De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 16 mei pagina 24

16 mei 1925 – pagina 24

Dit is een ingescande tekst.

DL uKOtiNE AMbi hKDAMMbK, WhcKBLAL) VUÜK NEDERLAND No. 2501 TELEFOON-GESPREKKEN Is u daar Burgemeester? - Mag ik u even lastig vallen? .... Neen, daarover niet. Zoo, zoo? Vertoonen zich al de eerste roode vlekjes bij Drabbe? Wat zou het zijn: demo cratische mazelen of socialistische roodvonk'? Of Sint Michaelsche roode hond? ?-? En zelf is u ook niet van smetten vrij. Maar daar wilde ik u niet over lastig vallen. Neen, neen, ook niet over uw positie op de wip. Begrijpelijk, Burgemeester. Je loopt nu de kans, als het niet naar den eenen kant is, naar den anderen kant af te glijden. Maar het gaat over iets anders. Heeft u het Arrest van den Hoogen Raad gelezen over die Zwijndrechtsche raadsleden, die op bevel van den Burgemeester door den veldwachter de raadszaal zijn uitgewerkt? Niet gelezen? Heel interessant anders. De Hooge Raad heeft beslist dat de veldwachter niet was in de rechtmatige uitoefening van zijn functie. En dus: Wat nu? Wat er nu in den Raad moet gebeuren als niets meer helpt? Als u ze het woord ontnomen heeft en het geeft nog niets, schorst u de vergadering en onmiddellijk steekt iedereen een sigaar op. Tabakzuigen maakt den mensch rustig. Maar als ze recalcitrant blijven? Dan kan u de Spinhuissteeg of de Hal niet laten komen, want de Hooge Raad Als u mij vraagt, zie ik maar n middel .... Een knokploeg uit raadsleden samen te stellen en die op te dragen bij verregaand wan gedrag van een derffollega's op eigen initiatief hem in zijn lurven te pakken en er uit te werken. Er zijn pootelingen genoeg onder uw gehoor en als ik het voor het zeggen had, belastte ik met die delicate taak den generaal, als aanvoerder, Douwes, Sam Pothuis en de nogal oorlogszuchtige Frida Katz. Dat is een combinatie van hersenen en biceps en als de Miranda en Vos dan nog een handje helpen, dan zou je met de ploeg uit kunnen komen op de Olympiade .... O, ja, is u voor of tegen het millioen? Of zit u weer op de wip .... tusschen den Burgemeester van Amsterdam en den anti-revolutionnair? .... U zegt?.... Hij zegt niets .... jammer, het zou net interessant zijn geworden CE L 2 MEI! ,,Hef in 't blinkend blauw de Lentevlag !" (Helene Swarth) De Mei, die mild zaait zilverlingcn." (Idem.) O Gij, Die aan schoonheid volschapen zijt; Gij, hoogste van Hollands genuchten; Gij, lang ach, hoe lang niet! in spanning verbeid, toen het dralen der dreigende luchten Uw hunkerend volk voor het blyde jolijt van Uw tijdigen weerkeer deed duchten; thans voert G' ons voor oogen een gouden (processie van dagen (al dreigt ons een Ooster-depressie !) Wij roepen U aan, en wij roemen Uw naam (doch wie weet, van die roepers, Uw wezen?)! De praal van Uw pracht lokt de duizenden saam, nu Uw glorie in glans is herrezen ! Wij zingen Uw lof en verbreiden Uw faam, want het volk is tot liefde belezen ! En dekken de hemelen Holland met duister, Gij heft er hoog boven de wolken uw luister ! Gij zijt ons gekomen; Gij vesttet Uw woon in het land van den wind en de wolken: laat stormen er stuiven het schendt niet Uw (schoon voor hen, die z'n vesten bevolken; Laat regen er gutsen eenstemmig van toon zal de natie Uw glorie vertolken ! Al lijkt er de lente een koortsig fantasme, Gij wordt er gehuldigd met enthousiasme ! Gij zijt ons gekomen ! G'ontroldet Uw banen, en geestdrift bezielt ons, in weer en in wind ! Gij zijt ons gekomen ! Wij volgen Uw vanen, Al geeselt de regen en striemt hij ons blind ! Gij zijt ons gekomen ! Al loeien orkanen, wij zien er de wereld blank-gulden-getint! Want daalt ook het kwik in een elks barometer, we sluiten de oogen, en weten wel beter ! En blijft ons de blinkende hemel gesloten, en dompelen wolken de aarde in rouw; en gieren de winden in rukkende stooten, of ruischt er de regen, of nijpt er de kou; wij heffen blijmoedig en gansch onverdroten de blikken ten hemel, met roerende trouw. Want is er geen Lentevlag" ('t ligt in den land aard !) We hebben toch U weer, o Goudene Standaard ! K U M G R A N O S A L I S SCHAAKPROBLEEM 21 van E. E. WESTBURY (Eerste prijs tournooi van L'Italia Scacc istica") GRANDS VINS DE CHAMPAGNE POL ROGER & Cie. Agent General: JAGER GERLINGS, Haarlem h Wit: Kbl,De8, Tdl en g5, La7 en b7, Pc2 en c6, pion f3. Zwart: Kd5, Df5, Tb3, Le6 en fö, Pb4 en d4, pionnen b2, c4, d6, e3, g6 en h7. Wit geeft mat in twee zetten. Oplossing in eerstvolgend nummer. Oplossing probleem No. 20 van L. Vetesnik. 1. Pd4-e6, Kd5 x e4, 2. Pe(>--g5 f Ke4?d5. 3. De8?böt. l , Lh8 x eó, 2. De8--d7 f Kdöx e4. 3. Dd7 x b7 f. l , f7xtö, 2. Te4 d4 f Kd5 x e5. 3. e8 x h8 f. l , f7- fö(Lfö). 2. Te4?d4 f Kd5 x eö. 3. f2?f4 f. l , Pel---d3, 2. c2?c4 f Kd5xe4. 3. Pe6?g5 f. l , Pdl?f3, 2. c2-c4 t Kd5 x e4, 3. Pe6?c5 f. l , b3xc2, 2. De8--b5 f Kdó x e(i, 3. Dbo?d7 f enz. Correspondentieadres: Dr. A. G. Olland, A. R. Falckstraat 5, Utrecht. DAMPROBLEEM 22 van? Zwart 7 schijven l dam. l 6 H 16 21 26 31 36 41 46 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50 Wit 9 schijven. Stand Zwart: 7, 9, 11, 10, 19, 34, 40 dam 15. Wit: 18, 26,28, 42, 43, 4(i, 50. Oplossing probleem No. 21: Wit: 30-24,25-20, (29: 20),28-22,40-4i,39:48. Zw art: 19:30, 14:25: (2.rx24) 17^37, 21 43~3() :28.' Wit: 41:5! Zwart: Correspondentieadres: K. C. de Jonge, Van Woustraat 112n, Amsterdam. BRIDGEPROBLEEM 21 Na u als probleem 19 en 20 vrij theoretische puzzles te hebben voorgezet, zal ik thans weer eens een spel geven uit de praktijk. Moeilijk is het geval op zich zelf niet, maar toch worden dergelijke spelen door verreweg de meeste spelers verkeerd behandeld, eenvoudig, omdat ze te onnauwkeurig zijn om op diverse kleinigheden" te letten, kleinigheden, die toch beslissen over het resultaat van spel en robber. De kaarten van L (Leider): KL.: 7. G. 5.; R.: li. v. b.; II.: b. (',. 4. '2 ; Sch. a. h. 5. B (Blinde): KL: h. b. 8. 3; R.: a. 5. 4; H.: a. h. 3; Scll. (i. 4. 2. Het bieden gaat aldus: L: n in S. A.; V (Voorhand) past, B 2 in S. A.; A (Achterhand) past. L 3 in S. A.; V, B en A passen. De eerste 8 slagen loopen als volgt: l V: L: A: L: V: AL: B: R. KI Sc KI Sc Sc H. H. 3. . 5. 1. V. G. i 8. i. b. 2. h. B V: I.: V B: L: V: ; A: H. KI. Sch KI. Sch Sch H. 4. 10. . a. a. . 4. li. 5. H. 10. A: B: V: B AV: B: L: R. KI Sc KI Sc 8. b. \. 3. , 3. i. 9. Sch. 7. H, H. a. 4. L: A: B: A: L: B: A: VR. h. KI. v. Sch 2. KI. 2. Sch. 5. Sch. 6. H. 9. H. 7. Ieder der spelers heeft thans dus nog 5 kaarten over. L heeft al 5 trekken; hij moet er dus nog 4 maken. Hoe moet hij dat trachten te doen? OPLOSSING PROBLEEM 20. Dit probleem kenmerkt zich door diverse variaties in liet tegenspel. De sleutelzet is: I L: H. h; V: H. 8; B: KI. IO: A: H. a. (?). A kan nu diverse dingen doen. Ha: A: R. 8; L: KI. 2; V: R. 6; B: R. 10. lila: B: Sch. b; A: H. 9; L: Sch. 2; V kan nemen of niet. Illaa): ; V: Sch. v. Speelt V H. na, dan maken L en B bij den slag, dien ze al hebben: H. v, KI. 5, R. a. Sch. 10. Dit kan hii dus niet doen. V moet dus spelen: "iVaa): V: Sch 9; B: Sch 10: A: KI 3: L: Sch. 3. V a. a ): B: Sch. 6: A: R. 8; L: Sch. 4; V: Sch. 8. De rest is dan voor L en B. Neemt V in trek V. a.a) Sch G van B niet, dan speelt B R. 7; A moet nemen en ook dan is de rest voor L en B III a.b): ; V. Sch. 5. IV a.h): B: K.a; A: R. 9; L: Sch. 3; V: H. H). V: a.b): B: R. v; L: R. h. enz. 1. en B maken dan nog steeds I KI. en l R. trek. /.oo verloopt het spel dus als A. in 11 R. speelt; stel hij speelt in II geen R , maar H. 9. Dan krijgen we: II b: A: H.9;' L: H.v.; V: H. 10; B: Sch. 6. 111 b. en IV b.; L. speelt KI. 5 en KI. 2, B, gooit ciaarop zijn 2 laatste Sch. weg. A. komt aan slag en moet R. naspelen; B. neemt met R. 10, speelt R. 7 na; maakt daarna altijd nog R.v. en Ra. Dus ook als V. in U H. naspeelt, maakt de tegenpartij altijd 5 trekken. Stel A. speelt in II KI. na; dan gaat het net zoo als in III b en IVb; L. neemt met KL R; speelt eerst II.v., daarna weer KL 2. Xog een mogelijkheid is er voor A.; hij kan in I de H. h. van L. nL'tnen, maar hij hoeft dit niet te doen. Wat moet L. dan doen? L. speelt dan eerst KL 5 en daarna H.v. of KL 2. Met spel verloopt dan B. gooit weer zijn Sch. weg als in III en IV Iv A moet in de R. van B. spelen. B. M. Correspondentieadres: Keizersgracht 333, Secre tariaat v. d. Amsterdammer: Motto Bridge. INHOUD: 1. Een droom van prof. Hugo Visscher, door Prof. Dr. G. W. Kernkamp 2. Tijdgenooten, door Dr. W. G. C. Bijvanck 3. Inter nationale ptix/Ie, door Brandaris Na het com munistisch Congres, teekening door Joh. Braakensiek. 4 Het Pesthuis, door Prof. Dr. H. Brug mans - 5 De Zetel-accrobaten, teekening door L. J. Jordaan. Spreekzaal. -- 6 Ons nieuwe weg'ennet, door W. J. Lugard -- 7 Uit de Natuur, door Dr. Jac. P. Thijse. ?-- 8 Bijkomstigheden, door Annie Salomons. ??9 Jachthavens en zeilsport te Amsterdam, door A. P. M. Moussault ? 11 Voor Vrouwen, red. Elis M. Rogge. --- 12 Vijftig jaar Nederlandsch muziekleven, door Constant van Wessem. - Puzzle, teekening door George van Raemdonck. 13 De internationale tentoonstelling te Parijs, door H. J. M. Walenkamp C/n. - 15 Nieuwe Engelsche boeken, door W. van Doorn. -? 17 Schilderkiinstkroniek, door A. Plasschaert. -?Toegepaste Kunst, door Otto van Tussenbroek. -? 19 Op den Economischen Uitkijk, door Jhr. Mr. H. Smissaert.--- Dierstudie, teekening door H. Verstijnen. 20 Muziek in de Hoofdstad, door Constant van Wessem. - De Radioomroep en ons Jubileum. Uit het Kladschrift van Jantje. ? 21 Bioscopy, door Jordaan. Schilderkiinstkroniek door Mr. M. F. Hennus. 22 Ruize-Rijm en Charivaria, doorCharivarius. ??23 Late Heilwensch, door Gieljan Beyen. 24 Tele foongesprek door Cel 2. Rijm, door Kumgra Nosalis. Schaak-, Dam-en Bridproblemen. Bijvoegsel: De actie voor de Olympische Spelen, teekening door Joh. Braakensiek. TABA SIGAREN ZIJN TOCH DE BESTE Typ. Amst. Boek- en Steendrukkerij, voorheen Ellerrnan, Harms & Co.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl