De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 6 februari pagina 13

6 februari 1926 – pagina 13

Dit is een ingescande tekst.

. 2540 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 13 OPLOSSING VAN DE PRIJS VRAAG: WELK BOEK? wij reeds in ons vorig nummer vermeldden, zijn de vier door het Nederlandsen boekenlezend gmbliek uitverkoren boeken: <C. M. SCHARTEN?ANTINK, HET EEUWIGE LICHT Jo VAN AMMERS?KÜLLER, DE OPSTANDINGEN .HERMAN HEIJERMANS, V-UURVLINDERTJE ,ls. QUERIDO, MOOIE KAREL Verder volgden: .Nico van Suchtelen, Eva's jeugd. Herman de Man, Het wassende water. Van Genderen Stort, Kleine Inez. Jacob Wasserman, Christiaan Wahnschaffe. .A. M. de Jong, Het verraad. Top Naeff, Voorbijgangers. ..Anker Larsen, De steen der wijzen. Harry Sojberg, In het land der levenden. Herman Heijermans, Droomkoninkje. .J. van der Hoop, Door de lucht naar Indië. ?C. en M. Scharten-Antink, De duistere waarheid. Idem, De jeugd v. Fr. Campana. ?C. M. Hille-Gaerthé, Het verstopte huuske. .Alie Smeding, Het wazige land. .Mr. M. Nijhoff, Vormen. R. N. Ruland Holst, Overpeinzingen v. d. bramenzoeker. .J. P. Zoomers-Vermeer, Het huisje b/d. dennen. .A. van der Leeuw, Vluchtige begroetingen. "W. S. Reymont, De boerenherfst. "Th. Thijssen, Kees de jongen. F. Timmermans, De pastoor u. d. bloeyenden wijngaerdt. .A. van Schendel, Angelino en de Lente. Ina Boudier-Bakker, Moeders. ?.Dirk Coster, Nieuwe geluiden. .Just Havelaar, De religie der ziel. Roland Holst, De wilde kim. Van Nes-Uilkens, Het verloren ciberncst. .Sevensma-Themmen, De andere weg. Boudier-Bakker, Armoede. Huizinga, Erasmus. .Jaarsma, Het gelukkige jaar. Engelberts, Een vergeten proces. Van Suchtelen, De stille lach. 'Giinther, De heilige en haar nar. "Wielenga, De bijbel als boek van schoonheid. Van Schagen, Narrenwijsheid. Verhoog, Op bruisende golven. .Anker Larsen, Martha en Maria. «Cora Westland, S.O.S. 'Van de Woestijne, Beginselen der chemie. 'Van Ammers?Kuiler, Het doornige pad. Jörgen Falk Rönner, De consulsvrouw. iKnut Hamsen, Hoe het groeide. ?Fannie Hurst, De sloof. De Man, Rijshout en rozen. Van Blankenstein, Russische indrukken. ?Brugmans-Loosjes, Amsterdam in beeld. .Baart de la Faillc, De jongen. Poortenaar, Een kunstreis in de Tropen. Verhoog, Onder de Tropenzon. Het totaal aantal mededingers: bedroeg 2740. De prijswinnaren, (zie daartoe de lijst van namen ?op pag. 16 van dit nummer) die dus recht verkregen, ei n .of meer boeken te kiezen tot een totaal bedrag van/ 25, .uit den door den Nederlandschen Uitgeversbond in het licht gegeven Catalogus: Het Nederlandsche Boek 1925", kunnen van heden af opgeven, welke 'Werken zij wenschen te ontvangen. Uie den catalogus niet mocht bezitten, kan dien aanvragen bij zijnen ?gewonen boekhandelaar of dien daar inzien. De aanvragen moeten vóór uiterlijk 15 Februari gericht worden tot het Secretariaat van den Neder'Jandschen Uitgeversbond, Kneuterdijk 3, te 's- ra?venhage, dat ook later voor de toezending van het verlangde zorg draagt. Daar alle aldus aangevraagde werken bij de uit gevers moeten aangekocht Worden en de bestelling eerst kan geschieden, zoodra alle aanvragen van de prijswinnaren zijn binnengekomen, kan er eenige tijd Verloopen, voordat het gekozene in het bezit van aederen prijswinnaar zal gekomen zijn. Ook moet hiermede rekening gehouden Worden, dat een verlangd ?Werk tijdelijk bij den uitgever niet in voorraad is, hetgeen eveneens tot vertraging in de verzending .aanleiding geven kan. Men bepale zijne keuze dus vlug en zende zijne verlanglijst liefst omgaand aan bovengenoemd adres. HET adres voor prima PARKETVLOEREN tegen sterk concurreerende prijzen is FRED. MEIJER Amsterdam v. Baerlestraat 160 - Tel. 25615 - Gev. 1908 SPREEKZAAL BART KREEFT DOOR H. K. EUXE 50-jarige Tooneeldienst \yATtJheb ik vaak opgezien tegen dezen blijmoediger! optimistischer! mensch, die alles wat gebeurde kon aanzien van den vroolijken kant,die bij schokkende gebeurtenissen met een enkel woord den betrokkene kon opfleuren, die door zijn leukheid en bonhommie in elk gezelschap, waar hij kwam, die gezelligheid bracht, welke iedereen graag wenscht en die door zoo weinigen kan worden opgewekt; en die waar en wanneer ook, onpretentieus met zijne komische gaven woekert. En nu nog, op z'n twee en zeventigste jaar, ben ik blij, als ik hem tegenkom en een korten tijd met hem kan oploopen, blij, een collega te ontmoeten, die niet van hooge kunst spreekt en niet oogenblikkelijk begint over een der collega's, die dit of dat heeft gedaan, of deze of die rol heeft verknoeid. Met een lachje in z'n oogen, die zoo echt leuk door z'n lorgnetglazen hcenkijken, vertelt-ie me dan het een of andere komische voorval of lanceert een mop op een manier, die den grootsten hypochonder zou doen lachen. Zoo is de inwendige Bart. De uitwendige is die van een altijd correct gekleed heer, rechtop ioopende, met korte haastige passen, het hoofd met de nog weinig grijzende haren, waarop een bolhocdje, rechtop, de handen behandschoend, in de rechterhand bijna altijd z'n onmisbare wandelstok ronkende, steeds ronkende, dikwijls de sigaar in een pracht. meerschuiinen pijp niet barnsteenen mondstuk (hij heeft er een heele collectie van) en op den neus liet met goud gemonteerde lorgnet. Op straat wordt hij van alle kanten gegroet (want wie kent hem niet in Amsterdam) en aan zijn stanttafel ontvangt men hem met gejuich, terwijl de overige gasten van het caféhem salneercn als een goeden en graag geziene bekenden. Bart is een Zondagskind. Niet dat nok hij niet in z'n vijftigjarig touneellevcn de ,,tip and down's" heeft gekend, de laatsten misschien wel veel; maar altijd kwam na een korten kwaden tijd een lange periode, die weer goedmaakte, wat geleden was. line hij ook veranderde, van Operette-zanger in Directeur, van Tooncelspeler in Directeur en dan nog eenige malen een dergelijk changement, 't ging hem goed en hij bleef dévroolijke Bart. bemind bij z'n collega's, bemind bij het publiek, bemind bij z'n familie en vrienden. Echte Amsterdammer als hij is, heeft hij, met onderbreking van n jaar bij 't Rotterdamseli, z'n geheele kunstenaarsloopbaan in Amsterdam afgelegd. Een der eerste operette-komieken (opvolger van den grooten Morrié'n en leerling van dezen) kwam hij als 22-jarige jongeman bij Hrot en van hieruit begon z'n loopbaan, maar ook z'n roem. Er zijn nog velen, die hem daar hebben gekend, die zich z'n meest be kende creatie's nog altijd herinneren en met verlangen uitzien naar een Operette-gezelschap met krachten als toen: de nooit genoeg gepre/.ene diva Alma Buderman, de baritons Willemse en I)(ins, de komieken Kelly, Kreeft en Kiehl, de beroemde 3 K's. Waai is de tijd gebleven, toen avond aan avond een enthou siast publiek den Frascati-Sehouwburg" of later den Artis-Schouwburg" vulde om hen te bewon deren en hen toen te juichen?.... De film-enquête van De Stem" Neen, u behoeft niet te ontstellen. Dit is alleen een Erratum en een laatste woord om deze discussie te sluiten. g$ Het Erratum". Een zin, die eenig belang had, omdat hij een licht werpt, en blijft werpen, op de houding van dezen tegenstander, is verkeerd over gekomen : Er stond: dat wij o.m. in dit antwoord den heer Jordaan sommeerden althans n zijner positieve vergissingen te willen terugnemen, en wel om de grove vergissing die hij aan deze verbond. Zoo hij tenminste daar den moed toe had". . . . Er moet staan: dat wij o.m. in dit antwoord den heer Jordaan sommeerden, althans n zijner vergissingen te wilkn terugnemen, en wel om den «roven hoon dien hij aan de:e vergissing verbond. Zoo hij tenminste daar den moed toe had . . . . " En verder hebben wij eigenlijk alken maar te constateeren dat de heer Jordaan niets Wezenlijks heeft kunnen antwoorden. Hij sleept een aantal nieuwe argumenten aan: de pas-ontstane (N.B. !) noodtoestand der film; een enquête een gokje; 't verschijnen van het artikel na de enquête, (alsof men ooit de antwoorden zou kunnen verwerken vóór de enquête ! !). En dan past hij met eentonige hard nekkigheid het aloude polemische kunstje toe: zijn tegenstander van alles te betichten, waaraan hij zelf schuldig staat. Wij willen het verstand van de Groene-lezers niet beleedigen, door dit te gaan be wijzen. Bij eenige opmerkzaamheid zullen zij dit zelf wel ontdekt hebben. Hij zelf redekavelde twaalf kolommen Groene vol over een belachelijk gering*; kwestie, hij zelf kwam daverend scheldend aangestoven (muf, duf, snob), hijzelf riep melo-dramatisch uit dat hij-'t-niet-dulden-zou, waartegenover op onze rekening staat een repliek als aanteekening" in de Stem, en eerst toen zelfs Jantje" zich ermee te benioeien begon, een waarschuwing in de Groene" zelf. Desniettemin beproeft hij nu, naar aanleiding van dit sober en noodzakelijk verweer, ons de be lachelijkheid van dit gercdekavel aan te wrijven, en om de aandacht van zijn melodramatische zelfopwindiug en zelt'ophemeling af te wenden, draait hij de zaak eenvoudig om: hij beklaagt zich droevig over schelden ! Hij pinkt" daartoe ten tweeden male enkele afzonderlijke woorden uit een schertsende passage in onze repliek in de Stem" en gebruikt deze nogmaals om bij de lezers den indruk te wekken, alsof deze woorden deel uit zouden maken van een woeste, onbeheerschte en machtelooze scheldpartij. Neen, zij maakten deel uit van een grapje dat we ons over den hi-er Jordaan en zijn melodramatiek veroorloofden. Dit alles is virtuoos, maar het is de aloude virtuosi teit van het marktstalletje. Wij maken nu dat we wegkomen uit de nabijheid van dat stalletje. Den Heldentenor der fihncritiek saluut, saluut! DlRK ('OSTHR (Discussie gesloten. Red.) dH: qiiAmy GAR Ook bij het Nederlandsch", waar hij Jacques de Boer verving, was hij dadelijk een der eersten, en menige creatie heb ik, als collega, van hem gezien, die in het komische genre tot het beste behoort, wat mij is bijgebleven. Nu is hij na jaren van /weven tusscheu operette- en dramatische kunst, van Direc teur zijn of geëngageerde, voorgoed aan de Drama tische Kunst trouw, eerst bij Koyaards, het Nederiandsch Tooneel. eu nu bij liet Nieuwe Nederlandsch" onder leiding van xialborn als mede vuino; t. Op !i Fehiuan. juist op z'n twee en zeventigsten verjaardag, zal heel Amsterdam hem huldigen,Onze stad is dat verplicht en hel publiek eveneens. En tal van sprekers zullen zich op het Tooneel van den Hollandschen Schouwburg, vroeger zijn eigen ArtisSchouwburg, bevinden en hem toespreken met groote woorden, gepaard aan plechtige gebaren. Als ik hem toe mocht spreken, zou ik z'n hand nemen en zeggen: Barl, jolige, blijmoedige kameraad, man, die geen grooter genoegen kent dan anderen iets te geven'van de hlijinuediglieid, die heel je wezen uitmaakt, kunste naar, die duizenden en duizenden hebt doen vergeten, dat er misère bestond en bestaat, trouwe oprechte vriend van velen, blijf, wat je bent en al siert dan lot dusveire geen ridderorde den linkcrlapcl van je jas, je hebt in de harten van velen jezelf een orde gesticht: 'e zijn een goed inenseli ! I'rnt'iciat ! ^ Amsterdam, '2'.\ Januari. H>2li

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl