Historisch Archief 1877-1940
16
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2526
KRONIEK VAN DEN DANS
door J. W. F. WERUMEUS BUNING
XIX
:
EURYTHMIE
Dr. Rudolf Steiner's ideeën, die ten grondslag
liggen aan het stelsel der eurythmie zijn bij de
recente demonstraties genoegzaam bekend ge
maakt. Deze kunst, met haar occulte neigingen, die
niet zelfstandig schijnt te willen zijn, maar het
gesproken Woord of de muziek erkent als een
openbaring, Waarbij zekere onzichtbare plastische
vormen tot leven komen, die zij wil veraanschou
welijken, is in die gedachten minder opvallend
dan in het stelsel dat zij ter verwerkelijking koos.
De woorden en klanken leven voor den eurythmist
als stroomingen, zwevende vormen zonder
materieele kern, scheppingskrachtige ideeën, die naar
een geschapen worden streven, dat de eurythmie
dan op zich neemt. Bij de vorming van woord en
muziek speelt zich volgens deze gedachte in den
mensch een beweging af, die grootendeels onzicht
baar is en die nu, door het correspondeerende
bewegingsysteem dat Steiner gaf, zichtbaar kan
worden gemaakt.
Uitgangspunt was Goethe's zienswijze dat alle
kunst openbaring is van verborgen natuurwetten,
scheppende ideeën, die zonder deze openbaring
verborgen zouden blijven. Met deze gedachte
Wordt een tweede verbonden, hier eveneens aan
Goethe toegeschreven. Ieder menschelijk orgaan
is als het ware de mensch in het klein zooals,
voor Goethe in zijn Methamorphose der planten,"
het blad een plant in het klein is. Men kan deze
gedachte omkeeren en de mensch als een geheel
zien van wat elk zijner organen voorstelt. In het
strottenhoofd, en de organen die er bij spreken en
zingen mee verbonden zijn, worden bij hunne
werkzaamheid bewegingen uitgevoerd of opgeroe
pen, die zich in klanken of klankverbindingen open
baren, terwijl zij zelf in het gewone leven niet
waargenomen worden. De eurythmie wil nu deze
bewegingen omzetten in bewegingen van het
geheele lichaam. Daardoor wil men iets scheppen,
waarbij een aandrift heerscht, die zich in de ont
wikkeling van alle kunstvormen deed gelden.
Alle willekeurige mimiek, alle symboliseeren van
zielstoestanden door bewegingen, alle pantomime
moet bij de zuivere eurythmie worden uitgesloten.
De uitdrukking wordt door een geordenden
innerlijken samenhang bereikt, als in de muziek. Naar
het gebied waar de danskunst in het wezen van
kunst eens haar uitgangspunt vond, waarvan zij
&
)
l
EEN EURYTHMIE-CURSUS
VRIJE STUDIE NAAR EURYTHMIE VAN M. KACER
zich echter in den loop der tijden verwijderd heeft,
daarheen wil de eurythmie haar terugvoeren.
Evenwel wil de eurythmie geen oerspraak"
verzinnelijken, zij gaat uit van de tegenwoordige
zeer bewuste taal, en is zelve zeer bewust. 1)
Immers Steiner heeft, in sinnlich-
bersinnlicher Schau" de bewegingstendenzen gevonden,
die bij het uitspreken van een woord in het geheele
lichaam naleven. In zichtbaren vormgeeft hij ze zijn
volgelingen: voor eiken klank de vorm. Bij het
spreken van een declamator beweegt zich het
lichaam van den eurythmist d.w.z. vooral armen
en handen, in overeenstemming met de geestelijke
waarde van het woord. Hij spelt de letters niet,
maar beleeft het woord als vormscheppende
kracht, als een samenstroomen der klanken en
stelt het voor, die klinkers en medeklinkers nadruk
gevend, welke het woord karakteristiek maken.
Niet alleen het woord, ook de zin, het gedicht,
het lied.
Bij de beweging der handen en armen komt
dan nog de vorm van het rythme, die uitge
drukt wordt door de lijn, die de voeten loopen
en waaraan zich het geheele lichaam naar vermogen
van den eurythmist aanpast.
Tot zooverre wat, ten deele, door de aanhangers
dezer beweging tot haar verduidelijking is aange
voerd. Critiek op deze gedachtenwereld voert
ons te ver, zij zou theorieën over taaivorming
moeten beschouwen, verwantschap met vele In
dische mystiek, met de leer der Kabbala, met
Plato's ideeënleer, etc.; en in haar middelen, met
velerlei ritueel en ouden dans.
Een ding schijnt duidelijk genoeg: de geest
wordt hier door een vooropgezet systeem lichame
lijk zichtbaar gemaakt, het geestelijk streven
overheerscht.
Nu hebben de eurythtnisten ons telkens weer
nadrukkelijk betoogd, dat men hun uiting niet
met aesthetische vormen mag meten: hun kunst
is eerst in wording. Als Wij nu echter de eurythmie
moeten zien als de uiting van Steiner's wereld
beschouwing en de vruchtbaarheid van haar
grondgedachte dan ter bekorting voorloopig
aannemen de tijd oordeelt hier trouwens
zuiverder en onontkoombaarder dan de mensch
dan blijft er toch niet anders over dan te zien
in hoeverre hier reeds iets tot stand kwam.
Een idee, ook de grootste, levert nog geen kunst
werk, daartoe is het ambacht noodig. En nu is
een der grootste gevaren, die de waarachtige
Steinerianen ongetwijfeld zullen erkennen, dat
elke strooming die nog in haar min of meer
vormelooze stadium is, omzwermd wordt door
zwakke broeders en zusters, die meenen, dat men
met de idee der wijsheid reeds de wijsheid, en met
de wijsheid reeds het kunstenaarschap bezit.
Een goed eurythmist moet evenzeer kunstenaar
zijn als infelke andere bewegingskunst; en een
der armzaligste verschijnselen van dezen tijd is
dat men een idee verwisselt met een volschapen
belichaming daarvan.
f Het valt dan niet te ontkennen dat de eurythmie
zich vooralsnog, Wat volschapen lichamelijke uit
voering? betreft, geenszins kan meten met de
goede bestaande danskunst en gymnastiek. De
Dornacher eurythmisten vonden reeds strenger
vorm dan de Nederlandsche, die aan de algemeene
demonstraties meewerkten, enkele der uitvoeren
den, bijv. in Beethoven's Adagio", konden ons
treffen door een edele en zuivere beweging, maar
over het algemeen is de beweging vaak over
spannen, en blijven de bewegingen van armen en
handen alleen ons eenzijdig aandoen.
Het moge dan volgens de eurythmisten onrede
lijk zijn hen van uit de bestaande danskunst
te beoordeelen, maar zoolang zij hun eigen vorm
van beweging niet tot perfectie hebben gebracht,
deelen zij dat oordeel toch met alle kunst die
nieuwe gedachten wil belichamen en daarin nog
niet voldoende slaagt. Deze bezieling haar
waarde daar gelaten beheerscht het lichaam
nog niet voldoende. Men vindt alle gebreken van
jonge dansscholen terug: de beweging stroomt
niet, lichaam en ledematen vormen geen eenheid,
de handen spartcbn" nog al eens. Het is typisch
voor alle zwakke danseressen dat zij meer met de
armen, dan met het geheele lichaam dansen, het
is typisch voor alle eeuwenoude dansscholen,
ballet en Oosterschen dans, dat zij, bij alle
geestegeestelijke gehalte, de stand en techniek der voeten
als een zeer belangrijke grondslag erkennen voor
de verfijning van het andere bewegen.
In vele opzichten is de eurythmie in tegenstelling
met de ervaringen der huidige danskunst en gym
nastiek, die juist leerden den romp als uitgangs
punt van een totale bezieling van het lichaam
te beschouwen. En ook de danskunst sinds
Isodora Duncan is min of meer beperkt door haar
verwaarloozing van de voeten. Verder staat de
eurythmie voor het feit, dat de moderne mensch
lichamelijk slecht gedisponeerd is door lange ver
waarloozing. Men zal toch ook aan dat herstel
moeten meewerken, alvorens een doel bereikt
kan w'orden. Trouwens, eenige verandering van
zuiver gymnastischen aard schijnt reeds in of
naast dit streven door te dringen.
De moderne lichaamsoefening streeft er naar,
om uitgaande van het lichaam, den geest te
vinden; de eurythmie schijnt, uitgaande van den
geest, het lichaam te willen bezielen; men kan elkan
der Wellicht ontmoeten en van elkander leeren
zonder dat een der beide richtingen daarbij haar
karakter behoeft te verliezen.
In een kroniek van den dans is de eurythmie
voorloopig niet anders te boeken dan een streven
dat belangstelling verdient, juist omdat het tegen
gesteld is met vele andere stroomingen. In zijn
beste vertegenwoordigers is een eerste bereiken
reeds zichtbaar, en juist daar, waar wij het met
de maten van zuivere bewegingskunst kunnen
waardeeren, Waardeeren wij ook het meest de
mogelijkheden. Al blijft het ons voorloopog even
eens een zekerheid, dat men tenslotte veel van de
elders bestaande en groeiende techniek zal moeten
overnemen, eer deze beweging van bezielden geest
tot bezield lichaam zal kunnen groeien.
Ten deele is deze bewegingskunst ongetwijfeld
ook wat het ritueel vaak is: het inprenten van de
leer door voorgeschreven bewegingen en als zoo
danig blijft zij buiten beschouwing. Ten deele
heeft zij een algemeene paedagogische waarde:
het dieper doen aanvoelen van taal en muziek
door lichamelijk beleven, en vooral voor jongere
beoefenaars kan zij zoo haar nut hebben; maar
zij heeft dan een soortgelijk nut als de
Dalcrozemethode bij het muzikaal onderwijs. Haar geeste
lijke waarde zal uit eigen kracht of verval blijken;
haar waarde voor de algemeene bewegingskunst
ligt in het toetsen van haar streven aan eigen
gedachten, d.i. in het onmeetbare en abstracte,
en niet in haar verwezenlijking.
Haar ontwikkeling van idee tot vorm heeft
onze belangstelling, maar tot nader order
gelooven wij toch nog in de schoonheid als maat
staf der beweging die kunst Wil zijn. En wij ge
looven aan Hölderlin:
es neigen die Weisen
oft am Ende zum schonen sich."
1) zie o.m.: F. H. Winther Der Heilige Tanz".