De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 6 februari pagina 2

6 februari 1926 – pagina 2

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2540 BEREKENT U zelf het voordeel, dat een Radio-Installatie ver schaft. Prijs, compleet met toebehooren en plaatsing onder garantie door geheel Nederland f 250. J O S, HARTOG Hoofdsteég 17 Nobelstraat 28 Tel. 3343 Tel. 1063 ROTTERDAM UTRECHT N.B. Levering kan in verband met loopende aanvragen niet binnen veertien dagen geschieden. EEN ORANJE-NASSAUMUSEUM door Mr. A. STARING HET ZILVEREN FEEST VAN H.M. DE KONINGIN door Prof. Dr. H. BKUGMAXS f~)P den dag, waarop de Hooge Landsvrouwe haar ^^ zilveren huwelijksfeest herdenkt, komen van /elf historische herinneringen bij ons op. Te sterk is de traditie, waarmede haar geslacht aan deze lage landen is verbonden, om niet ook heden terug te gaan in 's lands historie. Zoo komen ons van zelf voor den geest de vorstelijke zilveren echtparen, waarvan de geschiedenis gewaagt. Wij gaan daarbij niet verder terug dan tot de stamouders van de Nederlandsche Oranjes, tot Willem den Rijke en Juliana van Stolberg. In 153! reikten zij elkander de hand der trouw; in 1556 hebben zij hun zilveren trouw herdacht. Het zou meer dan twee eeuwen duren, voordat in het huis van Oranje opnieuw een zilveren getij zou aanbreken. Geen der prinsen uit de oudere linie van het door luchtig geslacht heeft het geluk van een zoo lang.durigen echt mogen smaken. En evenmin mocht de .-eerste erfstadhouder uit den Frieschen tak, Willem IV, zijn zilveren huwelijk met Anna van Hannover her.denken; beide stierven betrekkelijk jong, hij op veertigjarigen leeftijd, zij nog geen vijftig jaar oud. Maar daarna is de zilveren bruiloft regel geworden in het huis van Oranje. Prins Willem V huwde in 1767 met Wilhelmina van Pruisen; in 1792 luidden de klokken voor hun huwelijksfeest. Hun zoon, koning Willem I, huwde als erfprins van Oranje in 17Ü1 zijn volle nicht Wilhelmina van Pruisen; zij hebben hun zilveren feest in 1816, kort na het herstel van het huis van Oranje in het Rijk der Vereenigde Neder landen, gevierd. Koning Willem II reikte als kroon prins in 1816 te Petersburg de hand aan de jonge ?czarendochter Anna Paulowna; iu 1841 hebben zij ?als regeerende vorsten hun zilveren bruiloft gevierd. Hun zoon, koning Willem III, werd in 1839 als erfprins de gemaal van prinses Sophia von Wurtemberg; als koning herdacht hij in 1864 zijn zilveren echt. Thans viert H. M. de Koningin het zilveren getij van haar huwelijk met prins Hendrik van Mecklenbiirg-Schwerin. Velen zullen zich nog den prachtigen winterdag herinneren, toen de landsvrouwe zich met haar gemaal in stat igen optocht naar de oude St. Jacobskerk begaf om daar de wijding op haar echt te ontvangen. Het was een dag, die sprak van blijde vreugde en oprechte hartelijkheid: de woorden van den nobelen minister van justitie, mr. Cort van der Linden, en van den eerwaaidigen hofprediker, dr. van der Flier, gaven ieder op hun wijze uiting aan de gevoelens van genegenheid en toewijding, die op dezen dag tot de jonge koningin uitgingen uit den boezem van haar volk. Het was op dien dag, alsof door den band, die de Koningin en den Prins samen voegde in den echtelijken staat, ook tevens een nieuwe band was geslagen om vorstin en volk. Het huiselijk leven der souvereine is en blijve voor haar volk een gesloten boek. Maar haar openbaar leven is zoo volkomen saamgeweven met dat van het Nederlandsche volk, dat in breeden kring de belang stelling uitgaat naar alles wat de Koningin persoonlijk betreft. Zoo was er blijde vreugde over het huwelijk ?der Koningin; zoo was er sterke geestdrift, toen een Prinses van Oranje aan Nederland werd geboren. Zoo zal er ook innige dankbaarheid zijn in de harten van trouwe onderdanen, nu het groen van het huwe lijksgeluk met zilver wordt omrankt, nu in breeden kring het zilveren getij wordt herdacht van onze Koningin. Kon. Meubeltransport-Maatschappij DE GRUYTER & Co. GN5 CTsS G\B DEN HAAG SV> CxS G-O AMSTERDAM ~ ARNHEM Verhuizingen per Auto-Trein De geschiedenis van het Huis van Oranje Een blijvende verzameling UIT de geslaagde Haagsche Oranje-Nassau-Tentoonstelling, gehouden tegelijker tijd met de Amsterdamsche bij gelegenheid van het Koninklijke Regeeringsjubilcum van 1923, is voortgekomen een Vereeniging Oranje-Nassau-Museum", die zich ais voornaamste doel stelt een blijvende verzameling bij een te brengen, waarin de geschiedenis van liet Huis van Oranje in zijn betrekking tot het Nederlandsche volk wordt uitgebeeld en in herinnering gehouden. O.ik zij, wier politieke gevoelens geen opzien tegen de politieke figuur van een Landsvorst gedoogen, zullen erkennen, dat het Huis van Oranje de aanzien lijke positie, die het bekleedt, slechts dankt aan de onvergetelijke diensten, die een, op een zoo weinig uitgebreid geslacht verrassend groot aantal bijzondere figuren aan ons land heeft bewezen, dus dankt aan het vertrouwen, dat het Nederlandsche volk geleerd heeft in het Huis te kunnen stellen. Wanneer ook niet ieder Oranjeprins zonder uitzondering een groote historische figuur Was, geen hunner heeft andere belangen hooger gesteld, dan die van zijn land; een schooue traditie, waarop niet ieder vorstenhuis in die mate kan bogen. De Vereeniging wil nu een blijvend gedenkteeken leden neemt geleidelijk en geregeld toe; ook verschil lende gemeenten geven steun. Waar de arbeid van de Vereeniging voor het vormen van het museum zooals het worden moet vele, vele jaren zal vorderen, is die geleidelijke toeneming voldoende om met vertrouwen aan het w'erk te gaan, maar het feit, dat men spoediger dan men eigenlijk verwacht had het hoofddoel, het stichten van een voor het publiek toegankelijk museum, althans in bescheiden opzet zal kunnen verwezenlijken, doet thans naar een sneller toenemen van het ledental verlangen. Als plaats voor het museum was aangewezen 's-Gravenhage, als residentie en voornaamste arbeidsterrein der meeste Oranje-vorsten. De Gemeente 's- ravenhage stelde ter beschikking der Vereeniging voortref felijk voor museumriu'mte geschikte localiteiten in het mede voor dit doel in- en uitwendig herstelde fraaie, oude Waaggcbouw, door den bekenden Pieter Post aan de Prinsegracht en Groote Markt opgericht. Het Rijk zegde in beginsel een uitgebreid bruikleen toe uit de Rijksmusea en de Vereeniging verwierf zelf reeds eenige merkwaardige eigendom men. Als voorbeeld dictie de afgebeelde schilderij door Paitlus van Hilligaert, voorstellende Prins Fredcrik Hendrik bij liet beleg van 's-Herr.<igenn<;scli, een voorstelling, die, behoudens eenige details, overeen komt met die door detizelfden meester in het Rijksmu seum. Dit is tevens een voorbeeld ten bewijze, dat door het bijeenbrengen dezer nieuwe verzameling de volledigheid van het nog in te richten Historische Museum van den Staat niet behoeft te lijden. Ter gelegenheid van liet zilveren huwelijksfeest van H.M. de Koningin zal het vooralsnog beschei den museum geopend Worden. De beperkte fondsen waarover de Vereeniging beschikt maken een stclFRI;DI-:RIK HCNHUIK HIJ m;i iii:i.t-:<; VAN V (UiT HI:T OI<A\JI-:-NASSAI:MUSI-:I:M) KKTOdKMiOSCU IN oprichten in den vorm van een museum, voor het geheele Huis, omdat het niet slechts als verzameling van meer of minder uitnemende individuen, maar ook als familie onze dankbaarheid verdient, waar het voortbestaan van het geslacht altijd de zekerheid gegeven heeft en nog geeft van het aanwezig zijn eener zich boven de partijen verheffende, slechts het algemeene belang beoogende pers ion, om welke allen zich kunnen scharen, wanneer het belang van het volk eensgezindheid vereischt. O,>k in het nog in te richten nationale Historische Museum zal die zegenrijke werkzaamheid Worden uitgebeeld, maar de uitgebreid heid van liet te behandelen gebied zal daar beletten tot in details af te dalen. Doch ook historische details hebben hun waarde in het groote verband der ge schiedenis; het ontstaan van vele musea niet een lo caal of naar onderwerp beperkt gebied bewijst, dat dit gevoeld en erkend wordt. Wie ons vorstenhuis op recht liefheeft moet zijn belangstelling voor de lotge vallen ervan in het Oranje-Nassau -Museum kunnen be vredigen. Voor hem is het in de eerste plaats bedoeld en zijn steun zal de Vereeniging moeten schragen; maar ook voor anderen zal het museum nut hebben a Is historische verzamel ing, waar door eerlijke vrienden van het Oranjehuis slechts naar het Weergeven van onbetwistbare feiten gestreefd wordt, Want opsiering heeft de geschiedenis dor Oranjes niet noodig. Om alle belangstelling uit welken kring ook gele genheid tot uiting te geven, is de contributie op een minunium van / 2.50 ge s te ld, terwijl men voor min sten s / 10 jaarlijks begunstiger, voor minstens / l1"' ineens, stichter kan Worden. Twee opvolgende Minis ters van Onderwijs, Dr. de Visser en Mr. Rutgcrs, de Burgemeesters van Breda, 's-Gravcnhagc en Leeuwarden (de voornaamste residenties der Neder landsche takken van het geslacht van Nassau) aan vaardden het Eerelidmaatschap. Het aantal corres pondenten in de verschillende grootere gemeenten van ons land breidt zich nog steeds uit. l fier en daar zijn reeds plaatselijke coniite's gevormd en het aantal stelselmatige uitbreiding nog niet wel doenlijk; weliswaar zal de hoofdinhnud ook in de toekomst voornamelijk uit geschenken moeten Worden bijeen gebracht, maar het is toch wcnschclijk, dat men voor kleinere aantcoopen over vaste fondsen beschik ken kan. Wie de Vereeniging in de kostbare periode harer eerste inrichting wil ondersteunen, kan zich als lid, begunstiger of stichter opgeven aan den penningmeester Jhr. f!. J. Repelaer van Driei. NiMirdcinde 06, of aan den adjunct-secretaris den heer If. W. G. Ras, Nieuwe Parklaan IÏ3, beiden te 's-Oraveiihage. Men hoopt dat de eerste opzet van het Museum, zooals het zich zal voordoen, het vertrouwen /al geven aan het Nederlandsche publiek, dat hier inderdaad ernstig Wordt gearbeid aan een, historisch en artistiek, waardig monument voor het Huis van Oranje. De lacunes zijn nog talrijk, ma ra waar het een werk voor de toekomst betreft, mag men vertrouwen, dat hun aantal jaarlijks zal afnemen. De hoofd/a.ik K dat naar liet nog verre einddoel met ijver u.,uit gestreefd. Van het Nederlandsche volk zal afhangen, hoe lang de weg naar dat einddoel zal blijken te zijn. Naast de verzameling bestemd Voor de museumzalen streeft men naar het vormen van een prentcnen een penningkabinet en van een bibliotheek, opdat het Museum zal kunnen worden de aange wezen vraagbaak en een studieverzameling voor belangstellenden. Ook voor de/e neveiiafdeelingeii worden gaarne geschenken aanvaard, die aan rede lijke eischen van gaafheid en belang Voldoen. Mei. Dr. J. D. l Imtzeii is iiitgenoodigd voorloopig als c'inservat rice van lic! museum np te treden. TABA SIGAREN ~ - ZIJN TOCH DE BESTE -~ -

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl