De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 14 maart pagina 7

14 maart 1925 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 2492 DE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND N.V. PAERELS Meublleering-MIJ. AMSTERDAM OOMPLETE MEUBILEERING BETIMMERINGEN Rokln 128 - Tal. 44541 Vraagt Uw leverancier uitsluitend 20 perheele. ? 0.75per halve lesch (verpakking inbegrepen). NAAR MAAT Fr. SINEMUS 20 Leidschestraat 22 - Amsterdam UIT DE NATUUR BLOEMENTENTOONSTELLING Van 13 Maart tot 15 Mei zullen wij genieten van het groote bloemenfeest te Heemstede, de tentoonstelling, die .i om zichzelf .i om de om standigheden, waaronder zij plaats vindt, wel een der belangrijkste gebeurtenissen van dit jaar rnag heeten. Alleen de vaklieden en de ingewijden kunnen naar waarde schatten, wat daar te zien wordt gegeven, kunnen beseffen hoeveel kennis, vlijt, volharding, ondernemingsgeest hier hun uiting vinden, kunnen ds impuls gevoelen, die hier drijft tot verder streven. H;t groote publiek, dat vooral niet veracht mag worden, ja, dat on misbaar is zoowel voor d; tentoonstelling als voor het heele bloemenbedrijf, krijgt een indruk van groot; schoonheid, van onuitputtelijken rijkdom, van pracht en praal en fijne bijzonder heid, waarbij de houterige verzinseltjes van een Alexandre Djrnis in zijn Tulipe noire in het niet verzinken. De tentoonstelling omvat het heele bloemenbedrijf in heel Nederland. Aalsmeer, Boskoop, Niarden zullen er een groote plaats innemen, maar het ligt toch voor d; hand dat Kennemerland en de bollenctiltuur vooraan komen te staan en dat de tulp al is het dan ook niet d; zwarte ? d? hoofdfiguur zal worden. Groenendaal De Waterkant gaat in de laatste jaren onzen bollenkweekers weer aardig voor den wind. De nood van den oorlog en zijn nasleep is voorbij. De aardappelen en groenten, die op menige plaats een paar jaar geleden de verlaten bollenvelden in beslag konden nemen, hebben nu het veld weer moeten ruimen en de treinreis van Haarlem naar Leiden is weer kleuriger dan ooit. De kapitalen, die thans ge moeid zijn met den reëelen tulpenhandel en de werkelijke tulpencultuur overtreffen verre de merkwaardige en gecompliceerde bedragen, die we vermeld vinden voor den dwazen,?windhandel" in tulpen, die eindigde met de catastrofe" van 1637. In 1637 waren de tulpen nog geen honderd jaar in West-Europa bekend. Omtrent de herkomst van onze gewone tuintulpen bestaat nog groote onzekerheid. De geschiedenis vermeldt dat de Vlaming Boesbeeke (ühislenius Busbequius) ge zant van Koning Ferdinand, in 1554 de tulpen gekweekt aantrof tusschen Adrianopel en Konstantinopel en dat hij ze daarna wist in te voeren in de tuinen van West-Europa. Men neemt aan dat deze tulpen de oorsprong zouden kunnen zijn van de soorten, die tegenwoordig bekend zijn als Tulipa Oessneriana. Daar staat weer tegenover dat de tulp, die Qessner beschreef uit een tuin in Augsburg, hoogstwaarschijnlijk geen Gessneriana was. Krelage zegt dat onze tegenwoordige Oessneriana's eerst omstreeks 1800 als zaailingen te voorschijn zijn gekomen op een Hollandsche kweekerij. De tulp van Augsburg uit 1559 wordt gehouden voor een Tulipa stiavéolens, de zoetriekende tulp, een goede soort," inheemsch in Zuid-Rusland en in de Krim en den Kaukasus. Deze durf ik u te noemen,omdat zij de stamsoort is van de nooit genoeg te prijzen DU.C van Tholltulpjes, die ons verheugen met hun vroegen bloei, stoeren groei en sterke kleuren. Wie de Duc van Tholl was, weet ook alweer niemand. De meeste van die bioemennamen verwijzen natuurlijk naar personen, die werkelijk leven of geleefd hebben en op zeer sympathieke manier vereeuwigd wor den. Onze Tholl moet dan ook iemand geweest zijn uit de 17e eeuw, want ik vind de soort in een oud tuinboek van 1668 tusschen Krijntje" en Viceroy en in gezelschap van Hecuba, Klaermont, Mervelje van Q.iakel, Admiraal van Enckuysen, Fransche Dorotea enz. Van den windhandel ge waagt dit boek niet eens meer doch zegt alleen: deze bloemen zijn voor eenige Jaren in grooter waerde geweest, insonderheydt die wat raer en moy van bloem waren." Daar zou van die tulpen nog heel wat te ver tellen zijn, misschien vind ik in de volgende maan den nog wel eens gelegenheid, om u op de ten toonstelling nog wat aardige soorten aan te wijzen en wat bijzonderheidjes te vertellen. Maar dan moet ge meteen bedenken dat we behalve met tulpen ook nog te doen hebben met crocussen en hyacinthen, narcissen, irissen, die in belangrijk heid de tulpen haast evenaren, dan nog allerlei grut van kleine bolletjes en eindelijk nog de groote troep van niet-bolgewa-en. Wat een goed denkbeeld was het dan ook om deze tentoonstelling twee maanden lang te doen duren en haar in te richten als open-lucht-tentoonstelling met tegelijk demonstraties binnens huis... De allervroegste voorjaarsbloempjes krijgen we niet te zien, tenzij de kunst er in geslaagd is ze te vertragen. De sneeuwklokjes hebben het net klaargespeeld, om uitgebloeid te zijn als de tentoonstelling begint, de winteraconietjes staan al lang in vrucht, maar de crocussen komen niet in volle fleur en ik denk wel, dat de werkelijke bollenvelden al dadelijk de tentoonstelling groote concurrentie zullen aandoen. Een goede gedachte is het ook, om het bloemen feest te houden op Groenendaal, het mooie land goed, dat een jaar of vijftien geleden door de ge meente Heemstede is aangekocht voor openbare wandelplaats. Heemstede heeft daarmede Haar lem ten zeerste aan zich verplicht, evenals Haarlem en ook Amsterdam Bloemendaal dank te weten hebben voor den kostbaren Zeeweg. Met het be houd van Groenendaal heeft Heemstede ook een zeer goed voorbeeld gegeven aan het bollenkweekend Kennemerland. Groenendaal was een van de fraaie buitens van het binnendiiin. Binnenduinen en de binnenrand van de hoofd-duinreeks zelve zijn voor nu en voor de toekomst het schoonste lustoord, de rijkste wandelplaats voor Holland. Misschien beseffen wij nog lang niet duidelijk en levendig genoeg wat de boschrijke duinzoom van Monster tot Kamperduin te beduiden heeft voor de gezondheid van lichaam en ziel der Hollanders en hoe spaarzaam wij daar moeten zijn met het woud en de heuvelen. Terwille van de bollecultuur zijn uitgestrekte duingronden afgegraven, vooral onder Lisse en Hillegom. Nu geeft het reden tot groote verheugenis dat de bollenteelt bij ons tot zoo hoogen bloei is geraakt en een bedrijf is geworden van mondiale beteekcnis. Maar juist daarom moeten we dan ook ons Kennemerlaiid voornaam houden en het niet onbedacht geheel en al doen veranderen in een bloemensteppe, hoe mooi die ook zij. Ja, het kan niet anders dan voordeelig voor de bloemencultuur zelve zijn indien een gepaste hoeveelheid van woud en struikgewas van afstand tot afstand den feilen zeewind tem pert, misschien ook de verspreiding van plantenOroenendaal Boschpartij ziektekiemen belemmert, maar vooral ook geest en gemoed een afwisseling verschaffen uit het dagelijksch gedoe. Bij uw zwerftochten door de bollenstreek zult ge telkens ontwaren hoe hartverheffend een achtergrond van geboomte kan zijn. Ge hebt gewandeld door de bloemenvelden, die met al hun kleurenpracht eindelijk toch stil en eenvormig blijken, en komt dan aan den woudrand, waar in het struweel het hooge fluitekruid, de lookraket, de Koekoeksbloemen in vollen bloei staan. Daar galmt dan de zang van lijsters en nachtegalen, roodborstjes, vinken, winterkoning, heggemusch en tai van andere vogels, die nergens overvloediger zijn dan in Kennemerland en Vo gelenzang met eere geholpen hebben aan zijn naam. Wat is dat mooi en rijk en heerlijk en hoe missen we dat allemaal nu reeds in sommige deelen van het bollenland. Denkt eens aan deze dingen, wanneer ge straks onze tentoonstelling bezoekt. In de tweede week na de opening zal de tjifjaf er zijn, een paar weken later de fitis en de roodstaart en in de Paaschweek de nachtegaal. De ijsvogel glijdt er over de vijvers, de specht trom melt in de eiken. Als ge opkijkt van de prachtige bloemenvelden dan ontmoet uw blik geen kale schutting of banale huizenrij, maar statige stam men van forsch geboomte of fijn kantwerk van twijgen langs de blauwe lucht. Dat is Groenen daal, dat het wakker gemeentebestuur van Heem stede voor u heeft behouden en dat nu zoo uit muntend te pas komt voor deze tentoonstelling. We zullen daar over een paar weken nog eens een kijkje gaan nemen, want ik denk wel, dat er veel voor mij te lecren en te genieten valt. J A c. P. T H ij s s E Illllllll Illllllllllllllll IIM1III IIIIIIII1IIII1IIII I LAAT UW TUIN AANLEGGEN DOOR l |?MOERHEIM"i I DEDEMSVAART | l 40 Hectaren met l f VASTE PLANTEN, ROZEN, l [ HEESTERS, CONIFEREN, ! | ENZ. | l Levering franco Catalogus gratis |

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl