De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 21 november pagina 17

21 november 1925 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

Ntf. 2520 0ÉGROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 17 MUZIEK EN FILM door L. J. JORDAAN Van verschillende zijden werd mij reeds her haaldelijk gevraagd, waarom in deze rubriek de muzikale begeleiding der films nimmer wordt ter sprake gebracht. Was dit opzet of toeval wilde men weten de kwestie was toch zeker belangrijk genoeg ! Inderdaad: de kwestie is belangrijk genoeg en juist omdat zij zoo belangrijk is, meende ik haar te moeten uitstellen tot er gelegenheid was haar uitvoerig te bespreken. Actueele recensies op de muzikale begeleiding der rolprenten bleven hier, op 'n enkele uitzondering na, achterwege. Ik meende er niets van te moeten zeggen om de een voudige, maar helaas ietwat verouderde reden, dat er niets van te zeggen valt. En we lezen toch geregeld in de dagblad-recen sies, dat Max Tak's wakkere schare" 't pro gramma weer op uitnemende wijze muzikaal vertolkte" dat 't orkest onder Heuckeroth's bezielende leiding" de verschillende films schit terend illustreerde" en dat we die of die kapelmeester een woord van lof voor de muzikale begeleiding niet mogen onthouden" enz. enz. Ja, ja de krant moet toch vol; nietwaar? Overigens is 't vraagstuk der verhouding van muziek tot film, nog lang niet in 'n stadium, dat de actueele bespreking van muzikale begeleidingen eenigen zin heeft. Hoe is 'ter mee gesteld? 'n Jaar of twintig geleden, in dei. voor-historischen tijd, zat in 't Bioscooptheater van Nögerath 'n blonde Lohengrin in 'n gekleede jas achter den vleugel keek naar de film en fantaseerde en improviseerde. Dit was Chris van Dinteren en de ouderen onder ons zullen zich zijner nog best herinneren, want er ging destijds 'n groote roep uit van 's mans muzikale gaven. Ik heb hem zelf nooit gehoord, maar een onzer bekende journalisten wiens on-muzikaliteit overigens notoir is, schreef zelfs geestdriftig over dezen improvisator. Nu moet men met dergelijke reputaties voor zichtig zijn. Wat destijds 'n groot wonder was, behoort nu tot de meest alledaagsche verschijnselen. 't Zoo maar voor de vuist weg componeeren" en spelen van begeleidende muziek, Was in die dagen op zich zelf al iets bijzonders. Tegenwoordig heeft bijna iedere bisocoop 'n pianist, die 't journaal begeleidt en al improviseerende van de Oevers der Oaronne", via de Begrafenis van generaal X". op de Nieuwste electrische boormachine" te recht komt, om te eindigen met 'n treffende verklanking van de laatste Parijsche avondjaponnen. De moderne concert-orgels" leveren daarbij regen, wind, auto-claxons en tromgeroffel a discrétion. Intusschen de capaciteiten van den gewonen musicus voor zulk veeleischend werk 'n oogenblik daargelaten moet men erkennen, dat 't principe van die begeleidings-inethodc voortreffelijk was. Dit spontaan reageeren op 't filmbeeld is de noodwendigheid van muzikaal accompagnement als uitgemaakt beschouwd zelfs ideaal. In dit systeem toch, blijft 't filmbeeld hoofdzaak, terwijl in de later ontstane becomponeerde film", die aanloop tot 't gesamt-kunstwerk", 't gevaar lang niet denkbeeldig is, dat de componist van de gelegenheid gebruik maakt om, er 'n topzwaar Wagneriaansch muziekdrama van te fabrieken of, nog erger! ? dat-ie de film eenvoudig negeert en in de vreugde de se voir executé" 'n compleete tondichtung ten gehoore brengt. Met dat gesamtwerk" heeft 't eigenlijk nog nooit recht willen vlotten. De Duitschers, die steeds probeerden en experimenteerden, zijn er voorzoover mij bekend is, mee begonnen. Zoo af en toe waaide er 'n film over met speciaal voor de gelegenheid geschreven muziek. Maar of 't lag aan de weinig gelukkige resultaten, dan wel aan de kostbaarheid van 't geval (muziekhuur orkestversterking?extra repetities) feit is, dat 't niet boterde: men hield zich als regel maar liever aan de vrije muzikale illustratie." Wat is eigenlijk die muzikale-illustratie"? In den grond genomen niets anders dan 'n horra vacui" de vrees voor de stilte l Men schrikte ervoor terug, 'n zaal vol menschen naar de zwijPADOX HOUTBOUW Houten Scholen, Winkels, Directiekeeten Levering in korten tijd. Fabrieken Warmond gende filmbeelden te laten kijken en nam z'n toevlucht tot de muziek. Na moge die muziek zoo voortreffelijk zijn als ze maar wil en zich bij de gelegenheid volkomen aanpassen ??in beginsel is en blijft't: een systematisch lawaai. * Wie de geestdriftige loftuitingen aan 't adres der diverse wakkere- en dappere scharen" leest kan dan ook een glimlach niet weerhouden, als-ie denkt aan de bonte muzikale lappendeken aan de grappige brie a brac van composities, waar uit zoo'n schitterende muzikale illustratie" be staat. Immers 't vereischt van den muzikaalgevoeligen hoorder geen geringe geestelijke acro batiek om de halsbrekende sprongen te maken van Beethoven's Coriolan"-ouverture naar .,Yes, we have no bananas" vandaar over de Serenade van Tosti naar 't Scherzo uit Mendelssohn's Sommernachtstraum" en de marsch uit Aïda" en zoo verder voor elke salto geen andere springplank dan wat handig gepreludecr, dat de vijandige toonaarden moet verzoenen. Ik wensch aanstonds nadrukkelijk te ver klaren, dat hiermede geenerlei miskenning van onze vaak zeer goede bioscoop-musici bedoeld is. Integendeel, ik herinner me nog steeds met bijzonder genoegen 't voortreffelijke ensemble Max Frank (viool), Mark Velt (piano) en den uit muntenden, jonggestorven cellist Bouquette dat 'n jaar of tien geleden in_de Union"-bioscoop musiceerde. 't Was toen nog geen gewoonte over de schit terende muzikale vertolking" te leuteren, zeker niet van 'n strijkje" dat maar uit drie man be stond. Voorzoover ik weet werd 't dan ook nimmer genoemd ??? en toch dorst dit troepje 'taan, werken van Mendelssohn, Schubert, Schumann en Beethoven ten gehoore te brengen tot zelfs 'tfis-moll trio Op. l No. l van César Franck ! En dit alles zoo voortreffelijk, dat de Amsterdamsche liefhebbers naar de Union" gingen om deze weiniggespeelde kamermuziek-werken te hooren en de film maar op den koop toe namen. En ongetwijfeld vind ik 't jammer, dat de arbeid van onze nieuwere leidende cinema-orkesten geen andere waardcering geniet, dan de welwillende on verschilligheid der mtiziekkenners en de deftige nonsens van 't verslaggevers-jargon. Integendeel ik meen, dat de enorme belezenheid en groote bekwaamheid van duivels-kerels als Max Tak en Heuckeroth beter oordeel verdient. Als ik er aan denk, dat 't aantal partities over een avond soms tot 80 of 90 stijgt, dan kom ik tot de conclusie, dat op die plaatsen alleen muzikanten in den goeden ouden zin van 't woord geheide kenners van 't métier, zich kunnen handhaven. Want de tijd is lang voorbij, dat we in de bioscopen konden volstaan niet de beproefde Tavan-fantasiee'n 'n soort muzikale Haarlemmerolie bruikbaar voor alle bezettingen van n tot twintig man. Dat We zoo'n avond achter elkaar afdraaiden 'n fantasie-Faust (eerste en tweede potpourri, weet ge 't nog, ouwe muziekrotten?) Cavalleria Carmen?Rigoletto?Tosca en Butterfly.... da capo all' infinito, met ter aangename afwisse ling de Marsch der Gladiatoren en de toenmaals bar-populaire walsen Destiny", Misery" en hoe ze meer heeten mochten. Tegenwoordig schrikt men niet terug voor Saint-Saens,Tschaykowski, Dvorak,Mozart,Haydn t n Beethoven ??ja, zelfs Moussorgski (Boris (ïodounof) en Dukas (Aprentie sorcier) behooren tot de aspiraties der heeren dirigenten. Dat zijn karweitjes, die ook aan de uitvoerende musici hooge eisenen stellen, vooral omdat zoo'n transciptie voor de instrumenten afzonderlijk soms heel wat zwaarder is dan de origineele partijen, ongerekend nog de invullingen", die n?twee..., soms drie balken in bijna onleesbaar schrift boven de partijen staan. Dit alles Vergt meer bekwaamhed en routine, dan de leek in z'n hautaine welwillend heid kan droomen. Men ziet, dat ik in waardeering voor de tech nische bekwaamheid onzer bioscoop-musici niet wensch te kort te schieten. Maar 'n aaneenrijgsel van tientallen fantastisch contrasteerende muzikale fragmenten is'n muzikaal paskwil?dat wascht 't water van de zee niet af. En 'n programma, 't welk met 'n hik midden in 'n symphonie-satz blijft steken, om naar 'n opera-aria over te gaan, die meestal op haar beurt 'n ontijdigen dood sterft terwille van 'n English song is artistiek veroordeeld .... afgezien nog van zijn verhouding tot 't ,,gesamt-kunstwerk" Maar daarover een volgende maal! DE FILM EN HET INSTITUUT VOOR ARBEIDERSONTWIKKELINO, In de arbeiders-pers circuleert 't bericht, dat 't Instituut voor Arbeiders-Ontwikkeling 'n eigen fim-dienst heeft ingericht. Blijkens de aankon diging is 't Centraal Bestuur van meening, dat de film 'n belangrijke factor vormt in't cultuur leven der massa, doch door ;tfeit, dat de exploi tatie geheel in handen is van winzieke vermaaksspeculanten" lang niet geeft, wat zij geven kan. ONZE KUNSTENAARS Teekening voor de Groene Amsterdammer" door P, P. Koster OSCAR" B. TOURNIAIRE Dus heeft 't Instittuirgemeend de zaak iif eigen hand te moeten nemen en door de winst-prikkel uit te schakelen" dit euvel te verhelpen. > Door zelf voorstellingen te geven, zal het binnen enkele weken toonen, wat 'n goed en met zorg gekozen film-programma vermag. 't Spreekt vanzelf, dat wij de resultaten met eenige spanning tegemoet zien. Er staat in 't bericht, dat wij lazen niet vermeld, wie deze ge wichtige campagne leidt, noch wie de keurprogramma's zal samenstellen tenzij men met de ietwat vage aanduiding bekwame deskundi gen" genotgen neemt. Ook doet 't eenigszins vreemd aan te vernemen, dat 't langvergeten, vermakelijk fossiel: de explicateur tot de uit rusting van den model-filmdienst behoort. Maar wie weet welke verrassingen nog voor ons zijn weg gelegd ! In ieder geval heeft 't Instituut 'n naam te verspelen en kan men met reden verwachten, dat zijn voorstellingen iets zeer bijzonders zullen zijn. Wij hopen aan de lezers dezer rubriek spoedig 'n enthousiast verslag te kunnen uitbrengen. Door eenvoudige behandeling met ABIS garandeeren wij abso luut afdoende bestrij ding van Kakkerlak ken en andere schade lijke insecten, muskieten, w andgedierte, enz. Vraagt inlichtingen en prospectus voor schepen, gebouwen en particulier gebruik aan N.V. A.B.I.S., MIJ. ter Afdoende Bestrijding van Insectenschade, Heerengracht 281 Tel. 32281 Amsterdam

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl