Historisch Archief 1877-1940
ISO. 2494
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
PEEK & CLOPPENBURG
Een hoofdfiguur uit het Heimans-diorama
De Zilvermeeuw in 't duin (Foto Postma)
DE HEIMANS-STICHTING
Verleden week hadden we vergadering van het
bestuur van de Heimans-stichting en we zijn toen
meteen eens gaan kijken, hoe het
Heimansdiorama opschiet. Het is nu meer dan tien jaren
geleden, dat Heimans is gestorven, een paar
dagen vóór het uitbreken van den wereldoorlog,
in de eerste dagen van de groote vacantie. Niemand
weet beter dan ik, wat die vacanties voor Hehnans
beteekenden en hoe het vanzelf sprak, dat hij
op den avond van den eersten vacantiedag al
mijlen en .mijlen ver van Amsterdam zat, ergens
in een uithoek van Nederland of ver over de gren
zen. En zoo geviel het dat hij is komen te sterven
plotseling, na een vermoeiende excursie op een
heeten zomerdag, in Gerolstein, in den aan
natuurschoon en biologische en geologische problemen
zoo rijken Eifel, waar hij ons zoovee! moois van
verteld heeft.
Den dag van de begrafenis zelve, op het mooie
landwegje van Muiderberg naar Hakkelaarsbrug
kwamen eenige zijner bewonderaars reeds met
elkander overeen, om iets goeds te stichten te
zijner nagedachtenis. Indien de oorlog niet ge
komen was, zouden wij stellig in korten tijd de
middelen verkregen hebben om een van zijn
lievelingsplannen uit te voeren: de stichting van een
Openbaar Museum voor Natuurlijke Historie te
Amsterdam, gratis voor iedereen toegankelijk
en zoo ingericht, dat jong en oud er waarachtig
opwekking zou ondervinden tot natuurstudie en
steun en voorlichting bij zijn verdere kennis
making met het leven van planten en dieren en
de lotgevallen van den bodem.
Er was geen sprake van, dat men in Augustus
1914 en nog lange jaren daarna met zoo iets zou
kunnen aankomen. Maar de vrienden versaagden
niet en organiseerden alvast de stichting, d.w.z.
niet het museum, maar het wettelijke instrument,
dat later /ou kunnen handelen. Wij maakten be
kend, dat men zich als lid der stichting, als schen
ker of begunstiger zou kunnen aanmelden bij den
secretaris, prof. dr. Stomps, Hortus botanicus te
Amsterdam, maar slechts weinigen gaven aan dien
oproep gehoor, meest wel door de verlammende
benardheid der tijden. En toch, als ieder, die
Heimans te danken heeft gehad voor een aange
name lezing of belangrijk tijdschrift-artikel of
leerzaam boek, eens voor den dag kwam.
Iniusschen werkte het kleine troepjc vlijtig
door. F.r kwam een beetje geld, niet veel, maar er
kwam ook een machtig bondgenoot,n .1. Artis.
Dit genootschap had ook al lang plannen voor de
stichting van een openbaar zoölogisch museum
en nu leek het gepast, om die plannen te combi
neeren met die van c!e Heimans-stichting. Deze
laatste zou dan in hoofdzaak opkomen voor het
Botanisch en Geologisch deel van het Museum
en voor de afdeeling speciaal gewijd aan wat de
oprichters van het Tijdschrift De Levende Natuur
natuursport" genoemd hebben: wandelen en
waarnemen, kweeken en verzamelen. Zoodia de
Heimans-stichting een half millioen gulden kan
fourneeren, zal dat alles tot stand komen.
Geen denken aan", hoor ik zeggen. Waarom
toch niet? Ik hoop het heusch nog eens te beleven,
en herhaal het hier nog eens, dat zonder den oorlog
dat Heimans-museum al lang in volle actie ge
weest zou zijn. Ook hebben wij niet stil gezeten
en alweer met Artis samen en met steun van de
Gemeente Amsterdam wordt alvast begonnen met
de stichting van een klein openbaar museum,
toebehoorend aan Artis maar gesubsidierd door
de Heimans-stichting. En daar heb ik nu wel
plezier aan, dat deze stichting, die een half
millioen vraagt, nu toch a! een subsidie kan
geven, al is het dan ook maar een slordige vijf
duizend gulden. Door die samenwerking komt
thans het Heimans-diorama tot stand. Wat is
dat eigenlijk?
Wel, dat is meteen de verwezenlijking van den
levenswensch van een ander goed mensch en groot
kunstenaar, die ook van den aanvang af de be
weging voor nattnirsport heeft gesteund, onbaat
zuchtig en met volle kracht, dat is Paul Louis
Steenhuizen. Dertig jaar geleden heb ik al eens
verteld hoe ik op bescheiden wijze mocht mede
werken bij het totstandkomen van de mooie
vogelgroepen in het Museum Fauna Nee.landica
van Artis. Reeds toen dacht Steenhuizen aan de
mogelijkheid vandenbouwvan een groot dlorama,
voorstellende een der schoonste landschappen van
Nederland met zijn vollen rijkdom aan planten
en dieren, natuurgetrouw en zonder overlading.
Daar is hij nu aan bezig en het wordt prachtig,
een der allereerste bezienswaardigheden van
Amsterdam. Het kunstwerk beslaat de heele
Oostelijke koepelzaal van het Aquarium-gebouw
en stelt voor het Meer in de duinen vlak bij de
zee. Gij weet dat we in Nederland vier van die
meren van belang hebben: het Kwakjeswater bij
Hellevoetsluis, het Zwanewater bij Callantsoog,
de Muyen op Texel en Doodemans-kisten op
Een schuchtere'schoone. Jonge Zilvermeeuw
(Foto Postma)
Terschelling. Het Heimans-diorama zal een
synthese zijn van alle vier, het landschap is dat
van de Muy en de Shifter, de bevolking zal die
van het Zwanewater zijn.
Daarin steekt niets wat we als ,,hybridisch"
zouden moeten brandmerken, want alles wijst
er op, dat bij voortgezette bescherming de be
volking van de Muy werkelijk gelijk zal worden
aan die van het Zwanewater. Een bekwaam en
gevoelig schilder heeft reeds voor een groot deel
den achtergrond op het doek gebracht: de mooie
Muy met zijn jonge duinenrij, stovend in 't zon
netje van den vroegen zomer. Daar achter het
strand en de Noordzee, naar rechts de groote
stuifvlakte van den Slufter met heel in de verte de
Slufterbollen, wazig in luchtverheveling. Je kunt
zoo zien, óat de schilder weken en weken lang met
groot genoegen zijn studies heeft gemaakt op
deze mooiste plek van Nederland. En straks,
wanneer hij klaar is komt Steenhuizen aan de
beurt. Die bouwt zijn voorgrond van duinhellingen
en bevolkt ze met planten en dieren. Voor een
groot deel kunnen die planten reëel zijn, maar
voor bladeren en bloemen moet de kunst te hulp
Onder de duindoorns. Het nest van de Zilvermeeuw
(Foto Postma)
komen eu nu ligt het a'weer heelemaal.in de lijn
van ,,natuursport", dat de artiest in Parijs, die
ze voor ons maakt, de modellen, frisch geplukt
op Texel, binnen weinige uren ontving per
vTegtuig. Wel, Steenhuizen, daar had je dertig jaar
geleden niet aan durven denken.
De dieren, dat zijn in hoofdzaak vogels en op
den voorsten voorgrond krijgt ge aan de linkerhand
een kolonie te zien van zilvermeeuwen en naar
rechts een groep van bergeenden. Wie wel eens
de zilvermeeuwen in hun glorie heeft gezien op
Rottum of bij het Zwanewater, waar ze broeden
bij duizenden, kan begrijpen, wat Steenhuizen
maken kan van den voorgrond van zijn diorama.
Als ik dat wilde uitleggen, zou ik meteen de heele
natuurlijke historie van de zilvermeeuwen moeten
vertellen en ik heb er nu al plezier in dat kijkgraag
Amsterdam dat allemaal zoo mooi te zien kan krij
gen in het op sommige dagen kosteloos toegan
kelijk diorama. De bergeenden zijn al even inte
ressant en dan heeft ook nog de wnlp een ncsf in
een duinplooi. Misschien brengt een oude slobeend
zijn jongen in optocht van het hooge duin, waar
zij broedde, naar het water toe. Kneutjes, paapjes,
grasmusschen broeden en zingen in de duindoorn
struiken. Tapuitjes spelen voor het konijnenhol,
waarin hun nest ligt. Een scholekster heeft uit
zee een vet schelpdier meegebracht en gaat dat
hier rustig opeten, een bruine kiekendief strijkt
uit de Binnenste Muy naar de Middelste Muy,
belust op jonge koeten. Op den allervoorsten voor
grond kan n.ig klein-leven komen van insecten
en hagedisjes en het aardige gestreepte padje mag
niet ontbreken. De toeschouwer zelf staat op een
platvorm, een uitkijkduin en krijgt een ruim
overzicht over de rijke en bekoorlijke duinenwe
reld. Meer dan cindelooze redevoeringen en ellen
lange geschriften z->l dit diorama den Nederlander
versterken in liefde voor zijn heerlijk land. Ook
hoop ik, dat hij dan den man gedenken wil, die
het begonnen is, om ons op al dat schoons opmerk
zaam te maken en wiens fijne geest en rustelooze
vlijt nog kunnen voortwerken in zijn stichting.
Dit diorama is slerhts een schoon begin, wat er
verder tot stand zal komen, hangt van u zelf af.
Ik had in mijn onnoozd optimisme gemeend, dat
duizenden en duizenden zich zouden opgeven als
lid der Hcimans-stichting en kan eigenlijk nog
niet gelooven. dat ik mij vergist heb. Het adres
van den secretaris is nog altijd, prof. dr. Th. J.
Stomps, Hortus Botanicus, Amsterdam.
} .\ c. P. T H ij s s [?:
?1IIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIIMIIIIIIIIIMIIIIIII Illlllllllllllllllllllllll
l LAAT UW TUIN AANLEGGEN DOOR l
I?MOERHEIM"I
I DEDEMSVAART |
l 40 Hectaren met l
f VASTE PLANTEN, ROZEN,
l HEESTERS, CONIFEREN, \
| ENZ. |
Levering franco Catalogus gratia i
HIIIIIIIII1IIII' Illlllll Illllllll