Historisch Archief 1877-1940
No. 2524
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
13
Nieawe Engelsche Boeken
dOOr WlLLEM VAN DOORN
OVER HET MATERIAAL
Words and Idioms: Studies in the English
Language. By LOGAN PEARSALL SMITH.
Constable, 1925. 7,6.
Het is verkeerd, kwasi-wijsgerig het arme, lege
woord te stellen tegenover het volle, rijke ding.
De betrekkingen tussen woorden en dingen
zijn velerlei; er is wederzijdse inwerking; nu eens
is de superioriteit aan de ene kant, dan weer
aan de andere. Bovendien zijn woorden zélf
dingen en heel rare dingen. Wat te zeggen van
pasmunt die in 's dichters handen tot standaard
geld wordt; van baksteen die onder zekere om
standigheden in edelsteen verandert; van gruis
dat wortel kan schieten?
Ik zou het boek van Pearsall Smith hier niet
bespreken en aanbevelen indien 't alleen voor
vakmensen bestemd was. Het richt zich echter
in hoofdzaak tot de belangstellende leek, die
na waarschijnlik vaak van woorden de dupe te
zijn geweest gaarne de natuur van die lastige
en gevaarlike maar onmisbare dingen wat beter
wil leren doorgronden, ook al om op z'n tijd er
beter mee te kunnen omgaan, gevend zowel als
ontvangend. En zowel hij, die door middel van het
Engelse boek wil doordringen in de Engelse kui
tuur, als hij wie 't alleen te doen is om 't genieten
van de Engelse letterkunde, moet zich door en
door vertrouwd maken met het Engelse woord.
In verband met de mondjesmaat Engels die de
meesten onzer meebrengen van de middelbare
school, is dit 'n zware eis. Er wordt hier te lande
veel Engels gelezen (meest spoortrein-romannetjes
trouwens) en veel Engels misverstaan. Vaak
tijgen dan de misverstaanders zowaar nog aan 't
vertalen ook, waarbij veel wonderliks wordt be
dreven, 'n Paar dagen geleden zag ik in een onzer
eerste dagbladen het woord police-officer (dat is
huis-tuin-of-keuken-politie-agent) minstens
dertigtnaal weergegeven met politie-officier. Je moet
maar snugger wezen. Hij echter die zowel het
betrekkelike beseft van z'n snuggerheid als de
blijvende maar voor stage vermindering vatbare
onvolkomenheid van z'n weten, r hij zal met 'n
boek als het bovenstaande ten zeerste z'n voordeel
kunnen doen, en er niet alleen 'n schat van
wetenswaardigs uit halen, maar dank zij de schrijver
zijn geestelike horizont verruimen, en z'n waar
deringsvermogen verfijnen. De lotswisselingen van
?woorden als sentimenteel en romantics vormen 'n
brok kultuurgeschiedenis. En waar is de gemiddel
de Nederlander die vermoedt, dat we deze woorden
niet danken aan het Frans maar aan 't Engels?
Of dat het verkeerd is te gaan filosoferen over het
,,wezen" van de romantiek zonder 'n behoorlik
begrip van 't ontstaan van die oorspronkelik
minachtende term? Of dat de woorden genie en
inspiratie mekaar pas goed en wel vonden" in
de achttiende eeuw, en dat Dr. Johnson, de
lexikograaf, het modern gebruik van genius nog straal
negeerde?
En dan de verhouding van gewestelike taal
tot algemeen beschaafd" ! Ook in Engeland
heeft men z.g. ontwikkelden die op het dialekt
als op iets verbasterds neerzien, mitsgaders predi
kanten en schoolmeesters die plaatselike termen
even gaarne uitroeien ais sommige jachtopzieners
zekere vogelsoorten. En toch zijn die woorden
vaak zo aardig en vol uitdrukking. Maar 't
ge?drukte boek 'n noodzakelik kwaad is de grote
vijand. This inversion of the normal relation
beiween speech and writing, this predominance of
ifie eye over the ear, of the written symbolover
itsaudible equivalent, tends to deprive the language of
ihat vigour and reality which comes, and can only
come, from its intimate association with the acts and
passions of men, as they vividly describe and
express them in their speech.
OSBERT SITWELL
Out of the Flame. By OSBERT SITWELL.
Orant Richards, 1923. 6
Tripte Fugue. By OSBERT SITWELL. Grant
Richards, 1924. 7/6.
Hij heeft nog 'n zuster, Edith, en 'n broer,
Sacheverell. Alle drie vertonen 'n sterke familie
gelijkenis. Alle drie doen in proza, in verzen, en in
composita mixta. Alle drie hebben talent benevens
n onbedwingbare zucht tot beetnemen. Bovendien
zitten alle drie verstrikt in het dogma van Stuart
.-Mill dat poëzie in wezen 'n alleenspraak is; dat
het de dichter voldoende behoort te zijn wanneer
3e z'n eigen bedoeling maar snapt; en dat het
rekening houden met 'n eventueel publiek
verderfelik is.
'Het gevolg is, in alle boeken van de Sitweüs,
Iets hutspotachtigs; zeer fijngevoelde en
mooiuitgedrukte dingen bevinden zich in de
onmiddelike buurschap van duisterheden, die geen op
heldering lonen; en 't is vaak niet uit te maken of
men te doen heeft met iets ernstig-bedoelds of
met 'n parodie. Ik zie bijv. in The Jealous Goddess
van Osbert (?Out of the Flame", blz. 43) 'n persi
flage op Walter de la Mare en James Elroy Flecker:
Silenus left the mainland
On a floating barre! of wine,
His sail was plaited from peach-leaves, and
The leaves of the fig and vine.
Smali waves seemed masks of laughter
As they rose at Silenus agape,
For his feet were purple with the slaughter
And the crushing of the Phoenix-blooded grape.
But the little golden winds of the autumn
Flew with him all the way,
Like a fleecy flock of Seraphim
They waited on him all the day
When the Syren swam to sing to him
From her island where the dolphins play,
They pelted her with lemons and with persimmon
Till the Syren dived away.
They blew down silver trumpets to summon
Sea-monsters that peer from the spray.
But the sound of seraphic hunting-horn
Brayed to the nearing golden strand,
Till each ogre, dragon, giant and unicorn
Sprang from his cave, to guard his land
This dear, dear land of Venus
Where the hippogriff and griffin play!
For if the Syren sang to Silenus
What would Jealous Venus say?
Maar is dit 'n grappenmakerijtje, 't volgende
Neptune in Chains (bldz. 28) is dat zeer
zeker niet:
Enslaved are the old Gods;
Pan pipes soundlessly
For the unheeding bees.
Bound by the trailing tresses of the vine
To soft captivity,
Neptune has left his waves
To stand beneath the frozen, green cascades
Of summer trees.
Is the Sea-God, then, content to rule
The rippling of wayward flowers,
Lulled by the songs that many birds pour out
From their green-cradles, gently-rocked
Songs that foam like hissing rain
Among the heavy blossoms?
Can hècontrol
The music of the wind through poplar trees,
Those trees, an instrument
That any wind, however young
Or drunk with drowsmg scent
Of petals, crushed by the flaming fingers of the sun
Can play upon?
But darkness, the deliverer
Comes with dreams
Night s grape-stained waves
Cool his aching body
The song of the nightingale
Falls round him
Like the froth of little waves;
The warm touch of the evening wind
Thaws the green cascades
Till you can hear
Every liquid sound within the world
Fountains, falling waterfalls,
And the low murmur of the rolling sea
And Neptune dreams that hèis free.
Dit mooie stukje vers libre is 'n even .zuiver
staaltje van wat de Engelsen fancy noemen als
de Ode to a Grecian Urn, van Keats. Waarin be
staat de meerderheid van de oudere meester? Ik
antwoord: in z'n strofen-bouw, die assimilatie
van de inhoud (dóór 'n meevoelend lezer) niet
alleen vergemakkelikt maar uitlokt. Schoonheid
zonder de genietende mens erbij, is geen schoon
heid. Poëzie die de lezer niet in 't oor blijft hangen
kan z'n wezen maar schraaltjes drenken.
Van de zes proza-vertellingen in Triple Fugue
is, dunkt mij, the title-piece het minst geslaagd.
Het idee drie innerlik op elkaar lijkende vrien
den die bij 'n vlieg-ongeluk in 't ongerede raken,
waarna door 'n bekwaam chirurg uit de verschil
lende stukken en brokken n nieuwe meneer
wordt samengesteld die naar verkiezing kan worden
beschouwd als nummer een, twee, of drie opent
perspektieven genoeg, maar de uitwerking van
't gegeven stelt te leur. Dat was iets geweest voor
Wells, en Wells alleen. Veel beter zijn de andere
vijf, vooral het eerste: Low Tide, de geschiedenis
van twee gefortuneerde oude tantes die door
spekuleren aan lager wal geraken. Maar alle
stellen vrij hoge eisen aan de lezer, niet zozeer
wat betreft woordkeus en zinsbouw als wel in
zake de talrijke toespelingen op verschijnselen
in de kunstwereld van de laatste dertig jaar.
Zo stel ik me voor dat de schilderijen van Ie
douanier Rousseau in Nederland wel onbekend zijn,
en dat de meerderheid van onze intellektuelen
niet weten wie Dark Rosaleen is. Eigenlik moest
ieder aanstaand lezer van dit inderdaad onder
houdende en vaak geestige boek bekend zijn met
de inhoud van het onlangs door mij besproken
werk van 'n andere Osbert: The Beardsley Period,
door Osbert Burdett. (Lane). Ter oriëntering.
ROMANS
The Light above the Cross Roads. By MRS.
VICTOR RICKARD. Constable, 1925. 36
Peradventure. By ROBERT KEABLE. Const.
1925. 3/6.
The Rector of Maliseet. By LESLIE REID.
Dent, 1925. 7,6.
KUNSTZAAL WILLEM BROK Hilversum.
Permanente Tentoonstelling
van
BEELDENDE KUNSTEN
Toegang dagelijks van 10 tot 5 uur.
Zondags op aanvraag Tel. 628.
Nummer een en twee zijn herdrukken, vandaar
de betrekkelik lage prijs. En het eerste, 'n oorlogs
roman, geeft het boeiendste verhaal; het tweede
is meer 'n aaneenschakeling van milieu-schil
deringen, High Church", Rooms-Katholiek,
rationalisties (met 'n mooie jonge vrijdenkster
zwakheid, uw naam is man). Het eerste is lichtelik
ambitieus, met 'n mystiekerig sausje; voor het
tweede geldt hetzelfde in sterkere mate, boven
dien zijn de motto's der hoofdstukken te talrijk,
te groot, te drukdoenerig. Ook overtreft Keable
Mrs. Rickard in 't gebruik van uitroeptekens.
Toch is Peradventure" tammer. En dat zit 'm
hierin, dat in The Light above the Cross Roads
werkelik het ziels-konflikt (dat van 'n Engelsman,
die, in Duitsland opgevoed, bij 't uitbreken van
de oorlog spion wordt) de hoofdzaak is, terwijl
Keable zich minder 'n kunstenaar toont dan wel
'n propagandist. Reeds z'n titel ontleend aan
de Oud-Testamentiese episode van Elia en de
Baaispriesters op de berg Karmel wijst hierop:
Peradventure hèsleepeth, misschien slaapt hij,
d. i. Baal, de vergeefs aangeroepen god.
The Rector of Maliseet", dat in Engeland nog
al wat opgang schijnt te maken, is het werk van
'n jong Canadees, maar speelt in 'n vergeten hoekje
van the old Country. Het is behoorlik geschreven
maar m.i. weinig ontroerend, 't Valt moeilik te
geloven in die Anglikaanse predikant, die erg
vroom is, maar tegelijkertijd niet kan nalaten zich
af te geven met demoniese machten, en die zich
in de echte stemming daarvoor brengt door zich
af te zonderen in 'n weelderig appartement met
'n rode lamp, Chinese borduursels, prenten a la
Gustave Doré, en 'n Venus van Milo. Edgar Poe
had van deze ingrediënten iets echt griezeligs
kunnen maken. Maar misschien ben ik het
griezelenjverleerd.
DE KON. FABR.F.W. BRAAT-DELFT
VERZIN KT.VERLOODT, VERKOPERT
ONAFHANKELIOK VAN VORM EN AFMETING
TEGEN BlUtlOKE PRIJZEN.
LOONSCHOOPEERAFDEELING.
PRIJSVRAAG: WELK BOEK?
Evenals in 1924 zal de Nederlandsche Uit
geversbond, in samenwerking met de periodieke
en de dagbladpers, aan het einde van dit
jaar een prijsvraag uitschrijven voor het
Boek van Uw voorkeur". Hieronder volgt een
opgave van nieuw-verschenen Nederlandsche of
in het Nederlandsch vertaalde werken.
ALIE SMEDING, HET WAZIGE LAND.
Ing. ? 2.50. Gebonden ? 3.50. De geschiedenis
van een niet meer jong meisje, dat hunkert naar
liefde, man en kinderen. Haar omgang met de
andere sexe en teleurstelling waarop deze uitloopt.
AART VAN DER LEEUW, VLUCHTIGE BE
GROETINGEN. Gebonden ?4.90. Luxe-uitgaaf
? 10.?. Een bundel met een groot aantal
prozaschetsen.
EDNA FERBER, MIJLPALEN, Amerik.roman
vertaald door G. J. Werumeus Buning-Enzink,
ing. ?2.25; geb. ?2.90. Dit is de geschiedenis van
drie generaties; van drie vrouwen, die ieder op
eigen manier, door andere tijden en gewoonten
gebonden, dezelfde levensgeschiedenis ervaren.
VUURVLINDERTJE, door HERM.
HEIJERMANS, met illustr. van G. v. Raemdonck. Ing.
? 3.75. Geb. ? 4.50.
Vuurvlindertje" is de voortzetting van Herman
Heijermans' ,,Droomkoninkje". Vuurvlindertje
is Droomkoninkje's zusje en het verhaal beschrijft
het leven van dit hartstochtelijke kind in het
gezin van tante Toos, haar volwassen zoon Kobus
en Droomkoninkje die een jongen geworden is
van boven de dertien en met z'n oom naar de
Philipsfabrieken in Eindhoven gaat.
VANNELLCSVARINAS
GOUDZEGEL
3O ets. per Pakje.