Historisch Archief 1877-1940
No. 240?
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
FABB. VAH OIO. PUT T & Dt VLAM
E.IMDHOVEM
Fijne Lingeries
moeien steeds zorgvuldig
gewasschen worden;
DE PELIKAAN" te GOUDA
is daarvoor SPECIAAL ingericht;
GEGARANDEERD onschadelijke
behandeling.
Vraagt eens om onze prijs
courant No. 106.
BOUWT IN HET
OOSTERPARR
TE
BILTHOVEN
IILICRTINGEI IERSTREKT DE DIRECTIE
TEL. IN». t?No. 6538
ROTSTUINEN
n
De kale, hier en daar gescheurde rots en de be
weeglijke puinhelling laten slechts een verspreide
begroeiing toe. Op rustiger of rijker plaatsen
is de grond al spoedig bedekt met een gesloten
plantenkleed, een bont tapijt, de Alpenweide
en de Alpenheide. Vooral de laatste heeft een
groote aantrekkelijkheid voor den bloemenvriend
en voor den Alpentuinder. De gesloten formatie
vergemakkelijkt het onderhoud en bevordert de
netheid. Van den ondergrond komt haast niets
te zien, alleen puilt hier en daar een steenblok
uit bloem en kruid omhoog. Alles met alles levert
dit een zeer aangenaam en smaakvol geheel.
of mykorrhiza, die voor de welvaart van die
planten wel van belang schijnt te zijn. Die zwam
komt, doordat hij in de wortel zit, gemakkelijk
met de planten mee en onze tuinders kunnen dus
gerust probeeren, om in de rotstuinen de Erica
carnea te doen vergezellen door zijn natuurlijke
kameraden, die waarlijk mooi en interessant
genoeg zijn.
In de eerste plaats komen dan in aanmerking
een aantal Ericaceeen, die ook in Nederland
in het veld voorkomen: de boschbes, de vosbes,
de kraaiheide, allemaal groote schoonheden en
volkomen hun plaatsje waard in iederen tuin.
Maar bovendien wil ik vooral de berendruiven
zien, Arctostaphylos uva ursi en Arctostaphylos
alpina. Hun bloempjes lijken wel wat op die van
onze vosbessen, maar het vruchtbeginsel zit nog
in de rose of witte klokjes. De Uva ursi is altijd
groen en heeft roode bessen, net als onze vosbes,
terwijl de alpenbeerendruif blauwzwarte bessen
heeft en zijn bladeren in den herfst verliest.
Wie zijn verblijf in de Alpen rekt tot het
allerlaatst van Augustus, kan nog net genieten van de
ongelooflijke pracht, die de verkleurende beeren
druif te aanschouwen geeft, een rood, zoo rijk en
fel, dat het gerust de vergelijking kan doorstaan
met de beroemde herfstkleuren van de
Noordkleurt met zijn prachtige, kleine, roze roode bloemp
jes, ook alweer van het boschbessentype. Aan de
Ofenpas vond ik deze kleine azalea nog in bloei
in het laatst van Augustus. De kruipende habitus,
het dichte stevige loof, de overgroote rijkdom
van bloempjes, maken deze plant bijzonder
geschikt voor den rotstuin. Daar aan de Ofenpas
werd hij vergezeld door een ander prachtplantje,
het gestreepte peperboompje, Daphne striata,
dat even populair verdient te worden als de
de Daphne Cneorum, die men tegenwoordig
haast in eiken tuin kan vinden. Striata heeft
kleiner en duisterder bloempjes dan Cneorum,
maar geurt des te lieflijker en blijft klein.
Een doorluchtig gezelschap, deze heestertjes
van de Alpenheide. Voor de afwisseling kunnen
we er nog wat korstmossen tusschen brengen,
rendiermos en bekermos. Ook is er heelernaal
niets tegen, om langs de enkele rotsblokken eenige
soorten van steenbreek aan te brengen, zooals
Saxifraga aizoön en S. caesia. En zeer zeker
behoort de Kogelbloem der Alpen hier bij, de
lobularia cordifolia, dat in zijn manier van
groeien en bloeien wel wat lijkt op ons
zandblauwtje en evenals het gestreepte peperboompje
een groot lieveling van de vlinders is.
Ge ziet, de Erica carnea behoeft niet het rijk
lïen rijk bebloemde Alpenheide nabij de boomgrens, een dicbt bloemenkleed, Uier t
daar puilt een rotsblok er uit omhoog. Op den achtergrond Piz Plavna Dadaint
Op onze tentoonstelling vindt ge er een paar
goede voorbeelden van, alleen kon de beplanting
wat meer verscheidenheid vertoonen.
Het mooist zien we deze formatie nabij de
boomgrens, in de Kampfzöne", waar ontredderde
Arven in los verband de hooge hellingen bezetten,
soms nog beschermd en gesteund door de kruipen
de bergdennen. Daarnaast hebben we dan vaak
heele wouden van alpenrozen en eindelijk komen
we dan op een vlakte waar de heesters zelden
hooger gaan dan kniehoog: het gebied van de
sneeuwheide en zijn wat te weinig gewaardeerde
kornuiten.
De sneeuwheide, Erica carnea, heeft in korten
tijd de tuinwereld veroverd en men ziet ze nu
overal. Het is dan ook een heerlijk plantje, dat
bij ons in Februari rijkelijk bloeit of nog eerder
en vooral welig tiert op kalkhoudenden grond.
Het is een ware uitkomst voor onze villatuintjes
langs den duinkant en het feit, dat die Erica bij ons
gemakkelijk groeit, doet ons hopen, dat het ook
gelukken zal, om de andere planten van de
Alpenheide ook in onze rotstuinen te zien verschijnen.
Ze hebben allemaal iets bijzonders en wel dit,
dat hun wortels altijd leven in verband met
sommige zwammen. Deze omspinnen die wortels
en dringen zelfs binnen in hun weefsel door en
/.iio (uitstaat een bondgenootschap, de zwamwortel
Amerikaansche planten, van moeraseik en_.wilde
wingerd. Alle«n daarom zou ik de Arctostaphylos
alpina in onze rotstuinen willen zien. Ik zoek
hem echter -tevergeefs in Bergmans, wel vind ik
er de Arctostaphylos uva ursi, met als land van
herkomst Amerika. Maar hij groeit even goed
in Europa, zoowel in de Alpen, als in de
Poolgewesten.
Maar wat ik wel in Bergmans vind, dat zijn de
kleine wilgjes, die ook een waar sieraad zijn
van de Alpenheiden: Salix herbacea, S. reticulata,
S. retusa, S. serpyllifollia, allemaal boompjes van
minder dan kniehoog, mooi bebladerd en met
hoogst eigenwijze bloei- en vruchtkatjes. Die zijn
dus allemaal in den handel. Eveneens vind ik
er de vleugeltjesbloem van de Alpen, Polygala
chamaebtixus, een allerprachtigste plant, die soms
er in slaagt, om een heel stuk berghelling voor zich
alleen in beslag te nemen, trots Erica carnea.
De Dryas octopetala, ge weet wel, de krviipplant
met bladeren als van een eik en bloemen als van
het duinroosje, behoort ook in dit gezelschap en
ontbreekt dan ook zelden in de goede rotstuinen.
Maar tot mijn zeer grooten spijt vind ik noch
op de tentoonstelling, noch in de prijscouranten,
noch bij Bergmans dat allerprachtigst
kruipheestertje, de Alpen-azalea. Loiseletiria
procumbens. die in den voorzomer de hellingen
alleen te hebben. En behalve de hierboven genoemde
trouwe kameraden krijgt hij op zijn terrein nog
wel eens bezoek van andere vrinden. Zoo vond ik
op de rotsen in Val Cluoza op een heideplek de
prachtige Clematis der Alpen, de Atragene alpina.
die niet alleen de aandacht verdient om zijn
prachtige violette bloemen en aardig gepluimde
vruchten, maar ook om zijn fraaie stengels en
mooie rankende bladeren. Deze Atragene is even
mooi als kruipende plant als klimplant en een
sieraad voor eiken Alpentuin. Bergmans spreekt
er ook zeer waardeerend over en we zullen onze
kweekers er net zoo lang naar vragen, tot ze
die planten voorradig hebben.
(Wordt vervolgd)
JAC. \'. 'l' u ij s s i:
KWEEKERIJ DE VALK"
VALKEVEEN-GOOI
Centraal gelegen op zandgrond
VASTE PLANTEN ROZEN
HEESTERS
Levering binnen 24 uren
- - C A'l'Al. O (i U S OP AANVRAAG