De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 5 december pagina 11

5 december 1925 – pagina 11

Dit is een ingescande tekst.

No. 2530 PE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND II Korngold. Er hebben vele wonderkind-componisten be staan. Er zijn er die wonderkind bleven, d.w.z. vroeg stierven, of na hun kinderjaren niets meer van zich lieten hooren en er zijn er, die onder onze beroemde componisten vermeld staan. Van de eerste categorie zijn vele voorbeelden, doch van de tweede ook. De meeste van onze groote compo nisten leverden in hun jongste jaren reeds merk waardige prestaties. Mozart is hiervan het klassiek geworden voorbeeld. Doch eveneens van oude datum is de charlatannerie, die met deze wonder kinderen bedreven Werd: Beethoven gold in zijn jongste jaren, terwille van de reclame, steeds voor twee jaar jonger dan hij was. In onzen tijd doet zich al het verschijnsel voor, dat, evenals de renpaarden, de wonderkind componisten kunstmatig worden opgefokt", dat belangstellende ouders niet nalaten alles wat in hun vermogen is te doen om hun wonderkind componist aan de openbaarheid te brengen en zijn succes te verzekeren. Zoo is ook aan den naam van Erich Wolfgang Korngold de naam van zijn vader Julius onafscheidelijk verbonden geraakt. Deze laatste is muziek-journalist. Zijn zoon heeft een goede sauvegarde" op zijn reeds 28-jarigen levensWeg gehad, en men moet een en ander, zooals hier te lande, op een afstand kunnen meemaken om duidelijk te zien, dat er verschil bestaat tusschen het handigste en op zichzelf reeds geniale assimila tie-vermogen en een werkelijke, oorspronkelijke zelf-vindende scheppingskracht. Het is bijna zeker, dat men dat daar ginds in Weenen al niet meer ziet en toch openbaart zich deze eerste eigenschap bij Korngold in zijn latere mannenjaren steeds meer onloochenbaar. Aanvankelijk, toen de jongen zijn eerste com posities begon, was het verbluffende juist het ongewone gemak, waarmede Korngold zijn tech nische middelen, zijn instrumentatie en het componeeren op zichzelf gebruiken kon voor een overigens weinig origineele muzikale inhoud, die hem, om zijn jeugd, natuurlijk gaarne vergeven werd. De Schauspiel-ouverture", wanneer men bedenkt dat zij van een 13-jarige is, is werkelijk verrassend werk, al is er geen enkel idee" van Korngold zelf en al schijnt R. Strauss hem gesouf fleerd te hebben. Maar wat Wil men, nietwaar? Eerst imitatie, die tweede menschelijk natuur, dan oorspronkelijkheid. Zooals het dan heet: het is nog veelbelovend. Doch de verrassing gaat tot ergernis Worden, als men bemerkt dat de 28-jarige niets meer te vertellen heeft, dat alles even knap, even goochelend, maar even leeg blijft, dat men vele, zeer vele noten hoort, doch niets wat maar een vonk van originaliteit vermoedt. De knapheid is een vloek geworden. Korngold bekent dit zelf, 1 zij het dan in bedekte woorden: het componeeren valt mij moeielijker dan vroeger. In de jeugd droeg een zeker elan van den ontdekkingsreis" door het openliggende land der muziek het geheel onder het componeeren, de latere jaren zijn te Wetend" geworden en de jeugdige frischheid, die ongetwij feld een bekoring had in zulk werk als de Schau spiel-ouverture", is er af. Is dit jammer? Het is noodwendig. Korngold is een cultuur-product, geen componist met een eigen Wezen. Zijn geluidskring Was Strauss en Mahler en ook Puccini, dus trekt zijn assimilatie-vermogen zijn verwerkelijking" uit de klankenwereld van Strauss en Mahler en ook Puccini. Voor ons, die niet onder de verbazing van zijn omgeving leven, is Korngold geen schepper, geen bron, waaruit ideeën en vondsten opwellen, doch slechtseen handigen levendig maker",brutaal op zijn tijd, en geweldig over het paard getild. Zijn interview in de Telegraaf" onlangs zijn interviewer schilderde hem te nauwkeurig en be wees hem daarmee zeker geen dienst laat de zelf-ingenomenheid en opgeblazenheid zien, die onafscheidelijk hen blijven vergezellen, die in hun omgeving niets anders hooren dan dat zij toch zoo iets bijzonders zijn en zoo knap. En wan neer men dan nog de naiviteit bezit van niet zijn eigen belachelijkheid in te zien, wanneer men hett zoogenaamde bon not" lanceert van zich de jongste onder de jonge componisten te noemen (Wat men in jaren dan ook blijkt te zijn), doch in Werkelijkheid 50 jaar ouder is. Neen, voor den toehoorder met muzikaal onder scheidingsvermogen is het genie van den 28-jarigen Korngold een blague" geworden, misschien be langrijk als bijdrage tot de menschelijke cultuur, maar niet voor de ontwikkeling der muziek. De uitvoering van eenige orkestwerken in de groote zaal van het Concertgebouw, door Korngold zelf met de onvaste drukte van zijn geheele zijn ge dirigeerd, en van eenige kamermuziekwerken in de KL zaal was heusch te veel om het te bewijzen. Het concert van Korngold bracht een andere merkwaardigheid", waarvoor men niettemin heel wat meer eerbied kan hebben. De pianist Paul Wittgenstein verloor in den oorlog zijn rechter arm. Met energie heeft hij zich bekwaamd met de linkerhand alleen en wij hoorden hem verleden Donderdagavond in een stuk voor piano en orkest, dat Richard Strauss speciaal voor hem heeft ge componeerd en dat hij Parergon op de Domesticasymphonie" noemt. Een muziekwerk van Strauss, Waarvan men de strekking noch de opzet begrijpt en dat men gerust een ongelukkige inval van hem mag noemen. Het had veel meer voor de hand ge legen dat Strauss hier, voor deze combinatie, naar de kamermuziekstijl zijner latere Werken had ge grepen, dan naar een soort phantasie op motieven van de Domestica, die reeds in die schepping geheel zijn uitgewerkt". Het Werd nu een vreemde tegenstrijdigheid", waarbij de melodische WalsWendingen een soort dans op radio-muziek? verdronken in de zee van noten, die Strauss over alles uitstort. Wittgenstein voerde niettemin met de grootste vaardigheid en een knap gebruik van de pedaal, waarmee hij de bas-effecten wist te versterken, zijn vreemde pianopartij uit. Zijn succes was geweldig en zér verdiend. Maar Strauss gold het stormachtig applaus zeker niet. CONSTANT VAN WESSEM AMSTERDAMSGH STUDENTENTOONEEL De Vrouwe van Belmonte", een vervolg op De Koopman van Venetië", door ST. JOHN O. ERVINE. Al mag misschien de vraag rijzen of wij groote behoefte hebben aan een vervolg op Shakespeare's meesterwerk en een tweede vraag of dilettanten opvoeringen zeer gewenscht zijn vele beroeps spelers zijn thans vaak dilettanten wij kunnen anderzijds, gezien ook het menschlievende doel, daar de baten de Vereeniging tot Verbetering van K'eine-Kinderen Bewaarplaatsen" ten goede ko men, niet veel kwaad van deze vertooning zeggen. Er is ook iets vóór een dilettantenvoorstelling, speciaal door de spes patriae", al is het dan alleen maar om dit beschaafde deel der natie te doen beseffen hoe moeielijk comediespclen in den grond der zaak toch is. Wij willen vriendelijk zijn en constateeren, dat deze opvoering uitmuntte door distinctie en door goeden smaak. Hetgeen niet veel Wil zeggen, maar het is bedoeld als compliment. Eere dus den heer Frank Luns, den volijverigen regisseur ! Het stuk? De bloedroode Shylock, die door Bouwmeester's geweldige creatie ons als de ge personifieerde Wraakzucht vóór oogen staat, is in dit vervolgstuk een goedige, seniele baas, die gelouterd is, ofschoon hij weer tot eer en aanzien is gekomen, en hij heeft veel van zijne belangwekkend heid verloren. De andere mannelijke dramati personae benevens Jessica, Shylock's dochter, zijn een verworden zoodje: Bassanio bedriegt de schoone Portia met Jessica; Lorenzo, Jessica's man, is een slappeling; Antonio zelf is een oude zanikkous geworden en Shylock, die de edele rol speelt, heeft in het bewustzijn van het een en ander, in figuurlijken zin waarlijk meer verkregen dan een pondje menschenvleesch Wel waard is. Verjaagd en ge smaad door Bassanio in diens huis, ofschoon Portia daar meesteres is en zijne beschermster, komt hij in dat zijner dochter, waar hij 's nachts Bassanio en zijn kind te zamen vindt. Spoedig daarna komen Portia en Lorenzo zij koesteren argwaan en ja, er is een man bij Jessica, Shylock alleen en niet Bassanio komt te voorschijn uit het zijvertrek, waar zij zich verscholen hadden. Zóó vergeldde Shylock goed met kwaad. Hij spaart Bassanio en wil Portia geen leed doen. En hij vertrekt weer met zijne dochter en Lorenzo naar Venetië, van waar hij was gekomen. E D M o N D VISSER SCHILDERKUNST-KRONIEK en te verkoopen Wat hij mooi vond. Zijn goede smaak was zijn gids; zijn verdienste dat hij zich op die leiding verlaten kon. Daarenboven bewoog hij zich op allerlei gebied. Een kleine laatste tentoonstelling is het resultaat en het bewijs van die eigenschappen. Ge vindt er Hollandsche schilde rijen uit de 16e en 17e eeuw, Grieksche vazen, Duitsche, Egyptische en Oostersche plastiek. Het beste is onder de plastuk te vinden: een marmeren Boeddha, uit de tiende eeuw dateerend en uit Ceylon afkomstig, waarvan de voorname rust een wijding heeft die het straffer en manne lijker granieten beeld van een tronenden Egyptischen koning mist; een bronzen kop, Italiaansch Werk uit den tijd der renaissance waarbij men om de breede naturalistische behandeling en de drama tische expressie aan groote namen denkt; twee oud-Duitsche reliëfs uit omstreeks 1500, het eene met vele figuren van een vriendelijk ge moedelijk karakter, het andere een H. Drieëenheid ruiger van behandeling en forscher van uit drukking. Onder de Grieksche vazen trekken er twee met zwarte figuren op rooden grond de aan dacht. De tentoonstelling wordt half December ge sloten. H E N N u s E. J. VAN SCHAICK MAKELAAR Korte Jansstraat 25b" - Utrecht WONINGBUREAU ASSURANTIES TELEFOON 125 NIEUWE UITGAVEN En waar de ster bleef stille staan Kerstmis legende van FELIX TIMMERMANS, ten tooneel ge bracht door den schrijver en E. Veterman. Am sterdam, P. N. v. Kampen & Zoon. GUIDO GEZELLE, KleengedicMjes I en II, resp. zesde en derde druk. Amsterdam, L. J. Veen. BERNHARD KELLERMAN, De Heiligen. Vertaling van Alice van Nahuys, met zes houtsneden van J. Franken Pzn. Amsterdam, N.V. Uitg. Mij. Prometheus". CIIARIVARIUS, De roemzuclitige bedrijven van Ridder Don Quiwte de la Manche, met teekeningen door J. W. Bloem. Dit zijn de in ,,de Groene Amsterdammer" ver schenen Ruize-Rijmen van Don Quixote, in een bundeltje bijeengebracht. Uitgave van H. D. Tjeenk Willink & Zoon te Haarlem. WILHELM SCIIARRLMANN, Jezus als Jongeling. Geautoriseerde vertaling van Mevr. H. M. Eigen huis-van Gendt. Baarn, Hollandia-Drukkerij. BERNARD SHAW, St. Joanne. Nederlandsche ver taling van Eduard Verkade. Amsterdam, Scheltens en iltay. B. BOON?VAN DER STARP, Van Kinderen. Een bundel schetsjes over kinderen, vroeger in het weekblad De Vrijheid" verschenen. Arnhem, N.V. Drukkerij en Uitgevers Mij. De Vlijt". Gedachten uit het Werk van ANNA VAN GOGHKAULBACII. Kalender voor 1920. Amsterdam, L. J. Veen. MUZIEK PIANO'S STRIJKINSTRUMENTEN ? SNAREN Achter St. Pieter 4 ? Utrecht ? Tel. 443 ? VERHUREN ??? VLEUGELS KUNSTHANDEL D. KOMTER. De kunsthandel van den heer Komter verdwijnt. Velen zullen dit als een verlies beschouwen. De eigenaar genoot de reputatie van meer opschoonheid dan op namen bedacht te zijn en te koopen V.ROSSEÏTS BESTE VARINAS ? p.hall ons pakje

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl