Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2518
FERDINAND OSSENDOWSKI
door Dr. W. G. C. B v v A N c K
II
Fr om President w prison, wij wagen te vertalen :
Van president tot den prisoen, luidt de titel dezer
afdeeling van Oss;ndowski's Souvenirs. Hij was
door het militaire oppsrbestuur in Siberiëzelf ge
nstalleerd als voorzitter van het groote comit
dat in het uiterste Ocsten en in Mantchoerije had
te zorgen vcor het transport der achtergebleven
troepen massa's naar Rusland terug, en zie: een
wijziging in het personeel van het hooge commando,
de benoeming van een generaal die in de gunst wil
komen van de heftige anti-revolutionnairen in de
omgeving van den Tsaar, brengt hem en zijn aan
hangers in verdenking van-oproer te stoken, sluit
hem in de gevangenis der hoofdstad van Mant
choerije, en korte metten zijn n gel onder het
militaire régime maakt dat hij geen dag meer
zeker is van zijn leven.
Op eenmaal ziet hij zich in een somber, ijskoud,
eng cachot geduwd, waar het water van den wand
sypert, en ais hij den muur met zijn hand bevoelt
om zich te overtuigen, klinkt het harde gebod van
den cipier: Verboden, of ik schiet, en weder als hij
de hocgte van zijn cel opneemt en dadelijk aan
de zoldering raakt: Verboden, of ik schiet.
Zoudt ge niet beter doen deze ongenoode gasten
te verbieden mij te hinderen, zei de gevangene, toen
hij bij het smokig schijnsel van een walmend
lampje merkte hoe heirlegers van wandgedierte
bezig waren langs de muren af te dalen naar wat
in andere gevallen zijn legerstee zou heeten.
Een onmogelijke, drmme lach vertrok even het
gezicht van den stokbewaarder, die door de opening
in de deur bleef grijnzen en stilte beval, of hij zou
schieten. Dat spooksel van een hersenlooze facie
bleef Ossendowski aanstaren toen hij zich te slapen
legde en toen zijn strijd begon met groote ratten,
in drommen op hem komend. Hij zag zich wel op
eenmaal in de diepste ellende verplaatst.
Ik geef maar heel summier enkele van zijn in
drukken en ervaringen weer, gedurende de eerste
. vijf dagen van zijn opsluiting ondervonden. Het
begin was slechts een entree en mattere. Daar kwam
op eenmaal de overtuiging bij, dat dit alles:
manijren van den gevangenbewaarder, last van
ongedierte, gemis van slaap en andere
geriefelijkheden, niets had te beduiden bij het feit dat het
te doen was om zijn leven.
Ja, de groote schrik greep hem aan gedurende
de lange uren van den nacht, bij het eerste schijn
sel van morgenlicht, bij alle geluiden in de gangen,
dat voetstappen naderden van de wacht die hem
zijn vonnis zou voorlezen en tegen den muur
aanplaatsen. Niet dat feit van zijn dood was zoo angst
wekkend, maar het afwachten, het twijfelen, het
zich afvragen, het telkens zich in postuur ^tellen,
het bereid zijn.
Hij meende te hebben begrepen, dat hij niet
zou worden gehoord: buiten zijn tegenwoordigheid,
misschien met n onverbiddelijken streek van een
generaaispen zou zijn lot worden beslist.
Er lichtte even een straal van hoop, toen een
wachter hem het bericht deed toekomen dat er
telegrammen door zijn vrienden naar St. Petersburg
waren gezonden, maar was daar nog tijd voor om
zijn executie op te schorten? had het militair
bestuur geen middelen om de dépêches achter ^e
houden? het.Was verlenging van'pijniging,geen ver
ademing. Zijn toestand was ondragelijk geworden.
Daar vernam hij zijn aanstaande overplaatsing
naar een andere cel. Hij begreep, dit beteekent het
definitieve einde en hij volgde gedwee den comman
dant der gevangenis, toen deze de deur van een
ruimer cachot liet openen, waaruit hem een kreet
van hoera ! te gemoet kwam, een luide begroeting
van eenige collega's van het befaamde comité, die
hem dra vertelden dat Witte, almachtig minister
geworden, had verordend hen voor het gewone
militaire gerechtshof te brengen. Daardoor liepen
zij niet langer gevaar per expres bevel aan den dood
te worden overgeleverd.
Er werd gelachen, er werden grappen gemaakt.
Het leven was herwonnen. Zelfs Novakowski, de
ernstige grijsaard, kwam los.
Het was bij gelegenheid van een onderzoek naar
den toestand in de gevangenis dat de deftige Nova
kowski zich te buiten ging. Hij duwde den
ambtelijken autoriteiten het brood onder den neus dat
in den ongezonden kerker werd verstrekt aan de
menschen die het ongeluk hadden er gasten van
de regeering te zijn.
Ja, brood ! zeiden procureur en kolonel op hun
beurt.
Geen brood ! barstte Novakowski uit, maar
slecht gebakken brood, ik dring aan op een onder
zoek. Dit kan er niet bij door.
Zonder zich verder te bekommeren om de klacht,
draaiden de onderzoekers hun den rug toe; en
Novakowski met den grooten homp in handen
wachtte af, totdat de bezoekers de trap afgingen
die hen naar de lokalen op de benedenverdieping
zou belanden. Toef) smeet hij met geweld het harde
product hun achterna en riep een bom ! een bom !
waarop officier en wacht en anderen in hun gevolg
als razenden van de treden aftuimelden om hun
leven voor de exnlosie te. bergen.
Alleen een militair uit het geleide bleef bedaard,
wachtte todat het schrikobject op den grond was
gekomen en riep teen over de leuning den verjaag
den tce: Het is niets dan een hoinp gewoon brood.
Neen, schreeuwde Novakowski van boven af:
geen gewoon, maar ongewoon slecht gebakken
brood !
Hij kreeg dadelijk order zich voor een onderzoek
bij de autoriteiten te vervoegen, en kwam met een
gerust lachje bij de kameraden terug die in span
ning verkeerden.
Wel, zeide Novakoski, ik begreep dat ik niet
veel waagde. De een en de ander trokken heel
ernstige gezichten als om mij te imponeeren na de
belachelijke buiteling die ze met hen allen hadden
gemaakt; ik daarentegen hield me heel naïef on
schuldig, en merkte eenvoudig óp dat ik hen had
willen herinneren aan de reden waarvoor ze bij ons
waren gekomen en enkel had gewaarschuwd op
wat voor harden kost zij ons tracteerden. Zij be
grepen zelf wel, hoe het voor hun eigen waardig
heid het best was de zaak er bij te laten. Neen,
daarover zullen wij niets meer hooren, en misschien
krijgen wij voortaan beter brood.
Er zouden nog andere verhalen hierbij zijn te
voegen om te toonen hoe de gevangenen revanche
oefenden op hun tyrannen; ze worden droog ko
misch, met een duivelsch genoegen soms, door
Ossendowski verteld, maar ik zou de geheele volg
orde der gebeurtenissen, die ik toch reeds ver
waarloos, in den war brengen.
Want de geschiedenis met het weggeslingerde
brood had plaats toen de aangeklaagde comitéieden
reeds voor de rechtbank waren onderzocht en hun
vonnis hadden ontvangen. Eigenlijk waren er geen
onrechtmatige daden tegen hen in te brengen, men
moest hen beschuldigen van samenspanning met
de sociaal-democraten, daarvoor waren de bewijzen
echter ver van voldoende, ten slotte kreeg een man
als Novakowski maar een jaar gevangenisstraf en
Ossendowski moest de eer van het praesidium van
het comitébetalen met een half jaar toevoeging
aan de gewone straf.
Het was na het sombere begin geen heilloos
vervolg.
Eigenaardig voor onzen president, maar mis
schien minder verwonderlijk voor ons, nu wij onzen
man langzamerhand hebben leeren kennen, is het
geval dat hij zijn gevangenschap niet door vlucht
heeft willen afbreken, toen hem de gelegenheid
daartoe werd aangeboden. Hij wilde haar
doorproeven.
Het was voor hem een experiment in zijn leven.
Hij had dit moet men in 't ocg houden
genoeg om mee bezig te zijn, boeken kon hij krijgen
en papier om zijn gedachten en waarnemingen aan
toe te vertrouwen, hij had de zorg voor zijn cel en
de hygiëne van zijn omgeving, hij plantte waarbij
kon op open plekken om zich groente of bloemen
te kweeken, hij hield een cursus voor jongere en
oudere leergrage zielen, en eindelijk hij maakte
psychologische opmerkingen over zichzelf.
Wat de gevangenis hem gaf als haar eigen gaaf,
was: eenzaamheid.
Hij leefde niet een leven dat hem dagelijks bezig
hield met allerhande praktische en theoretische
vragen, die in hun afwisseling telkens een oplossing
vroegen, maar hij moest een eigen atmosfeer om
zich heen scheppen.
Tweemaal in zijn leven heeft de Poolsche onder
zoeker en reiziger zoo de eenzaamheid gekend. De
eene maal toen hij maanden lang gedurende den
winter door de bosschen van Siberiëmoest rond
zwerven en zich schuilhouden voor alle betrekkin
gen met menschen om niet in de handen der
bolsjeviki te vallen; toen heeft zijn eenzaamheid hem
nader gebracht tot het nattiurleven en is hij ge
worden als de primitieve zwervende jager.
De andere zijde van de eenzaamheid leerde hij
thans kennen, het was een moreel aspect dat de
dingen voor hem aannamen ; hij leefde in het denk
beeld dat hij het leven dieper en vollediger begreep
dan voorheen. Het werd een soort van exaltatie
bij hem. Hij zag meer dan hij ooit om zich heen
had gezien, schimmen als van een toekomstwereld.
Hij werd bevreesd voor zich zelf.
Hij consulteerde den arts der gevangenis. Deze
raadde hem aan zijn geregeld werk een tijd lang
te staken, gymnastiek te doen en op zijn dieet te
VERBOUWINGS
OPRUIMING
14?26 SEPT. DEN HAAG
VAN MODELKAMERS
.EN LOSSE MEUBELEN
letten. Bijzondere verschijnselen verminderden
daardoor, het normale gestel hernam het overwicht,
alleen kwamen sommige trekken van den man des
te sprekender aan het licht.
Zijn verhouding tot de dierenwereld is een voor
beeld.
Daar is een geschiedenis van een musch, wier
vleugel was gewond en die hij geheel opgekweekt
heeft en aan de vrije lucht hergeven. Men merkt er
uit met welke gevoeligheid hij al waarin hij leven
speurt, gadeslaat. Het worden op den duur intimi
teiten en hij treedt met zijn hart en zijn verbeelding
in het bestaan van die afgescheiden en gesloten
wereld.
Aantrekkelijk is het voorbeeld van de oude wijze
rat die hij voor een bedaagde, der wereld kundige
weduwe hield, die vijf pupillen van moeder Natuur
had ontvangen ter opvoeding.
Geen beter plaats om rattenaard te bcstudeeren
dan de gevangenis. De dieren schijnen schuw, ze
ziin toch inderdaad gemakkelijk te temmen en
nemen spoedig gewoonten aan, maar het zijn egoïs
ten van de ergste soort, zij blijven alleen waar zij
het goed hebben en zoo lang het hun goed gaat;
daarna nemen zij afscheid en kijken niet meer naar
oude betrekkingen om, bijna zou men zeggen:
menschen van vóór het Christendom.
De weduw-rat kwam met haar vijf kleintjes,
totdat hij haar geleerd had alleen te verschijnen
en de zes klontjes suiker haar 's ochtends en
's avonds toebedeeld mee te nemen voorde kleinen
in het hol, want de gevangene was niet gesteld op
het bezoek van de kleinere diertjes. Totdat, z.ooals
Ossendowski zegt, de weduwe zeker begreep dat
haar pupillen een ruimer en fijner beschaafde
wereld verdienden dan een gewone gevangenis hun
kon geven en met haar kroost op een goeden dag
verdween en niets meer van zich liet zien.
Het sympathiekste dier was de gewone gezel der
slachtoffers van de eenzaamheid: de spin. De
spinnekop was een kostbare aanwinst van gezel
schap omdat men door het dier allerlei inlichtingen
kreeg over den toestand van de atmosfeer daar
buiten. Maar bovenal, het was duidelijk dat de spin
deel nam in de verschillende stemmingen van den
mensch. Was Ossendowski neerslachtig of ver
langde hij onzalig naar vrijheid, dan werd het
diertje onrustig, liet zich neer in zijn nabijheid, be
woog de voorpooten naar hem toe in een smeekende
houding en zag hem aan met zijn mysterieuze,
doordringende, oogen alsof het hem de overtui
ging wou geven dat er een vas om zijn gemoed
bijstand en kracht te geven
Maar ik 7011 waarlijk gaan vergeten dat er ook
menschen waren in de gevangenis. Over hen dient
nog gesproken.
DEN HAAG
LUNCHROOM DE BIJENKORF"
WACENSTRAAT 45-45a
LUNCH 75 et. VAN 12-2 UUR
l
AAN DE MEDEWERKERS
Brieven en bijdragen bestemd voor het redac
tioneel gedeelte moeten worden geadresseerd aan
het secretariaat der redactie, Keizersgracht 333,
Amsterdam, zonder vermelding van persoons
namen.
BATENBURG & FOLMER
(O. W. FOLMER)
DEN H AAG, HUYGENSPARK 22
SPECIALITEIT:
BERGPLAATSEN VOOR INBOEDELS
MET SAFE-INRICHTINQ.
VERHUIZINGEN ONDER GARANTIE
INTERNATIONALE TRANSPORTEN