De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 13 juni pagina 18

13 juni 1925 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2505 cLes TIENDE ZANG, II Er heerscht' aan Philips' hof een matelooze weelde, En, als ik niet begreep, dat zooiets je verveelde, Dan maald' ik al den pronk van zij, fluweel, damast En pelswerk van eens rijken ridders kleerenkast. Maar n diner ten hove wil ik toch beschrijven, Dat was te dol van pracht om onvermeld te blijven. Drie tafels stonden daar. Op een een groote kerk, Geheel in stijl gebouwd, de klok met loopend werk; En zangers binnenin. Dan sprong met luid geklater Daarnevens uit een rots welriekend rozenwater; Een kraaier, opgetuigd, bewapend en bemand, Waarnaast een bloemprieel, stond aan den andren kant. De tweede tafel droeg een oerwoud uit de tropen, Waarin men mechanieke leeuwen rond zag loopen. De derde disch torst' een onmeetlijke pastei, Waarin zich acht en twintig blazers rij aan rij, Met instrument, muziek en lessenaar bevonden; Voorts een kasteel, waarop vier torenwachters stonden; Oranjewater stroomde door de breede gracht. Dan lag er in een hof van ongekende pracht Een vat, waaruit men wijn en zoeten drank zag stroomen; Daarnaast een bloementüin met vooglen in de boomen. Ten slotte, boven op een marmeren pilaar, Geketend schrik maar niet een levend leeuwenpaar! Schoon ik partijtjes zoek die niet zoo kolossaal zijn, Voor een oWeeër moet zoo'n feest een ideaal zijn. Maar was men aan het hof prachtlievend en O.W., De Welgestelde burgers deden dapper mee. Door Philips' wijs beleid Was gansch het land welvarend, Vooral te Brugge was de rijkdom opzienbarend. Men zegt, dat eens een koningin die stad bezocht, En, toen z'een rijken dochtrenstoet aanschouwen mocht, Sprak tot haar hof, terwijl zij al dien pracht bewonderden; Ik dacht allén vorstin te zijn hier zijn er honderden !" Is dit dus binnenlandsch een tijd van kracht geweest, Ook in het buitenland was Philips' naam gevreesd; Hij zuiverde de zee van schuimers en piraten, De bezem in den mast, tot schrik der Hanzeaten En andere geduchte kapers op de kust. Hij had daarvoor een groot eskader uitgerust, En nimmer droeg de zee iets trotschers en iets fraaiers Dan deze drift van baardsen, ballengiers en kraaiers. Die woorden zijn je vreemd, nietwaar? Beken het maar, Mij ook. Bij toeval vond ik die in Wagenaar De krant geeft altijd zooveel vreemde vreemde termen, Dat ik wel eens met vreemde Hollandsche mag schermen. Hij voerde 't Fransch hier in, zoodat men zeggen kan: Hij was een geestverwant van juffrouw Westerman. Uit vrees voor Frankrijk is daar nooit iets van gekomen, Maar hij had bijna nog een kruistocht ondernomen. Dit had hij eens gezworen op een riddermaal; 't Was Le voeu du Faisan", en 't ging heel theatraal: De Kerk, gezeten op een olifant, kwam binnen, En riep de ridders op, in daverende zinnen, Den Turk te tuchtigen. Toen bracht men een fezant, En, over 't beest gebukt met uitgestrekte hand, Beloofds Philips luid de Turken te verjagen, En dan den Sultan tot een tweegevecht te dagen. Maar zijn gelofte is een ijdle klank geweest; Zoo gaat het meer met mooie woorden op een feest. Al heeft hij hiermee dus een mal figuur geslagen, Hij heeft genoeg gedaan, waarop hij roem kan dragen, Want ook de wetenschap zag Philips' niet voorbij: Hij schonk aan Leuven de vermaarde boekerij. Men weet, dat in den Oorlog dit gewrocht verbrand is Door 't volk, dat o,pro-Duitschers ! ons zoo ,,stamverwant" is. Hij is ook zeer bekend als minnaar van de kunst, De schilders stonden aan zijn hof in hooge gunst, Bij voorbeeld Jan van Eyck, de vorst der Primitieven, Was Peintre et Valet". Wij vinden in d'archieven Bewijzen dat van Eyck daar zeer in aanzien stond, En Philips, juist verloofd met Isabe/la, zond Van Eyck naar Portugal, om haar portret te maken. Moest al 't origineel helaas verloren raken, We hebben een copie, en de doorluchte bruid Zier er op dat portret bijzonder aardig uit. Ook schilderde van Eyck Jacoba, lang te voren, Dit schilderstuk is echter eveneens verloren. Zoo streefde Philips voort, op velerlei gebied, En wat men zeggen inoog, lui was hij zeker niet: De drukte van zijn werkkring kon hem niet verhinderen Het licht te schenken aan een stuk of twintig kinderen, Naar ziel en zin gezond, naar lijf en leden recht. Zij maakten 't allen wel, en n ervan was echt. CHARIVAKIUS CHARIVARIA TELEFOON-GESPREKKEN door C E L 2 Vele imponderabilia wegen zwaar," zegt de N. R. C., bij ongeluk. HET OPGEVAL Beppie de Groot viel op in een zuiver gespeeld rolletje. Pierre Mols als de cynische jonge man, en de Haas als de frissche jonge man vielen op," (Tel.) Deze meening lijkt inderdaad opvallend in den mond van een professor." (N. R. C.) Van de harddravers viel de eigenaardige manier van groeten op." (N.R.C.) Het verschil valt aanstonds op " (N. R. C.) Ja, juffrouw met Scheveningen? ! Ah.. is u daar? Hoe gaat het? Ooed thuis gekomen met mevrouw van de fuif? Ja, 't was een mooie dag. Zoo huiselijk.... Heelemaal geen tam-tam. Hotel DUIN EN DAAL CENTR. VERW. PRIVÉBADKAMER VASTE WASCHTAFELS U moet maar weer eens stevig aan den boom schudden en als ik u voor de volgende vijf en twintig jaar een raad mag geven? OP DE GLIBBERIGE PADEN In niemand leefde krachtiger dan in hem het besef, dat men geslagen wonden heeft te vergeven." (N. R. C.) Het valt moeilijk te billijken, dat de groote lijn 's ministers denken langzamerhand dusdanig absorbeert, dat hij thans zelfs vergeet haar in concrete voorstellen vast te leggen." (Tel.) Dat vind ik juist het aardige. Zoo pal vóór de verkiezingen en geen verkiezingspropaganda. Dat zouden andere partijen van mijn kennis heel anders hebben opgeknapt. Weet u wat me het meest getroffen heeft? Praat vooral niet met journalisten als u in een clubfauteuil zit en uw beenen op een anderen stoel liggen. Dat stoort de bloedsomloop naar de hersenen en allicht zie je in je verbeelding minis ters die in de gordijnen staan te snotteren terwijl ze in werkelijkheid verkouden waren en hun neus snoten in 's lands vitrage. UlT DE HOOGESCHOOL DER JOURNALISTIEK De vlootwet die, doordat Indiëde kosten bijdroeg en tengevolge had dat op andere uitgaven kon worden bezuinigd, de jaarlijksche uitgaven voor de Marine niet verhoogde, zou volgens dat pamflet een jaarlijksche uit gaaf eischen van 300 millioen." (Antir. prop. blad r. Leiden) De vorm zou van binnen-uit, want dat moet bij dezen schilder als het moet bij alle tegenwoordigen, met meer intensiteit moeten zijn ondervonden." (Gr.) Hij zond hem Dante's Inferno thuis, waarin de beschonkene begon te lezen." (Meierijsclw Ct.) Nutteloos. Dante moet je nuchter lezen. De voorzitter opende de vergadering met een groote boodschap. De groote boodschap van den burge meester werd met slechts een matig applaus ontvangen." ' W hl. r. Zeist l Terecht. Uw gezegde: waarschuw me als het minder met me wordt". Neen. Dat vind ik de hoogste politieke wijs heid niet alleen, maar de hoogste levenswijsheid. Er moest een soort seniel-waarschuwingsdienst zijn, die de aftandsche mannetjes een teeken gaf: vriend, je weet het zelf niet, maar het is tijd dat je er mee uitscheidt". De meeste zouden sputteren en het niet willen gelooven maar er zou heel wat onheil door voorkomen worden en het zou er met land en volk wel een tikje anders uitzien. Professoren moeten, als zij zeventig zijn, verdwijnen. Maar hoeveel politici beginnen niet pas als zij zeventig zijn? En toch zit er meer in tien onbekookte daden van een spring-in-'t-veld, die tot reactie prikkelen dan in tien seniele zuchten van een oud heertje, die misschien nog wel wilde maar niet meer kan. Daarbij slaap je allemaal in. Ik blijf er bij dat er niets gaat boven dat gebruik op de Vrijdags-eilanden. Elk jaar moeten de oude heeren in een klapperboom trachten te klimmen. Wie naar beneden valt, gaat in de soep. Hier laten we de heeren om de vier jaar in den boom klimmen en het lamme is dat de oudjes steeds maar weer van de jongeren een stutje krijgen en zoo in de kroon blijven hangen. Van harte, papa en veel ironie en sarcasme ! Daar blijft een mensen jong bij !.... MUZIEK ?§STRIJKINSTRUMENTEN ? SNAREN "U D A U D Achter St. Pieter 4 ? ? n. P*Hnr\ utrecht ? Ttl. 443 ? PIANO'S ??? VERHUREN ^BM VLEUGELS De voordracht in den Stadsschouw burg van: Charimius' Ruize-Rijmén is, wegens de warmte, tot nader bericht uitgesteld. TABA SIGAREN ZIJN TOCH DE BESTE

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl