De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 17 oktober pagina 3

17 oktober 1925 – pagina 3

Dit is een ingescande tekst.

No. 2523 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND WAT DE SCHOOL KOST AAN ARBEIDER, MIDDENSTANDER EN KAPITALIST door R. P. J. T U T E I N NOLTENIUS DE REDE VAN GENERAAL SIXT VON ARNIM Teekening voor de Groene Amsterdammer" door Joh. Braakensiek DE De overtuiging dat eene her ziening van de Lager Onderwijs-wet 1920 noodig is, beperkt zich niet tot onzen kring alleen. Blijven zooals het is, kan het niet. Om principieele redenen niet. En om finantieele redenen niet". Aldus leidt de hoofdman der antirevolutionairen in Kuijper-stijl, de brochure in van dr. van der Vaart Smit, omtrent de toekomst der lagere school. (Amsterdam, drukkerij Holland.) Het is geenszins de bedoeling van schrijver dezes die brochure te be handelen of d n schoolstrijd te be spreken. Van dien strijd zullen de lezers van dit blad wel schoon ge noeg" hebben. Het eenige wat h<n misschien in die brochure interesseert, is de tabel op de laatste bladzijde, met de Rijksuitgaven voor het Lager onderwijs in het tijdperk 1901?1925. Het eindcijfer van nauwelijks ^even millioen, in die ongeluksjaren ge stegen tot ruim negen en tachtig millioen! De vergoeding van den Staat aan de gemeenten, van / 3.726.000 geklommen tot / 41.170.000; die aan de bijzondere scholen van ? 1.211.000 tot / 39.017.000! Inderdaad, cijfers om van te duizelen, en die wél aantoonen hoc ver wij verwijderd zijn van den jare 1848, het geboortejaar van den modernen Nederlandschen staat, toen Thorbecke eene beschuldiging van misplaatste zuinigheid verre van zich wierp met de woorden: Waar de Staat meer dan twee tonnen gouds bijdraagt, kan men toch niet zeggen dat die kosten bijna geheel door de ouders, gemeenten of provinciën gedragen wor den". Geen wonder dat de belastingbetaler zucht en onzen royalen Staat verwenscht. En toch, wat de burger door tusschenkomst van den Staat uitgeeft voor de school, is maar een klein deel van hetgeen hij totaal ten koste legt aan Onderwijs. Ho veel bedraagt dat totaal? Ziedaar een vraag, welke zooveel schrijver dezes Weet niemand tot nu toe beantwoordde. Daarom worden onderstaande becijferingen den lezer aan geboden; becijferingen, welke hem wellicht een heel nieuwen kant van het Onderwijsvraagstuk doen zien. Zij zijn opgemaakt met behulp van een aller aardigst overzicht, opgesteld door Mr. Snuffelaar (uitgeverij Velox, Amsterdam), dat slechts twintig cent kost, en onder den titel Wat betaal ik? Waar blijft het?" behandelt de Rijksbelastingen en de Gemeentebelasting van Amsterdam. Mr. Snuffelaar stelt ons drie belastingspatienten voor, ieder twee kinderen rijk; de een is timmer man en verdient 's jaars twee duizend gulden; de tweede is een dokter, die met zijn praktijk negen duizend gulden 's jaars maakt, en daarenboven uit vermogen beschikt over een inkomen van duizend gulden. De derde is dat wezen, waarover iedereen spreekt en dat niemand ooit gezien heeft: de kapitaljst. Hij is een rentenier pur sang, en heeft zijn heele kapitaal, groot vier ten, belegd in aandeelen van n fabriek, welke hem jaarlijks / 25.000 divi dend uitkeert. Hoewel Mr. Snuffelaar dit individu in Amsterdam meent te hebben ontdekt, geloof ik dat hij, zelfs bij een reis om de heele wereld, zoo'n luien ezel niet zou ontmoeten in levenden lijve ! Blijkbaar is deze kapitalist" dan ook enkel beHOOGSTE WET MOET VOOR ONS ALLEN ZIJN: TROUW TE BII.JVEN AAN DEN EED, DIENWI.I ZIJNE MAJESTEIT HEBBEN GEZWOREN" doeld als tegenstelling met den arbeider, óók op belastingsgebied. Zie hier de bedragen, welke, volgens Mr. Snuffelaar, door zijne drie patiënten uitgegeven worden voor Onderwijs: De timmerman betaalt aan den staat ? 25.70 's jaars; de dokter ?203.90; de rentenier / 741.76, ten behoeve van Hoofdstuk Va der begrooting (Onderwijs, Kunsten en Wetenschap). Aan schoolgelden betaalt daarenboven de Am sterdam se hètimmerman / 28,60, de dito dokter ?355, de rentenier ?720 per jaar. Verdergaan de berekeningen van Mr. Snuffelaar niet. Doch die sommen zijn nog aan te vullen met een niet onaanzienlijk bedrag. Want de post Onderwijs" is op de begrooting van Amsterdam (en niet alleen in die stad !) een /usfpost. Op verre na maken de inkomsten de uitgaven niet goed. Voor 1025 zijn de uitgaven berekend op ruim twintig millioen; het deficit op ruim elf millioen. Dit tekort is dus te dekken uit de belastingen. Aangezien deze 36 millioen opbrengen, is dus bijna een derde deel dier Ainsterdamsche belastingen noodig om het Onclenvijs-tekort aan te zuiveren ! Daar Mr. Snuffelaar berekende wat zijn drie patiënten in het geheel aan Amsterdanische be lastingen betalen, is daaruit gemakkelijk af te leiden wat elk hunner bijdraagt voor het Onderwijsdeficit. En wat blijkt dan? Dat ieder, werkman zoowel als kapitalist, aan gemeente-belasting ongeveer evenveel betaalt voor het onderwijs, als hij aan schoolgeld uitgeeft; dit derhalve nagenoeg wordt verdubbeld ! Alles tezamen genomen, komt men tot het volgende verrassende resultaat: J. S. MEUWSEN, Hofl. A'DAM-R'DAM-DEN HAAG. DE BESTE HOEDEN IN HOLLAND het niet. Ten behoeve onzer btiitenlandsche neutra liteit offert onze timmerman maar ? 17.87 onze dokter / 141.79, onze kapitalist ?515.12: ongeveei een vijfde deel van hetgeen hun de binneiilandsche verdediging kost ! lin het wil schrijver dezes toeschijnen, dat indien onze belastingbilletten, in plaats van en tiloc ons geld op te eisenen, specificeerden wat voor elk onderdeel noodig is, de burger in vele gevallen al lang halt ! zou geroepen hebben. Ja, misschien ware dan de heele schoolstrijd achterwege ge bleven, en hadden wij nog de eenig werkelijke zuinige eenheidsschool. Gelijk in Zwitserland, waar dan toch de bevolking niet minder gods dienstig is verdeeld dan ten onzent, en waar hetgeen dr. van der Vaart Smit vuur ons land verlangt -- de school inderdaad behoort aan de iniciers, de Statenbond zoo goed als niets heeft in te brengen.... en dan ook hél weinig bijspringt. Want het een gaat samen met het andere. WIJ ONTVINGEN ONZE NIEUWE COLLECTIE WOLLEN DEKENS VERLAAGDE PRIJZEN Het onder wijs kost aan den timmerman dokter . . . rentenier. . Rijks belasting ? 25.70 203.90 741.76 ? 74.92 850.50 2444.59 nog sterker Gein. ' school belasting geld '? 20.62 ? 28.60 291.60: 355. 982.83 ; 720.?'. Aardige sommetjes! Doch die spreken, wanneer men deze bedragen vergelijkt met de cijfers, welke Mr. Snuffelaar stelt voor wat Rijk, Provincie en Gemeente, direct en in direct, den belastingbetaler dwingen te offeren. Want dan blijkt dat het artikel Onderwijs" alleen, van die belastingen eischt (in percenten uitgedrukt): bij den timmerman 381/., pCt. ,, dokter 43 pCt. ,, kapitalist 35 pCt. Inderdaad heeft dus de een den ander niet veel te verwijten; en de hoop, de stille hoop van iederen belastingbetaler: dat hij de lasten afschuift op zijn medemensen, en allén de lusten geniet, blijkt wel heel ijdel te zijn ! Vergeleken bij de kosten van den schoolstrijd, verzinken trouwens die van Oorlog en Marine in Buitenplaats aandeVecht

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl