De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 23 mei pagina 4

23 mei 1925 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2502 PROF. P. J. BLOK Deze week treedt prof. Blok af als hoogleeraar 'in de vaderlandsche geschiedenis aan de rijks universiteit te Leiden. Dat afscheid kan gelukkig geschieden onder de gunstigste omstandigheden. Want al siert den scheidenden hoogleeraar reeds lang de kroon der grijsheid, van een vermindering van geestelijke en lichamelijke krachten is gelukkig bij dezen Welhaast emeritus nog niets te bespeuren. Integendeel, zoowel de blijde opgewektheid als de frissche energie die hem zoovele jaren hebben gekenmerkt, zijn hem tot op dezen dag bijgebleven. Ongetwijfeld zullen velen zich de gelegenheid niet laten ontnemen om den leermeester, den vriend, den ambtgenoot bij zijn afscheid te hul digen. Want Blok heeft een zeer ruimen kring van vrienden en een nog ruimere groep van ken nissen, die zijn persoon en zijn werk waardeeren. Dat komt niet alleen door de lange ambtelijke en wetenschappelijke loopbaan, die wat de eerste betreft thans wordt afgesloten. Wien valt het als dezen scheidenden hoogleeraar te beurt op een ambtelijke functie van meer dan veertig jaren terug te mogen zien ! Uit den aard der zaak heeft hij in die lange periode zeer veel leerlingen gevormd, zeer veel vrienden gewonnen. Maar er is toch ook neg iets anders. Blok heeft altijd en overal het levendige contact gezocht met de menschen om hem heen. Dat niet alleen uit de natuurlijke trek tot gezelligheid, die hem in sterke mate eigen is, maar vooral ook omdat voor hem het nauwe verband tusschen historie en leven een sterke overtuiging en zelfs een krachtige geestesgesteldheid is geworden. Een hoogleeraar is natuurlijk meer dan iemand anders een man van de studeerkamer. Zonder den stagen arbeid van iederen dag in de afgetrokkenheid van het boekvertrek is geen wetenschap pelijke arbeid mogelijk. Dat geldt met name voor een man van zoo uitgebreide, ik zou haast zeggen, overweldigende productie als Blok ons heeft geschonken. De boeken, die Blok ons als vrucht van verzamelen en nadenken heeft ge schonken, vormen een kleine bibliotheek. Bij honderden kunnen worden geteld de kleine bron nenpublicaties, de studiën, de boekbeoordeelingen,. de populaire artikelen, die van zijn immer werk zame hand verschenen. Een zoo uitgebreide productie wekt van zelf grooten eerbied op en dringt de opkomende kritiek terug. Kritiek, natuurlijk; Blok zelf zal de eerste zijn om te er kennen, dat ook hier de kwantiteit de kwaliteit Wel eens heeft geschaad. Maar wie dat ook in zijn betrekkelijke noodwendigheid inziet, zal niet tevens dankbaar erkennen, hoe bijzonder veel Blok ons heeft geschonken van blijvende waarde en duurzame kostbaarheid. Zulk een groote productie onderstelt natuurlijk een buitengewone werkkracht. Het is die frissche, levendige werkkracht, die zoo sympathiek is in Blok en die zijn vrienden ook altijd weer tot hooge waardeering en ook warme genegenheid stemt. Wat Blok aan arbeid uit den weg kan zetten, grenst aan het onwaar schijnlijke; van moderne ar beidswetgeving, die vooral uitgaat en uitloopt op ver mindering van productie, meet Blok dan ook niets hebben. Gelukkig is de arbeidswetge ving niet toepasselijk op hoogleeraren, zoodat Blok dan ook zijn steeds ongerepte werklust in ruime mate kon inzetten voor alles wat zijn belangstelling wekte. Dat had ook dit goede gevolg dat Blok een man van zijn woord kon zijn. Waar ook zijn medewer king wordt gevraagd vooreen wetenschappelijk doel of wat daarmede verband houdt, hij zal die verkenen niet alleen met zijn belofte, maar ook met de vervulling daarvan. Het is een genoegen om met Blok voor welk doelook samen te Werken. Hij zal doen wat van hem wordt gevraagd en meer, veel meer dan dat. Laaf Blok u beloven, dat hij een zaak in orde zal maken; het zal stellig gebeuren. Laat hij u een studie, een kritiek, een artikel toezeggen, gij zult het hebben, veelal zelfs binnen den bepaalden termijn. Zoo heeft hij zeer velen aan zich verplicht en ook tot zijn vrienden gemaakt. Het spreekt van zelf, dat zulk een sterke werkkracht bij een wetenschappelijk man alleen vrucht baar kan zijn, wanneer zij wordt gedragen door een diepe moreele overtuiging en tevens door gescherpten wetenschappelijken zin. Beide zijn in ruime mate Blok's deel geweest; daardoor ook heeft hij zijn werkzaamheid in dienst kunnen stellen van een wetenschappelijk ideaal van sterke spankracht. Wij wezen erop, dat bij Blok historie en leven samenvallen of liever zich samenvoegen. Een gevolg daarvan is eenerzijds een warme belangstelling in de dingen van dezen tijd, die hij juist daarom nimmer zonder kritiek heeft aanvaard. Maar anderzijds vloeide daaruit voort een doortrekken van de historische lijn tot op dezen dag. Voor Blok is de geschiedenis nimmer een ontwikkeling geweest, die ergens honderd of vijftig jaar geleden afbreekt. Daardoor ook was de historie niet iets, dat voor goed en onherroe pelijk achter ons ligt, maar dat deel uitmaakt van ons eigen bestaan, dat het beste deel is van ons zelf. Vandaar dan pok, dat Blok's meest bekende werken, de geschiedenis van het Nederlandsche volk en de geschiedenis eener Hollandsche stad, den volledigen ontwikkelingsgang uitbeelden van de oudste tijden af tot in onze dagen toe. Blok's uitgebreide werkzaamheid is niet het minst zijn leerlingen ten goede gekomen. In dit opzicht mag ik van persoonlijke ervaring spreken, al gaan mijn herinneringen in dezen ook tusschen de dertig en veertig jaar terug. Tusschen leermees ter en leerling ontwikkelde zich welhaast een vlotte, aangename verhouding, die de vrijheid van den student ten volle liet gaan en ten andere de leiding van den hoogleeraar volkomen in stand hield. Zooals de verhouding zich daar in Groningen jaren geleden van zelf vormde, zoo heb ik mij altijd de ideaal-betrekking tusschen den hoog leeraar en den student voorgesteld. En zoo heb ik zelf in later jaren getracht die op mijn beurt weer te vestigen. Die Groningsche tijd,dien ik mij zoo levendig herinner, is voor Blok zelf stellig van duurzame beteekenis geweest. Hij heeft daar grondslagen gelegd van wetenschappelijk onderzoek, van opbouw van historisch verleden, van vorming ook van zijn eigen persoonlijkheid, die later tot vol ledige ontplooiing zijn gekomen. Toen Blok in Groningen kwam, waren de twee eerste deelen van zijn Hollandsche stad reeds verschenen. Maar daar in het noorden is de geschiedenis van het Nederlandsche volk ontstaan en tot eerste uiting gekomen. Is het wonder, dat ik vooral aan dien tijd denk, wanneer wij nu na zooveel jaren afscheid moeten nemen van onzen hoogleeraar? Intusschen, bitter is dit afscheid volstrekt niet. Blok heeft nog allerlei plannen en hij is zeker wel de man om die in vervulling te brengen. Zoo treedt hij wel af als hoogleeraar, maar hij kan dat doen om zich des te steviger aan den arbeid te zetten, steeds ten bate van 's lands historie in den ruimsten zin. H. B R u G M A N s BOUWT IN MET OOSTERPARK BIIXITOVEN INLICHTINGEN VERSTREKT DE DIRECTIE TEIEF.INT. NSÓ5SH KERK, CULTUUR EN SAMEN LEVING Tien jaren strijd door B. DE LIGT. N. V. Uitg. Maatsch. 'van Loghum Slaterus en Visser, Arnhem. MCMXXV (413 b!/.; prijs f 2.90 gec.; f 3.90 geh.). De Ligt is bekend als de strijder voor wereld vrede en ontwapening door principiëele dienst weigering. Minder algemeen bekend is zijn levens beschouwing, waaruit dit optreden consequent volgt, een levensbeschouwing die alomvattend cultureel, streng ethisch en religieus is. Kort voor het uitbreken van den wereldoorlog begint hij met klem den eisch te stellen met het christelijk be ginsel in staat en maatschappij ernst te maken; fel is zijn afkeer van officieel, d. i. ontaard, Christendom. In krantenartikelen, brochures, redevoeringen en cursussen heeft hij zoo 10 jaren gestreden tegen imperialisme en kapitalisme, tegen staatsjezuïtisme en behoudende machten om op te komen voor zedelijkheid en cultuur der ware per soonlijkheid. Uit deze geschriften zijn de prin cipiëele stukken in dezen bundel saamgelezen. Stukken getuigend van strijd, maar ook van veel zijdige studie en begrip van 't nieuwe in kunst en geestesleven, van maatschappelijke en econo mische verschuivingen. Dit blijkt ook uit de rijke opgave van literatuur (bl. 389?397), waarin op vele belangwekkende uitgaven de aandacht wordt gevestigd. Het zijn artikelen van een geestdriftig, bezonne'n pathos, vrucht van veel eruditie. De kerngedachte van den schrijver is deze: in het leven der volkeren botsen twee opvattingen: de zelf handhaving van ras, volk, klasse en persoon verwordend tot overheersching en uitbuiting van anderen en de ware broederlijkheid, die eigen vrijheid eert in de eerbiediging van anderer persoonlijkheid. Dezetegenstelling ziet de Ligt inoostersch anti-militairisme en de staatsleer van Hobbes, in de oorspronke lijke en oft'icieele vormen van christendom, socia lisme en bolsjewisme. Hij waarschuwt voor de ont wrichting van zedelijkheid en cultuur, van menschelijk geluk en waardigheid, nu het imperialisme zich alom donrzet. Hij predikt de ware revolutie, d.i. de revolutie van binnen uit; want thans is de massa zedelijk achter bij wat de omstandigheden technisch aan socialisme toelaten." (p. 152) Hij predikt een klassenstrijd om recht, en verwerpt in dien strijd alle onheilige middelen, het doel van den strijd is niet de sociaaldemocratische samen leving, maar een daarop volgende maatschappij, de anarchistische (p. 212). Waar de Staat verdwe nen zal zijn, kan eerst het militarisme overwonnen worden, maar de beheersching door anderen zal eerst kunnen verdwijnen, als de ware zelfbcheersching werkelijkheid zal zijn geworden, (p. 375 v.v.) In een korte biographische inleiding geeft de Ligt er zich rekenschap van, hoe hij door aanleg en omgeving, door opvoeding en lectuur, gegroeid is tot den strijder e-n schrijver van dit zuivere, nobele boek. DR. J. v. D. B ERG n v. EYSINOA E L i A s vingers' Corina Bonbons een delicatesse Bijzonder fijne smaaK

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl