Historisch Archief 1877-1940
12
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2549
GREPEN
DOOR CARRY VAN BRUGGEN
?We/ teekening \aor ..de Groene Amsterdammer
c/oor Freddy Lange/er
Pcïrac/o.va/e Wijsheid
Met intense belang
stelling bekijk ik het
prentje: Smoking voor
Dames.Boven een nauw
rokje vertoont zich een
heusche heerensmoking
die alleen in de fantasie
der kleuren iets heeft
behouden van wat men
nu eenmaal vrouwe
lijk" pleegt te noemen.
Boven het strakke,
rechte hemd met hoog,
stijf boord en heeren
dasje vertoont zich het
kortgeknipte
gladgepommadeerde hoofd.
Ik bekijk het alles met
groote aandacht.
Elke afbeelding van
nieuwe creaties"
zoo noemt men zulks",
zegt Stoffel, ja, god
betert, zoo noemt men
zulks! bekijk ik niet
diezelfde groote aan
dacht. Ik tracht er
het geheim van mijn
eigen toekomst in te
lezen. Zal ik het vol
gende jaar een op deze
smoking geïnspireerden
dos dragen als
uitgaansjapon"? Met ge
latenheid en eenige
benieuwdheid wacht ik
het af en een Fransen
rijmpje schiet mij te
binnen, terwijl ik de
zelfbewuste, fraaie juf
fer op het prentje in
de leege oogen kijk, een
rijmpje dat wel buiten
gewoon aardig de Mode,
haar beteekenis, haar plaats in onze samenleving
karakteriseert.
Le sof l'introduit,
Le sage la snit....
Ziet er dit niet uit als paradoxale wijsheid? Hoe
ter wereld kan de wijze den weg gaan, dien hem
de dwaas heeft aangewezen? waar ooit volgde de
verstandige man van den zotskap het voorbeeld?
Hier! En deze spreuk bevat evenmin een paradox
als het oeuvre van G. B. Shaw. De smoking voor
dames is, op zichzelf beschouwd, immers geengrooter
sottise" dan de smoking voor hecren ; waren we niet
anders gewoon, we zouden niet beter weten. Het
witte, stijve hemd is onpractisch, zeer zeker, ook
voor het mannelijk geslacht, dat het inmiddels in
eere houdt. Het korte haar is practisch, ook voor
het vrouwelijk geslacht, dat men inmiddels nog
steeds de tijdroovende, bezwarende en bezwaarlijke
haartrossen als specifiek vrouwelijk" opdringen wil.
Van het oogenblik af dat de menschheid de sandaal,
het losse gewaad en een daarmee overeenstemmende
haardracht heeft verlaten, had ze eigenlijk over
practisch", wanneer het mode betreft, maar liever
verder moeten zwijgen. De zotheid schuilt niet in
deze of gene mode, ze schuilt in de ziel, in den geest
van hen, die dit mode-gedoe op touw zetten, die het
tot een levenswerk maken, die het au sérieux nemen.
Laat u niets wijs maken. De groote crcateurs" en
créatrices" waar halen de schepsels het lef"
vandaan? zijn geen fijntjeslachende humoristen,
die zich, als de vos uit de fabel, voeden met de dwaas
heid hunner rijke klanten, waar ze zelf boven ver
heven zijn. Niemand houdt zijn leven lang iets vol,
dat hij niet zelf hoogst ernstig en belangrijk vindt.
De zotheid schuilt in de ziel der
mode-shownajaagsters, der nieuwste-snufjes-naloopsters, wier
bestaan van de babybox tot het graf, geen andere
wezenlijke belangstelling dan deze kent. Wat de
mode zelf betreft, is het n niet zotter dan het ander,
sinds het wezenlijk rationeele, het klassieke in onze
samenleving geen wortel meer kan schieten.
En dit nu bepaalt juist ook het standpunt van den
wijze....
Ac sol l inlroduil,
Le söife lo sui/....
Nogmaals, was de eene mode zotter dan de andere,
de wijze zou zich eraan onttrekken, zieli ervan ont
houden. Maar het is alles even zot.
Wie eens de sleeprok droeg, kan nu het knierokje
dragen, wie zich snoerde in een corset, mag nu gerust
zonder mouwen loopen, wie zich toen aan guimpes"
met baleinen onderwierp, kan lieden een blooten
rug bestellen.
Het verzet tegen een bepaalde mode geeft au fond
dus eerder van zotheid dan van wijsheid blijk ! Het
bewijst dat men niet inziet, waar de kern der dwaas
heid schuilt, dat men eenvoudig front maakt Ugen
het nieuwe. Het vereischt bovendien veel meer
hoofdbrekens dan de verstandige mensen voor deze
dingen over h-.eft. En nog iets. Wie («tentatief en in
belangrijke mate de mode trotseert, h.cft overal
bekijks. De verstandige mensch wenscht niet op te
vallen ter wille van onbeteekenende en onderge
schikte dingen. Dwingt hum zij.i levensbeschouwing
tot het afwijkende en het opvallende, dan neemt hij
dat natuuriiJK op zich, maar hij zoekt het niet in zij.i
uiterlijk. Slaagt dus de zot erin zijn nieuwste creatie"
te doen triomfeeren, dan venoont drie maanden
later elke verstandige, juist de verstandige, zich
ermee.
Wij hier in Laren hebben of hadden, want ik
zie hem den laatsten tijd niet meer onzen
,,zeventiende-eeuwer", pardon, ik bedoel: onze
zevcntiend'eeuwcr ! Een man die uit principe zich vertoonde
in wambuis en kuitbroek, punt hoed en kraaghaar.
Ongetwijfeld is die kleeding fraaier en rationccler- --of
misschien lijkt dit ook maar zoo dan het stijve
hemd en de kachclpijpenbroek. Toch IK b ik dezen
man nooit als een wijs man" beschouwd. Ik stel
mij zoo voordat Kant en Madame De Stael de kleeding
van den tijdgenoot hebben gedragen die het
minste hoofdbrekens kostte en het minst de aan
dacht trok.
Ja, dat aardige Fransche rijmpje diukt het wel
heel goed uit. En aldus ontstaat dan hier het zeldzame
geval dat de wijze juist precies zijn wijsheid toont
door gedwee het voorbeeld van den zot te volgen....
OOCTFREDdfiDESKE
ZANDBLAD - SIGAREN 6 tn10 ets
C O M O E D I A
DOOR HENRIK SCHOLTE
Rolt. Hof stad Tooneel: ,,Mrs. Cheyney s
Verdwijning' , door Fred. Lonsdale
1\J AAR den titel verwacht men, dat de
hocfd?^ persoon op de een of andere wijze zal verdwijnen.
Wat er echter in dit stuk ook zoek raakt: sieraden,
reputaties en de waarschijnlijkheid Mrs. Cheyney
niet. Integendeel,'haar bestendige aanwezigheid is oor
zaak, dat alle conf.icten zich ten goede keeren en
dat men voor de naaste toekomst de verdwijning van
den naam Mrs. Cheynty voor dien van Lauy Dilling
met zekerh id Verwachten mag. Voor de naaste
toekomst ook alken, want Lord Dilling's
huwelijkstheorieé'.i lijkeu een gevaarlijke valuta-speculatie:
voortdurend a la baisse.
Het stuk is met meer humor dan detective-geest
in elkaar gezet: wanneer aan het eind van het eerste
bedrijf, na een keurige garden par>y in Londensche
season-lucht, in Mrs. Cheyney's home de gordijnen
gesloten worden en de butler met de domestickcn de
horlepiep danst, begeleid door de gastvrouw zelve.
dan is daarmee de eigenlijke clou reeds verklapt.
Mrs. Cheyney bliJKt immers aspirant-lid te zijn
van een overigens vrij jovele dievcii-verceniging, uie
door den butkr-bi.f wordt gepraesidcerd. Hel
paarlensnoer van Mrs. Ebley is het naaste doel. Te dien
einde zien wij Mrs. Cluyücy in het eerste bedrijf zoo
behagelijk g.ï.istalkerd als Australische weduwvrouw,
omgeven door pseudo-lakJen, eenige
huwelijkscandidaten en de onontbeerlijke society, welke zich
in de volgende bedrijven au grand complet voor een
weekend naar Mrs. bky's landhuis verplaatst. Een
voortreffelijke derde acte seh.pt daar alle situaties,
die met het beschikbare materiaal mogelijk zijn:
Mrs. Cheyney vindt zich des nachts op Mrs. Ebky's
kamer -- voor dez.' g legenh.id door den alles
eloorziendeii Lord Dlllirg betrokken betrapt, en Lord
Dilling tracht een zake lijken eliefstal door een
aninnreuzen dito te comp.nseeren. l laar nu Mrs. Cheyney
ongeveer alks is, behalve onfatsoenlijk (elit in lijn
rechte tegiMistelIii g met ele overige iuge's bij Mrs.
Ebley), wijst zij den op de gebruikelijke- wijze aan
geboden losprijs op de gebruikelijke wijze at, en nu
volgen enkele sterke speelseenes: Mrs. Cheyney schelt
om zichzelf aan te ge ven: Lord Dilling, hierdoor over
wonnen, aanvaardt de voor de hand liggende verden
king, die de binnenkomenden dan ook op hèm werpen.
doch Mrs. Ch.yney, edelmoedig in de overtreffende
trap, offert zich op en bekent haar toeleg. Met ele
pauze zijn de huw, lijks-fondsen op fabelachtige wijze
gestegen, doch Mrs. Cheyney's papieren schijnen
geen cent meer waard. Tot een katte r i ge Maandag
morgen de wat ai te goedkoope ontknooping brengt:
de winstgevende vennootschap der eerste drie be
drijven wordt maar eenvoudig geliquideerd en het
faillissement daarna Wegens gebrek aan actief opge
heven: de kunstige bouw van h.-t blijspel legt het
af tegen de grovere accenten van de klucht.
Immers, Dilling's mededinger Elton heeft eenmaal
aan Mrs. Cheyrey zijn liefde schriftelijk (let uel,
doet het nooit) \\rkiaard en in dien hrL f ele hèe Ie
aanwezige society onsterfelijk gecompmuiittee rd.
L'it angst voor openbaarliL iel worden ele rollen on.ge
keerd, ele brief moet teruggesnieekt worden en met
wat aardige variaties op h, k.iide ih.maia loopt liet
stuk af: een octaaf lager dan het begonnen u as.
Maar l.oiisdak heelt el, ze iningiie uitgewerkt in
een dialoogvorm, die vaak Verrukkelijk geestig en
pittig is, niet name e elite r door ele Sha\\\ ske1 >area>men
uit het eerste bedrijf hoven het doorsnee-blijspel
uitsteekt. Meesterlijk is de wijze, waarop het
lakeientriumviraat werd ingezet: ook al wist men al wel, dat
de butler geen gewone huis- tuin- of keuken-butler
en Mrs. Cheyney zeker geen Australisch weeuwtje
was, ik durf toch te zeggen, dat niemand op deze
onthulling was voorbereid. Zij kon dan - afgezien
van haar technisch-foutief anticipeereii op de gebeur
tenissen der komende acten -?ook slechts plaats
grijpen ten koste van een groote onwaarschijnlijkheid:
hei stuk opent met een uitvoerigen dialoog tusschen
butler-boef en groom-medepliehtige. Van eenige
verstandhouding blijkt daar echter niets.
Datzelfde onderhoud heeft sc-Miarisch nog een
ander bezwaar: Lonsdale benut het om een aantal,
misschien zeer juiste, opmerkingen over de straks op
te treden, maar ons nog volkomen onbekende en
derhalve niet h.tercsseerende personen de wereld in
te sturen. Op deze wijze schrijft men geen expositie.
Trouwens, in dit bedrijf, waar de salyre op de voor
een deel specifiek Engelsche toestanden zoo voorop
gesteld is, komt de karakter-teekening over 't geheel
wat in de knel. Elton b.v. schijnt er meer dan hij
blijkt te zijn, Dilling blijkt meer dan hij daar schijnt:
de wijze, waarop hij eerst door den butler en later
door Mrs. Cheyney-zelf schaakmat gezet wordt, is
prachtig van speelschheid en geest, maar het maakt
zijn victorie uit de latere acten niet direct aanneme
lijker.
De s!otacte, waar de psychologie der verschillende
personen (behalve van den butler) ons volkomen
duidelijk is, bederft daarentegen juist weer door de
typeeringen nog eens met te doorzichtig karak
teristieke opmerkingen en overbodige trucjes aan te
dikken (het symmetrisch opkomen en afgaan der
bijfiguren). Dit schaadt den ontegenzeggelijk fijnen
grondtoon van het geheel.
De diepzinnige flirt, die onder alle verwikkelingen
door, con variazioni gespeeld wordt, geeft aanleiding
tot een aantal paradoxen en bonmots, superlatief op
superlatief: lachende waarheden, die het vooral door
de manier waarop zij over het voetlicht kwamen,
zeer wel doen, ook al blijken zij bij nadere overweging
wel eens wat al te zeer een voor deze gelegenheid
toegespitst effect.
Maar nog n groote winst valt te boeken: wat er
ook aan satyrieke moraal in dit stuk moge schuilen,
in dit opzicht werd de echte, lichte, zorgeloozc
blijspeltrant nergens overschreden. Dat lag echter voor een
groot deel aan het vlotte en mousseerende spel der
Hagenaars.
Van der Lugt's gezelschap is voor zulk een
zomersch stuk wel bij uitstek geschikt. De rolbezetting,
individueel- en ensemble-spel, was uitstekend. In de
eerste plaats van der Lugt zelf, die van Lord Dilling
een fij ,-getypcerden jeugdigen Chambcrlain maakte,
zelden uitbundig, maar voortdurend boeiend: een
ste rke figuur.
Annie van Ees heb ik niet dikwijls zoo gelijkmatig
en onverdeeld goed gezien. Zij beheerschte alle
schake L ringen van de toch waarlijk niet eenvoudig
geconstrueerde rol van Mrs. Cheyney en gaf nog
extra ele chaimc van een volkomen natuurlijke,
spontaan ..pelende persoonlijkheid.
|ace|iie-s Reuk als Lord Elton voelde zich in zijn
(ze'er gematigele) Oxford-trousers zoo wel thuis, dat
hij vergat dat ele klcercn niet altijd den man maken:
zij i ml was te Weinig gemarkeerd en daardoor trad
hij in het laatste bedrijf te onwaarschijnlijk-kliichtig
op den voorgrond. Piet I5nm als de mysterieuze butler
boef had een v. elbeloveiid be gin, maar in de latere acten
zakte deze figuur aanmerkelijk: hij wist blijkbaar
met ele inderdaad niet heel gave psychologie van
dezen al te ge moedel ijken dief geen raad.
Anton Roemer ais een geborneerde echtgenoot en
|o de lioer-van Walraven als een even ilomtne als
onbehoorlijke soeiety-lady waren ronduit
voorlreffe(;nk ele kleinere dames-rollen en de diverse
M'ling aardig onderscheiden, werden
ak getypeerd en met enlrain gespeeld.
i u r/.orgde regie (van v. d. Lngl) hield het
erii aantrekkelük-voorname kleur. Waar
ilerlijkhedcii van spel en elictie zoo
gewaren, vallen kleine gebreken des te
den toon: linoleum" b.v. ie moeten
hooren, i< toch wel bar. En waarom koos men waai
de' Ent; hehe namen overigens zoo zuiver klonken
niet ook de inhe e nisehe uitspraak van het woord
l lerbv, het ..^child en vriend" van den LondenaarV
HOOFIEN'S ROOMBOTER
WORDT SPECIAAL BEREID