De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 17 oktober pagina 2

17 oktober 1925 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2523 MADME. DE CHARRIÈRE (Bella van Zuylen) d:ior Dr. W. G. C. BYVANCK I Sommige eeuwen, en het zijn niet de minst beteekenende, loopen uit in hun gebeuren op de geschiedenis van enkele vrouwengroepen, die het best de intieme stemming der voorbijgegane periode vereenigen met hetgeen de toekomst voor nieuws zal brengen. Zoo behoort daartoe bij ons Betje Wolf, maar niet minder zij die zich in ons land moet tevreden stellen met den naam van Bella van Zuylen, terwijl de wereldliteratuurgeschiedenis haar kent onder de Fransch klinkende benaming van Madame de Charrière en haar verbindt met het kleine landgoed Colombier in de buurt van Neufchatel. At heeft zij niet den wijd verspreiden invloed van eene baronne van Staël Holstein, men kan haar toch als een voorgangster moeielijk missen onder de sterren die het opkomen van de Chateau briand begeleiden, evenmin als onder den jongRomantischen vrouwenstoet in Engeland en Duitschland. Zij hebben hun dagen van opwinding gekend, al moesten zij, naar mate de negentiende eeuw op haar dagweg vorderde, het grootste deel ?van haar morgenluister opgeven. Zoo gaat het nu eenmaal in de wereld der verbeelding. Het duurt daar lang eer men een vaste plaats krijgt. Maar Bella.van Zuylen, met haar klaar uit gesproken physionomie, zal wel op haar post weten te blijven. Zij staat niet licht af, wat 71} eenmaal, heeft veroverd. Zij is van '1740. Een beetje te jong nog toen, of moet men. haar reeds te otid noemen om onder onze tijdgenooten" te worden gerangschikt, ik kan echter, haar gezond, welgedaan gezichtje niet ontberen .in mijn reeks. Te gezond, zeggen de ménschen, om aanspraak te mogen maken op een eigen vorm van schoon heid. Zij taalt ook niet naar die eer. Zij heeft hooger aspiraties. . ?. . . . Van haar dertiende jaar af is haar geest in beslag genomen door de ambitie een groot geleerde te zijn. Geen taak mag.voor haar te moeilijk Wezen. In het oude kasteel van haar voorgeslacht, aan zichzelf overgelaten eri haar zelfstandigheid met hand en tand verdedigend, bedenkt zij haar le venspad, dat vooreerst is: een werkplan. Aristoteles en de ingewikkeldste vraagstukken der bolvormige hoeksmeting, die toen aan de orde van den dag waren, nemen daarbij een eerste plaats in, maar niet minder werd haar aandacht getrokken door de muziek. .De harp werd het instrument, waarop zij goddelijk" speelde. Zij bereidde zich-voor alsof zij in de wereld wenschte te schitteren, en eigenlijk ging haar lust toch niet daarheen. Een ^leerlinge van Rousseau was zij in haar.hart ? een democraat, dat hinderde harar niet o-m *ich . op al die voortreffelijkheden toe te leggen, "die i men in gezelschappen toejuicht. Zij had een dubbele natuur,.kon opgewonden zijn en ieder amuseeren, plotseling overviel haar een vlaag van somberheid, de t)on van zielsverdriet als ondergrond van haar stemming kwam op, zij had geen.lust meer in de dingea. Alleen te zijn was haar wensch .geworden. Bij mij, leef ik levendig slechts, wanneer ik geheel alleen ben," was haar geliefde woord. Dan ging haar fantasie aan den gang. Bella van Zuylen had haar fantasiën. Sinds zij twintig was, zocht zij naar een man, die haar zou 'bevrijden van de eenzame ligging van het oude slot. Niet dat zij er zich voortdurend niet op haar plaats bevond ! Haar vader was een zedelijk man, een edelman door en door, naar het rechte oude patroon geknipt, haar moeder iets natuurlijker, haar broeders leefden, zooals alle Zuylens leefden,alsvolmaakte Nimrods,erwasgeen kwaad bij hen, maar zij vond voor zich den tijd genaderd om uit het nest te komen. Het was voor Bella geen zoeken naar een echt genoot. De pretendenten naar haar hand deden zich op te kust en te keur. Zij was in haar eigen recht een rijke erfdochter, en behoorde tot de aanzienlijkste geslachten. Het zou een genade zijn, Welke zij bewees. Voorop onder degeen die naar de eer dongen, stond de Baron de Reberque, Constant d'Her menches, een schitterend Zwitsersch officier in Staatschen dienst, alleen hij was reeds getrouwd. Bella had hem bij toeval leeren kennen, en was onder de bekoring van den man, in alle kringen erkend, ook aan het Fransche hof en in de omgeving van Voltaire. Bij het openen van een nader ver keer was al ras gebleken hoe na de geesten, ten minste oppervlakkig, elkander stonden. Hermenches had genoegen in de geestig galante briefwisseling, en Bella van Tuyll van Zuylen zou zich zelf niet geweest kunnen zijn, wanneer zij hem niet te woord had kunnen s.taan. Maar voor een huwelijk bestond een wettelijke verhindering. D'Hermenches was reeds gehuwd. Vandaar een voorstel van d'Hermenches. Het meisje zou een huwelijk aangaan met den besten vriend van d'Hermenches en die vriend, een markies van hoogen adel, zou gedurende een groot deel van het jaar de gastheer zijn van d'Hermenches, op gevaar af dat het vreemde huwe lijk zou leiden tot een intrigue. Dit is echter juist wat Bella in het voorgeslagene aantrekt. Zij wil van zich zelf secuur wezen, dat zij niet in den valstrik zal geraken. Het hoofd moet in alle gevallen, de suprematie van den mensch bewaren. Zij is niet tegen d'Hermenches' voorstel. Er komt een andere macht tusschen beide. De Hollandsche familie verzet zich tegen het denkbeeld van het huwelijk met een Roomsch edelman. Om kort te gaan, dit plan zooals al de andere plannen van Bella's huwelijk lijden aan een origineel gebrek, dat op het kritieke oogenblik de mislukking veroorzaaktOm kort te gaan, zeg ik, want er is voorzeker niets koddigers te bedenken dan de verschillende avonturen van deze deftige Joffer op zoek naar een echtgenoot. Wij blijven daarbij niet eenmaal binnen de grenzen van ons eigen land, maar komen tot Schotland toe, waar James Bosweli, de ver maarde biograaf van Samüel Johnson, er jaren en dan nog weer eens 'nieuwe jaren over tobt, of hij haar niet zal verkiezen als landvrouwe van zijn goed Auchinleeks. Bosweli dien alle lezers van Macaulay kennen, heeft reeds in zichzelf genoeg stof voor een komisch personage, hij vereenigt dien in zijn betrekking tot Bella met een deftige bijgift van wereldwijsheid en mag tegenover het schrandere meisje niet bijzonder rekenen op onze toegevendheid. Bella hield echter wel van zoo'n aard die haar telkens voor "verrassingen stelde, waar zij zich tegenover terecht moest vinden. Over 'tgéheel kan men toch niet zeggen, dat haar proef om over 't eigen leven te beschikken was gelukt. Zij daalde af tot vreemde gedachten. Een Schotsch Lord, Lord Wemyss indertijd uit Schot land verbannen en die een twintigtal jaren een ongestadig leven had geleid, bood zich aan. Hij had een slechte reputatie, veel schulden en weinig manieren. Juist goed voor mij," zeide zij. Zij klaagde er over dat in ons land niet de strengste kloosterorden hestonden, dan was zij in een Carmeliter Klooster overgegaan, waarin alles was opgeheven dat aan liet leven eenigen bijsmaak van vreugde gaf. Hij zal mij toch niet slaan, ? was een van haar opmerkingen omtrent Lord Wemyss. Nu daarvan was men in haar omgeving niet volledig verzekerd. Men meende, zij moest den stap wagen en trouwen. Nog was er een candidaat. M. de Charrière, die huisonderwijzer was geweest bij de van Zuylens, en voor het onderwijsvak naar Nederland was .?gegaan, zooals anderen voor;den miljtairen.dienst, was een bewonderaar van Bella. HijTiad er natuur lijk nooit aan gedacht zich in het gelid der pre tendenten te plaatsen, zijn afkomst van den kleinen provincialen adel van Neufchatel, berechtigde hem niet daartoe. Ook kon hij er zeker van zijn dat liet hoofd van het geslacht met al zijn autoriteit zich daartegen zou verklaren, maar hij kwam thans uit den hoek van zijn bescheidenheid. Hij had die wereld leeren kennen die zich soms om Bella verdrong, en die onderwerp werd voor haar satire. Hij met zijn nuchteren blik op de dingen, met zijn klaar verstand om toestanden te beoordeelen, zijn bedachtzaamheid, met takt om nergens aanstoot te geven, en toch met het fond van ingeschapen fierheid dat den Zwitser kenmerkt, was een te echt exemplaar van den mensch, zooals hij moest wezen voor een nakomeling van Rousseau om hem te kunnen verwerpen. In zoo'n geëxalteerde geestesstemming als van Bella, klom het dadelijk op tot Wemyss of Charrière. Tot haar vader was het: Gij wilt niet dat ik den gewezen onderwijzer huw, het moet een van tweeën zijn, welnu de zaak is in uw eigen hand, en gij zult mij niet ongelukkig willen maken. Ik sluit mijn oogen" zeide Bella, als iemand, die voor een gevaar staat en die haar lot aanneemt. Zij wist, dat, met de Charrière gehuwd, zij een deel opgaf van het eenmaal gedroomde leven. Er viel op den duur niet meer te denken aan het leven in een schitterende omgeving, waarin zij zelf een rol zou spelen. Het geluid van het leven zou Weer een dag verloren door zwakke gezondheid. Iedere dag. waarop gij U ..niet zoo goed" gevoelt, is practisch een verloren dag En is het leven al niet kort ge noeg? Een sterke gezondheid zal U in staat stellen te genieten van lederen dag van U w leven en meer en beter te werken zonder U vermoeid te voelen ? ..Sanatogen gaat naar de kern der gezondheid, d.w.z. de cellen en bouwt die -op tot een blgrend krachtig lichaamigettel." zegt een bekend Londensch geneesheer. Op die wijze zal Sanatogen ook U een sterke gezondheid en zenuwkracht geven Meer dan 24.000 doctoren raden Sanatogen aan SANATOGEN Het zenuwsterkend voedsel VERKRIJGBAAR IN ALLE APOTHEKEN EN DROCISTERIJF.N. worden gedempt, de glans verdoofd. Maar Waar geef ik meer om ; bekapittelde zij zich zelf, om een boerendans op klompen te midden der boeren zelf, of om een bal met luisterrijke toiletten? Zoodra zij met zulke argumenten bij zich aan kwam, werd de redcneering overmachtig. De Zwitser won den prijs. In den winter van 1771 werd de bruiloft gevierd met de grootste hartelijkheid ook van het oude geslacht der Zuylens. Door zijn onopgesmukte goedheid en liberaliteit had de bruigom iedereen gewonnen. Maar ook de bruid deed haar best. Zij kende zichzelf te goed orn niet te weten dat het haar mankeerde aan echte gevoeligheid, zij zou er zich op toeleggen haar man te koesteren in de stralen van haar liefde. Of haar poging geslaagd is? Daar is wel een tijd geweest van een intieme verhouding; na n of twee jaar echter heeft het gewone leven de meer uitbundige verhouding verdrongen. Zij hebben eerst een tijd in Utrecht doorgebracht, waren daarna een poos in Parijs, waar Bella schilderles heeft genomen, dan liet Zwitserland, het eenvoudige teruggetrokken land, zijn bekoring gelden. Door den dood van zijn vader kwam den heer de Charrière het landgoed toe. Colombier, dat niet veel meer was dan een uitgestrekten vruchtentuin bestond onder het bestuur van Charrière'soudste zuster. Zoo scheen het begraven levui, dat men in Utrecht dacht vaarwel te hebben gezegd, op Zwitserschen grond weer te gaan herleven. loninklijke Meubeltransport-Maatschappij DE GRUYTER &Co. DEN HAAQ AMSTERDAM ARNHEM Verhuizingen per Auto-Trein

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl