De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 11 juli pagina 18

11 juli 1925 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

n 18 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2509 AMSTERDAM 1275?1925 O, Amsterdam, ik zou u graag berijmen, Uw lof verkonden in een vurig lied, Maar aeh, gij zijt voor mij zoo vol geheimen, En, schoon 'k u teer bemin, ik ken u niet. Uw lof verkondigen? Ik zou 't niet kunnen. Het ligt misschien aan mij ik ben wat traag. Zoo Wil mij, jubilaris, dan vergunnen, Dat ik mijn zang den vorm_geef van een vraag. *i J i* SEMI. *F Vertel m'eens eerlijk, zonder ons te sparen, ? 'k Zal zorgen, dat het bij ons beidjes blijft Wat is het, dat nog steeds die dichte scharen Bekoort en boeit, en naar uw veste drijft? Is 't een van die verheven, stille krachten, Die meer vermogen dan men meent misschien, De schoonheid van uw slobben en uw grachten, Die Witsen in zijn etsen ons deed zien? ? . CHARTVARIA Zijn het uw parken met een handvol boomen, Uw aapjes, thans helaas haast opgedoekt, Zijn 't uw musea, waar geen menschen komen, Zijn 't uw theaters, die men schaars bezoekt? Is 't op den Dam wellicht het achtste wonder, Is 't, bij gebrek aan schatten der natuur, Uw bouwwerk, rijksgebouwen in 't bijzonder, Zijn 't Mengelberg's concerten, mooi en duur? Zijn het uw havens met Oostinjevaarders, Uw standbeelden van marmer en graniet, Uw bioskopen, waar men niet veel naarders, Dan elders in die kennistenten ziet? Zijn 't clubs en koffiehuizen en bodega's ? Waar mannen tijd verknoeien tijd en poen, Tot ergernis van degelijke ega's, f winkels, waar die ega's 't zelfde doen? Of 't Rembrandsplein, waar 't 's avonds druk en dol is, Zoo dat het meer een zaal lijkt dan een plein, Of is 't de Kalverstraat, die altijd vol is, En waar geen stervling loopt, die er moet zijn? Is 't soms das Deutschtum dat, als nooit te voren, De stad omhult als in een mistgordijn, Met dit verschil, dat mist niet is te hooren, En Duitschers nogal oorverdoovend zijn? O, Amsterdam, ik zou u graag berijmen, Uw lof bezingen in een lustig lied, Maar ach, gij zijt voor mij zoo vol geheimen, Dat ik mijn mond maar houd. Ik doe het niet. CHARIVARIUS ONZE TEEKENAARS Prof. Eigeman schetst den geest des tijds, die in het rf stond van een materialistische, eene natuurwetenschappelijke wereldbeschou" wing." (Rede Nat. Unie) De gemeente Zuid-Scharwoude staat in het C?' van de winkelsluiting." (N. H.) Men verkeerde in het r? van den nade renden kieskamp." (O. H. C.) ONZE TOONEELSPELERS Het wapen van de economische blokkade zal in de toekomst een nog grooter rol spelen dan tegenwoordig. In dat stelsel speelde de vesting Holland een rol van overheerschende beteekenis. Voor ons Nederlanders speelt de vesting Holland een rol van beteekenis in onze zelfstandigheidspolitiek. Hij vraag of Coumarine bij de insecten een rol speelt, die te vergelijken is met die van chinine bij de menschen. Dat persoonlijke element is de rol n, met en door de Afdeeling gespeeld door den eersten chef." (N. R. C.) Onderstaande retizerijmen a la Charviarus zond onze vaste medewerker ons : Werwaarts wij thans onze schreden ook richten, Wenden of keeren onze kiezelsgezichten, Overal blikktn ons toe candidaten, Geplakt'als ze zijn tegen boomen en straten, enz." (Leeuw. Nbl.) Charviarus moge hiermede gevleid zijn Charivarius is het niet. Deze aanvangen eener nieuwe moraal." f Prof. de Graaf) Overlijdens." (De Lirnb.) Deze in 't meervoud zettens wekten onze verwonderingen. Maar als bij een volgende verkiezing de werkelijkheid den menschen de oogen opent, dan zal wellicht het roer van het staatsschip in vrijzinnige handen worden gelegd om den wagen uit de modder te trekken." (D. C.) Een paar vergeefsche rukken en 't ouderwetsche touw komt weer op de proppen. Het Gemeentebestuur van Dalfsen deelt aan de Kampioen mede dat het verkeer over de Vecht zal zijn gestremd met voertuigen, auto's enz." Het Ge meentebestuur probeere 't eens met een bordje: Doorrijden". Het publiek heeft den jubilaris toegeklapt", schrijft de N. R. C., maar wij vernemen, dat hij gelukkig onmiddellijk weer opengesprongen is. Het oude Hollandsche schilderij van een bekend meester en in goeden staat IS DE BESTE BELEGGING. De grootste en uitgebreidste collectie in persoonlijk bezit HUYS VAN JOHAN DE WITT" KNEUTERDIJK 6 DEN HAAG DORUS HERMSEN PADOX HOUTBOUW Houten Scholen, Winkels, Directiekeeten Levering in korten tijd. Fabrieken Warmond CORRESPONDENTIE In de Gr. van verleden week werd in uw rubriek Germanismen uit mijn laatsten bundel aangehaald ven sterschijven"; echter ten onrechte. Het verhaal speelt in den tijd toen de vensters nog veelal van glasschijven voorzien waren. Vensterruiten" zou hier niet juist geweest zijn. W. VAN BEMMELEN Hotel DUIN EN DAAL BLSLEN CENTR. VERW. PRIVÉBADKAMER VASTE WASCHTAFELS TENTOONSTELLINGEN Al. BERT I1UYOT. Als deze schilder, wiens Werk de lieer van Deenc ons ditmaal voorzet, niet den vijftigjarigen leeftijd naderde; als hij niet in meer dan n opzicht den onmiskenbaren invloed van onzen landgenoot Kikkert vertoonde; als hij duidelijker een eigen physionomie liet zien, dan mocht men met meer grond dan thans iets van hem verwachten. Het leek dat hij zich in stilte vormde, dat een aange boren schuwheid hem van exposeeren weerhield. Zou naast dien schroom ook zelfkennis de oor zaak kunnen zijn van deze terughoudendheid? Er is ongetwijfeld een aantrekkelijke kant aan dit werk dat, met uitzondering van een jongenskopje, naief gezien maar zwak geschilderd, uit landschappen en stillevens bestaat. De ongekuns teldheid, de eerlijkheid, de volkomen overgave aan de voorgenomen taak zijn sympathiek. Ook de teerheid van gemoed die met schuchterheid de grondtoon moet zijn van het karakter van dezen Franschman. Zonder dat schildert en aan schouwt men een muur niet als op een zijner eenvoudigste en best geslaagde landschappen. Maar deze eigenschappen stellen niet schadeloos voor het zware en materieele van de verf en het broeierige van de kleur, dat hij te veel met den heer Kikkert gemeen heeft om ook zijn best be doelde schilderijen genietbaar te maken. Die factuur, die de verf tot deeg maakt, bederft voor mij het effect van een overigens fijngestemd stilleven als dat met een brood, een kan en een blauwgrijzen achtergrond. Chardins naam werd in verband daarmee genoemd en het is wel curieus dat ook het jongenskopje herinnert aan een der gelijk portretje, aan dien meester toegeschreven ? maar, daargelaten of een reminiscens aan Chardin het beste is wat men een modern schilder kan nageven, lijkt mij de verwantschap voorshands alleen geestelijk. De factuur van dit werk is alles behalve fransen. Eerder zijn een beschaafde kleur en een rustige eenvoud van visie Huyots korte aanbevelingen als hij aan een bescheiden gege ven zijn krachten beproeft. Daartoe zou ik bij voorbeeld het effect van scheidend zonlicht op een boomrijk landschap niet durven rekenen. H E N N U S

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl