De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 4 april pagina 21

4 april 1925 – pagina 21

Dit is een ingescande tekst.

No. 2495 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 21 RUIZE-RIfMEN cLes "V acLerla:n.cLs ZEVENDE ZANG, l HET HENEGOUWSCIIE Huis JAN n (1299?1304) DE GULDENSPORENSLAG ? WITTE VAN HAEMSTEDE ??DE SLAG BIJ HET MANPAD WILLEM in DE GOEDE (1304?1337) DE BEDEN WILLEM IV (1337?1345) ZIJN KRIJGSTOCHTEN TEGEN DE HEIDENSCHE PRUISEN, DE MOOREN EN DE FRIEZEN Hij SNEU VELT BIJ STAVOREN ZIJN ZUSTER MARGARETHA VROUW VAN KEIZER LODEWIJK VAN BEIEREN BEGIN VAN DE HOEKSCHE EN KABELJAUWSCHE TWISTEN JAN VAN BEAUMONT, VAN AKKEL EN VAN EGMOND WILLEM VERBEIDER" HET BUSKRUIT DE ZUIDERZEE. Uit eensgezindtheid put een land zijn grootste kragt, Want eendragt maakt, zoo luidt d'aloude leuze, magt. Toch woedd' en woedt alom de schriklijkst' aller rampen, Dat kindren van n volk malkandren fel bekampen. Vermacs Het is van groot belang met wie onz' ouders trouwen Dat leert ons het doorlucht geslacht van Henegouwen. JAN VAN AVESNES, DE HEER VAN HENEGOUWEN, zoon Van Floris' moei Aleid, kwam zóó op Holland's troon. In Holland vond men 't best. De Zeeuw blijft zich verzetten En wil met Vlaandren's hulp Jan's heerschappij beletten. De Vlaamsche Clauwaerts (gilden) staan de Zeeuwen bij, De Leliaerts (de Ridders) kiezen de partij Van Jan, wien Frankrijk steunt. Bij Kortrijk wordt gevochten Van dat moment af zijn de Leliaerts gesjochten. 't Was n geglans van gouden sporen, dat men zag, En daarvandaan heet dit de Guldensporenslag. Der Clauwaerts zege was verpletterend en bloedig; Dit maakte 't overwinnend leger overmoedig, Zoo iets was nooit vertoond dat kwam er ook nog bij Een Ridderheir, dat klop kreeg van de burgerij ! Dies rukt het Vlaamsche leger boudweg Zeeland binnen, Fnaf heden zal een nieuwe zegetocht beginnen! Witte van Haemstee echter, Floris' bastaardzoon, Voorkomt met mannenmoed dien Vaderlandschen hoon. In Zandvoort aangeland beklautert hij den Blinkert, En plant zijns vaders vlag op 't hoogste duin, die flinkert. In geestdrift trekt de landzaat op naar Hillegom, (Waar 'k tegenwoordig door de auto's nooit meer kom) Bij 't Manpad wordt het Vlaamsche leger plat geslagen, En 't land is vrij van vreemden binnen veertien dagen. (Van Lennep heeft daar een gedenknaald opgericht, En 't roemrijk feit bezongen in een mooi gedicht.) 't Heet Manpad" naar de mannen, zegt men. Mag 'k ook weten, Waarom niet alle andere paden Manpad heeten? Vanwaar dat vuur bij 't volk, die plots herleefde geest? Was 't de herinn'ring aan der Keerlen God geweest? 't Is zeker, de kroniek leert hieromtrent niets naders, Maar Witte was het sprekend evenbeeld zijns vaders De bastaard van den god, die 't volk ten zege voert Daar is iets in, ik weet niet wat, dat mij ontroert. Daarna heeft niemand ooit meer iets van hem vernomen, En Witte wazelt weg in 't nevelrijk der droomen. Dat jaar sterft Jan, en WILLEM, HEER VAN OOSTERVANT, Zijn zoon, volgt op en grijpt het roer met vaste hand. Hij hield den adel kort, begunstigde de steden, Hief wel belastingen, maar noemde deze beden". De Staat is tegenwoordig zoo beleefd niet meer; Enfin, 't komt in den grond precies op 't zelfde neer. Maar 't volk betaalde graag, en was hem zoo genegen, Dat hij den bijnaam van den Goede heeft gekregen. Je krijgt den indruk, als je deze regels leest, Dat al die vorsten democraten zijn geweest. Maar mocht het volk hen eeren, d'adel hen vcrwenschen, Het waren daarom toch volstrekt geen burgermenschen: Elk van Graaf Willems dochters trouwde met een man, Zoo deftig als een vader maar begeeren kan, Want Keizer Lodewijk kwam Greet ten huwlijk vragen, En Flippa heeft King Edward aan den haak geslagen Al is dat naderhand een beetje scheef gegaan, Als vorst en vader had de Graaf zijn plicht gedaan. Maar ben j'ook nog zoo braaf, eens achterhaalt de dood je: Graa ? Willem stierf te Valenciennes, aan het pootje. Was Willem goed geweest, genadig, débonnair, Gematigd in beleid, en antimilitair, Nu volgt een vorst in wien de vechtlust welig tierde, 't Was WILLEM, Willeni's zoon; dus van dien naam de vierde. Zoo'n tiep, dat veete zoekt, en graag gevaren tart, Een Hollandsche editie Richard Leeuwenhart, Die in den krijg de grootste glorie van zijn huis zocht, Zoo een van hou-me-vast-of-ik-bega-een-kruistocht, Dat heeft hij dan ook met veel animo gedaan, Voorts is hij 't heidensch Pruisenvolk te lijf gegaan, In Spanje moest hij met de Mooren bakkeleien En als hij thuis kwam gaf hij schitrende partijen. Dan ging de beker rond ! Men maakte goede sier Met wat de Duitscher noemt Feinkost" en Edelbier." En 't zou den grootstcn schrok van dezen tijd benauwen Wat iedre gast van toen naar binnen wist te stouwen. Daar was de adel wel, maar 't volk niet op gesteld, Want in den vorm van beden ging het van hun geld. Gelukkig viel er hier ook spoedig wat te knokken: De Friezen stonden op. De Graaf, steeds onverschrokken, Bemande fluks de vloot. Hijzelf natuurlijk mee. Tweehonderd koggen voeren op de Zuiderzee, De wapens en blazoenen praalden op de masten, De zeewind speelde wild met wimpels en met kwasten, Het was een schitrend schouwspel zonder wederga Je kunt het lezen in de Roos van Dekama. Laat thans van 't krijgsrumoer de Friesche kusten daveren !' Riep Willem toen hij met de vloot verscheen voor Stavoren, Men landt. Graaf Willem ijlt en stort zich in den strijd.... Wel is hij zwaar gestraft voor zijn vermetelheid: Hij heeft helaas het leven in dien strijd verloren, Niet ver van Stavoren (spreek uit, voor 't rijm: Stavoren.) CHARIVARIUS CHARIVARIA ,,Met belangstelling en minzaamheid werd alles door de Koningin bezichtigd," schrijft de O. H. C. Belangstellend bezichtigen kan de Koningin minzaam bezichtigen kan alleen een krantekoningin. DE MEERLOOZEN ,,Dat de Duitsche Banken zonder meer (d. i. met evenveel Char.) geen noteering kunnen verkrijgen, is begrijpelijk." (Hbl.) ,,De beteekenis van zijn kunstenaarscliap-zonder-meer." (N. R. Ct.) De familie kon zich kwalijk dezen strop zonder meer laten welgevallen." (H. P.) De grieven welke terzake van zijn beleid zonder meer worden geuit." (M, v. T. Waterst.) Ook dit zou een aanleiding moeten zijn Heyermans' werk voortaan onbelemmerd den daaraan door het lot toegedachten loop te doen gaan." (N. R. Ct.) Daar zal 't lot zelf wel voor zorgen. ,,Te Anna Paulowna is een afdeeling opgevischt van den Vrijz. Chr. Jongeren Bond." (N. R. Ct.) Zorg dat je er niet weer in valt. CORRESPONDENTIE M. te U. In welk opzicht is liet mode-bedenksel simplistisch" beter dan het woord.dat tot nu toe ieder gewoon Hollander bezigde eenvoudig"? Omdat het niet eenvoudig is? Anlw. Ja, Dezelfde. Waarom verdient het aanstellerige iiK'iHaliteit" de voorkeur boven geest"? Antw. Omdat geest" te simplistisch is. K. te R. Ik mag, als journalist niet vriendelijk met u correspondeeren, maar ik ben ongehoorzaam en doe 't toch. (Er zijn er nog een paar zoo Char.) Wilt u den term zoodoende" eens ter hand nemen, bv. in: Het is koud, zoodoende blijf ik liever thuis."? Antw. Best. Een nieuwe rubriek De sedoenders". Ik las daar juist in de O. H. C. Een piano klinkt bij dit instrument in 't geheel niet, sedoende heeft Hans de Bock er stukken voor gecomponeerd." Dat is dan nummer 1. Maar men zende mij toch knipsels! 't Is simplistisch onmogelijk zoo'n rubriek zonder hulp te vullen; sedoende zou er weer niets van komen. NIEUWE UITGAVEN Lnvis Carroll, Elsje's Avonturen in 't Wonder land, bewerkt door B. W e s t c r v e l d, leerares in de Engelschc taal en letterkunde, verscheen bij J. B. Wolters' Uitgevers-Mij, te Groningen Den Haag in de Serie: 't Boeiende boek, onder redactie van Gilles van Het-s en J. B. L'bink. Langs Opwaarlsclie Wegen. De geschiedenis van het Nederlandsche volk voor de hoogere klassen van de Lagere School, door C o r B r u y n, Hoofd eener school en N. Tj. S w i c r s t r a, leeraar. Eerste deel; geïllustreerd. Uitgave J.B. Wolters' Uitgevers-Mij. De schrijvers lichten OOKT FttED:.! ROESKE ZANDBLAD - SIGAREN 8 cntO et* in een voorbericht de verschijning van deze serie als volgt toe: De drang naar andere geschiedenislectuur voor de Lageie School is in den laatsten tijd wel zeer toegenomen. ,.Andere" lectuur in dien zin, dat ze meer inzicht moet geven in den ontwikkelings gang van de menschelijke beschaving, en van die van ons volk in het bizonder, maar ook andere lectuur in den zin, dat ze moet uiting geven aan die gesteldheid d'.'s harten en aan dat redelijk inzicht, waardoor van het geschiedenisonderwijs geüischt wordt, dal het medewerke aan de ont wikkeling van een vredelievende gezindheid onder de aanstaande burgers van onzen staat. Eensdeels door een zich onthouden van een ver heerlijking van krijgsdadiMi en een zich beperken in oorlogsgeschit:d(Miis, anderdeels door meer dan tot nog io<: geschiedde dien geweldigen factor VIMII de ontwikkeling, ook van de vredesgcdachte, de mciischeliike ^aiiienwerkiii^ in het middelpunt van de belangstelling te plaatsen. In deze beteekenis hebben zij met de drie deel tjes van ..Langs Opwaartschc Wegen" gepoogd wat anders te "even. Kunstzaal De Rietvink" J. A. A. M. VAN ES, WASSENAAR Permanente tentoonstelling van schilderijen.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl