te exclusivistische, al te speciale ver houding niet de gewenschte ontwikkeling brengen. Het was juist 't groote voordeel, dat onder de leiding van Macdouald en Herriot de entente een open, internationaal karakter gekregen had. Zou Engeland waarlijk onder conservatieve leiding weer tot een speciale Fransche bondjes-politiek koeren? Dit zou zeker al weer heel spoedig tot teleurstellin gen en mislukkingen kunnen leiden, waarvan ook Engeland zelf wrange vruchten plukken zou. Maar Wij hebben reeds vaker gezegd, dat op zichzelve de Baldwinregeering waarschijnlijk geen bijzonder verziende politiek zal voeren. Het hangt er voor een groot deel van af, in hoeverre het overige Europa de Engelsche inzichten op den breedeii kant der zaken zal weten te richten. Goed gaat het in de entente in dien zin, dat voor de intergeallieerde schuldenregeling bevredi gende termen schijnen te kunnen worden gevonden. In dit opzicht heeft Engeland stellig weer de breed heid van den business-man aan den dag gelegd. Frankrijk moge niet geheel tevreden zijn, het heeft geen reden tot klagen. Clémentel krijgt, na Churchül's nota, de volle gelegenheid om zijn groote, nuchtere bekwaamheden nuttig aan te wenden. In het belang van zijn land. En dit heeft die wel noodig, want het lijdt geen twijfel of Frankrijk staat eenigszins voor de deur van het huis dat nu Dawes" heeten mag, en zelfs de Churchill-nota bevat, ongezochte, toespelingen in dien geest. Goed gaat het ook in de entente, doordat de kwestie van Duitschland's ontwapeningsverplich tingen door Frankrijk en Engeland eenstemmig schijnt te worden afgehandeld. Wanneer de mili taire experts de objectiviteit, die in politieke zaken hun helaas niet altijd eigen is, betrachten, en wanneer ook in Duitschland de zaak zakelijk en eerlijk onder de oogen wordt gezien, moet te dien aanzien een rustige afwikkeling mogelijk zijn. Maar wanneer wij zeiden, dat het te goed kan gaan in de entente, doelden wij op de wederopduikende denkbeelden van een Engelsch-Fransch garantietractaat. Van Engelsche zijde is, niet het minst onder den invloed van de dominions, opposi tie gerezen tegen de bevestiging van de algemeene waarborgverbintenis, die in 't Volkenbondsver drag besloten, en door 't ontworpen Geneefsche protokol uitgewerkt is. Groot-Brittannie ziet er tegenop, in Poolsch-Russische, of Roemeensche of Hongaarsche vragen te worden gemengd. In wer kelijkheid zou het er zich toch niet buiten kunnen, en denkelijk ook niet willen houden, maar het heeft van vaste verbintenissen een heiligen schrik. Daarom overweegt men nu terugkeer tot het ouderwetscher garantietractaat, ten bate van de grenzen van Frankrijk alleen. Een ongeluk daar van zou evenwel zijn, dat een versterking van den vredestoestand-in-hct-algemeen er niet uit voort vloeien zou. Veeleer het tegendeel, omdat het prikkeling kweekt. Londen meent wel dit te onder vangen door ook Duitschland zelf als toetredende partij te zien, maar zou het daarmee in den grond iets beter zijn? Ligt er niet veeleer toch een bron van'wantrouwen in? En België, dat meer en meer zijn oude ,,neutraliteit" van 183(J begint terug te wenschen, haalt er dan ook den naam van Neder land bij. Waar moet dat alles heen? Men mag dus hopen, dat de gedachten zich langzamerhand weer meer naar het algemeene vaarwater zullen bewegen. B K A N D A K i s

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl