De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 13 februari pagina 4

13 februari 1926 – pagina 4

Dit is een ingescande tekst.

DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2541 AFB. I. DE OUDST BEKENDE BEELDHOUWKUNST: PROFIEL VAN BOVEN GEZIEN DE PRAEHISTORISCHE VONDSTEN BIJ . PREDMOST DOOR PROF. DR. J. 13OKKE Overblijfselen van menschen en dieren; wapenen en werktuigen. p\ E opgravingen bij Predmost in Moravié, waarvan ?*?' in een vorig artikel melding werd gemaakt (zie flit Blad, No. 2538, 23 Januari '20), waarbij ei n zoo overgroot aantal overblijfselen van den praehistoTischen mensch, wapenen van steen, ivoor en rendiertioorn, gebruiksvoorwerpen, overblijfselen van dieren "etc. in het loess diep onder den grond werden opgedolven, zijn nu door Dr. Absalon nader beschreven in eenige artikelen in the Illustrated Londen News. De overblijfselen van den voorhistorische!! mensch zelf zijn, zooals ik reeds in mijn vorig artikel aangaf, niet zeer belangrijk. We! meent L)r. Absalon, dat de homo predmostensis" nog dicht bij den Neanderdalmensch zou staan, omdat hij sterk ontwikkelde wenkbrauwbogen bezit, doch als men de verdere ?kenmerken van de opgedolven schedels nagaat, de vooruitstekende kin, het reeds vrij hoog gewelfde voorhoofd, het vrij ronde achterhoofd, den vorm van den onder- en bovenkaak, de duidelijk aantoonbare verschillen tusschen mannelijke en vrouwelijke skeletten met hun reeds veel fijneren bouw, dan blijken deze voorhistorische jagers van Predmost veel dichter te staan bij het laaf-p.Jacolithisehe ras van Cro-Magnon, ons uit de opgravingen in Erankrijk /oo goed bekend, dan bij het Neanderdalras. Het is natuurlijk mogelijk, dat de ..horno predin stensis" van gekruisd ras is geweest. Het Neanderdalras is in latere perioden in Europa blijkbaar uitgeroeid, doch dat zal, vooral in streken als Moravié, (men denke aan de vondsten bij Krapina in Hongarije, waar ook overblijfselen van twee verschillende rassen uit de oud-Palaeolithische periode in dezelfde stecnlaag werden aangetroffen), wel niet zonder rasvermenging zijn gegaan. En in dit opzicht zal een nauwkeurig onderzoek van de menschelijke overblijfselen uit de steenlagen bij Predmost ons wellicht nog belangrijke gegevens kunnen verschaffen. En dit des te meer. waar op verschillende plaatsen bij deze opgravingen lagen van verschillenden ouderdom boven elkaar gevonden werden. B halve twee steenlagen nut eolithen (de alleroudste steenen wapenen, vermoe delijk van tertiairen oorsprong) die nog nader onder zocht moeten worden, werden bijvoorbeeld in de Ku/na-grot, een 92 M. lange, 10 M. breede, 9 M. hooge tunnel in de rotsen, die reeds in mijn vorig anikel werd vermeld en afgebeeld, boven elkaar steenlagen met steenen wapenen en dierlijke overblijfselen gevonden uit drie verschillende perioden van het ?*?=AFB. 111. Mi:s VAN VUUHSTI-EN IN I-IEN MA.VIMOETHBEEN oude steenen tijdperk. De oudste dezer drie perioden, het zoogen. Moustérien" is het tijdperk, waarin de Neanderdalmensch hier in Europa voorkwam. Wie weet, welke belangrijke resultaten in dit opzicht het verdere onderzoek ons nog zal geven. Trouwens, er zijn nog meer van dergelijke grotten, zoo bijv. een bij Macocha, die 200 meter lang is. Ook daarin kunnen, behalve de reeds nu in overgroot aantal opgedolven steenen wapenen, nog menschelijke overblijf selen gevonden worden. Tot nu toe was dit niet het geval. Belangrijker dan de menschelijke overblijfselen zelf zijn'de dierlijke over blijfselen en de wapenen en werktuigen. Overblijfselen van den matnmoeth, van den holji.beer, den hobrleeuw, de hyaena, den poolvos en den grooten bever uil den ijstijd werden in ver bazende hoeveelheden gevonden, /oo de skeletresten van 800 tot 'JOO mammoeths, van kleine zuigelingen" tot oude dieren, zoodat men bijvoorbeeld hieruit de tandvorming en tandwisseling bij den mammoeth even nauwkeurig kent als die bij den tegenwoordig levenden olifant, en van den hoLnbeereen reeks gave skeletten, (sommige van 3 i M. lengte !) die iederen directeur van een palaeontologisch museum zouden doen watertanden. Zoo werden in een kleine afgesloten grot de min of meer gave skeletten gevonden van 26 bevers uit den ijstijd, die daar op een hoop lagen en blijkbaar bij een of andere catastrophe daarin waren opgesloten en omgekomen. Naast de dierlijke overblijfselen zijn de wapenen, gebruiksvoorwerpen en kunstvoorwerpen, die in dezen schatkamer van de voorgeschiedenis van den mensch zijn opgedolven, buitengewoon belangrijk. In de eerste plaats wegens de ongeloofelijke hoeveelheden, waarin zij zijn gevonden (Prof. Absalon schatte nu reeds het aantal steenen wapenen op 40.000 en eiken dag van het onderzoek komen er nieuwe bij), in de tweede plaats om de groote ver scheidenheid in herkomst en afwerking en vorm, die zij vertoonen. Zoowel in het loi'ss als iu de verschil lende holen en grotten, die worden onder zocht (28 verschillende grotten !) zijn steenen werktuigen gevonden uit de meest verschillend ? perioden van het oude steenen tijdperk, van de nog vrij ruw bewerkte vimrsteencn uit het Aeheuleen", de reeds beter bewerkte wapenen uit de moiisterien" periode, tot de fijn afgewerkte regelmatige wapenen, krabbers, lanspunteii. pijl- punten, steenen messen etc. uit de Aurignaeien" en solutrcen" periode, hel rendiertiidperk. [Jan de prachtig bewerkte steenen wapenen uit den glaustiid van het oud steenen tijdperk, de ,,magdaleiiieu" periode, niet daarnaast pijlpimten en harpocneu, naalden en gespen, lepels en lweelandige vorken van rendierhoorn, die ons van bewondering vervullen voor de kunstvaar digheid en hel geduld, waarmede met de uiterst geringe hulpmiddelen, waarover die rendierjagers uit het oud-steenen tijdperk konden beschikken, dergelijke fijn afgewerkte voor werpen werden vervaardigd.Trouwens, wat dit betreft, leert ons het bij Predmost opgedolven materiaal niets nieuws. De in Frankrijk, het klassieke land van de voorhistorische ciilluur, opgedolven gebruiksvoor werpen uit dezelfde periode zijn vaak nog fijner bewerkt, nog kunstiger gestyleerd dan die der oud/ Moraviu's. Maar juist daarom is de voudsi bij Predmosr in dit opzicht zoo belangrijk, omdat daardoor wordt gedemonstreerd, wat nien vroeger wel eens uit het oog verloor, dat ook bij den praehistorischen mensch reeds een groote verscheidenheid v;in cultuur bestond. De jagers van Predmost volgden gedurende de lange, lange eeuwen van hun nederzetting een eigen lijn van ontwikkeling, die zich wel indeg.oote lijnen aansloot bij die van hun meer westelijke na buren, doch in allerlei details daarvan afweek, en dergelijke afwijkingen kunnen natuurlijk alleen dan nauwkeurig worden bestudeerd en vastgesteld, als men over zulke kolossale hoeveelheden aan materiaal beschikt, als nu uit de leenigrondeii bij Predmost L n de grotten voor den dag is gekomen. /oo is bijvoor beeld een mes van vuursteeu in een hef! van mammoethbeeu (lig. III) (een wapen, waarvoor onze jongens met graagte al hun zakgeld zouden willen geven) iets, dat wij uit de Hransche praehistorische depots absoluut niet kennen, evenmin als de lepels en schoppen uit mammoethbeeiuleren vervaardigd. Allermerkwaardigst zijn de lamst voorwerpen. Er zijn er bij uit inammouthbeen vervaardigd, uil ivoor, uit reiidierhooru, uit klei, sommigen volmaakt realistisch, anders volgens een bepaalden .,stijl bewerkt. Een uit klei vervaardigde kopje van een holenbeer (ongeveer 2 e.M. lang), in lig. i l afgebeeld, is volkomen zuiver gemodelleerd. Evenzoo een uit ivoor ver vaardigd beeldje van een mammoetli. dal waarlijk niet behoeft ouder te doen \""i' de terecht beroemde voorhistorische figuurtjes, in Frankrijk gevonden. En juist deze kunstvoorwerpen wijzen, zooals Prof. 'Absalon m.i. volkomen terecht opmerkt, evenals de overige opgedolven voorwerpen op een mengeling van twee culturen, vermoedelijk van verschillende herkomst. Naast de boven beschreven naturalistisch gemodel leerde beeldies, waarbij de kunstenaar er blijkbaar naar streefde, de natuurlijke vormen zoo getrouw mogelijk weer te geven (physoplastiek), beeldjes die slechts in een gering aantal exemplaren werden gevonden, vinden wij in veel grooter aantal decoraties, waarbij de figuren door geometrische lijnen volgens een bepaald patroon (ideoplastiek) worden aangeduid. Er is toch niets nieuws onder de zon. De cubist, die zijn kunst als ,,le dernier cri" beschouwt, vindt hier. bij de oude mammoethjagers uit den grijzen voortijd, zijn kunstverwanten. De stijl, waarin de kunstenaar van voor cluizeiicle jaren op een stuk mammoethivoor zijn geliefde afbeeldde met een reeks van geometrische figuren en lijnen, waarmede hoofd, boezem en verder lichaam zijn aangegeven, zou zelfs de meest rasechte" cubist niet verbeteren. Ook echte lijndceoratie kwam voor. Zoo was op een stuk mammoethivoor, tot een gebruiksvoorwerp bijgewerkt, een versiering aangebracht van meer dan 20(Ml regelmatig op elkaar volgende ge bogen lijnen, op andere stukkeu weer drie hoeken en meander- lijnen in min of meer regelmat ige rangschikking. Kortom, in allerlei opzichten behoort de massa.- vondst bij Predmost tol een tier belangrijkste praehistorische vondsten van de laaiste jaren. En wie weet. wat de verdere opgravingen ons nog /uilen leereti. Een ding alleen is jammer. De diepe grollen, die in uitgebreidheid niet onderdoen voor de beroemde grollen van Allamira, van la Mo..the, van Pair-nun-Pair en Marsonla^, vertoonen «een spoor van muurschilderingen, zooals die, welke in de eerstgenoemde grotten zoo terecht de bewondering van de Spaansche en 1-ransche arcliaeologen tot zich getrokken hebben. De kun stenaars van Predmost versierden blijkbaar uit sluitend de wapenen en voorwerpen van dagelijksch gebruik. Maar ook wat dit betreft, kan het onderzoek. dat nog steeds wordt voortgezet, ons eiken dag iets nieuws iecren. NIEUWE UITGAVEN Ovcrbeei;. /uinllen, \\ . . l hieine el Ue. VAN NELLE'STABAK '' '

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl