De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 1 augustus pagina 13

1 augustus 1925 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

No. 2512 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 dragen. Op'17 April 1671 kon de eerste steen wor den gelegd en aanvankelijk vlotte het werk, ?doch door de staatkundige gebeurtenissen in 1672 werdfhet werk zeer vertraagd en tijdens den oorlog met Frankrijk stond dit geheel stil. Eerst in 1674 werd het werk hervat en op 2 Augs. 1675 kon met grooten luister de Synagoge, in tegen woordigheid van het Bestuur van de stad en vele andere^autoriteiten, ingewijd worden. De Synagoge is gebouwd in Jonischen stijl. Het middengewelf rust op 4 kolommen van Bremen steen. Vijf rijen geel koperen kronen van verschil lende grootte, dragende circa 300 kaarsen dienen tot hoofdverlichting. De kast waarin de Wetsrollen worden bewaard alsook de verhevenheid waarop de voorlezers den dienst verrichten zijn meester stukken van meubelkunst. Ze zijn gemaakt van Jacarande hout (Braziliaansch houtsoort). Van binnen is de kast met goudieder behangen als ook op de feestdagen de wanden in de Synagoge. De kosten voor den bouw, met inbegrip van die voor de aankoop van het terrein, hebben bedragen ongeveer ? 186.000 De Synagoge is omgeven door een Parochie. Daarin zijn geplaatst de vergaderzaal, de Secre-tarie, het Archief, het Seminarium, de woningen van de Voorlezers, den Koster en nog eenige dienst gebouwen. De Gemeente bezit vele kerkornamenten van groote kunst waarde, die alle geschon ken zijn door gemeente leden, als blijk van hun liefde voor de Gemeente en ter opluistering van den Eeredienst. Niet steeds is delGemeente blijven staan, op het hooge standpunt dat zij eens heeft ingenomen. Reeds op het einde van de 18e eeuw zijn sporen van verval aanwezig. De Fransche revolutie alsook de oorloglmet Frankrijk «n|;Engeland deden de handel stilstaan.De OostInd. Compagnie en de West-Ind. Compagnie, door de Voorouders groot gemaakt, kwijnden en werden ten slotte ontbon den, hetgeen voor vele gemeenteleden een aan zienlijk kapitaalverlies beteekende. Ook de tierceering van de nationale schuld door Napoleon I deed belangrijke sommen verloren gaan, zoodat de Gemeente zeer|moeilijke tijden heef t medegemaakt Gelukkig j, heef t "zij haar bestaan en dat van vele instellingen ^ weten te redden. | Op het oogenbliklbestaat de Gemeente uit on geveer 5000 zielen en neemt in de rijen der Joodsche Gemeenten in Nederland nog een be langrijke plaats in. De geestelijkeileiding is in handen van* den WelEerw. Heer I. v. J. PaJache die dit hoog geeste lijke ambt met groote toewijding en veel liefde vervult. Drie godsdienst scholen en een Seminarium ter opleiding van Godsdienst-onderwijzers en godgeleerden zorgen voor de Joodsche wetenschappelijke opleiding der jeugd. Een bibliotheek bevattende kostbare manuscripten en boeken van groote waarde is aan het Seminarium verbonden. Ook zijn er vereenigingen waarvan de leden onder leiding van de Geestelijkheid zich bezig houden met de beoefening der Joodsche weten schap. II De Gemeente telt vel*1 instellingen op het ge bied van Maatschappelijk werk. Beh.ilve een fonds ten behoeve der kinderen voor de opleiding tot een ambacht is er een fonds dat de min vermogenden rentelooze voorschotten verstrekt. Voor de verzorging van weezen bestaan twee ge stichten, terwijl driejgestichten zich belasten met de verzorgingjvan oude lieden. Het inJ1917 nieuw gebouwd ziekenhuis voldoetjuitstekend. Al deze instellingen worden door Heeren en Dames leden der Gemeente met veel totwijding bestuurd. De groote aanhankelijkheid tot de eeuwenoude traditiën, gebruiken en ceremoniën alsook de warme belangstelling in de instellingen der Ge meente is een hechten band die de Portugeesche Israëlieten onderling verbindt en maakt dat het a.s. feest jloor allen^wordt medegevierd. TOEGEPASTE KUNST door OTTO VAN TUSSENBROEK Het Prijsvraag-Systeem. Door eene firma te Amsterdam is, zooals reeds gemeld werd (zie ,,de Groene Amsterdammer" van 18 Juli no. 2510) eene prijsvraag uitgeschreven voor het ontwerpen van behangselpapieren. Per abuis is door foutieve opgave, in sommige bladen het totaal-bedrag der drie uitgeloofde prijzen niet minder dan duizend gulden te hoog gesteld, waardoor de animo onder de aspirant inzenders wel wat bekoelen zal, maar iets an ders is het volgende: In het prospectus betreffende de prijsvraag leest men dat de betrokken firma: opdat d», kans op finantieel succes voor de inzenders nog vergroot wordt" zich bereid verklaard heeft (men leze: het recht voorbehoudt. O. v. T.) eenige niet-bekroonde ontwerpen aan te koopen voor / 50.?(zegge vijftig gulden) per stuk en gedurende twee jaren provisie van de factuurbedragen der behangsel papieren, welke naar het gekozen ontwerp worden vervaardigd en in Nederland worden verkocht. (Dus niets berekend voor die welke in het bui tenland worden geplaatst! O. v. T.) KUNSTZAAL VAN LIER naast het Postkantoor te LAREN (N.-H.) TENTOONSTELLING VAN EEN VOOR HOLLAND GEHEEL NIEUWE COLLECTIE OUDE NEGERPLASTIEKEN Interieur van de Synagoge Reeds meermalen en zelfs bij herhaling heb ik gewezen op de schaduwzijden van het prijsvraag systeem injhet algemeen, ook al moet dadelijk gul erkend : worden, dat het inderdaad bij kan dragen tot een onderling meten van krachten en tot het bevorderen der publieke belangstelling in de toegepaste kunst. Directe opdrachten zijn m.i. daarom verre boven een prijsvraag te verkiezen,omdat de be langen van opdrachtgeven en ontwerpen daarbij zuiverder worden behartigd. Immers, ook al is in het onderhavige geval de samenstelling der Jury ter beoordeeling der in zendingen volkomen waarborg voor eene goede keuze, toch valt niet te ontkennen, dat alle risico ten laste van de deelnemers komt. Voor een luttel bedrag ontvangt de uitschrijvende firma een ver moedelijk overstelpend groot aantal min of meer geslaagdefontwerpen, terwijl het toekennen der prijzen facultatief blijft, omdat deze niet worden uitgereikt:],, zoo volgens het oordeel der Jury geen der ingezonden ontwerpen voor bekroning in aanmerking komt." (*». Djch bezwaarlijk|dunkt mij de zinsnede: dat ,, elke inzender door het deelnemen aan de prijsvraag verklaart daarmede genoegen te ne men" dat de firma zijn ontwerp aankoopt vóór / 50.?Hij verplicht en verbindt zich dus door het feit zijner mededinging om zijn werk voor een appel en een ei te verkoopen ! Hier had men inderdaad de inzenders vrij moe ten laten. Maar ook dit is de zwakke plek in het prijsvraagsysteem: er wordt eenerzijds een macht aan betrekkelijk vergeefsch werk verricht en anderzijds wordt hetgeen practisch bruikbaar blijkt onvoldoende vergoed. Het maken van een passend ontwerp voor be hangsel-papier; het zich instellen op de tech nische eischen; het behoorlijk registreeren (pas send maken voor herhaling van het versierings motief) der teekeningen; het aangeven der kleur combinaties, daargelaten nog het quantum geestelijken arbeid benoodigd bij het in het leven roepen der nieuwe modellen enz., is dunkt mij niet gering te schatten en in elk geval van dien aard, dat men gaarne het goed recht op loon naar Werken" in den besten zin in herinnering zou wil len brengen ten voordeele van hen wier levenstaak het is en roeping om schoonheid te brengen in al hetgeen ons dagelijks dient en omringt. M Over het algemeen genomen zijn kunstena ren geen al te beste rekenmeesters, maar hier is toch het eenvoudige optel- en deeisommetje gemakkelijk te [maken, Waaruit glashelder blijkt en bewezen wordt, dat: a: hoe grooter het aan tal d«r ontwerpen uit de niet-bekroonde inzendin gen is, dat ter uitvoering wordt aangekocht; b: hoe kleiner het ge middelde honorarium cijfer wordt en dit te beduidender l zoo men het totaal bedrag der drie , uitgeloofde prijzen over het geheel omslaat! en ook: hooger stijgt de keuze in het beschik baar materiaal aan ont werpen dat de fabrikant ter uitvoering verkrijgt ! Neen, 'opnieuw blijkt dat de bezwaren welke het prijsvraag-systeem aankleven waarlijk niet overdreven zijn en, op goede gronden berustend, nog bij lange na niet opgelost. Waar echter goede wil verondersteld mag wor den bij de uitschrijvers, is dit een reden te meer om een en ander als nog te herzien. Zoo menigmaal ben ik gegaan... Zoo menigmaal ben ik gegaan Langs wegen van zomerschen zegen, Maar mijn hart was bedroefd En ik heb niet getoefd Onder bloesemenden gouden regen! Langs de wegen door stormwind en regen Ben ik lachend en zingend gekomen. En ik bleef blij en dwaas Onder 't ruischend geraas Van de zwiepende, druipnatte boomen. Want het hart, dat zichzelven is vreugd En zichzelven is reden tot lijden, Het zingende hart, Dat den dichter verwart, Heeft zijn eigene jaargetijden. ELLA DE VRIES TROETEL C3IDDING JTUYNENBURG MUYS SISCHILDEPSI

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl