De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1925 26 december pagina 7

26 december 1925 – pagina 7

Dit is een ingescande tekst.

No. 2534 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND PEEK& CLOPPENBURG HET VOEDEREN DER VOGELS door Dr. J A c. .P. T H i j s s E. Het vroege, tamelijk strenge wintertje heeft alweer de vogels wat dichter tot ons gebracht. De gewone bevolking van mijn tuin was opeens ver dubbeld. Dat ging niet zonder strubbeling. Reeds op den eersten sneeuwdag betoonde de roodborst zich onvriendelijk jegens zijn soortgenoot, die uit het kale bosch gevlucht was en in de volgende dagen vocht het merelpaar gestadig tegen andere merels en tegen de koperwieken, die de weiden hadden moeten verlaten en nu alle plekjes op zochten, die maar donker leken. De koperwiek is een echte grondlijster. Hij zoekt zijn voedsel op, zelfs in den grond. Als er sneeuw is gevallen, dan weet hij zeer spoedig de onbe dekte plekjes te vinden in de luwte van boomen, struiken en hagen. Schijnt de zon, dan is tegen schuttingen en steile kantjes al spoedig de sneeuw weggesmolten, al is het maar over een smal strookje en in dezen tijd van het jaar kunt ge daar dan vrij zeker koperwieken aantreffen. De Witte sneeuw belooft geen enkelen vogel iets te eten, daarom is het goed, uw voederplaats goed schoon te vegen indien ge er veel en velerlei vogels wenscht te aanschouwen. Het beste is wel, om te voeren op plaatsen, die vrij van sneeuw blijven onder coniferen of andere altijd groene planten. Ik heb daar voor een aardig blauwsparretje en een groote struik van de Portugeesche Laurierkers. Die is niet alleen sierlijker dan de gewone Laurierkers, maar bloeit over vloediger, draagt veel vruchten, Waar de lijsters dol op zijn en verschaft bovendien een zeer goede slaap- en schuilplaats. De koperwieken eten met plezier brood. Haast alle vogels eten brood, het komt er alleen maar op aan, om het flink te verkruimelen, 't Is heelemaal niet aardig, om een lijster te zien worstelen met een groot stuk bevroren brood. Heggemusch en rood borst moeten natuurlijk kleine kruimpjes hebben. De meezen en de vinken zijn gewoon, allerlei brokken stuk te pluizen en zien er dan ook niet tegen op, om een flink stuk brood mee te nemen en dat elders te gaan verwerken. Maar 't is toch veel beter, om het zoo fijn mogelijk voor te dienen en dan liever bruin brood dan wit. Verscheidene Vogels zouden dus bij brood alleen al kunnen leven. Maar voor de vettigheid en het eiwit Willen we er nog wat pinda's bij doen, pinda's en cocosnoot, allebei onvergelijkelijk voedsel. Ter wille van heggemusch en roodborst en de lijsters Willen we ook deze lekkernijen fijn verdeeld vóórdienen. Natuurlijk voor boomklevers en meezen hangen We halve cocosnoten op en ketens van pinda's. Kijk bijtijds er naar, of de peulen al leeggevreten zijn, dat gebeurt al heel gauw. Bij menige vogelvoederaar hangt dagen lang een ketting van leege pindapeulen. Wij hadden een bloemstuk gekregen, dat was gegarneerd met duindoorntakken, dik in de bessen. Toen 't bloemstuk zelf had afgedaan, hebben we de inmiddels verdroogde duindoornbessen in den tuin gezet en jawel hoor, ze zijn gedurende de sneeuwdagen tot de laatste toe door de lijsters opgegeten en wel door merels en kramsvogels. De vruchten van mijn eigen duindoornstruiken en van mijn lijsterbessen waren al heel vroeg in den herfst verdwenen, de lijsterbessen al voor middenAugustus. Elders blijven ze langer aan de struiken. Maar wij liggen zeker op de etappe-linie van de vroeg trekkende jonge lijsters en die maken me in een paar dagen mijn lijsterbesboomen kaal. Voor den winter moet ik dan wel voorraad opdoen. Dat gaat met lijsterbessen zeer goed, zooals iedere Texelaar en Gaasterlander nog wel weet uit de jaren van de lijsterstrikken. Je legde destijds reeds in Juli voorraden aan voor het werk in October en November en 't is niet meer dan een elegante vorm van boetedoening, wanneer wij nu in den zomer moeite doen, om voorraden te maken voor de lijstervoedering in den winter. Ik doe dat nog lang niet genoeg, maar ben thans meer dan ooit van plan, om mijn leven te beteren. Ja, ik ga er nu nog op uit, om een massa roode vruchten te ver zamelen, niet als kerstversiering voor mijn binnen kamer, maar als lokmiddel voor de prachtige Wintergasten, die zich dit jaar Weer hebben ver toond; de pestvogels. Er zwerven er hier rond langs den duinkant, ik weet niet hoeveel, maar er zijn mij toch al vier gevallen bekend, dat ze gezien zijn DE BERKENVRUCHTJES en in drie van de vier keer aten ze roode vruchten. Ze schijnen het liefst rozebottels te hebben van de gewone wilde rozen, de hondsroas en de eglantier. Die slikken ze zoo maar in hun geheel in. Nu hebben de groenvinken al lang mijn rozen kaal gevreten. Gelukkig echter weet ik nog wat Geldersche rozen te staan vol in vrucht en daar zal ik nu een vrucht je van halen en binden die dan in mijn struiken. Dan moet het al heel raar loopen,als ik de pestvogels niet te zien krijg met hun aardige rossige kuiven, de gele eindzoom aan de staart, de fel-roode eindpuntjes aan de kleine slagpennen, soms ook aan de staartpennen. Dat geval met die Geldersche rozen, doet mij er aan denken, dat er toch veel vogelvoedsel onge bruikt blijf t, doordat er vaak een wanverhouding is tusschen de voedselvoorraad en het aantal der vogels, die speciaal dat voedsel begeeren. Dat is o.a. het geval met de berkenvruchtjcs, die in 't bijzonder graag gegeten Worden door de barmsijsjes. Die zijn er echter lang niet genoeg en nu is het een goed werk,om in 't berkenbosch een paar kilo's berkenvruchtjes af te strippen en die thuis uit te strooien op de voederplaats. Daar worden ze wel opgepikt door de vinken en zelfs door de meezen, als ze maar honger genoeg hebben. Geen van die beide vogels komt er echter licht toe, om ze van den boom zelf te halen. Hetzelfde kun je DEN HAAG LUNCHROOM DE BIJENKORF" WAQENSTRAAT 45-45a LUNCH 75 et. VAN 12-2 UUR doen met elzenvruchtjes en met de zaden van sparren en dennen. Het verdient echter weer aan beveling, om die laatste te kneuzen. Veel vogelvrienden Werken nog met spek en kaas en resten van boutjes. Dat is allemaal goed en wel, maar men denke er wel aan,om die dingen te ontzouten. De vogels lijden al dorst genoeg; op een feilen vorstdag verversch ik altijd een paar keerde pan met water. Het komt er vooral op aan,dat de vogels Water krijgen een uurtje na zonsopgang en een uurtje voor zonsondergang. Natuurlijk is 't nog beter, om ook op het middaguur voor water te zorgen, maar ochtend en avond dat zijn om zoo te zeggen de spitsuren. Ik heb al meer verteld, dat ik geen moeite doe, om ongewenschte gasten van de voederplaats te weren. Sommige rnenschen kunnen het niet goed hebben, dat de musschen alles opeten en zien het ook met leede oogen, als een troepje spreeuwen of een paar bonte kraaien in een oogenblik de heele voorraad op ruimen en ze zinnen dan op ver nuftige middelen, om er voor te zorgen, dat alleen de vrindjes voedsel krijgen. Ik vind dat verloren moeite en geef dan liever maar wat meer. Dezer dagen heb ben we weer een nieuwen kostgan ger er bij gekregen, de montere eekhoorn. Die vindt het heelemaal niet noodig, om hier een winter slaap te houden, maar huppelt bij een temperatuur van 4 C°. heel vroolijk over de sneeuw naar de voederplaats en knabbelt keurigjes de broodkorsten op, onge stoord, want de vogels zijn nog niet aan hem gewend. Het zou mij echter in 't geheel niet ver wonderen, wanneer de musschen spoedig ontdekten, dat een eekhoorn geen kat is, want wellicht hebben ze van hemzelf nog geen leed ondervonden. Het is merk waardig, hoe sterk de eekhoorns zich hier hebben vermenigvuldigd, ondanks felle bestrijding op de groote buitenplaatsen en in het duin. De kleine tuintjes zijn hun behoud, vooral nu ze ook al leeren prot'iteeren van de openbare spijziging. Ik ben echter nog in dubio of ik voor hen wel extra sparrekegels en dennekegels zal gaan inzamelen. BATENBURG & FOLMER (Q. W. FOLMER) DEN H AAG, HUYGENSPARK 22 SPECIALITEIT: BERGPLAATSEN VOOR INBOEDELS MET SAFE-INRICHTINO. VERHUIZINGEN ONDER GARANTIE INTERNATIONALE TRANSPORTEN v.VOLLENHOVEN 'S STOUT

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl