Historisch Archief 1877-1940
26
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 25CO
DE PLAAT VAN BRAAKENSIEK"
Het Weekblad zal voortaan iedere week
eene Plaat bevatten, waarin de belang
rijkste gebeurtenissen van binnen- en bui
tenland door onze eerste teekenaars in
beeld zullen wor
den gebracht.
De abonnements
prijs zal hierdoor
niet worden ver
hoogd."
Aldus deed de uitge
ver van het Weekblad
zijn lezers den 3den
October 1886 kond en
in het nummer van
dienzelfden datum vin
den wij reeds de aan
gekondigde plaat, voor
de onderste helft
geteekend door Willem
Steelink, voor de boven
ste door Johan
Braakensiek. En sinds dien
heeft Braak," zooals
de opvolgende redacties
der Groene" hem met
een zekere gemoedelijk
heid genoemd hebben,
elke week zijn plaat
geleverd, tot op den
dag van het huidige
jubileumnummer toe!
Slechts nmaal heeft
hij op het appèl ont
broken in de week
waarin hij trouwde,
had hij zooveel aan
zijn hoofd dat ds plaat
er bij inschoot. En een
maal scheen er geen
plaat te zullen komen
hij lag ziek te bed,
het was gedurende de
eerste hevige
influenzaperiode en reeds had
de redactie de plaat
voor die week opgege
ven, toen een jongetje
bescheidenlijk aan de
redactiedeur klopte en
een rolletje van meneer Braakensiek bracht.
Het was Braak's zelfportret, geteekend op zijn
bed en den teekenaar voorstellend als lijder aan
influenza
Deze twee feiten zijn kenmerkend voor den
Groene" teekenaar en geven tegelijkertijd den
sleutel tot zijn talent: zijn gelijkmoedigheid.
Zie hem op een redactie-vergadering binnen
treden. De deur zwaait anders open dan als pro
fessor Brugmans, dan als Charivarius of als
Top Naeff binnenkomt. Er zit een lichtelijke
artistieke zwaai in zijn vaart, Braak" schiet
ineens de opening binnen, zwaait in denzelfden
zwaai zijn breede flambard, wenscht de dames en
heeren goedendag en nog altijd in dezelfde be
weging, gaat de hoed naar den kapstok. Een
oogenblik later zit Braakensiek aan de groene
zijde van zijn hoofd-redacteur. Hij draait een
rolletje los, legt voorzichtig een groot vel wit
papier voor zich, diept een koker met vele
potlooden uit zijn binnenzak op, legt ze naast zich
neer, wrijft in zijn handen en is gereed het zaad
van redactie-wijsheid en redactie-overleg in zich
op te nemen en op het wit papier in beeld uit te
werken.
Johan Braakensiek in zijn atelier aan het teekenen van de politieke plaat
Met groote aandacht volgt hij de beraadsla
gingen, werpt er een enkele technische opmerking
tusschen, stelt een nuchtere vraag, herinnert zich
een plaat van twintig jaar geleden en nog voor
het onderwerp goed en wel is vastgesteld, is hij
reeds aan het teekenen en verschijnt John Buil
of Colijn, Braat of Marianne, Chamberlain of
Duymaer van Twist, zwart op wit.
Zijn eerste krabbel doet de ronde en het is een
zeldzaamheid als er iets gewijzigd moet worden.
Het idee is er. De uitwerking is verder aan Braa
kensiek.
Hij rolt zijn vel papier op, bergt zijn potlooden
weg en verdwijnt even plotseling als hij gekomen
is en met denzelfden artistieken zwaai. n dag
neemt hij om zich stevig in het onderwerp in te
denken en het is gewoonlijk Donderdagmorgen
als hij zich in zijn mooi atelier aan den Overtoom,
ten huize van zijn schoonzoon, den zanger Hen
drik van Oort, voor den steen zet en begint te
teekenen. De lijst van de plaat heeft hij met vaste
hand getrokken, een lichte potloodschcts dient
hem ter verdere orienteering en langzaam groeien
de figuren.
Ik heb zoo'n séance meegemaakt en terwijl
mevrouw De Eerste
Kütner" als het ware
uit den steen schijnt op
te groeien en hij met
enkele vaste trekken
het toetje" op haar
achterhoofd aanbrengt,
kijk ik naar zijn hand,
de hand die nu al een
veertig jaar week aan
week op dezelfde wijze
gewerkt heeft. Een ma
gere, gespierde hand,
met een zwaren knokkel
aan den wortel van den
wijsvinger; een zelfde
zware knokkel waar de
duim ontspringt en daar
tusschen een diepe kloof
waarin de teekenpen
gestadig op en neer
gaat. Slechts duim en
wijsvinger bewegen. AI
de rest is in rust. Het
zijn geen wilde, zwierige
trekken waarmee hij
teekent. Daarvoor is de
steen een te stug mate
riaal, het is eerder de
groote gelijkmatigheid
der beweging die treft,
deze rustige beweging
die behoort bij dezen
gelijkmoedige,die lekker
aan zijn pijp sabbelt,
een enkel woord spreekt
en verder geheel ver
diept is in de détails
van zijn plaat, die altijd
volkomen harmonieeren
met de kern der voor
stelling. Deze détails
zijn dikwijls verrukke
lijk. Of dacht ge dat
het toeval is dat aan
den muur bij mevrouw
,,De Eerste Kamer"
een schilderij hangt waarop een trekschuit is
afgebeeld? Alles in de plaat is weloverwogen
de houding der figuren, zoowel als hun plaats in
het geheel en deze zuiverheid der compositie
naast zijn reeds vermelde gelijkmoedigheid is
oorzaak dat hij in al deze veertig jaar geen plaat
geteekend heeft die den uitgebeelde striemde of
hem het venijn indruppelde. Dat hier geen gebrek
aan temperament achter schuilt, heeft hij vooral
bewezen in den Boerenoorlog. Dat was
Braakensiek's glorietijd ! Hij voelde het onrecht, onzen
stamverwanten aangedaan, heel scherp en be
roemd zijn zijn platen geworden, waarop hij ko
ningin Victoria afbeelde als de uitpuilende dikzak
en wie herinnert zich niet de duizend en n hou
dingen waarin hij Chamberlain teekende voor
wiens caricaturale figuur hij een zwak had? En
zullen de waardige Oom Paul en de andere
BoerenBraakensiek's plaat wordt door den steendrukker allereerst op een grooten
steen vermenigvuldigd
De groote steen ligt op de pers