De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 8 augustus pagina 2

8 augustus 1925 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

2 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2513 r-».*>,v ,? TI/DGENCDTENV H i 11 «X , ,? i . . i. . i . , i ... j W VIRGINIA WOOLF door Dr. W. G. C. B Y v A N c K MRS. DALLOWAY, EEN ROMAN-EXPERIMENT II. Zij heeft het kader van haar roman dus wel zeer eng gekozen, Virginia Woolf, en daarbij zich nog allerlei beperkingen 'opgelegd door een schijn van samenhang te geven aan den weinig beteekenenden dag van Mrs. Dalloway's partij waarin zij haar verhaal rigoreus opsluit. Want zij weet natuurlijk nog niet of het receptie-feest dat den dag moet besluiten, gelukt zal wezen of, artistiek gesproken, een teleurstelling en misrekening zal blijken. Is het niet wanneer de romanschrijfster ons in Mrs. Dalloway haar personage presenteert, of zij goedsmoeds haar introduceert met de opmerking tusschen de tanden: hier hebt ge het mensen, waarvan ik u wou spreken, maar ik heb eigenlijk niets van haar te zeggen? Zij is den tijd van haar karaktervorming lang voorbij, ik kan niet anders van haar verklaren dan dat zij is die zij is, even als de menschen, waarmee zij omgaat, zijn of zijn geworden die zij zijn. En toch! Eenmaal het boek opgeslagen, gevoelt men niets van die engte door het meesterschap van wie met ons spreekt. Integendeel, het is alsof telkens een gordijn wordt opgetrokken en een uitzicht woidt geschonken. Wij zijn in een levende wereld met haar schaduwen en haar licht. Hoe is dit? Ik moet denken aan een passage uit Montaigne's E s sa i s, waar de wijsgeer, of de moralist^ zoo ge het liever wilt, het woord overdenkt van Keizer Titus, die zijn dag verloren achtte, wanneer hij niet had kunnen Weldoen. Hij vraagt hem af: En hebt ge dan, (op zulk een dag>, niet geleefd? 't Is het antwoord dat Sieyès gaf, als men hem interpelleerde, wat hij in den tijd van de Revolutie had gedaan, onder de Terreur. J'ai vécu, zei hij. Het bestaan op zichzelf heeft zijn charme. Zelfs de diepst gezonkene zal het als een hem aangedaan onrecht rekenen, zoo hem dat wordt ontnomen; 't is zijn eigenste bezit. Niet ieder echter weet van het bittere, zoowel als het zoete van den levensdag, met bewustzijn te genieten. Men moet daarvoor het leven kunnen uitproeven, het in zijn loutere, onversofistiqueerde waarde langs zijn gevoelszenuwen laten glijden, zooals men een kostelijken drank savouretrt, om er volop deel aan te nemen, en te weten wat het werkelijk inhoudt. De Mrs. Dalloway van Virginia Woolf die de 52 nadert, en die de voorstelling heeft dat er niet meer zooveel sappige momenten voor haar over blijven, is, een rechte dilettant van het leven, enkel als leven genomen. Zij geniet van de Londen-atmosfeer. Zie eens met welke weelde zij de morgengeüren van dien Junidag opsnuift als zij de lentelucht opvangt door het opengeslagen raam. Zij zal haar voet buiten zetten, maar eerst voorgevoelt zij, trouwe, langjarige bewoonster der Westminsterbuürt wat haar wacht. De groote Westminsterklok heeft bij de volle uren zijn voorslag, dien men met aandacht hoort om het gewicht van de tien volgende slagen te beseffen en in zich te laten weerklinken. Zij maken de baan vrij voor den weg dien zij door het park en de straten opgaat tot vervulling van haar ochtendtaak om zich bloemen te ver schaffen voor haar avondreceptie. De fatsoenlijke Londen wereld is reeds in beweging, de jongelui laten hun honden een luchtje scheppen, de heeren met hun portefeuilles geven zich het air alsof de staat hun bezigheid niet kon missen. Daar ont moet Mrs. Dalloway bekenden die haar met een compliment begroeten. Is dat niet een intiemere vriend, de man om wien men wel eens lacht met zijn onnoozele betrekking aan het hof, maar die zoo goedaardig wil zijn en is, en altoos in de puntjes gekleed? Mrs. Dalloway wij mogen haar ook Clarissa -noemen schrikt even, als zij hem op zich ziet toekomen en bedenkt zich of haar hoed wel bij het morgentoilet past. Want dat is de indruk dien de volmaaktheid van zijn kleedij haar altoos bezbïgt: zij Vreest voor een mogelijke tekortkoming bij zich zelf, en voelt een klein angstgebaar rijzen. Maar zij is al in Bondstreet en de morgenuit stalling van de groote winkels neemt haar in beslag. > Alles is op straat haar familiaar en toch zoo aantrekkelijk; zij moet de bijzonderheden even opnemen, een oog slaan in de boeken die ten toon zijn gesteld, en in de kostbaarheden van hals snoeren en broches die haar bij de juweliers willen lokken. Nu staat zij in den bloemenwinkel te midden van den frisschen overvloed aan anjelieren en laterus, dien zij zal Uitkiezen voor haar partij. Daar klinkt plotseling met oorverdoovend ge weld een schot in de voorname drukte van de straat, het is de band van een auto die springt; de politie, dadelijk bij de hand, moeit zich mys terieus m^t de zaak. Het verkeer staat stil; het gerucht gaat dat een lid van de koninklijke familie in de auto reed; maar dadelijk worden de blinden opgehaald, niemand kan iets meer onder scheiden. Een rimpeling is door den schok van het avon tuur in de egale atmosfeer van den weg ontstaan. Wanneer de automobiel na kort vertoef in de richting der koninklijke paleizen wegrijdt, is het alsof een geheimzinnig gebeuren zich aan de ge wone aardschepselen heeft meegedeeld: zij zijn in aanraking gebracht met het hoogste gezag ter wereld, het middelpunt der Engelsche regeering. Wie zal zich niet gewichtiger gevoelen nu hij dit heeft ervaren. De menschen komen los uit de menigte en be spreken het geval. Ook de man en de vrouw dringen zich aan ons op, die wij het meest tra gische paar van de groep zouden kunnen noemen, wanneer wij niet zagen en merkten, dat zich de grootst mogelijke verscheidenheid van gevallen onder de toevallig samengestroomde menigte kon bevinden. De man, maar het is een heer, al zitten zijn kleeren hem slordig en staren zijn oogen wild verlegen, heeft in Italiëgediend tijdens den oorlog en is daar gehuwd met een Italiaansche vrouw, teeder aan hem gehecht, een wakkere verstandige man, maar nu blijkbaar aangetast door de sluipende vernietiging van het intellectueele zenuw'leven, veroorzaakt door het effect van den bommenschok, toen hij in de loopgraven was. O welk een verschil met den tijd toen hij en zij uit Italiëterugkeerden, de vrouw, het Italiaansche meisje, zoo trotsch op haar echtgenoot, zoo moedig op den vreemden Engelschen bodem waar zij intrad, en nu angstig geworden dat iedereen hem den naderenden waanzin zal aanzien, er slechts aan denkend hem zoo rustig mogelijk te houden, maar voorziend het lot dat haar wacht. Ach, die rimpeling van het leven in de kalmste morgenuren die zooveel onverschilligs en zooveel wreeds in zich kunnen bergen, waarvoor niemand aansprakelijk kan worden gesteld! Ge moet niet denken dat Mrs. Dalloway van den vreemden ondergrond van het leven onbewust is. Zij ziet We' degelijk de klauwen die soms uit de diepte oprijzen .... Nu echter keert zij van haar Juni-morgenwandeling terug. Zij heeft altijd genoten van het thuis komen. Als de deur open ging en zij de koele hal binnentrad, begroette haar een nieuw bedrijf van het leven, om met haar tegenwoordig heid te vervullen. Wat zal het thans zijn op dezen morgen van haar receptiefeest? Van haar kamenier hoort zij dat haar echtge noot niet met haar zal lunchen. Een boodschap is voor haar geschreven bij den telefoon, dat Lady Bruton hem heeft uitgenoodigd bij haar aan huis te komen, ? Lady Bruton was bekend om haar lunches, daar werden de belangrijkste zaken be handeld .... Moest zij het kwalijk nemen, Clarissa, dat zij bij de uitnoodiging was overgeslagen? Jaloerschheid kende zij niet, omdat zij die niet wilde kennen, maar het kostte haar een strijd zich ver waarloosd te zien, ofschoon de verhouding tot haar echtgenoot niet zoo was dat zij altoos onaf scheidelijk van elkaar waren. Ieder hunner had vrijheid van beweging, ofschoon niets hun wederzijdsche betrekking bedreigde. Integendeel er was hartelijkheid. Maar terwijl ik op deze manier het schema even aan-stip waarin de romanschrijfster haar verhaal opzet, moet ik erkennen haar geheel onrecht te doen door zoo voort te gaan. Zij heeft haar eigen manier van vertellen en weet het ongewone uit het gewone te doen voortvloeien zonder over drijving en zonder onrecht te doen aan het pathetische dat de klankbodem is, soms oprijzend, dikwijls ondergaand, van haar eenvoudig streng verhaal. Want, men heeft het Wel begrepen, nu Clarissa, teleurgesteld, haar woning binnengaat en een zaam denkt te blijven, is Peter Walsh, de vriend van haar jeugd, op Weg naar haar toe. Hij was . den vorigen avond uit Indiëin Londen aangeland en zijn eerste bezoek geldt zijn oude geliefde. MNGERS RINGERS A\ELK-CHOCOLADE Ja, wij krijgen een liefdescène, maar ik zal haar niet weergeven. Als een verrassing stijgen de jonge jaren voor beiden op. Het is de oude Peter die zijn verdriet niet kan bedwingen, wanneer hij Clarissa terugziet en denkt aan den langen tijd die verloopen is, en die zou willen weten of zij gelukkig was. Het is de oude Peter nog met zijn hart op zijn lippen en zijn oude onhebbelijkheden, onuitstaanbaar en soms onweerstaanbaar. Een hoogst origineel tableau van een paar menschen die wel bij elkaar behooren, maar niet bij elkander kunnen komen .... Ondertusschen is Clarissa's echtgenoot op de lunch bij Lady Bruton, samen met den vriend, onberispelijk gekleed, van de onnoozele hofbetrekking, omdat de Lady hen noodig heeft voor het formuleeren van een onbeteekenden brief aan The Times. Clarissa's echtgenoot, een man op wien geen aanmerkingen zijn te maken, denkt aan zijn vriendin thuis, en brengt aan zijn vrouw een schat van mooie rozen. Hij heeft zich daarbij voorgenomen het haar eens duidelijk uit te spreken, hoe lief hij haar heeft. En zij? zij ontvangt de rozen met den innigsten dank, maar zij hoort niet zijn verklaring, die kan de echtge noot niet uitbrengen. Er blijft een afstand tusschen Clarissa en degenen die haar liefhebben en die zij liefheeft. Heeft er in haar gemoed iets weerklonken van den bommenschok die zoo velen in de loopgraven ongevoelig heeft gemaakt voor het verkeer met menschen en die den armen lijder, den man van het Italiaansche vrouwtje, uit verdwazing den dood heeft doen zoeken? Clarissa's feestdag, haar receptie op den onbeteekenenden Junidag, is een hoogtepunt geworden, niet alleen voor haar, maar, artistiek gesproken, ook voor het boek. Met zeldzaam meesterschap is dit lastig uiteenloopend motief door de schrijfster aangegrepen en tot volkomen bevrediging afge rond, omdat op het feest geheel onverwacht Clarissa's oude vriendin Sallie Seton verschijnt, thans Lady Rosseter, een eerzame matrone, ge temd door haar vijf kinderen, normale jongens, en haar huwelijksgeluk... Wat hebben onze hersens te maken, in verge lijking met het hart"? is een opmerking van Sallie, Lady Rosseter die het boek van Virginia Woolf besluit, en Peter Walsh, hoe leuk hij zich zou willen houden, moet het met haar eens wezen. Hoe kom ik zoo vreemd opgewekt?" vraagt hij zich op het feest af Het is Clarissa! zoo luidt het eindwoord van dit bewonderenswaardig verhaal welks inhoud niet gemakkelijk valt uit te putten. Ook de Engelsche kritiek noemt het geen ge makkelijk boek. Een eerste lezing trekt niet dadelijk aan; maar na een derde lectuur valt het moeilijk er af te blijven. AAN DE MEDEWERKERS Brieven en bijdragen bestemd voor het redac tioneel gedeelte moeten worden geadresseerd aan het secretariaat der redactie, Keizersgracht 333, Amsterdam, zonder vermelding van perso, nsnamen. Koninklijks Meubeltianspoil-Maatschappv DE GRUYTER &Co. DEN HAAG AMSTERDAM ARNHEM Bergplaatsen voor Inboedels

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl