De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 2 januari pagina 15

2 januari 1926 – pagina 15

Dit is een ingescande tekst.

No. 2535 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 15 A. S. C. WALLIS f (ADÈLE VON ANTAL-ÜPZOOMER) door Prof. Dr. J. PRINSEN J.Lz. Mijn aangename herinneringen aan het werk van Wallis gaan terug tot mijn jonge jaren. Toen voelde men zich, als men zich bewust werd, gedrongen aan haar Weldoordachte, psychologische historische romans met hun scherpe, breede karakterteekening de voorkeur te geven boven wat de dagelijksche romanmarkt opleverde van de Francisca's Galléde Melati's van Java, de Johan Orams en de Bruinings. Het Was werk, dat in diepte van zielekennis, in grondigheid van studie direct aansloot bij dat van Mevrouw Bosboom-Toussaint, maar het was zuiverder van vorm, met grooter zorgvuldigheid en bewuster taaibesef geschreven; er zat een beter geschoolde geest in, immers gevormd in de school van haar vader, die in de tweede helft der 19de eeuw zulk een gewichtige plaats innam in de wijsgeerige en esthetische studiën. Doch Toussaint overtrof haar in zuiver letterkundig talent, in hartstochtelijkheid van schepping, drang, in levendige fantasie. Toussaint was meer geboren artiste; een werk zoo grootsch en geweldig als de Leycester-cyclus met al zijn gebreken, met al zijn lianen en kreupelbosch, die het ontoegankelijk voor de massa maken, heeft Wallis nimmer voort gebracht. Wallis, hoewel zeer zeker een litterair talent, is meer de schoone, gave kasplant, vast en even redig van bouw, uit de professorale kweekplaats, waar zij opgroeide uit de voedingssappen van wat toen de moderne wijsheid en schoonheidsleer was. In dien eersten tijd van mijn diepere en meer bewuste letterkundige lectuur grepen mij vooral aan Vorstengunst (1883) en de Tragedie van den mensen, de vertaling naar Madach (1886). Die Tragedie was zulk een nieuw, onhollandsch terrein, zoo iets grootsch, weidsch menschelijks, dat een gansene nieuwe wereld voor den jongen, aan eigen studie overgelaten schoolmeester opende en hem voorbereidde tot later zuiver begrip van allerlei groot buitenlandsch Werk, waardoor hij zich een weg moest zoeken, Faust, Childe Harold, Dante. En in Vorstengunst, hoe trof mij de voortreffelijke karakterteekening van Person, den zoon van den predikant, door zijn trotsche moeder bijna verstooten als zoon van den zwakken, tot het Katho licisme vervallen vader, Person brandend van eerzucht, reeds in Wittenberg bij Melanchthon droomend van grootheid en macht. En daarnaast, daartegenover de langzame geleidelijke karakter ontwikkeling Van Erik, den kroonprins, die Koning van Zweden wordt,eerst aan de zijde van Person vol illusies van yolksgeluk, ondergaand in achterdocht, zinnelijkheid, krijgsmansroem, roman tische liefde en zucht naar het bovennatuurlijke. Hoe heeft Wallis, nog bijna een kind, het letter kundig Holland van 1875?'76 verbaasd door haar beide in het Duitsch geschreven drama's, Der Sturz des Hauses Alba en Johann de Wit. Met welk een Wonderlijke vroegrijpheid moet zij het werk van Lessing, Goethe, Schiller hebben doorvorscht, doorgrond en diep in zich opgenomen hebben; hoe heeft ze zich ingewerkt in de vreemde taal; wat moest deze jonge dochter, nauwlijks een zeventienjarige, reeds een historiestudie achter den rug hebben gehad om in een omvangrijke brochure haar historisch inzicht in de verhouding tusschen De Wit en Willem den Derde, in het misdadige karakter van den laatste, tegen een Fruin te kunnen verdedigen. Met Wallis verlaat ons de laatste representant van wat inderdaad reeds tot een lang voorbije letterkundige periode behoort. Al haar werk, ook wat nog een heel eind in deze eeuw verscheen, behoort eigenlijk nog geheel en al tot de litteratuur van voor de Beweging van tachtig"; maar het behoort tot het zeer goede, het degelijkste, en de krachten, die de Beweging mede gemaakt hebben, Werken er al in het verborgene. Maar daar is zij nooit boven uit gekomen; tot het laatst bleef zij in haar taal, haar stijl, haar gevoelsleven, haar denkwijze de figuur van voor tachtig". De oorzaak hierven ligt stellig wel voor een groot deel in het feit, dat zij na haar meisjesjaren haar leven doorgebracht heeft in het verre Hongarije, buiten alle levende, rechtstreeksche aanraking met de Hollandsche cultuur. MUZIEK IN DE HOOFDSTAD door CONSTANT VAN WESSEM H D A U D Achter St. . r\Mnr\ Utrecht ? MUZIEKHANDEL Violen ? Snaren Achter St. Pieter 4 Utrecht ? Tel. 443 PIANO'S ELLY NEY De laatste week van het jaar heet niet voor niets de stille week. Ook op het gebied der concerten uitgezonderd op de beide Kerstdagen is e r dan zelden iets belangrijks te doen, en zelfs de Kerst dagen werden vroeger in het Concertgebouw uitgekozen om de Kerstkindertjes eens een kans te geven. Deze gewoonte is de laatste jaren echter verdwenen en de zangeres met het takje hulst met besjes in de haren moeten we thans missen op het podium. Op den 2den Kerstdag speelde Elly Ney in het Concertgebouw. Zij speelde met het orkest Beethoven's 5de pianoconcert. Wie Elly Ney van vroeger kent, wie haar vroeger vaak heeft hooren spelen, zal door de opvallende ingetogen heid van haar voordracht,die eertijds zoo exuberant, zoo volbloedig.ook toomeloos was, zijn getroffen. De Amerikaansche" Elly Ney is anders geworden. Beheerschte energie heeft plaats gemaakt voer uitbundige lyrische krachtsuitbarstingen. Haar spel is meer berekend, juister afgewogen, maar ook mechanischer geworden dan vroeger. Haar Beethoven-vertolking miste, voor mijn gevoel, te veel van het grootmoedige, dat Beethoven's kunst kenmerkt, het nobel-hercïeke, dat in dit concert met zijn accenten van marschen en slaande trommen (eerste deel !) verbonden is aan etn helden-tijdperk, dat Beethoven opnieuw-beleefde, buiten de realiteit, die hem zoo had teleurgesteld. Ik wil niet afdoen aan de vaardigheid, de kloeke preciesheid, waarmede Elly Ney haar partij aan de piano uitbeeldde, doch haar vertolking bleef ,,onder peil", zooals men het noemt. Het grootste wat in den mensch leeft en dat in deze prachtige muziek ligt besloten, Schafer vermocht het hier te bereiken , Elly Ney vermocht het niet voor ons te doen herleven. Wij hebben haar bewonderd, maar niet vereerd. Ook Monteux was niet gelukkig in zijn directie van Beethoven. Het is merkwaardig: Monteux' Beethoven-vertolking heeft mij nog nimmer waarlijk kunnen bevredigen. Zitten wij te vast aan een opvatting, waarmee wij zijn opgegroeid? In dit geval geloof ik het niet: Beethoven is Beethoven, buiten alle opvattingen cm en wie Beethoven ? het onnoembare dat dezen tot Beethoven maakt niet bereikt, kan dit nimmer met een opvatting verdedigen. Deze waarheid blijft ons, goddank, nog. Na de pauze bracht Monteux ons een noviteit van Liszt nml. een bewerking van diens Variations, interlude et choral sur un thème de J. S. Bach" voor groot orkest door Jean du Chastain, een Belg. Hoewel de orkestrator uit bewondering de bewerking van deze voor orgel geschreven compositie ondernam in Liszt's geest" hebben wij deze bewondering niet kunnen deelen. Het gegeven een thema van een basso continuo" is te schraal voor vol orkest. Het werk klonk nu leeg, hol, bombastisch, schetterig. Alle zwakke plaatsen van Liszt zaten er nu in, maar niet de goede, het meeslepende en groote van het door een romantische bezieldheid bevlogene. Gelukkig dat Monteux met een meer dan meesterlijk, warm-kleurige vertolking van Debussy's, Après-midi d'un Faune" meesterlijk ook van instrumentale beleving en heerlijk verzadigde sonoriteiten in den klank dezen fatalen Liszt-indruk geheel wegwischte. Debussy werd het waarlijke .glanspunt van den middag. IN DIT BOEKWERK: Het Nederlandsche Boek in 1925", een uitgave van den Nederlandschen Uitgeversbond, die in alle boekwinkels, in bibliotheken en op leestafels van hotels en cafés is te raadplegen, vindt U alle in 1925 verschenen oorspronkelijke en vertaalde boeken. U kunt daaruit een keuze doen voor invulling van het prijsvraag formulier (zie pagina 3 van het groene omslag); daaruit moogt Gij ook boekwerken kiezen, tot een waarde van vijf en twintig gulden, wanneer U het genoemde formulier goed invult.

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl