De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 18 juli pagina 15

18 juli 1925 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

No. 2510 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NED.ERLAND 15 NEDERLANDSCH INDISCHE HANDELSBANK door PAUL SABEL, Winsten en dividend in stijgende lijn. Evenals voor de andere koloniale credietinstellingen is het afgeloopen boekjaar ook voor de Ned. Indische Handelsbank zeer bevredigend geweest. Bij de gunstige resultaten, die de cultures, waarbij de N. 1. H. zoo nauw betrokken is, in dat jaar afwierpen, kon dit ook wel moeilijk anders en inderdaad zou de instelling haar dividend wel meer hebben kunnen verhoogen dan van 8% tot 10%, indien zij er niet de voorkeur aan had gegeven een groot deel der winst weder in het be drijf te houden ter versterking van de intrinsieke positie der bank. Van een Winstcijfer van ruim f 9.5 millioen is dan ook slechts / 6 millioen tot uitkeering gebracht, zoodat / 3.5 millioen voor afschrijvingen en aanvulling van reservefondsen werd aangewend. Zooals bekend moet men ten opzichte van de winstbronnen der instelling tweeërlei onderschei den en wel vooreerst het eigenlijke bankbedrijf «n voorts de inkomsten, die zij geniet uit haar suikerbelangen. Immers bevindt zich het geheele aandeelenkapitaal ad ? 12.000.000 der Nederl. In dische Landbouw Maatschappij in haar bezit, uit hoofde waarvan de N. I. Handelsbank tevens kan beschouwd -worden als een der groote suiker producenten van onzen Oost. De N. I. Landbouw Mij toch bezit 8 suikerfabrieken met een productie van ruim 1| millioen picol suiker of ongeveer 5% der geheele Indische productie. De laatste jaren heeft de N. I. Landbouw Mij ook belang genomen bij bergcultures en zoo bezit zij thans de volgende ondernemingen: de rubber ondernemingen Proempang (met Sidogoeno), Sindoeagoeng en Pasir Benda; verder de koffie-onderneming Njoenjoer, welke is ontstaan uit samenvoeging van de door de vennootschap in 1924 verkregen ondernemingen Njoenjoer, Kali Kebo en Djoerang Banteng. In deze ondernemingen werd het vorige jaar nog ruim /285.000 aan kapitaalsuitgaven vastgelegd, welk bedrag uit de winst over 1924 geheel werd afgeschreven, benevens nog ruim / 188.000, waarna zij' voor / 1.000.000 in de boeken der N. I. Landbouw Mij voorkomen. Indertijd vonden ook onderhandelingen plaats aangaande overname der koffie-onderneming Bantaran, toebehoorende aan de Cultuur Mij. Djenang te Batavia, doch welker Directie zich te Middelburg bevindt, maar deze schijnen niet tot het beoogde doel te hebben gevoerd. Daarentegen werd onlangs bericht, dat de N. I. Landbouw Mij de Directie der thee onderneming Rantjasoeni had aanvaard, een onderneming in de Preanger Regentschappen met een thee-productie van circa 400.000 h. K.G. thee. Hieruit blijkt, dat de vennootschap hare bergcultuur-belangen nog gestadig uit breidt, blijkbaar om in de toekomst niet geheel -afhankelijk te zijn van de suikercultuur, zooals voorheen het geval was. Dit belet de N. I. Landbouw Mij echter met om onderwijl ook nog uitbreiding te blijven verleenen aan hare suikeraanplantingen. Zoo verkreeg zij onlangs toestemming den jaarlijkschen brutoaanplant harer fabriek Redjosari uit te breiden van 1500 tot 1760 bouws, Waardoor deze fabriek, die het vorige jaar b.v. een productie van 214.000 picols suiker maakte, in de toekomst met een nog grootere opbrengst voor den dag kan komen. Thans is zij reeds de tweede fabriek der N. I. Landbouw Mij, wat capaciteit betreft,' maar de kans is niet zeer groot, dat zij binnen afzienbaren tij d de eerste plaats zal innemen, daar de fabriek Remboen een, productie van circa 425.000 picols .suiker heeft, dus ongeveer het dubbele van Redjosarie. Daarentegen zag de N. 1. Landbouw Mij. zich het verzoek geweigerd om het tot 1205 bouws verhoogde maximum van den jaarlijkschen brutoaanplant van inaalriet op de van de inlandsche bevolking gehuurde gronden nader te mogen uit breiden met 100 bouws. Hieraan kan nog worden toegevoegd, dat 6 van de 8 fabrieken suiker ver werken op superieur, terwijl juist de grootste, Remboen, en Balapoelang, een der kleinere, op hoofdsuiker verwerken. De N. I. Landbouw Mij heeft een gewoon re servefonds, groot / 3.500.000, en voorts zoodanige reserves tegen cültuurbelangen, dat per saldo elk der 8 suikerfabrieken en der 4 bergcultuurondernemingen na aftrek dier reserves tot / L?op de balans voorkomen. Ver der zijn er nog: een assurantiefonds, groot / 2.054.000, pensioen fondsen ter hoogte van ruim ? 820.000, en een belasting-reserve, groot / 2.613.000. Daar de N! I. Land bouw Mij over 1924 een dividend van 40% uit keerde tegen 30% over 1923, ontving de N. I. Handelsbank uit dien hoofde alleen een be drag van / 4.800.000 tegen / 3.600.000 over 1923. Daarbij kwam nog uit het eigenlijke bank bedrijf een ongeveer even groot bedrag n.l. ca./4.770.000 tegen het vorige jaar / 3.760.000. In totaal beliep < de winst der N. I. Han delsbank dus ruim ? 2.200.000 meer. Er werd echter ? 3.477.000 of bijna / 900.000 meer in het bedrijf gehouden in den vorm van af. schrijvingen en reserveeringen, zoodat'"per saldo circa / 1.300.000 meer ter verdeeling kwam. Bij een minder conservatieve afschrijvings- en reserve-poli tiek zou het dividend dan ook meer hebben kunnen bedragen. Bij de beoordeeling van de dividend-poli tiek der N. I. Handels bank heeft men niet uit het oog te verliezen, dat zij feitelijk dubbel af schrijft en reserveert, n.l. eerst voor de N. I. Landbouw Mij en dan nog eens voor zich zelf. Zoo bedroegen de af schrijvingen op de on dernemingen der N. I. Landbouw Mij. reeds bijna / 580.000, terwijl zij bovendien nog ruim / 1.000.000 tegen hare cultuur belangen reser. veerde, afgezien nog van belasting-reserves ten bedrage van / 330.000 De gevolgtrekking ,| t dus vo()r de handj dat de instelling m staat is hare positie op die wijze in een periode van gunstjge conjunctuur voor de cultures, zooals thans d()ürieefd wordt, snel en krachtig te versterken cn daardoor haar weer standsvermogen tegen minder gunstige tijden hoog op te voeren. Neemt nlen de reservefondsen van N. I. Handelsbank en van N^ ] Landbouw Mij te zamen, zonder nog rckening te houden met de belasting-en personce|fondsen en evenmin met de' aanzienlijke stille reserves, die in de lage boek waarde der cuitnurondernemingen verscholen liggen, dan beloopcn deze tezamen ongeveer ? 32 millioen of drca 6()0/o van het kapitaal der N. I. Handelsbank ad ? 55 millioen. De balansci]fers der N. I. Handelsbank per 31' Dec. 1924 wijzen Op een njet onbelangrijke uit breiding. Zoo stegen de deposito's en girorekeningen met ruim / 12 millioen tot meer dan ? 96 millioen en de debiteuren en beleeningen met ? 18 millioen tot ? 65 millioen gok de post deelneming in andere ondernemiiiggr, nanl nef vorige jaar met ruim / 500.000 toe tot bijna / K) millioen, zulks niettegenstaande een afscilrjjving van / 500.000 uit de winst en de afboeking van de ontvangen cou pons en djvjdenden. Dit hoofd omvat het belang der instel|ing o.a. in de Handelsvereeniging OostIndië, Majntz' Productenhandel, N.V. Machine fabriek Braat, Maatschappij DJ Fijnhouthandel, Handelscompagnie voorheen Dircks & Co. Dj boekwaarde der betrokken aandeelen gaat in geen geval de pariwaarde te boven. De gang van zaken bij al deze vennootschappen was in het vorige jaar bevredigend. Tot het belang der vennoot schap bij andere ondernemingen behooren voor circa / 3 millioen aandeelen in bouwmaatschap pijen, Waarin onroerende goederen, overgenomen uit boedels van in moeilijkheden geraakte debi teuren, zijn ondergebracht. De waarde van dit bezit aan aandeelen in bouwmaatschappijen wordt door de marktwaarde bij matige taxatie, niet on belangrijk overtroffen. De belangrijke afschrijvin gen, die desniettegenstaande on het hoofd deel DIERSTUDIE: AAP, HYBRIDE Teekening voor de Groene Amsterdammer" door H. Verstijnen HET GELE GEVAAR PADOX HOUTBOUW Houten Scholen, Winkels, Directiekeeten Levering in korten tijd. Fabrieken Warmond neming in andere ondernemingen, gelijk boven nader omschreven, hebben plaats gehad, doen zien, dat het in het voornemen ligt dezelfde conser vatieve afschrijvingspolitiek, welke het beheer der instelling in het algemeen kenmerkt, speciaal ook bij dezen post door te voeren. De laatste jaren hebben doen zien, dat de Ned. Ind. Handelsbank aan expansiegeest niets heeft ingeboet. Zoo toonde zij haar vertrouwen in de ontwikkelingsmogelijkheden onzer handels-betrek kingen tot China door opening van nog twee kantoren in het Hemelsche Rijk, t. w. te Swatow en te Amoy. Zooals bekend was zij daar reeds gevestigd te Shanghai en te Hongkong. Buiten Ned. Indiëheeft zij voorts nog kantoren te K'ib in Japan, en te Singapore, B:>mbay en Calcutta in Britsen-Indië. In liet kuipende jaar werd voorts een bijkantoor geopend te Rotterdam, waar zij tut dusverre niet over een eigen vestiging be schikte. De gunstige gang van /.aken bij de Indische cultures en de uitbreiding van het Europeusche bedrijf der instelling wettigen de onderstelling, dat ook het boekjaar 1925 gunstige fitiauciëele resultaten zal opleveren, in Weerwil van lagere suikerprijzeii, die natuurlijk doen verwachten, dat de N. l. Landbouw Mij een lager dividend zal uitkeeren dan over 1924 mogelijk was. Kunstzaal De Kietvink" J. A. A. M. VAN ES, WASSENAAR Permanente tentoonstelling van schilderijen.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl