Historisch Archief 1877-1940
ZATERDAG 9 MEI 1925
Onder Hoofdredactie van O. W. KERNKAMP
Redacteuren: H. Brugmans, Top Naeff en G. Nolst Trenité. Secretaris der Redactie: C. F. van Dam
UITGEVERS: VAN HOLKEMA 6 WARENDORP
Prfli per Jaargang f 10.?bij vooruitbetaling. Per No. 25 cent Advertentiën f 0.75 p. Regel - Dispositiekosten 20 Cent
REDACTIE EN ADMINISTRATIE, KEIZERSGRACHT 333 AMSTERDAM
Blo. 2SOO
Bij de verschijning van het 2500ste nummer willen wij de ge
beurtenissen uit eigen tijd, waarvoor wij op deza plaats gewoon zijn
de aandacht te vragen, een oogenblik laten rusten en den blik naar
het verleden wenden.
Naar het verleden van dit weekblad, dat op den Isten Juli 1877,
als ,,Weekblad voor Handel, Industrie en Kunst", zijn intrede
in de wereld deed.
Na eenig tasten en zoeken kreeg het eerst in de jaren tachtig
zijn vasten vorm. Niet uiterlijk: het formaat is eenige malen ge
wisseld, en sinds Januari 1924 weer hetzelfde als in het geboorte
jaar. Maar innerlijk: als algemeen en onafhankelijk weekblad,
los van eenig partijverband, dat niet alleen de voornaamste ge
beurtenissen op staatkundig en maatschappelijk gebied, maar ook
het geestelijk leven van ons volk, in alle verscheidenheid zijner
uitingen, wilde bestrijken.
Het waren de Koo en van Maurik, die voor ,,de Groene", zooals
het weekblad weldra genoemd werd naar de kleur van den omslag,
haar eigen en vaste plaats in de Nederlandsche pers hebben ver
overd. Eerst in 1886 worden aan den kop hunne namen als redac
teuren vermeld, hoewel zij reeds in de voorafgaande jaren de lei
ding in handen hadden gekregen. Zij wisten voor hun blad, toen
nog eenig in zijne soort, de medewerking te verwerven van nage
noeg allen, naar wier stem gaarne werd geluisterd; de Koo zelf,
die als ongeëvenaard politiek journalist in het door hem geredi
geerde dagblad ,,de Amsterdammer" zijne triumfen vierde, schiep
voor ,,de Groene" een nieuwen uitingsvorm van zijn talent in de
feuilletons van Pruttelman Brommeyer, die alle ouderen van dagen
zich nog herinneren.
Straks kreeg het weekblad ook zijn trouwen metgezel, die het
nu al veertig jaren begeleidt, en zonder wien men het zich
tenauwernood kan denken: de politieke plaat van Braakensiek, die,
als het koor in een oude tragedie, de gevoelens vertolkt, welke bij
een groot deel van ons volk worden gewekt door de gebeurtenissen
op het schouwtooneel dezer wereld.
Braakensiek is thans de eenige uit onzen kring, die uit eigen
ervaring nog kan verhalen van de dagen van vroeger; van hen, die
dertig of veertig jaar geleden de Groene" tot bloei hebben ge
bracht, zijn nog slechts enkele anderen, Dr. Pijzel, Mr. van Loghem,
in leven; wij stellen het op hoogen prijs, dat zij van hunne niet
verflauwde belangstelling in ons weekblad hebben willen getuigen
door een bijdrage te leveren voor dit feestnummer.
Toen de levensloop van de Koo vertraagde, droeg hij den fakkel
over aan Mr. Wiessing; op zijn bewind volgde, in December 1914,
dat van de redactie, die zich onder de leiding van Mr. van Hamel
schaarde: over de moeilijkheden, waarvoor zij werd gesteld, maar
tevens de dankbare taak, om gedurende den wereldoorlog mede
richting te geven aan de openbare meening, schrijft onze vroegere
hoofdredacteur zelf in het artikel, dat wij van hem voor dit num
mer hebben mogen ontvangen. Zijn vertrek naar Genève, ten
gevolge van zijne benoeming tot directeur van de juridische
afdeeling van den Volkenbond, noodzaakte hem in Januari 1920 de
leiding van dit blad over te dragen aan hem, die thans nog
aan het roer van ,,de Groene" staat.
Het verschil in persoonlijkheid, in begaafdheid, in meening over
maatschappelijke en politieke toestanden, van hen, die achtereen
volgens de verantwoordelijkheid voor den inhoud van dit blad
droegen, heeft natuurlijk zijn invloed daarop doen gelden. Maar
bij alle wisseling, die de Groene" moge hebben ondergaan door
deze individueele redenen, heeft zij, naar wij vertrouwen, toch
in hoofdzaak haar eigen karakter bewaard. Dat hare verschijning
nog steeds op prijs wordt gesteld, daarvoor staat ons borg de ruime
kring, niet alleen van onze abonné's en lezers, maar ook van hen,
die wij steeds tot medewerking bereid vinden.
Op tweeërlei wijze hebben wij den gedenkdag van heden tot een
eenigszins feestelijke gebeurtenis willen maken.
In de eerste plaats hebben wij onze medewerkers en vrien
den uitgenoodigd tot een samenkomst, die de gelegenheid biedt
tot onderlinge kennismaking; het zal velen, hopen wij, aangenaam
zijn, eens in intiemen kring te verkeeren met hen, die zij wekelijks
in ons blad ontmoeten, maar dan alleen in de vruchten van hun pen
of teekenstift. Uit den aard der zaak moest het aantal
uitnoodigingen daartoe beperkt blijven. Maar ook voor hen, die niet in per
soon daarbij tegenwoordig zullen zijn, bestaat de mogelijkheid,
zich in deze uren met de Groene" in verbinding te stellen, daar
het bij deze gelegenheid gesprokene door den Nederlandschen
radio-omroep zal worden verspreid wel te verstaan: hetgeen door
de leden onzer redactie voor alle aanwezigen zal worden gezegd
of voorgedragen; bij de onderlinge gesprekken behoeft men geen
wacht voor zijne lippen te plaatsen, uit vrees dat elke vertrouwe
lijke uiting ook in Maastricht of Appingedam kan worden opge
vangen.
Vervolgens hebben wij aan dit 2500ste nummer een veel groote
ren omvang gegeven dan de Groene" gewoonlijk heeft.
Behalve artikels van onze vaste medewerkers zullen onze
lezers daarin een groot aantal andere aantreffen, van de hand van
bekende Nederlanders, die zij tot dusverre óf niet, óf slechts een
enkele maal in onze kolommen aantroffen. Het zijn mannen en
vrouwen van dikwijls ver uiteenloopende geestesrichting, die voor
deze bizondere gelegenheid aan ons verzoek om een bijdrage gevolg
hebben willen geven; wij vleien ons, hierin een bewijs te mogen
zien, dat ook zij, die in een andere geestelijke atmosfeer leven dan
waarin wij ons het behaaglijkst gevoelen, bij alle verschil van
meening toch den ernst van ons streven waardeeren.
Het verheugt ons, dat ook hooggeplaatste regeeringspersonen
zich zonder rancune hebben betoond jegens een blad, welks teeke
naars dikwijls zoo vrijmoedig met hen omspringen.
Wij zijn met name dankbaar aan hen, die hier iets hebben willen
mededeelen van hun eigen herinneringen aan ,,de Groene", of die
in hun artikel de gelegenheid hebben gevonden, van hunne sym
pathie voor ons blad te doen blijken.
Wij betuigen dien dank aan allen, zonder onderscheid, die het
ons mogelijk hebben gemaakt dit 2500ste nummer zoo rijken ver
scheiden van inhoud te doen zijn.
En nu wij een oogenblik hebben wrpoosd weder vooruit !
Het vliegtuig van De Groene Amsterdammer" heeft de tape
van het 2500ste nummer bereikt.
Wij zijn even uitgestapt om de hand te drukken van wie ons
bij dezen mijlpaal opwachtten voor Braakensiek zijn dat
Marianne en John Buil en Jonathan, met wie hij sinds lengte van
dagen als frère compagnon verkeert; voor ons anderen de trouwe
vrienden van de Groene", wier belangstelling ons heeft gevolgd
op den afgelegden tocht, die ons geluk touweiischen op de verdere
reis.
Maar al is het bestaan van een weekblad wat minder gehaast
dan dat van een dagblad, ook voor ons kan de rust slechts kort
duren. De volgende week moet No. 2501 weer verschijnen.
Zet den motor maar weer aan, van Dam ! Met frisschen moed
verder: koers gezet naar de volgende tape, naar No. 3000!
Reductie en Uitgevers van
,,Dc Groene Amsterdammer"