Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2514
BLANK ALS HET GELAAT
VAN MONA LISA
te blijven, is de wensch van iedere vrouw, die
er prijs op stelt haar natuurlijke bekoorlijkheid
duurzaam te verzorgen. De keuze van de soort
toiletzeep is daarbij een belangrijke factor.
Neem gerust een proef met
MONA LISA TOILETZEEP
zij zal U in alle opzichten bevredigen en U
zult er d& heilzame uitwerking van op Uw
huid met voldoening constateeren.
Zij is door fijne geur en schitterende kwaliteit
DE ZEEP DER UPPER TEN.
NAAR MAAT
Fr. SINEMUS
20 Leidschastraat 22 - Amsterdam
De Ons Zwarte Penny s
door
JOSEPH HERGESHEIMER
Uit het Amerikaansch vt-rtaald
door CL. BIENFAIT
Gtïll. cmslag van IS. VAN MENS
De H en W-Serie Deel VII
Ingenaaid /2.9ÜGebonden / 3.75
Uitgave van
VAN HOLKEMA & WARENDORF
Amsterdam
VAN SCHAICKrs
MEUBELTR ANSPO RT-MY
BERGPLAATSEN VAN INBOEDELS
BINNEN- EN BUITENLANDSCHE
TRANSPORTEN
OVERBRENGEN
van MEUBILAIR ook per AUTO-TAPISSIÈRE
BOOTHSTRAAT, UTRECHT. TEL. 163
TE OOSTERBEEK
LEVEPT
MEUBELEN
EN VEB/IECIN<iEN
Spoor's
W. A Spoor Jr. Culen.bor;
5O1
TORPEDO
4 Cylinders, 10/15 P.K., 4 Zitplaatsen, Ballonbanden, Schokbrekers.
UIT VOORRAAD LEVERBAAR.
Zonder voorwielrcmmen f 3600?| Met voorwielremmen f 3750.
De Importeur:
J.LEONARO LANG,Stadhouderskade 114, A'damjel 210.
i
BIJKOMSTIGHEDEN
door ANNIE SALOMONS
CLXXXIV
Je moet eerst weer even aan de gesprekken
op de boot wennen; allergekst zoo gauw als je
dien toon verleert. Een mevrouw vertelt me,
na de eerste kennismaking, als een groot geheim,
achter haar hand, dat een meneer, die voorbij
komt diep in de olie" zit. Ik vraag voorzichtig,
of dat prettig is. Ik geloof, dat ze minder verbaasd
t! zou zijn geweest,als ik twijfel aangaande de zwaarte
kracht of de periodiciteit van eb en vloed had
uitgesproken. Ze kijkt me even aan, of ik haar
voor den gek houd, maar de onschuldige domheid
l van mijn gezicht stelt haar gerust. Ze verzekert
1 ? me, dat er millioenen in verdiend worden. Ze
vertelt me ook wat haar wintermantel heeft
) gekost. Ik vind dat een heeleboel. Ze rekent
me voor wat haar man de laatste jaren aan
tantièmes heeft gebeurd. Dat vind ik ook een
, heeleboel. Nu spreekt ze in tonnen", maar
dat zijn nog altijd meer nullen dan ik begrijpen
kan.... En dan komt ze op de prijs van een
flesch haarwater in Parijs. Als ik ook maar van
iets ter wereld me op dit oogenblik kon herinneren,
wat ik er voor heb betaald, zou ik beter met
.' haar kunnen praten, maar er wil me niets invallen.
?> Ik weet niet langs welken overgang we op Holland
komen en op haar jeugd daar. Mijn man had
in Holland ook een heel goeie positie", zegt ze
trotsch, toen ik hem leerde kennen, verdiende
f hij al honderd gulden in de maand en later honderd
vijf en zeventig."
Ik voel opeens een verteedering in mijn hart
voor deze uitbundig geslaagde mevrouw, met haar
hupmobiles, haar dure grammofoon in het ruim,
en haar goochelen met millioenen en tonnen.
Want in haar ziel is ze toch altijd nog het eenvoudig
- winkeljuffrouwtje gebleven, dat trotsch was op
;' haar heerigen" jongen, die honderd gulden in
de maand verdiende. Alle andere dingen zijn
f veranderd: haar japonnen, haar appreciatie van
menschen en dingen, de eischen, die ze aan het
leven stelt.... Maar dit eene is onverwrikbaar
gebleven: het was een knappe jongen met een
mooie positie.... En de zekerheid, dat deze
honderd vijf en zeventig gulden iets bizonders
waren, en wel veel die wordt door geen specu
laties in olie of rubber, door geen champagne
bij een gewone lunch en geen juweelen armbanden
in gevaar gebracht.
Waarom kunnen we niet trachten in elk ons
niet-sympathiek mensch het onbevangen kind
terug te vinden, dat hij toch eens moet zijn
geweest? In al die dames, die achter haar eigen
dikte en statie aanloopen, het droomende meisje
zien, dat schroomend verlangde naar het leven;
in al de bridgende en bon-schrijvende meneeren
den ondernemenden knaap, die iets durfde, dat
moeilijk was, die streed om te bereiken, en die,
nu hij bereikt heeft, misschien wel eens met wee
moed terugdenkt aan die mooie jaren van onze
kerheid.
En als het ons te moeilijk valt het kind"
in deze, dikwijls zoo fel door de zorgen getrokken
lijnen terug te vinden, laten we dan denken aan
den overledene, die hij eens, wie weet hoe snel
reeds, zal zijn.
Het is treffend, hoeveel goeds er bij iedere
begrafenis, ook van weinig belangwekkende of
aantrekkelijke persoonlijkheden wordt gezegd, en
hoe waar al die lofredenen zijn, als we ons maar
aandachtig herinneren, wat de gestorvene bij zijn
leven heeft gedaan en gewild. En toch merkten
we zijn deugden niet op, zoolang hij leefde, en
zullen we ook van degenen, die met ons om zijn
graf staan, ze pas wezenlijk naar waarde schatten,
als ze erin liggen.
Want na den dood wordt autoritair optreden"
gebrek aan begrip voor de meening van ande
ren" tot den eerenaam: man uit n stuk";
laksheid" wordt zachtheid"; Streberei" wordt
energie". Maar waarom zien we dien goeden kant
pas, als de bezitter van de eigenschappen geen
plezier meer kan hebben van onze appreciatie;
waarom kunnen we niet in ieder levend mensch,
dat ons kwetst, ergert, verveelt, den bijna over
ledene zien, zooals we zijn skelet raden onder zijn
bloeiende vleesch;?en dan hem zóó zacht
bcoordeelen, als we hem eens beoordeelen zullen als hij
voor altijd pi zijn weggegaan?
Al deze vreedzame philosophieën zijn geen
overdadige weelde in de Roode Zee, waar de
temperatuur 's middag's tot 36,5 gr. stijgt, (en als
het in de huiskamer 18 gr. was, vroeg er al iemand
om de deur open te zetten, omdat het zoo warm
werd) en de temperamenten in gelijke mate over
verhit worden.
Een mevrouw heeft een boek-uit-de-bibliotheek
in den salon laten slingeren; een jongen heeft het
weer in de kast gezet, een andere mevrouw is
er aan begonnen, maar de eerste verlangt het
terug en zegt: Mijn boek". Nee", zegt de tweede,
had je 't maar niet moeten laten slingeren. Mijn
boek." Een derde mevrouw kiest partij voor de
eerste, en als er niet iemand met Salomo's wijsheid
opduikt om een uitspraak te doen, dan is de
bevolking van de boot in n dag in twee partijen
verdeeld, die elkaar gloeiend" bestrijden.
En dan zijn er de kinderen, de kinderen, die
kibbelen over een fietsje, en voor wie de liefheb
bende ouders right or wrong" partij kiezen.
Hij vroeg het zoo lief; maar jij bent een nare
jongen Al is 't van jou, je ken een ander
ook wel 's wat gunnen."
De linnenjuffrouw staat er bij met een geduldig
gezicht; ze kent de lieve" eigen kinderen en
de nare" kinderen van andere ouders, doordat
ze ze drie maaltijden per dag onder haar beheer
heeft en ze kijkt, alsof ze er niet zoo heel veel
onderscheid in ziet, en op allemaal nogal dol is.
De zachte moederlijkheid van haar oogen treft me.
Kom laten we nu eerst plaatjes gaan kijken",
zegt ze opgewekt, op 't oogenblik is het toch
te warm om te fietsen."
En ik peins, hoe het zou komen dat alle menschen,
die geregeld varen, van den eersten officier af
tot den jongsten matroos toe, zoo iets rustigs
en echts krijgen, zoo'n breed begrip, zoo'n wel
willende humor, en zóó heelemaal zonder praatjes,
dat ik me een beetje schaam over mijn te makke
lijke literaire" woorden....