Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2545
VOO R J AARS-AVOND
ViiR DE DEMPING VAN HET WATERLOOPLEIN
AMSTERDAMSCHE BIJZONDERHEDEN
DOOR PROF. DR. H. BRUGMANS
XX Vlll. Het \valerlooplcw
AMSTERDAM is zeer arm aan goede pleinen.
Behalve den Dam, die dan ook nog bovendien
zijn eigenaardige gebreken heeft, hebben wij eigenlijk
geen enkel plein, dat door vorm en omlijsting aan de
eischen van een behoorlijk plein voldoet. Het
Rembrandtplein, van ouds het voorplein van de Reguliers
poort, is geen plein, maar een plantsoen. De
Westermarkt mist ruimte en wordt zwaar gedrukt door de
forsche massa der Westerkerk. Het Amstelveld is
eentonig en te strak van lijn. De Nieuwmarkt, ook
Weer een oud poortplein, mist de geslotenheid, van
een goed stadsplein. Dan zijn er pleinen, die in het
geheel geen pleinen zijn, zoo het Muntplein, het
Thorbeckeplein, het Koningsplein, het Mariniersplein
en dergelijke, die van een plein niets anders dan den
naam hebben. Van de moderne pleinen is stellig het
beste het Frederiksplein, dat echter ook al weer zijn
gebreken door vriendelijk plantsoen moet verbei gen.
Op zich zelf is dat niet te verwonderen. Amsterdam
is niet gegroeid om een centrum van verkeer, zooals
vele van onze Nederlandsche steden, maar langs een
rivier. Amsterdam was van ouds een dubbele rivier
stad, waar eigenlijk geen plaats is voor een markt.
Riviersteden hebben zelden groote markten; dat kan
men b.v. aan Karnpen zeer duidelijk zien. De vorming
van den Dam, die intusschen eigenlijk geen dam is,
is min of meer toevallig. Zoo is het eigenlijk met bijna
alle Amsterdamsche pleinen: het zijn poortpleinen of
gedempte grachten, zelden organisch gegroeid uit en
OUDE HUIZEN AAN HET WATERLOOPLEIN
door het stedelichaam. Een mooi en indrukwekkend
plein als Groningen en Middelburg en andere, zelfs
kleinere steden hebben, bezit Amsterdam niet.
De grootste misère op dit gebied is wel het
Waterlooplein. In zijn smallen elleboogvorm mist het alle
eigenschappen van geslotenheid, die een stadsplein
behoort te bezitten. Door zijn ongelukkiger! vorm
heeft het geen proportie en geen lijn. De bebooming
bedekt met vriendelijke liefde de ergsie misstanden.
Wel gaat er een sterke bekoring uit van het drukke,
levendige marktleven op enkele dagen van de week,
maar het stadsgezicht is daarmede toch allerminst
gered. En in den laatsten tijd is het plein nog boven
dien voor een deel bezet door een speeltuin, waarvan
het ontwijfelbaar nut in deze buurt niet evenredig is
aan de verfraaiing van dit stadsdeel.
Het Waterlooplein is, zooals reeds de naam aan
duidt, geen schepping van den ouden tijd. Het voert
zijn naam naar den glorieusen slag van 1815, die
blijkbaar op de volksverbeelding lang heeft ingewerkt. .
Vooral koffiehuizen werden in den loop der negen
tiende eeuw naar Waterloo genoemd. In Amsterdam
kwam men wat laat met de herdenking. Het raads
besluit, waarbij het Waterlooplein zijn naam kreeg,
is van 19 December 1883. Toen was evenwel het plein
reeds aanwezig. Maar men had de oude namen van
de grachten nog behouden.
Want ook hier geeft de geschiedenis de verklaring
van den zonderlingen vorm van het plein. Het stads
gedeelte, waar wij ons bevinden, behoort niet tot het
middeleeuwsche Amsterdam, maar viel eerst binnen
de stad door de uitlegging van 1593. Tot dien tijd
vormde hier, trouwens eerst sedert 1585, de Zwanen
burgwal de grens van Amsterdam. In 1503 werd
de stadsgrens hier verlegd tot aan de tegenwoordige
Nieuwe Heerengracht of eigenlijk juister uitgedrukt
tot aan de Nieuwe Amstelstraat en de Rapenburger
straat. De Amstel vormde hier een zeer breed water
vlak, dat gerust kon worden ingeperkt. Hier werd dus
een groot stuk Amstelwater aangeplempt. Zoo ont
stond een eiland, dat aan de zuidzijde werd begrensd
door den Amstel, aan de westzijde door den Zwanen
burgwal, aan de noordzijde door de Houtgracht, aan
de oostzijde door de Leprozengracht. De Zwanenburg
wal ontleende haar naam aan ,,'t huys daer
Swanenburch uythangt", dat op den hoek van de Zwanen
burgerstraat en den burgwal stond. Daaruit blijkt,
dat deze gracht eigenlijk de Zwanenburgburgwal
moest heeten; maar met een in vele talen zeer gewone
elisie heeft de spraakmakende gemeente er Zwanen
burgwal van gemaakt. De Houtgracht heette zoo
naar de Joden Houttuineii, die hier in de buurt in het
begin der zeventiende eeuw waren aangelegd. De
Leprozengracht droeg haar naam naar het
Leprozenof Lazarushuis, waar in de zeventiende eeuw pest
lijders werden verpleegd en waaraan ook nog de
Lazarussteeg herinnert. Het geheele eiland werd van
noord naar zuid doorsneden door de Korte Hout
straat, waarvan de naam natuurlijk weer verband
houdt met dien der Houtgracht. De Korte Houtstraat
werd weer loodrecht doorkruist door de Lange Hout
straat en de Zwanenburgerstraat, waarvan de namen
Een voor/aars-avond, zoel en zoet;
Waf avond-damp op dood-stil water:
Ceel-groene lucht; wat s/erren later.
En lenle-geuren in overvloed.
Gestalten, die voor t duister staan,
De handen achter 'i hoofd gebogen ;
Een vleermuis vroeg voorbij gevlogen.
Door t duisler van keslanje-laan.
Hel zachte zoenen van den mond.
Geschonken in gc/uk-begecrcn ;
Herinneringen, die wcer-keeren :
ten eenzaam mensch, die veel verslond.
Een voor/aars-avond, schoon en stil;
Verleed ring voor het diep bevruchten;
Voor korten kreet het steunend zuchten
Van leven, dat zich geven wil.
JAN J. ZELDENTHUIS
Kon. Meubeltransport-Maatschappij
DE GRUYTER 6 Co.
HAAG Gxs CNS vs
AMSTERDAM - ARNHEM
Bewaarplaatsen voor 'Inboedels
geen verklaring behoeven. Deze geheele wijk aan
den Amstel heette Vloeienburg, omdat het als het
ware een aanslibsel was van den Amstelstroom. Maar
de volksetymologie, die Vloeienburg niet meer be
greep, maakte er Vlooienburg van, hoewel het lastige
springende gedierte hier niet bepaald frequenter zal
zijn geweest dan in andere buurten.
Bij raadsbesluit van 22 Januari 1874 werd de
demping der Houtgracht en der Leprozengracht
bevolen. De bedoeling was om het daardoor verkregen
terrein tot een overdekte markt in te richten. De
markt op de Botermarkt toch zou verdwijnen; er zou
plantsoen ? men sprak toen van een Engelsen
plantsoen -?op het nieuwe Rembrandtsplein worden
aangelegd. De verplaatsing van de markt is inderdaad
tot stand gekomen, maar de zorg voor de overdekking
heeft men aan de markt kooplieden zelf overgelaten.
Zoodat het Waterlooplein op marktdagen hetzelfde
fleurige, kermisachtige karakter heeft gekregen als
onze andere markten. Waarschijnlijk is het ten slotte
ook maar gelukkig, dat wij op het Waterlooplein ook
nog niet een ijzeren marktgcvaarte hebben gekregen,
zooals men ze in die dagen elders heeft gebouwd. Er is
aan deze buurt door de demping waarlijk genoeg
misdaan. Wie er aan mocht twijfelen, raadplege maai
de oude afbeeldingen van de thans gedempte grachten
en ga dan eens naar het Waterlooplein.
OEN HAAG
AMSTERDAM
ROTTERDAM
1.83 MTR BREED 5.1O
2.OO MTR BREED 5.55
INLAID
PARKET-, TAPIJT
EN TEGEL DESSINS
IONEN