De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 15 augustus pagina 2

15 augustus 1925 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

v #' DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2514 '? TjybGENGDf EN ?' i i i, «^ i .?(.-??,..?-? i ...- i ., i MECHTILD LICHNOWSKY door Dr. W. O. C. B Y v A N c K GEBUKT. (Een romanstudie) I Wat Virginia Woolf is in Engeland, dat stelt vorstin Mechtild Lichnowsky voorin Duitschland: zij is de erkende voorgangster in het romanvak. Niet alsof het groote land geen andere meesters in het rijk der verbeelding bezat, maar de vorstin in haar rusteloozen ijver van ontdekking op het gebied der ziel, dringt zich vooraan, nu zij eenmaal haar talent deze richting heeft uitgestuurd. Geburt is een machtig merkteeken op haar weg. Met reisschetsen begonnen, heeft zij de ver schillende phases van het poëtisch bedrijf naar de nieuwste wijze van uiting telkens doorloopen en thans haar plaats ingenomen voorgoed. Laat mij daarom hier ook dadelijk den indruk noteeren dat de schrijfster weinig rekening houdt met het geduld van den lezer die haar boek op neemt om er kennis mee te maken; bij de lectuur moet dikwijls de verzuchting rijzen, dat het leven te kort is voor zoo'n lange kunst. Men wordt verondersteld terstond met hart en ziel mee te leven, waar nog zeer weinig de aandacht prikkelt. Het is de erfenis van de oudere romantiek die de nieuwere drukt; de slag ontbreekt om het /onderwerp aan te vatten, zoodat men terstond naar het standpunt wordt geleid waar het uit zicht zich opent op het geheel. Men moet eerst voor de deur toeven, en dan indien men wil binnengaan, wordt men in de vestibule genood. Klein werk zou men willen zeggen, dat doet .denken aan een maar half geslaagden Jean Paul ! En men begaat een onrecht door het groote \vporbij te zien. Van de drie die in het nachtelijk uur over Tiet kerkplein gingen, strompelde de een beden kelijk, en die links van hem liep, bijna nog een jongen en slank en bewegelijk als een knaap, hield evenmin zijn evenwicht." Zoo luidt bij den aanvang van het boek de introductie van het kleine groepje van drie menschen, die in het ruwe Aprilweer zich haasten om naar huis te komen en die wel drie gasten schijnen, te lang in het dranklokaal gebleven om nog stevig op hun beenen te staan. Inderdaad ' is er toch maar een bij die zich te buiten ging', de wijsgeer en dichter Matthias Lanner, een ex centrieke beroemdheid van de stad. Hij had voor zijn bewonderaars dien avond een voordracht gehouden van zijn gedichten en theorieën.... Hij was, blijkt later, reeds dronken toen hij op het podium kwam om de rede te houden, en zijn toestand is er later niet op verbeterd. Maar verder viel niets voor. Onder geleide van den krachtigen Gregor, graaf Vormbach, die in de eerste rij der toehoorders en vrienden zat, kwam het drietal behouden terecht in de woning, waar voor nachtverblijf was gezorgd. Wat wij hebben gezien is niets dan een vignetje op de eerste leêge pagina van het boek, maar een prentje zonder geest of leven, en het vervolg is al even onbeduidend. Folgéndes natte sich am Abend zugetragen," wordt cns nuchter als verklaring meegedeeld. Wij hooren dan brokstukken van het door Matthias 'Lanner gesprokene, waar inderdaad noch humor, noch poëzie in school. Hij gaf ze van zich, laat me het zoo uitdrukken als een slapende met open oogen zonder in het minst zich te bekommeren om de menschen die hun entréekaart voor de lezing hadden genomen en die hun teleurstelling naar huis konden dragen. Op die wijs komen wij binnen in den kring die Matthias Lanner tot zijn profeet schijnt te hebben verkozen. Hij zelf verschijnt daar slechts te hooi en te gras, zijn woonplaats is een vervallen kasteel in den omtrek; een vriend die het zich tot levens taak heeft gesteld hem te beschermen, een dokter, hoedt hem daar. Van de menschen die gewoon zijn Matthias in hun midden te zien, is Dr. Aign de vooraan staande persoonlijkheid. Hij, man van talent en van het woord, direc teur van het krankzinnigengesticht en zenuw specialiteit, heeft gezag in zijn omgeving en Weet het te handhaven; zijn huwelijk met Isabella Vormbach, een rijk meisje, gaf hem het vermogen dat zij-i invloed bevestigde, 's Avonds vindt men hem en de zijnen bijeen, dikwijls onder gesprekken die tot Iaat duren. Isabella, zijn vrouw diep in de dertig moet men zich haar voorstellen neemt daarbij een aparte plaats in. Een avontuur in haar eerste jeugd bepaalde haar lot. Nauwlijks een meisje, een kind nog van vijftien jaar, was zij, toen Matthias Lanner als gast een bezoek bracht op het kasteel van haar ouders. Direct was liefde tusschen de beide jonge lieden ingeslagen en de moeder had hen ontdekt op het oogenbhk dat zij in elkanders armen vielen. Onmiddellijk had zij Matthias verwijderd en werd Isabella bestraft. Voor Matthias, die in het dichterenthousiasme van zijn eerste jeugd verkeerde, stond de slag gelijk met een geestesrevolutie, die hij onbewust onderging. Langen tijd was hij buiten zichzelf en hij herinnerde zich in 't geheel niet wat hem was overkomen. Na jaren pas keerde hij terug in de wereld waar hij thuis behoorde, een vreemde, met vreemde neigingen, die zichzelf en zijn droom zocht. Bij den ingang van haar persoonlijk leven werd Isabella door den schok minder aangedaan; de moeder wenschte zichzelf geluk met haar flink tusschenbeide treden maar innerlijk was de frissche levensbron verdroogd. Het echte levensgevoel was heen. Wat er met haargebeurde, gebeurde buiten haar om. Zij had een krachtig gestel en bleef gezond, was werkzaam en moest bezigheid hebben; zij huwde Dr. von Aign en koesterde zelfs haar illusies over hem, maar ook haar moederschap, en viermaal werd zij moeder, bracht geen voldoening. In het krankzinnigen gesticht diende zij met goedvinden van haar man, onder anderen naam als verpleegster, zonder dat iemand haar daar vermoedde. Haar geest, haar hu meur liet zij niet aantasten. Met haar eigenaardig, eenigszins Oostersch strak gezicht, de haren sluik gestreken, zat zij, rechtop het bovenlijf, als in een pantser, en had haar oordeel over de menschen van haar kring ??over de menschen in 't algemeen evengoed als over haar echtgenoot, den man, die zich nooit buiten de sfeer van zijn talent waagde en zich hield binnen de grenzen van welbespraakte bana liteit. Men kende niet haar geheim. Het tegenbeeld van Isabella was een jonge nicht van haar man die na een kortstondig huwelijk als weduwe bij haar oom was komen inwonen. Een slappe, liefde behoevende natuur van aanleg, had zij 't er op gezet bij iedereen zich aangenaam te maken en desnoods ten koste van eigen op offering iedereen ter wille te wezen. Zij dweepte met haar oom, voor haar het toonbeeld van een volmaakt mensen; maar wien was zij niet bereid als ideaal in haar hart op te nemen ! Na Dr. Aign was verder het belangrijkste lid van den kring Isabella's broeder, de lange Theodor, dien wij op den avond van Matthias' rede voor het richtige te bed komen van zijn genialen vriend zagen zorgen. Graaf Vormbach, man van de wereld, styleerde er zich op levens dilettant te zijn; hij bezat den schijn van kennis die hem in staat stelde een interessant gesprek te voeren en spreidde gaarne zijn wereldervaring ten toon. Welwillend, bezat hij zijn charme en gaf een voornamen toon aan het leven om hem heen. Hij had de zorg aanvaard voor zijn thans negentienjarigen neef Albert, graaf Kerkersheim, dien hij zich dacht in een aanstaande diplomatieke carrière. Dit was de manke, slanke jongeling van het drietal die het strompelen over het kerkplein completeerde toen Matthias den avond van zijn redevoering het nachtlokaal verliet. Albert hield van zijn oom zonder tegen hem op te zien, deze mocht den jongen bescheiden man graag, hij zag in hem den filosoof die de wijsheid van den wereldmensch zou overnemen. In den kring aan huis bij de Aigns hield hij zich in een teruggetrokken hoekje, maar het oog van zijn tante Isabella, die hij tante Isis noemde, rustte op hem. Ova, het nichtje van den dokter, de toeschietelijke allemansvriendin, had haar toewijding tot den jongen Albert willen uitstrekken, maar te veel vriendschap had den ongetemden bloodaard afgeschrikt. Ook verkoos hij zijn eigen weg te zoeken en verlangde niemands aanhangsel te zijn. Laat mij het hier dadelijk uitspreken: de jonge Albert is de hoofdpersoon van Mechtild Lichnowsky's verhaal. Door de vestibule zijn wij eindelijk bij hem aangeland. Zijn geboorte is het onderwerp van haar boek. Hoeveel woorden zij ook aan hen besteedt, de personen die haar inleiding opvoert hebben geen kleur en geen wezenlijkheid gekregen; voor zoover zij ons iets zeggen ? Matthias Lanner zegt ons niets zijn het schema's van karakters, opgesteld zóó, dat er iets aan hen te bewijzen valt. Het is alsof zij haar modellen had bijeengebracht. rss^//v:>o> Butóerffcyr Bonbons Overheerlijke, pikante ^^ smaaK Is de teekening van een hunner nog niet geheel overtuigend, zij wil haar nog wel bijwerken, leven kan zij echter aan de vormen niet schenken, zij ontleent hen ook niet aan haar verhaal, het zijn er slechts illustraties van. Alleen bij een enkel persoon is haar greep forscher. Die gaat haar na aan 't hart. Dat is Isabella. Moet zij deze beschrijven, dan wordt zij natuurlijk. Zij begint met te spreken over haar gesloten leeuwinnengezicht"; dan echter gaat zij voort: Zij had toch meer van een veulen van voornaam bloed." Sommige dieren hebben een menschelijke uitdrukking in hun trekken en bewegingen, zoo komt het bij menschen voor, dat zij op een argeloos ernstig dier gelijken met zijn onafhan kelijkheid en zijn trefzekerheid. Zij at en ging, zij sliep en bewoog haar hand naar haar gezicht met denzelfden ernst alsof het vanzelf sprak. Was zij werkelijk een dier geweest zij zou haar jongen hebben gelikt en gevoerd en zij zou zich met klauwen en hoeven tegen insecten hebben geweerd. Nu zij een mensch was, beheerschte zij zich zelf en gebruikte uiterlijk dezelfde vormen als anderen, maar zij had haar eigen leven en voor nemens en hoopte op de vervulling van haar wenschen, zonder het hoofd of den moed te verliezen als zij niet uitkwamen. Soms inderdaad lag zij volkomen gestrand op den oever of op het rif aan de kust en voedde zich met alsemplanten, totdat de kracht van haar onbedwingbaren humor haar weer in het volle diepe levenswater bracht en zij met alle zeilen op wegijlde. Johnny von Aign, haar man, had alles aan haar kunnen hebben. Maar hij kende niet anders dan haar oppervlak en zelfs daarvoor mankeerde hem de fantasie." Waarom zoo lang bij de inleiding te blijven staan? Zij is typisch voor den modernen Duitschen roman met zijn gekunsteldheid, zijn onnatuur en zijn onderstrooming van een krachtig leven, dat zich moeit voor een uitweg. Er wtrdt ons geduld gevraagd, laat ons die ten minste geven. PAST STALEN RAM EN TOE VAN DE KON.FABR.F.W.BRAAT-DELFT. SPECIALITEIT. VERZINKTE STALEN RAMEN. AAN DE MEDEWERKERS Brieven en bijdragen bestemd voor het redac tioneel gedeelte moeten worden geadresseerd aan het secretariaat der redactie, Keizersgracht 333, Amsterdam, zonder vermelding van persoons namen. BATENBURG & FOLMER (O. W. FOLMER) DEN H AAG, HUYQENSPARK 22 SPECIALITEIT: BERGPLAATSEN VOOR INBOEDELS MET SAFE-INRICHTING. VERHUIZINGEN ONDER GARANTIE INTERNATIONALE TRANSPORTEN

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl