De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 28 februari pagina 11

28 februari 1925 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

11072490 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 11 MANNEN OVER VROUWEN (teekening voor de Amsterdammer" door B. van Vlijmen) JACQUELINE ROYAARDS?SANDBERQ Mevrouw, Er boven staat: Mannen over Vrouwen", er onder staat Jacqueline Royaards", het wordt dus een regelrechte liefdesverklaring. Voila ! Mocht de Doctor bezwaar hebben, dat hij opkome ! Wij zullen het dan uitvechten op het biljart in het Paleis-café,tot de champagne erop volgt. Tweemaal in mijn leven heb ik het genoegen gehad bij u thuis geweest te zijn. Den eersten keer op een gedenkwaardigen avond, toen de Raad voor de eerste maal uw man tot vasten bespeler van den Stadsschouwburg gemaakt had, met al de vrien delijke gevolgen van dien. Den tweeden keer zat ik in uw huiskamer met het edele voornemen den Doctor een treurspel in verzen van mijn hand voor te lezen. Doch het noodlot wilde, dat ik het inde tram of ergens anders had laten liggen en van de voor lezing is dus niets gekomen noch van de opvoering, hoewel ik meermalen, bij het aanschouwen van menig blijspel uit den laatsten tijd, me zelf angstig afvroeg of de schrijver misschien de gelukkige, doch oneerlijke, vinder was geweest van mijn ma nuscript en er de pakkendste gedeelten van ge bruikt had. Ik zat dus in uw gezellige huiskamer en de lamp brandde. Uw jongste, Kees, zuchtte over zijn thema's aan de vierkante tafel en de Doctor zat in een gebloemden fauteuil in gebloemde pantoffels en rookte een pijpje. Kan het huiselijker? En gij zelf zat achter de theetafel en verzorgde het ge zelschap met thee en gebakjes. En deze kamer was vol van uw sfeer en dat in een tijd dat gij meer malen van de zeven dagen er vier op reis waart. En het werd mij duidelijk dat gij niet alleen een gezellige, prettige huisvrouw zijt, die dus haar huishouding weet te bestieren ook als zij er niet is, maar gij zijt ook een nauwlettende moeder. Dat is n zijde van uw persoonlijkheid en zij recht vaardigt mijn regelrechte liefdesverklaring. Een ander tafereel.... Er waren moeilijkheden in den Stadsschouwburg. Daar waren niet anders dan moeilijkheden. Roy aards verloor zichtbaar den moed. Zijn werkkracht verslapte. Zijn répertoire hokte. Zijn regie werd caricatuur, zijn spel steeds luidruchtiger, alsof hij al zijn zorgen wilde wegschreeuwen. Hij stond op het punt dolle dingen te doen, de vijand gereed de veste te bespringen.... Met vrouwelijke berekening wachtte gij op het psychologisch oogenblik, dat zijn tegenstand het geringst zou zijn ; gij hield hem zijn plicht voor, zijn verantwoordelijkheid tegenover zijn menscheti, ,zijn commissarissen, tegenover het publiek en tegenover.... B. en W. en den Raad en door uw tact, uw doorzettingsvermogen en uw doorzicht redde gij de situatie. Gij zijt een cordate, koelbloedige vrouw, die uw man een steun zijt, dien hij, de artist, bij zijn zaken niet missen kan. Dat is de tweede reden, die mijn gevoelens te uwen opzichte verklaren. De derde is de ergste. Gij bezit het geheim van de jeugd. Wij kennen nu allen Blauwbaard's achtste vrouw". Vóór dat dit stuk ging, holde ik u tegen het lijf op het Stationsplein, juist toen gij van uw vacantie uit Zwitserland terugkwam. Pardon, lispelde ik en wilde doorrennen. In eens zag ik dat u het waart, jong, opgewekt, ge bruind, vroolijk en bloeiend, als een bakvisch. Een paar weken later zag ik u in ,,Blauwbaard's achtste" en ik zou gebluft geweest zijn zonder die botsing voor het station. Zoo jeugdig zaagt gij er zelfs niet in uw jeugd uit toen gij bij het oude ,,Neerlandsch" in ik weet niet meer welk stuk van Hauptmann, op een duin in de zon lag. Ik heb u tientallen van jonge meisjes zien spelen en als mijn oogen en mijn geheugen mij niet be driegen, wordt gij met de jaren steeds echter jong en zangert'. gij er minder op los dan veel vroeger, toen uw toon Wel eens hinderlijk was van al te groote lievigheid. Dit is n zijde van uw talent. In den laatsten tijd hebt gij er een geheel andere bij ontwikkeld. Ik denk aan de voorstelling van Electra"; ik denk aan dat rare stuk van Roelvink, met die dure decors, waarin gij, geloof ik, met een slavin bij een warme stoof zit en een soort alleenspraak houdt en ik denk aan uw ,,Badeloch". En weer hoor ik die donkere tonen in uw stem, die ons, critici, allen verrasten, omdat wij ze van u niet kenden en wij zagen plotseling een geheel andere Jacqueline Royaards voor ons dan wij tot dusverre gehoord hadden, een in wie de hartstochten woel den, in wie het naderend onheil het hart deed krim pen, een vrouw die haar leed kon uitzeggen, zóó dat de zaal met haar meeleefde en meeleed. Gij hebt deze zijde van uw talent, dat wij allen voor beperkt hielden, met groote vasthoudend heid ontwikkeld en ik weet dat gij het, met een regisseur als uw man er een is, niet gemakkelijk hebt gehad. Weet gij nog die voorstelling in den Stadsschouwburg van de Gijsbrecht" met de twee Willem's, Willem I en Willem II, Mengelberg in het orkest en Royaards op het tooneel en in de zaal, die eindelooze repetitie, toen gij als Badeloch op uw zetel gezeten, het maar niet naar den zin van uw regisseur kon maken en hij begon met: Lientje", Lien", Jacqueline", en overging tot Mevrouw Jacquelien", ,,Mevrouw Royaards", Mevrouw Royaards-?Sandberg" en ten slotte op nog iets verschrikkelijkere broeide toen Mengel berg gelukkig net al zijn slagwerk losliet? Gij zijt een hardwerkende, conscientieuse artiste, wier talent nog allerlei mogelijkheden biedt en die gij ons, hoop ik, niet onthouden zult, zoodra gij en de Doctor uw eigen schouwburg betrokken hebt, waar hij zijn idealen zal kunnen nastreven en gij hem daarbij kunt steunen met uw moed, uw doorzicht en uw wilskracht. Het is een ietwat lange liefdesverklaring ge worden, maar de redactie vraagt duizend woorden en hier zijn zij. Dat de doctor thans kome ! Ik ben gereed. En garde pour l'acquit! ! ~, B A R B A R O S S A MEVROUW VON CSITARY Eene interessante, sympathieke verschijning uit de contreien van den Donau waart dezen winter door ons land. Mevrouw llona von Csitary, een vrouw van middelbaren leeftijd, met fijne trekken en fijne beschaving, die hier vertoeft om studies te maken vooreen boek over Nederland,houdt bijonswcderkeerig voordrachten over Hongarije. Wat mij het eerst trof, toen ik haar dezer dagen hoorde, was haar meesterschap over onze taal. Natuurlijk is haar uitspraak eenigszins uitheemsch ; doch woórdenkeus en zinbouw zijn zeldzaam cor rect; en dat niet alleen in etu voovaf-opgestelde lezing, maar ook in gewoon gesprek. Trouwens, Mevr.'v. Csitary vertelde mij dat zij van jongsat gemeenschap nut Holland heeft gehad; gedeelte lijk op grond van familie-tradities: tweehonderd jaar geleden hadden lede-n van haar gtslac'nt aan wijlen de Franeke-rsche universiteit gestudeerd; en door vertellingen van oude oi.ms was Holland naar als tot een soort van s-pn.i kjesland geworden. Vroeger was zij hier reeds meermalen geweest ; en zoo was zij op de hoogte gekomen van veel in Nederlandsche werkelijkheid, letteren en kunst. En iets anders wat mij onder haar gehoor wel dadig aandeed, was het ruime standpunt, vanWaar uit deze vrouw haar onderwerp behandelde. Ofschoon n persoonlijk, n uit patriottisch oogpunt door den oorlog wreed getroffen: echt genoot en oudste zoon gesneuveld en haar vader land door het tractaat van Versailles meer dan gehalveerd, verheft zij zich boven al wat naar lamenteertoon zweemt. Zij bespreekt haar onder werp op rustige, belangwekkende wijze, zonder geleerdheid of diepzinnigheid of politieke opwin ding. Gesteund door een groot aantal duidelijke pro jecties, vertelt zij hoe Hongarije poogt van zijn treurig lot te maken wat het kan. Door bondgenootschap met Oostenrijk mee in den oorlog gesleept, en tot straf daarvoor beroofd van zijn mooiste en vruchtbaarste landstreken, was het na de vredesluiting ten prooi aan buitenlandsche, plunderende horden, gevolgd door oproerige binnenlandsche elementen. Om in die ver warring zoo gauw mogelijk orde te scheppen, reconstitueerde zich het hongaarsche parlement, met een voorzitter, die den titel kreeg van gouver neur. Uit dit centrum w'erd de regeering in handen genomen en wordt meer en meer getracht, in de resteerende landskern te behouden, wat er op het stuk van land- en wijnbouw, stoeterij, veeteelt, industrie, en verdere bronnen van be staan nog overbleef. Stad en land zijn daar sterk gescheiden. Boeda pest, ofschoon het zwaar geleden heeft, is nog altijd een mooie stad. Zoo ook Szegedin, helaas thans een grensplaats geworden. Het platteland, in zijn groote afmetingen, herbergt in gewone vredesomstandighcden een rustige, tevredene be volking. Doorgaans worden bij deze voordrachten cenige liederen gezongen, door de spreekster in 't nederlandsch vertaald: echte volksliedjes, meest al afkomstig van herders uit de puszta's. Van Haarlem uit, waar zij tijdelijk verblijf houdt, is Mevr. v. Csitary rechts en links, in ver scheiden plaatsen, op uitnoodiging van verschillen de vereenigingen en instituten, opgetreden. Een deskundige opperde het denkbeeld, dat haar voor drachten ook zeer geschikt zouden zijn om aan de hoogste klasse van Gymnasium, Lyceum of H. B. S. een duidelijker! indruk van dit eigen aardige land te bezorgen. Meermalen heeft zij op hongaarsche scholen over Holland gesproken. Toen de eerste bezending hongaarsche kinderen naar Holland werd gezonden, heeft zij, op verzoek van het stedelijk bestuur van Boedapest, de ouders een en ander verteld omtrent het volk waar hun kroost heengebracht werd, en verzekerd dat er niets te vreezen was van deze uitnoodiging. Aan ieder, die nog in de gelegenheid zal komen deze spreekster te hooren, raad ik, daarvan gebruik te maken. GEERTRUIDA C A R n L s E N OVER BOEKEN EN TIJD SCHRIFTEN De Vereeniging tot bevordering van het onder wijs in kinderverzorging en opvoeding deed het eerste nummer van een nieuw opgericht eigen or gaan verschijnen, dat Kinderverzorgii'g en Op voeding" heet. Het blad, dat ten doel heeft con tact te vormen tusschen de Vereeniging, de op leiding, de leeraressen en andere belangstellenden, zal voorloopig skchts 3 maal per jaar verschijnen. maar de redactie1, bestaande uit mevr. M. K. H. Sandberg-Gi'isweit van der Netten voorliet Hoofd bestuur en de dames S. van der Hoop en H. E. Robinson voor de leeraressen, is vol goeden moed dat de bescheiden opzet spoedig zal uitgroeien tot een krachtig tijdschrift, e Redactie stelt zich voor, onderwerpen van algemeen belang voor het werk te behandelen, verslagen van leeraressen en mcdedeelingen over het werk, over leermiddelen en studie-boeken op te nemen, een buitenland-The rubriek en een rubriek voor waag en aanbod van betrekkingen te openen en een feuilleton te geven over kinderen, naar 't leven. Het eerste nummer, in handig formaat en goede letter, maakt een prettigen indruk. I let bevat o.a. een schetsje van een fijn waargenomen kinde-rmomeiitje door J. Riemen;; Reui>lag. DRINK WEINIG MELK maar goede melk, van betrouwbaar GEZOND vee. HOFSTEDE OUD-BUSSEM. Kerkstraat 187. Tel. 49344.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl