De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 19 december pagina 7

19 december 1925 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 2532 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND WEET U, dat het formulier voor de prijsvraag van den Nederlandschen Uitgeversbond U den weg opent om Uw bibliotheek met prachtige boekwerken aan te vullen, en dat bij de vorige prijsvraag van dien Bond 39 mede dingers elk een prijs, boeken naar keuze ter waarde van f 25, ontvingen ? Vul het billet (zie pag. 3 groene omslag) dus in. SCHRÖTER !ïT door Dr. J A c. P. T H ij s s E Heden viert een onzer beste tijdgenooten zijn zeventigsten verjaardag, Prof. Dr. C. Schröter, Zwitser en Wereldburger. Zonder twijfel denken vandaag over de heele wereld duizenden en duizenden van zijn lezers en leerlingen met liefde ?en dankbaarheid en bewondering aan dezen merkWaardigen man. Hun aantal zal in Nederland betrekkelijk wel grooter zijn dan elders, want Schröter is door vele banden aan ons land gehecht. Hij was getrouwd met een Hollandsche en het is Wel diep treurig, dat hij juist dit jaar zijne lieve vrouw moest verliezen. Hij spreekt en schrijft Hollandsch beter dan verreweg de meesten onzer Duitsch, en in menige gehoorzaal in Nederland heeft hij zijn opwekkend en leerrijk woord doen hooren. Het aantal der Nederlandsche studen ten, die met hem op excursie geweest zijn, is legioen ook hij heeft deelgenomen aan menig aangenamen verkenningstocht in ons eigen, lang niet misdeeld vaderland. In het Naar dermeer heb ik een groot hanengevecht met hem gehad over de beteekenis en de be handeling van Natuurmonumenten. Het was in 1909 en hij was toen juist bezig met de stichting van het Zwitsersch Nationaal Park in het Val Cluoza. Vier jaar eerder had hij reeds de aandacht op het Beneden-Engadine gevestigd door zijn geschrift: Ein Besuch im Val Scarl en met zijn leerling Brunies samen heeft hij 't toen zoover gekregen dat in 1909 begonnen is met Val Cluoza. Dat dit kleine natuurmonument zich in den loop der jaren heeft uitgebreid tot een gebied van meer dan 150 K.M., strekkende van Scanfs over Scarl tot Schuls, moet onzen jubilaris wel veel genoegen verschaft hebben en van harte w'enschen wij hem toe, dat hij nog verdere uitbreidingen van dit Natio naal Park, dat internationale beteekenis heeft, moge beleven. Daar wordt de natuur geheel aan zichzelf overgelaten;erWordtnietgekapt,nietgeweid, er zijn geen verkeersproblemen. De Ofenpasstraatweg gaat er midden door, de weg van Schuls naar Scarl gaat er langs, overigens zijn er in het heele gebied alleen maar voetpaden en dan nog Wel van die Zwitsersche, die zoo onverwacht in het niet kunnen verdwijnen. Schröter nu was terecht zeer trotsch op die volkomen ongereptheid en nam er ons heel vroolijk over onderhanden, dat wij in 't Naardermeer visschen en rietsnijden en dat wij spraken over kapplannen in eventueel boschbezit. Natuurlijk wierpen we hem tegen dat hij zijn rotsen boven de boomgrens voor niets had gekregen en de rest ook heel goedkoop en dat wij alles behoorlijk moesten betalen, wel is Waar niet voor duur geld, want alles wat we leenen is tegen 3 pCt. of renteloos. Maar we moeten dan toch ieder jaar duizenden guldens gereed hebben voor rente en aflossing. Wij wenschen even graag de ongereptheid en nebben dan ook al een groot deel van het Naardermeer even volkomen aan de natuur gewijd, als dat 't geval is met Val Cluoza. Nu, we zaten dan in ons bootje hevig te disputeeren en midden in het gevecht neemt hij de boothaak, pikt overboord en brengt daar uit de diepte te voorschijn een van onze zeldzaamste Waterplanten, het groot Nymfkruid, Najas major zeggende: en wil je nu hier laten visschen? Dat is nu echt Schröter; ik had die heele Najas major daar nog nooit opgemerkt, 't Is trouwens een njarige zwerveling. Ja, dat was een aardige dag en wat heeft hij ons onder den wilg bij den Westtocht nog een massa Wetenswaardige en grappige dingen vertelden gejodeld ook,natuurlijk. Tien jaar later in de zomervacantie zat ik in Zernez bij zijn geliefd Nationaal Park en zag in de krant dat hij met een excursie aan de Bernina zou komen. Ik denk, weet je wat, we gaan Schröter even begroeten bij zijn aankomst in Sankt Moritz. Daar kwam hij aan met zijn internationaal ge zelschap, Zwitsers, Duitschers, Hollanders, Polen, Amerikanen enz., een kleine dertig. Hij regelde alles, had in een wip zijn troepje bij elkaar en toen ging het spoorslags naar 't Waldhaus, waar de kennismaking zou plaats hebben en dat ging weer alles zoo vlot en vroolijk, dat iedereen on middellijk zijn beste kantje naar buiten keerde. Toen geïnformeerd of ieder wel een Flora en een Prof. Dr. C. SCHRÖTER liederenboek bij zicli had, vooral dat liederenboek en daarna thee en taartjes en ,,Wo Berge sich erheben" en eer we 'twisten was de excursie begonnen en wandelden we over de Stazer See naar Puntresina. De Prof. circuleerde als een levenbrengend tnergiebolletje door 't heele gezel schap heen, wees den beginneling op een plant die vermoedelijk nieuw voor hem was, greep voor den vergevorderde een interessant verschijnsel uit de landschapsleer aan, of een bijzonder feit uit 't leven der alpenplanten, wist dadelijk ieder te geven wat hem toekwam. Geen wonder dat Schröter's excursies altijd een grooten toeloop hebben. Deze open-lucht professor heeft ook een college zaal en een studeervertrek, maar het spreekt van zelf dat in beiden letterlijk en figuurlijk de ramen altijd wijd open staan. Een lijst van Schroters pennevruchten zou meer dan een heele bladzijde van de Groene beslaan. Hij heeft veel samen gewerkt met anderen. Met Früh schreef hij het standaardwerk Die Moore der Schweiz. Met Kirchner en Loew bewerkt hij sinds 1904 de Lebensgeschichte der Blütenpflanzen Mitteleuropa's. Als voorbeeld van echt compendieuse maar niettemin zeer degelijke en onderhoudende studie zou ik willen noemen zijn groot artikel over ,,Genetische Pflanzengeographie" in het Handwörterbuch der Naturwissenschaften. Maar boven alles steekt uit zijn Pflanzenleben der Alpen, een der heerlijkste boeken die er bestaan. Hij is nu juist bezig den tweeden druk er van te bewerken. In dit boek leert ge hem kennen als den professor onder de natuurvrienden en den natuurvriend onder de professoren en als een alpinist in den edel sten zin des Woords. Ik kan het niet inzien, of ik haal meteen de Siegfried-kaarten er bij en maak plannen voor een volgende vacantie, want ieder plantje in dat boek leeft en heeft zijn metgezellen en een standplaats, waar het moet profiteeren van licht en lucht en vochtigheid en grond en die een etappe vormt op een frissche veroverings expeditie of taaien terugtocht. Daar willen we bij zijn. Schröter pluist zijn plantjes uit tot in de fijnste bijzonderheden, maar vergeet geen oogenblik dat zij de gezellen zijn van Finsteraarhorn en Bernina. Toen ik een kind was, roemde men een boek over de dierenwereld der Alpen en dat boek bestaat nog: Tschudi's Tierleben der Alpenwelt. Het is nog niet zoo heel lang geleden verschenen in een nieuwe bijge werkte editie. Schroter's Pflanzenleben neemt voor de planten ongeveer dezelfde plaats in, alleen is het heel wat mooier en beter en ik denk dat mijn kleinkinderen er nog Wel meer genoegen aan zullen vinden dan ik nu aan Tschudi. De plant in het landschap. Schröter heeft er een aparte tak van Wetenschap van gemaakt. Zijn leerlingen breiden zijn werk uit en hebben verschillende deelen van Zwitserland nauwgezet onderzocht en uitvoerig beschreven. Zoo danken wij dan middellijk aan Schröter de mooie studie van E3ruiiies over de Flora van het Ofeiipasgebied, het beroemde boek van Brockman-Jerosch over Die Flora des Puschlav" (je weet Wel, van de Bertiinapashoogte tot Tirano) en RuboI's Pflanzengcorgrafische Monographie des Berninagebietes. Op het schutblad van dit prachtwerk kunt ge lezen: Meinein lieben Freunde und hochverehrten Lehrer Dr. C. Schröter, Professor an der liidgenössischen Technischen Hochschule Zürich, gewidmet. Ja, lieve vriend en zeer geëerde leer meester, wijze zanger van de heerlijke flora der Alpen, wij huldigen u op uw feestdag en wij prijzen uw vaderland gelukkig, dat het zulk een dichterlijk geleerde heeft gevonden als vertolker van zijn natuurschoon. Van het beroemde werk van J. TER GOUW Geschiedenis van Amsterdam COMPLEET IN ACHT KLOEKE DEELEN kunnen wij alleen onze abonné's een exemplaar aanbieden voor f 15.?. Daar de aanwezige voorraad gering is, bevelen wij eene spoedige bestelling ten zeerste aan. VAN HOLKEMA & WARENDORF Amsterdam

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl