De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 9 mei pagina 58

9 mei 1925 – pagina 58

Dit is een ingescande tekst.

58 DE GROENE'AMSTERDAMMER, VOOR WEEKBLAD NEDERLAND No. 2500 IETS OVER THEOBROMA (Godenspijs) door H. RINGERS HET DANSRECORD Teekening voor het 2^ooe nummer door B. van Vlijmen De ontdekking van Amerika hield de ontwikke ling der moderne Nederlandsche Cacao- en Chocoladeindustrie in zich besloten. Cortez, de meedoogenlooze veroveraar, ver baasd als betalingsmiddel en munteenheid in het overweldigde gebied de vrucht van den fraaien cacaoboom aan te treffen, onder de bekoring ge komen van den uit die boonen verkregen, en door de bevolking geliefden cacaodrank , liet niet na aanstonds zijne lastgevers in Spanje met dit vreemde product in kennis te stellen. Het nieuwe genotmiddel veroverde weldra het geheele Iberische Schiereiland en langzamerhand geheel Europa. De Spaansche regeering verbood den uitvoer. De bereidingstechniek werd monopolie verklaard der kroon en dit heeft 21 ,-> eeuw stand gehouden tot dat het aan een Europeesch consortium werd ver kocht. De Spaansche prinses Maria Theresia im porteerde de chocolade aan het hof van haar echt genoot, Lodewijk XIV. Het exotische product maakte onmiddellijk ook in Frankrijk opgang. Onder de werking van het Colbertisme, met zijn geforceerd fabriekswezen, werd eene chocolaterie royale gesticht. Ook in Duitschland was het een vorst (von Lippe), die aldaar de eerste chocoladefabriek grondvestte, nadat Italië, Engeland en Holland reeds vroeger waren voor gegaan. In de 7 provinciën baande Zeeland den weg Voor dezen nieuwen tak van bedrijf, dank zij de ver overing van Suriname door de Zeeuwen, tijdens den 2den Engelschen oorlog (1667). Langzamerhand verbreidde de industrie zich door ons land. Na een vrij bloeiend bestaan viel zij tegen het einde der 18e eeuw als slachtoffer der algemeene malaise. Eerst na de herstelde orde van zaken in 1814 verkreeg het cacaobedrijf weer levensvatbaarheid. In 1818 waren er althans ?weer 27 fabrieken, waarvan 15 in Zeeland. In 1856 vond men nog fabrieken in Viissingen, Middel burg en Ooes. Thans is de chocolade-industrie geheel uit Zeeland verdwenen, echter de faam nalatend der beroemde Zeeuwsche chocolade, die o.a. een geleerde als Linnaeus dermate in verruk king bracht, dat hij haar in zijn botanisch stelsel den, aan den kop van dit artikel geplaatsten, eere naam schonk, dien de cacaoplant sedert dien on betwist heeft behouden. Zooals de Mexicaansche naam Chocolatl" {Choco = Cacao, Latl = water) reeds aanduidt, is de techniek der chocoladebereiding van oor sprong zeer eenvoudig. Alles komt echter aan op den aard en de keuze van menging der grondstof fen, die in een legio aantal merken aan de markt komen, terwijl veel afhangt van de wijze van be hartiging der tallooze détails in het thans sterk geperfectioneerde fabrieksproces. Eene moderne chocoladefabriek doet dan ook meer denken aan de montagehal eener reusachtige machinefabriek dan aan het bedrijf, waar slechts een gezocht en gezond voedingsmiddel wordt vervaardigd. Het totaal vermogen der in de Nederlandsche cacaofabriek aandrijvende krachtwerktuigen be droeg in 1922 16.193 P. K. Natuürcacao bevat p).m. 55 pCt. Cacaoboter, een zeer edel vet, daar het nimmer in bederf over gaat of ranzig wordt. Dit hooge vetgehalte maakte de cacao aanvankelijk moeilijk verteerbaar en voor gevoelige magen zelfs bezwaarlijk. Het in 1828 uitgevonden Hollandsche procédéder ontvetting hief dit bezwaar niet alleen volledig op, maar bracht in de techniek eene radicale verandering te Weeg, waaraan de Fransche industrie nog langen tijd weerstand heeft geboden. Momenteel bestaan er in Nederland een 50-tal fabrieken, welke cacaoboonen tot poeder of choco lade verwerken. Zij verschaffen 7600 arbeiders, waarvan de helft vrouwen is, een loonend bestaan. Voegt men hieraan toe het aantal bedrijven, dat niet zelf de ruwe grondstof (cacaoboonen) ver werkt, doch de reeds tot half-fabrikaat verwerkte chocolade, verder bearbeidt, dan komt men tot eerbiedwaardige cijfers. Nederland verwerkt thans 33.000 ton cacaoboonen per jaar en neemt aldus de 5e plaats in in de rij der wereldproductie (Vereenigde Staten 120.000, Duitschland 100.000, Engeland 50.000, Frankrijk 35.000, Belgiëen Canada elk 10.000, Zwitserland 9000 ton). Blijkens de laatste productiestatistieken (1922) verwerkten bedoelde 50 Nederlandsche fabrieken 32.800.000 K.G. boonen en in H>24 werden 50.400.000 K.G. ingevoerd, doch 11.887.000 K.G. weer geëxporteerd. De export van cacaopoeder beliep in 1924 17.577 ton, waarde ruim 8.000.000 gulden. De uitvoer aan chocolade in brooden be droeg in dat jaar 228 ton, waarde 177.000 gulden en de export aan chocolade in tabletten, bonbons enz. 4299 ton, waarde 4.600.000 gulden. CUSTOn-BV/ILT" In de Custom-Built Cadillac V 63 zult U alles vinden, wat U zich als ideaal gesteld lieht. De grootere wielbasis (138 inch) en de korte beknopte constructie der 8 Cyl. V-vorm motor, maken een zeer ruimen comtortabelen bouw mogelijk, en in uiter lijk en afwerking hebben de Custom-Built Cadillacs een zeer bijzonder cachet. DIVERSE MODELLEN UIT VOORRAAD LEVERBAAR. IC. Uit deze getallen blijkt, dat de chocolade-indus trie, die feitelijk eerst sedert nog geen 25 jaar op haar huidig niveau staat, nog niet die ontwikkeling bezit als de poederbranche. Dit is misschien een direct gevolg van de Nederlandsche belastingpolitiek. Bij de choculadefabricage vormt suiker een onmisbare grondstof, doch men moet hoogen accijns betalen (/ 27.?per 100 K.O.). Van de in 1922 verwerkte hoeveelheid suiker 11.297.582 K.G. betaalde de hier bedoelde groep fabrikanten alleen aan suikeraccijns 3.051.000 gulden, zijnde 10 pCt. van de waarde der daarmede geproduceerde choco lade. Het buitenland is van dien last vrij of hij drukt haar in veel geringer mate. Dientengevolge kan de industrie zich daar gemakkelijker ontwikkelen. Zwitserland exporteerde in 1924 naar Nederland 130.000 K.G. bewerkte chocolade, België443.000 K.G. en Duitschland 146.000 K.G., niettegenstaan de het moderne Nederlandsche fabrikaat het buitenlandsche product in kwaiite t overtreft. Thans wordt de reeds gehandicapte industrie tot in hare grondvesten bedreigd door liet ont werp Weeldebelastingwet, waarbij ten eenenmale de situatie der chocoladebranche over het hoofd wordt gezien en gemakshalve verzuimd te erkennen wat hier b.v. alleen aan suikeraccijns reeds aan de schatkist geofferd wordt. Bovendien wordt de beteekenis van een zoo gezond, voedzaam en aangenaam verteerbaar voedingsmiddel als chocolade, miskend door dit als een weeldeartikel te belasten. Mocht dit ontwerp wet worden, dan zal dit voor de Nederlandsche cacao- en chocolade-industrie, die in 1922 voor ruim 54 * millioen gulden produ ceerde, van nootlottige beteekenis blijken. Doch de buitenlandsche concurrentie zal onze regeering dankbaar zijn. Rotterdam, 15 April 1925.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl