De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 23 januari pagina 13

23 januari 1926 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

No. 2538 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 A. WERUMEUS BUNING de Nederlandsche schrijver, die 21 Januari j.l. 80 jaar werd MUZIEK door CONSTANT VAN WESSEM JASCHA HEIFETZ. De techniek van Jascha Heifetz brengt inderdaad alle wonderen, die men er van vertelde, en wier faam hem reeds verre vooruit liep. In dat opzicht kon het publiek, dat hem hier nu tweemaal in een stampvolle zaal toehoorde, zich niet teleurgesteld voelen. Met deze prachtige techniek, zoo overwonnen, dat zij transparent, schitterend, helder als een kristal is, doet Heifetz inderdaad wonderenen de violisten van beroep, die zijn techniek beluisteren, zijn terecht omgevallen van verbazing en enthousiasme. De techniek van Heifetz is een wereld op zich zelf. In de techniek culmineert het wezen van Heifetz. Techniek is een wonderlijk ding. In een techniek van een kunstenaar Jon een geheele levens- en dadendrang zich uiten. Liszt beschouwde de opperste virtuositeit als de be vrijding van het universeele in den mensch. In Heifetz' techniek klinken alle spelnuances, alle voordrachts nuances bevrijd door hun volmaakte beheersching. Het is licht, het is geëquilibreerd, trefzeker, het is ontdaan van alle zwaarte. Wie speelt het Perpetuum .mobile" van Ries zoo licht en duizelingwekkend pre cies als Heifetz? Wie speelt het zwaarste zoo licht als stond er een goochelaar met messen en ballen en breekbare borden te jongleeren? Heifetz'virtuositeit Jieeft niets meer van het demonische beklemmende van een Paganini, van de Gott sei bei uns", zij is glad, veramerikaanscht, society-techniek, er is bij dezen violist slechts liefde voor de voordracht, geen liefde wor het stuk, dat hij speelt. Helaas, helaas, hoe moeilijk is het onze bewondering los te maken van onze verbazing. Wie ook speelt het Ave Maria van Schubert voor viool, de piano^nocturne in Es van Chopin voor viool alleen om de mooie toongeving, "Wie speelt er zulke leelijke koorddansers-cadenzen in het vioolconcert van Beethoven? Wie ook ien slotte, speelt de Kreutzersonate van Beethoven ?zwak, dun, en geheel en al uiterlijk zonder drama tische -spanning, zonder innig, groot gevoel? Dat doet ook Heifetz. Wij mogen het ons niet verhelen: de proef van een grootemenschelijkheid doorstaat het spel van Heifetz niet. De naam van Kreisler naast de zijne te noemen is en blijft een lastering. Heifetz is alleen ?een groot violist (misschien nog grooter dan Kreisler). Maar de menigte onderscheidt niet en de prachtige society-virtuositeit van een Heifetz doet een heele zaal het uitbrullen van enthousiasme. MARCELLE MEYER. Wederom bracht de avond van den piano-cyclus in de Vrije Gemeente ons de kennismaking (voor Neder land) met een belangrijke figuur, ditmaal de Fransche pianiste Marcelle Meyer, een der beste onder de modernen, de krachtige en ijverige pionierster der jongeren, der ,,Six" en de door Strawinsky zelf uit verkoren vertolkster van diens werken (hij droeg haar de klavierpartij van het pianoconcert op en zij be speelde o.a. een der klavieren in Noces"). Het werd ?een avond van merkwaardig en krachtig spel, spel vvan een natuurlijk gevormd piano-talent,zeer persoon lijk en veelal verrassend in de opvattingen van ons vaak anders vertrouwde werken, een enkele maal te verrassend anders (b.v. in de Poissons d'or van Debussy, doch hier schijnt in de forto's ook een acoustische vergissing een rol te hebben gespeeld), maar J. S. MEUWSEN, Hofl. A'dam-R'dam-Den Haag. £>E BESTE HOEDEN IN HOLLAND over het algemeen prachtig en markant in uitvoering zooals in de Rag-caprices van Milhaud, in de stukken van Satie en vooral in de Napoli van Poulenc, dit alles vol helderheid, virtuostieit en sterke accentu eering-,.Petrouchka", dat zij tot besluit speelde klonk niet, als in Rubinstein's vertolking, zoo geweldig, donderend en wervelend als een natuurstorm, doch in Marcelle Meyer's spel Was het hier en daar transparenter, zooals ook de orkest-klank het werk transparenter maakt dan de akkoord-ensembles op een piano dat vermogen. De pianiste verwierf met dat eerste debuut in Holland een groot succes en wij verwachten haar spoedig weer te zien. TOONKUNST: VERDI'S REQUIEM. Toonkunst gaf Zaterdagavond een prachtige uit voering van deze Requiem" scène, die Verdi zonder tooneel, doch niet geheel buiten het tooneel om com poneerde, zooals ook Berlioz zijn Damnation de Faust" niet geheel buiten de tooneel-dramatiek om heeft kunnen componeeren, waarom men dit oratorium te Parijs niet geheel ten onrechte heeft vertoond", op de planken gebracht. Prachtig Waren de dramatisch-plastische hoogte punten, die Monteux met het geheel wist te bereiken. Soepel, gedurfd, zonder vrees voor de dreigende nabij heid der opera liet Monteux door koor en orkest en ook door de solisten deze hoogtepunten nemen. Vosral het ensemble der solisten functioneerde prachtig. De vrouwenstemmen waren Mia Peltenburg en Suze Luger, stemmen, die goed samen gaan. Mia Pelten burg zong met kracht en enthousiasme en ook Me vrouw Luger was dien avond bijzonder goed op dreef en had weer haar prachtige intonaties van vroeger. Van Tulder kwam ook ditmaal uitstekend naar voren, alleen Denijs bleef wat op zich zelf staan en sloot zich met zijn geaardheid van zingen minder goed bij de drie anderen aan. Wij herinneren aan zeer mooie momenten in het Recordare Jesu pie, in het Domine Jesu", Lux aeterna", Libera me" en het slot van Kyrie eleison". Ook het orkest was in het Dies irae" op volle kracht en het Sanctus" klonk in zijn op stuwend marschrythme indrukwekkend. Rectificatie. In mijn artikel over Casadesus verleden week zijn een paar regels Weggevallen. Zij maken den zin onverstaanbaar. Deze moet luiden: Robert Casadesus gaf mij van dit boven de vertolking staande gevoelsspel de sterkste openbaring juist in een algemeen als zwak aangenomen werk, de As-dur sonate van Weber. Hierkreegde Weltschmerz-achtige, pompeuse romantiek, de grillige schittering, het gladde passagewerk iets, dat de aparte sensatie van het allergrootste opriep, en ik heb deze sonate eigenlijk vóór dien nog nooit gehoord". SCHILDERKUNST KRONIEK Teekening voor de Groene Amsterdammer' door B. van Vlijmen JOEP NICOLAS, TE GROET. Ze hebben in Amsterdam op de tentoonstelling van de werken van het kunstverbond NicolüS' Parijsclie raam wel achterste voren gezet, maar 't zij dat dit ge schiedde uit onkunde (veel makers van glas-in-lood zijn niet erg van het vak etc. op de hoogte !) 't zij dat geschiedde uit voorzichtigen onwil het zal niet schaden, de glazenier Joep Nicolas is niet te keeren meer, in zijn kunst, in Holland, en niet in onze Hollandsche kunst. Hij is ook een van hen, die een goed getal vroeger door mij gewaardeerden naar achteren heeft geschoven, want hij is sterker, kundiger, fon kelend, met meer kracht, met meer leven in de ver beelding. Deze tijd begon het gevaar te doen zien der zoogeheeten styleering. Maar styleeringen zijn pas wat waard zoo ze na den hartstocht zijn, en het begon er bij sommige te veel op te lijken, of styleeringen fatsoenlijke afwezigheden waren van den hartstocht, en ik vrees dat aan dit foutieve inzicht de architekten van onzen tijd niet zonder schuld zijn. Ze hebben bijgelooven geschapen voor de versiering hunner gebouwen, of liever idolen gezet op leemen base menten, en bepaalde vlakvullingen, bepaalde geome trische oplossingen leken hun de waarheid, terwijl ze begin waren van te mijden gevaar: Een onstuimig leven is altijd beter dan een beschaafde dood; kunst moet immers de eeuwige ontkenning van het doode zijn ! Onstuimig is Nicolas. Zóó vond ik hem te Groet. Wat hij maakt, wordt gemaakt met de phantaisie van den kunstenaar; met de vreugde van een goed wer kend man. Er is geen plechtigheid, er is spontaniteit, dwang, drang. Zoo vond ik hem in zijn werk, zóó is hij in zijn huis bij Groet. Hij is n van hen, die op de wonderbaarlijke vischvangst zijn hij is met andere woorden een mensch, een kunstenaar, een, die rijk is aan verbeelding, en die schept in gullen overdaad. TOON KELDER, DEN HAAG. Een vrouw (als een zwoele bloem), bijna een dier, dat haar klein, begeerig jong zoogt, zoo schildert Kelder het moederschap. Niet subtiel als Sluyters, maar zwaar, in een volle, rijke kleur. Met toomelooze J. HEIFETZ eerlijkheden in de vormen; niets wordt, als vorm, conventioneel gezien of verfraaid, ik zou haast schrijven: integendeel maar de kleur geeft het leven, en meer en meer komt het psychologische naar voren, dat sommigen niet in hem zagen, omdat zij alleen een tobberigheid in 't wezen een uiting van Werkelijke psychologische!! zin vinden. Kelder zou een belangrijke serie Mislukten" kunnen schilderen, maar nooit littérair, altijd schilderhaast. En het is merkwaardig om te zien, hoe de vroeger veel te zware materie door het rijker klcurenspel en door de andere schilderwijs haar kinderlijke zwaarte wordt ont nomen, en draagster nu wordt van het psychologisch wezen. Het spreekt van zelf, dat deze schilder hetzelfde deed als schilder, wat Nicolas deed als glazenier, een aantal vati hen die zich met schilderkunst onledig houden, vertrok naar de kim van mijn aandacht, en vonden daar een juiste plaats. Kelder, vroeger (in 't begin van zijn goede periode) een stillevenschilder van te waardeeren werk, is inderdaad gegroeid tot een schilder van figuur, die naar een der eerste plaatsen manmoedig en werkzaamdringt. Het lijkt mij daarom gewenscht, dat, als de commissie voor de buitenlandsche tentoonstellingen aan 't uitzenden gaat, hij, na Sluyters en met Gestel, Matthieu Wiegman ons land niet zonder bepaalde persoonlijkheid en bepaalde kracht zou vertegenwoordigen, wanneer ten minste daar dan gezocht wordt naar de coloristen, naar de picturalen. Ik heb meer dan eens gezegd, dat uit sluitend van zulke picturalen eens een uitzending moet gebeuren, en dat er dan niet te veel schilders moeten zijn, maar dat iedere schilder, die gekozen is met een aantal werken moet uitkomen. Niet te weinig, (dan blijft er geen voldoende indruk over van de persoonlijkheden) maar goed gekozen, en wel ge schakeerd. Wanneer gebeurt dat? PLASSCHAERT NIEUWE UITGAVEN DIETSCHE SPROKKELINÜEN. Twee bundels moderne lyriek voornamelijk ten behoeve van Lycea,Gymnasia en H.B.S., samengesteld door Dr. J. A. Roetcrl Frederikse, leeraar aan de 3e H.B.S. m. 5 j.c. te 's Gravenhage. Eerste en Tweede Deel. Uitgave van Nijgh en van Ditmar's uitgevers mij. te Rotterdam. Prntestantsch letterkundige Essays, verzameld en ingeleid door Dr. V. A. LANSBERG en Dr. J. C. DE MOON. Deel VIII van de serie Lyceum-Herdrukken voor inrichtingen van voortgezet onderwijs, voor studeerenden voor de hoofdakte en voor zelfstudie. Uitgave van J. B. Wolters te Groningen. INTERNATIONALES GESELLSCIIAFTSRECHT VOI1 Dr. A. E. von Saher, rechtsanwalt am Oberlandesgericht in Amsterdam. Uitgave W. L. en J. Brusse's Verlag, Rotterdam. Kunstzaal VAN LIER GNS G\T> naast het Postkantoor te Laren (N.-H.) G\D G\9 ANTIQUITEITEN - OOSTERSCHE KUNST SCHILDERIJEN -NEGERPLASTIEK Dagelijks ook des Zondags geopend

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl