De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 20 februari pagina 17

20 februari 1926 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

No. 2542 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 17 UIT HET KLADSCHRIFT VAN JANTJE W^/4£*t*Z<P0tgfo>o4t*£, . . _ ... '~/r' "i?-^ _ n.»a * «f^ï-^ B I O S C O P Y DOOR L. ). JORDAAN LITTERATUUR EN FILM Sa/ammi>ö" Pa/ace Rialto AMMER is het, dat de'herlevende Fransche filmkunst niets beters heeft weten te doen, dan maar weer eens met de bekende rijkgemonteerde" historische film op de proppen te komen in spijt van haar kostbaarheid immers een goedkoop succes. Het is ook tot op zekere hoogte onbegrijpelijk. Uit alles blijkt toch, dat men Ie réveil de la cinematographie francaise" krachtig heeft willen inzetten met een grootsch en eclatant filmwerk. De première had plaats in de Opera in tegenwoordigheid van ministers, gezanten en andere officieele persoonlijkheden niemand minder dan Florent Schmitt schreef er de speciale muziek bij en de inleidings-rede werd gehou den door Robert de Flers. Er kon dus met reden ver wacht worden, dat de Fransche film-kunst zich, na de periode van verval, zou trachten te rehabiliteeren met een artistiek en film-technisch zeer bijzonder werk. Welnu zelfs de eenvoudigste Parijzenaar, die z'n cinema kent, zal reeds dadelijk moeten constateeren, dat hier wat het laatste betreft niets nieuws ge bracht wordt. De Amerikanen hebben op 't gebied van massa-regie en ensceneering veel sterker staaltjes geleverd (?Intolerance" Ten commandments" Sodom and Gomorrha") terwijl de Duitschers daarenboven het historische détail als decoratief element toepasten (?Das Weib des Pharao"). Maar het pijnlijkste en verwonderlijkste blijft wel het feit, dat men met een dergelijke minutieuze fotografische illustratie getracht heeft een werk als Salammbö" te benaderen. In zijn radio-rede herinnert M. Delacour er terecht aan, dat Flaubert bij het verschiji.en van Salamm bö" werd aangevallen door den beroemden geleerde Frenchner, die meende met het werk van een archeo loog en historicus te doen te hebben en het op dien grond fel critiseerde. . . . terwijl de schrijver n'a pas voulu faire besogne d'archeologue ni d'historien". Inderdaad het is waar, dat Flaubert ernorme voor studies heeft gemaakt en zoowat alles heeft gelezen betreffende het tijdvak, waarin zijn roman spelen zou ja, zelfs een tijdlang in Noord-Afrika heeft ver toefd pour se docunienter sur place". Maar dit alles neemt niet weg, dat met Salammbö" een ge weldig drama is geschapen, ver uitreikend boven alle historische en lokale beteekenis. Son but" om met Delacour te spreken son but a etc surtout d'atteindre a cette profonde véritépsycholoeique qui est de tous les temps et de tous les lieux: de faire se jouer un pathétique drame humain dans Ie decor de cette Afrique du Nord" - - terwijl Louis Bertrand zegt ,dat Salammbó" evenals Madame Bovary" is Ie poème admirable de la folie de l'amour et du désir. II traduit la mème aspiration immense et douloureuse, Ie même accablement devant l'impuissance de ce désir". Wat moeten in vredesnaam al die auto riteiten - maar vooral de dichters en schrijvers, die bij de première tegenwoordig waren, wel gedacht hebben van een kunst, die Flaubert's machtig epos dit fel-bewogen, bloedroode drame humain" meende te kunnen herscheppen in een serie tamme foto's van interessante oude architektuur en gehoorzaam draven de of vechtende menschenmenigten? En hoe is het mogelijk, dat de Fransche cinematografie, die toch uit La mort de Siegfried" kon weten, dat de ziel, de gedachte van een kunstwerk wel degelijk in het trilbeeld te transponeeren is hoe is het mogelijk, dat zij met dit doode ge-Alma Tadema een harer grootste litteraire genieën dorst compromitteeren ! Was er on der al die ingewijden dan niemand, die sacrilège !" riep die waarschuwde tegen den voortgang van dit bedrijf, terwille van den gewijden naam van Flaubert terwille van de pieuze gevoelens der Fransche na tie en ja, zeker, terwille van de jonge filmkunstzelve, die nog niet tegen een dergelijke taak opgewassen is.' Want dit is in het kader onzer beschouwingen wel het belangrijkste: zulke onvoldragen, praemature probeersels, berokkenen de cinematografische kunst groote schade. Ondanks hun goede bedoelingen moeten zij door hun onmacht profaneerend werken, wanneer zij reeds zoo hoog willen grijpen. Begrijpelijkerwijs roepen de verontwaardigde vereerders van den grooten meester Hands off ! Nu en voor altijd !" En ziehier de funeste onrechtvaardigheid, door mis lukte experimenten, als deze Salammb6"-film in het leven geroepen: men ontzegt der cinematografie eens en voorgoed het recht inspiratie te zoeken bij de mees terwerken der litteratuur. Wat een schreeuwende on billijkheid is. Immers wie denkt eraan een ouver ture Coriolan" -?een Damnation de Faust" te verwerpen, omdat zij geïnspireerd werden door het oeuvre van Shakespeare en oetheV Wat kwaad steekt erin, de levende ziel van een kunstwerk te her scheppen met de middelen eener zuster-kunst? Maar iedereen begrijpt, dat dit slechts voor een rijpen, vol groeiden kunst-vorm, die zich nauw,keurig bewust is van haar faculteiten en haar grenzen die haar arsenaal van mogelijkheden ten volle overziet - is weggelegd. En nog niet voor de jonge, zoekende Muze van het trilbeeld. Laten de ondeinemende en enthou siaste kunstenaars van het witte doek toch voorzichtig zijn en geduld oefenen de tijd zal zeker eenmaal komen, dat de cinematografie als gelijkberechtigde door de groote scheppingen der andere kunsten zal worden bevrucht, om nieuwe meesterwerken met eigen middelen --- op eigen wijze het licht te doen zien. W E K D R O O M DOOK KL'MGRA NOSAUS Zóó droomde de slaper: er luidde een klok, en dat leek een alarmklok te wezen, waardoor hij plotseling wakker schrok, van z'n leger ten halve verrezen. En liet flitste opeens door z'n duizelend hoofd: De dijk in gevaar!", riep uit teeken: doch hij voelde zich eensklaps van krachten beroofd, en hij modi! op z'n post niet ontbreken.... Het beeld was veranderd: hij zat in een zaal, die eindeloos scheen in haar diepte; en eenzaam sprak hij orakeltaal in de stilte: geen muisje piepte. Hij kreeg een kriebelend, kruipend gevoel van bannelingschap en verstoot ing; en hij wist zich minister, ?-- en wist niet het doel van een zekeren post der Begrooting.... Weer anders: hij had in het timmermans-ambt nu een eerzame, flinke betrekking, --doch voelde zich plots door een doodsschrik verlamd bij 't doen van een dnclitb're ontdekking. 't Bedreigde z'n naam als bekwaam-in-z'n-vak, waarop hij z'n leven lang grootging: hij bouwde een huis, - en toen gal' 't hem een knak. dat de post van een deur uit het lood hing. . . . Dit alles tezamen bepaalde zijn lot, en men bracht hem per auto naar Muiden; toen stond bij de Hakkelaarsbrug een schavot, en de klokken, de noodklokken, luidden. De slaper ontwaakte, en slaakte een gil, en z'n hand zocht, om licht, naar den trekker: 't Geval met de Post" woog nog zwaar op z'n w'l, en Meer licht !" was 't refrein van den wekker ! THE qUALITy CAR IMPORTEUR Ir. A7//;»/7, /i'rt;.ss<7. l'w schrijven met groote be langstelling gelezen. Wat Gloria Swanson betreft - gij erkent, dat zij hoogstens een middelmaligheid is en s.ellig geen artiste terwijl i;ij clementie pleit. omdat Madame Sans-Gène een overwcldigcnd-zware r 'l is. ... maai' Gcaclue l leer. dan moet zij haar niei spelen ! Dal is juist de kern van mijn betoog! L'w niirdeel nver ..Goldrush" maakt me een beetje unik hel1 er geweldige verwach'mgeti van. moet . Waarschuw mij s.v.p. eens, ais R>msky in

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl