Historisch Archief 1877-1940
22
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2536
CHARIVARIA
Wij hebben ncoit goed begrepen
waarom men van watersnood spreekt
als er, integendeel, water te veel is.
Cocnraad Bos zal ecnige pianosoli
ten gehcore brengen aan den vleugel",
schrijft het Hbl. Die Bos weet toch
maar handig het juiste instrument uit
te kiezen.
OP DE GLIBBERIGE PADEN
Het vertrouwen staat vast, dat, nu de
vrecleshand geboden is, deze zich vaster zal
klemmen aan de spade, welke den
vruchtbaren deelen van den wereldbodern het volle
licht zal schenken, ten einde het uitgeworpen
zaad tot wasdom te brengen." (Tijd)
Het werd een niet te ontwarren kluwen,
waarin de ljarige koopman B. tot zijn
schrik zijn schoonzoon ontdekte." (De Strijd)
ER LOOPT EEN STREEPJE DOOR
Zeer-vroege dood. Een niet-onbeduidend
deel. De zoo doiletjps-lijkende redeneering,
Het beheer is echt-kaufmannisch. In zeer
bloeienden staat." (Gooi- en Eeml.)
De meest con-géniale ver-bijzondering."
(N. Eeuw)
,,Een heel-groote dierst. Een zeer-bittere
pil. Uiterst-moeilijk. Schier-ongeloofelijk. Een
der meest-vooraanstaande leden." (O. H. Ct.)
ONZE TEEKENAARS
De bijeenkomst ging geheel voort in het
(f der filantropie." (Handeldr. Middenst.)
,,De concerten stonden in het '? van zang,
met de regenjas aan." (De Zaanl.)
De verkiezingen staan geheel in het rf
der partijpolitiek." ( Vr. d. T.)
ONZE CLASSICI
Ook wordt wel eens gebruikgemaakt van
den voetafdruk of podos-copie (podos = voet)"
(O. H. C.)
GAAT DAT ZIEN, GAAT DAT ZIEN!
Gehangen tegen de wanden toont de ex
posant voornamelijk batiks waarmede hij
tijdens zijn verblijf in Zw.tserland zijn eerste
successen oogstte." (O. H. C.)
BERICHTEN DIE NADERE BEVESTIGING
BEHOEVEN
Vrede op aarde ruischte eertijds door de
ceders van den Libanon." (Goudsche Ct.)
Anna Boleyn schonk het leven aan een
dooden Zoon." (Haagsche Vrouwcnkr.)
VAN AALT J E
DE. ZUINIGE KEUKENMEID
door ALIDA ZEVENBOOM
Aaltje !
? Ja, mevrouw !
Ze is teruggekomen. U heeft het al
gemerkt. Met twee koffers meer dan
dat ze ging en met een mormel van een
hondje in der mouw dat Bibbie" heet.
Ik ben er al drie maal over gevallen.
En onzindelijk !....
Bij mevrouw zaliger mocht zelfs geen
kat over de vloer komen, wat ik altijd
overdreven vond, want een kat in de
keuken is het halve leven voor het dienst
personeel en de paar keer dat meneer
Pierre een hond meebracht .... nou,
toen heeft er wat gezwaaid.
Maar ze is terug en haar zenuwen zijn
nog een tikje erger in de war, zou ik zoo
zeggen, dan toen ze ging. Ze heeft een
dingsigheidje voor me meegebracht. Een
zeeschelp met muziek er in ! In de
Fransche bazar liggen ze voor dertig
cent.
.... Daarvoor heb ik a! die weken
haar huis schoon gehouden en meneer
verzorgd als een kind.
Ik weet niet wat ze heeft, maar ze
heeft me al een paar keer zoo vreemd
aangekeken. Ze zal toch niet denken?
De menschen zijn zoo ergdenkend ....
Aaltje !
Ja, mevrouw?
Is er nog bezoek geweest toen ik
weg was?
Gut, nee, mevrouw, zei ik en ik
hielp haar een zijden avondmantel uit
pakken waar geen fatsoenlijk christen
mensen zich in durft te vertoonen.
Ik bedoel niet voor mij, maar voor
meneer.
Heelemaal niet, zei ik, want ik vind
het niet noodig haar alles aan haar neus
te hangen.
En heb je goed voor meneer ge
zorgd?
Best, mevrouw, zei ik. Al de lieve
lingskostjes van meneer heb ik klaar
gemaakt.
Zoo, zei ze en ze keek me Weer zoo
raar aan .... Heeft meneer altijd thuis
gegeten?
Geen dag overgeslagen, mevrouw,
zei ik, want ik vind, al komt liegen niet
te pas, dat je je meneer er niet in mag
werken als er Wat tusschen man en
vrouw is. En waar zou zij eiken middag
gegeten hebben en met wie? Vraag ik
daar naar?
Ze pakte verder uit. Allemaal rare
lappen en todden, waarin ze daar ge
wandeld moet hebben. Geen wonder
dat je zenuwen nog meer van streek
raken als je je zelf zoo toetakelt.
En meneer had het 's avonds zeker
erg druk? vroeg ze met een onschuldig
smoesje, maar Alida Zevenboom is ook
niet van gisteren.
Erg druk, mevrouw, zegt u dat
wel !
Zeker laat zitten werken?
Ja mevrouw, erg laat.
Was het waar of niet?
En had meneer nooit bezoek?
Nooit .... dat wil zeggen ....
laat eens kijken .... ja, toch, ik geloof
een lid van de Tweede Kamer. (Hij zu
immers, dat er een Kamerlid voor hem
kwam, al betwijfel ik het, maar dat is
zijn zaak).
Zoo, zei Mevrouw en ze pakte
verder uit. Twintig paar zijden kousen ..
Ik vraag je ! En allemaal vleeschkleurige.
Kan het zondiger? En ze heeft toch ook
maar twee voeten meegekregen, net
als ik.
Een bekend lid van de Tweede
Kamer, Aal? vroeg ze in eens.... En dat
heb ik ook nog voor je meegebracht.
En ze gaf me een lap die een kermismeid
zoo niet zou willen dragen. Maar Aal
laat zich niet omkoopcn, vcor geen
honderd lappen.
Wat moet ik daar mee doen, me
vrouw? vroeg ik.
Dragen, Aal, als je Zondags naar
de kerk gaat.
Alsof ik me zou bezondigen met zoo'n
wereldsch ding onder het gehoor van
dominee Kromsigt te gaan zitten !
Was het misschien dominee Ker
sten? vischte ze verder. Of meneer
K'eerekoper?
? O, nee, zei ik, die ken ik drie
straten ver uit duizenden. Wie die een
maal gezien heeft, vergeet ze ncn.it.
Ken ik hem?
Ik weet het heusch niet, mevrouw.
Had hij lang of kort haar?
Kort, zei ik, want waarom zou ik
er om liegen? Ik had toch immers ge
zien, toen ze haar hoed afzette, dat het
Kamerlid een pagekop had?
Zoo, zei ze.... Kort geknipt, zoo
als ik?
Nu moet u Weten dat ik het schan
daligste nog niet verteld heb, omdat ik
de menschen niet graag op straat breng
maar ze is teruggekomen met een hoofd
!!!!.... is het nog wel een
vrouwenhoofd?. ... net als een jongenskop ....
met alles glad naar achteren en vet van
de olie of een andere viezigheid. Als u
mijn vraagt, begrijp ik meneer niet. Ik
zou er van grillen.
Zoo als ik, Aal? vroeg ze weer....
Hoe vind je dat doosje?
Snoezig, mevrouw, zei ik.
Dat heb ik ook voor je mee ge
bracht. Daar kun je je ringetjes en je
hrcche en je bloedkra'len in wegbergen.
UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE
Dank u wel, zei ik, maar ik kreeg
haar in de lamp want anders is ze niet
zoo lief tegen Aal.
Zoo .... dus kort geknipt haar? ...
En droeg dat Kamerlid dit in zijn haar
.... en meteen goochelde ze me een
haarnaald voor me neus.. ..
Ik schrok bijna, bijna, zeg ik, want
ik had in eens mijn antwoord klaar en
ik zei doodkalm:
O, die was ik al drie dagen kwijt ...
gut, heeft mevrouw die gevonden?
En toen heeft ze me aangekeken
u had een kwartje veisnoept als u dat
gezicht gezien had.
Ja, Aal laat zich nemen voor een
schelp met muziek en een doosje !
Alleen moet ik er dominee Kromsigt
over hebben of dat leugentje eigenlijk
wel een leugentje is. Heeft zij het me
nietals't ware in mijn mond gelegd?....
J. H.DE BOIS,HAARLEM
Kruisweg 68
Fine Prints - Pictures - Books