Historisch Archief 1877-1940
No. 2550
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
UIT DE NATUUR:
BEKEN IN DEN ACHTERHOEK
DOOR DR. I A C. P. THI/SSE
\Verh voor (Jen A.N. \V.B , Natuurmonumenten
en Vreemdelingenverkeer
HET hooge water van den winter heeft ook danig
huis gehouden langs onze mooie beken in den
Achterhoek. Ze stroomen nu weer helder en trisch
behoorlijk binnen hun beddingen, maar de oevers
geven nog op menige plaats een treurig beeld te zien
van de verwoesting, aangericht door de wilde wateren.
Onze Slingebeek heeft in zijn vele kronkelingen de
oevers ondermijnd en menige boom, die zoo schilder
achtig over het water helde heeft den genadeslag
gekregen en is meegesleurd, met nog een stuk oever
tusschen zijn wortels. De beek loopt h:ele einden door
lossen zandgrond, wat vooral in het
Stemerdinkbosch h;el mooi te zien is en daar lueft hij dan ook
massa's van dat fijnkorrelige tertiaire zand
weggesleurd om h;t een eindweegs verder buiten de oevers
neer te storten in de lage gedeelten van het
Buskersbosch en daar ligt nu een breede witte zanclstrook
tusschen de bloeiende anemonen. Waar het zand
niet al te dicht ligt worstelen de planten zich er nog
wel door heen, maar de rest moet verwaaien, of
krijgt, en dat kan heel leerzaam zijn, een vegetatie
van zichzelf, die een blijvende herinnering zal leveren
aan de overstroomingen van Januari H>2ü.
Op sommige plaatsen is de oever glad afgeschaafd
en waar verleden jaar de primula's bloeiden en de
paarse pinksterbloemen, een uiterst fraaie combi
natie, daar vinden we nu een stellen, z?lfs uitgehoklen
wand van effen zand. Elders is de ondermijnde grond
ingezakt naar den waterkant, zonder dat het
plantenkleed verbroken werd en daar hebben we nu al weer
een inooien groenen kant, waar binnen enkele jaren
zich weer de heele bloementuin opnieuw zal vormen
van anemoon en sleutelbloem, maagdepalm, viooltjes
van allerlei soort en de pinksterbloem, die veel verder
in het bosch doordringt, dan men van zoo'n bewoner
van de open weiden zou verwachten. Zoo is dan spoedig
het kwaad verholpen en onze woudbeek blijft even
mooi als te voren en een waardige woonplaats van
ijsvogel en groote gele kwikstaart en voor de groote
libellen, die terecht den naam voeren van Calopteryx,
de schoonvleugels. Oe kent ze wel, die met de donkere
vleugels met hun kleurenspel en groen en violet.
Wij mogen onze beken van den Achterhoek wel
in eere houden, het zijn de mooiste van ons land. De
industrie heeft er nog weinig aan bedorven, zooals
dat gebeurd is niet zoo menige beek in Brabant en
op de Veluwe en in Westt/wolde. De Slingebeek
drijft een paar watermolens, nieelmolens gelukkig.
en daardoor wordt zijn schoonheid eer verhoogd
dan verminderd. Geen gevaar voor vielen afval.
Integendeel, de niolenvijver ligt spiegelglad en
kristalluider in de open plek in 't bosch en de buiteling niet
het molenrad geeft liet water frissche lucht, zoodat het
nog des te helderder wordt en nog meer
levensmogelijkheid geeft aan allerlei planten en dieren. De
wieling beneden het rad maakt een zandbank, een
eilandje midden in de beek. In den stroom komen
hier de viugt;e roofvischjes loeren op prooi en als het
water begint te bruisen over het rad dan komt de
ijsvogel al op het geluid af, om zijn deel te halen
van de buit. Ook komt de rivierkreeft, een groote
rariteit in ons land, aan' den ingang van zijn hol en
tast met zijn lange sprielen in 't rond naar een bruik
baar hapje. Ja, zoo'n molenbedriif is een aanwinst
voor het natuurschoon.
De beken in den Achterhoek zijn over bijna hun
geheele lengte met boomen en struiken omzoomd,
soms aan den eenen oever, soms aan beide. Die
houtstrook is nu eens smal, dan weer breeder en breidt
zich op menige plaats uit tot een bosch. Altijd heerscht
er in die beplanting een groote verscheidenheid.
Zelden ontbreekt de hazelaar; wilgen en elzen zijn
er ook bijna altijd en als je zoo'n beek maar lang
genoeg volgt dan verschijnen vroeg of laat ook
lijsterbes en meidoorn, vuilboom, Oeldersche roos,
vogelkers, wilde kers, hulst en jenevcrbcs, kornoelje,
wegedoorn en zelfs soms een twijfelachtige taxus.
De boomen zijn meest eiken en populieren met
esscncn en de zeer sierlijke haagbeuken. Dan weer
blijven de boomen weg en heb je een kleine wildernis
van brem en rozen en bramen of gagel en de zeldzame
vecn-boschbes en die twee laatste dan vooral in de
drasse veilige stukken langs doode armen van de
beek. Daar zingen dan ook de blauwborstjes en mis
schien een enkele krekelzanger. Eigenlijk kun je van
alles vinden en beleven langs die beken van den achter
hoek: de mooiste bloemen, de aardigste vogels.
de zeldzaamste vlinders en de schoonste vergezichten
over water, woud en weide. De beken in het
Wintcrswijksche zijn wei het mooist: de Slingebeek met de
bosschen van Aalderink, Stemerdink, Buskers en
Bekendelle, de Willinkbeek met zijn rotsoevers en de
Ratumerbeek met zijn hooge oevers zoo prachtig
met varens begroeid. Doch er zijn ook andere, haast
even mooi.
Iedereen kent Ruurloo en de onvergelijkelijke
eikenlaan voor het slof en ook den ouden watermolen.
die op de slotgracht uitslaat. De molenbeek hier heet
de Baaksche Beek en die stroomt nu verder langs de
zuidzijde van de laan, achter de vierdubbele rij van
eiken. Verderop komt hij duidelijker te zien, altijd
nog door boomen begeleid en daaronder blonk ver
leden week een forsche larix uit met zijn sterk,
helder groen. Even voorbij die larix kruist de beek de
laan en stroomt dan eerst langs, dan door de Meene,
het prachtige zware woud, dat nu voor een deel ligt
neergeveld door den cycloon van Augustus. Maai
er is gelukkig nog genoeg overeind gebleven en na de
opruiming zullen Kleine Meene en Groote Meene nog
altijd met eere genoemd kunnen wolden. Tusschen
de beide Meenen ligt een grasveld, dat nu wit zag
van de anemonen, met een paar merkwaardige eiland
jes van rose-lila anemoontjes. De Baaksche Beek
stroomt door de kleine Meene westwaarts in
flauwekronkelingen, prachtig onder de boomen. Waar de
beek de Meene bereikt staat vlak aan den oever een
heerlijke eik van middelbaren leeftijd met een groep
groote jeneverbessen aan zijn voet. Hier staat ook
een klein houten piketje, op zijn kop rood geverfd.
En nu wij rondkijken vinden we nog meer van die
piketjes, overal langs de beek. Het lijdt geen twijfel:
de beek wordt genormaliseerd, verdiept, verbreed.
de boschen zooveel mogelijk weggenomen. De
boomen langs zijn oevers worden geveld, ook die
mooie larix en ook dwars door de Meene moeten er
ook vallen bij dozijnen. De schilderachtige beek
wordt een afvoerkanaal.
't Is trouwens zijn taak om water af te voeren en
als hij daarin te kort schiet kan de landstreek boven
het slot niet gedijen, heelemaal tot Lichtenvoorde en
Vragender toe. Vroeger hindeide dat niet zoo erg,
want toen lag daar nog heel veel woest, maar thans
is haast alles ontgonnen en ontginning beteekent
draineering. Maar uu vragen wij ons af, of het soms
mogelijk zou zijn, om tocli de beek in zijn schoonste
gedeelte te behouden door van een punt boven het
slot naar een punt beneden de Meene een kanaaltje
te graven van voldoend vermogen, om, als het noodig
is, het overtollig water van die hoogere gronden af te
leiden. Misschien is aan die oplossing wel gedacht
misschien leek zij te kostbaar. Toch zullen velen de
Baaksche beek, zooals die thans is, niet graag willen
missen. Eigenlijk verwondert het mij, dat men niet
eerder tegen deze plannen in verzet is gekomen.
liet zou net iets voor den A.N.W.B., voor Natuur
monumenten en voor Vreemdelingenverkeer ge
weest zijn, om hier een der schoonste (ieldersche beek
partijen te behouden, door het graven \an /oo'n
parallelkanaal te bevorderen.
DE GROENE AMSTERDAMMER
Weekblad voor Nederland
kost slechts f 3.?per kwartaal of
f 10.?per jaar bij vooruitbetaling
Complete Badkamer
van af f 285. .
Prima drukautomaat, Bad. Kranen, Bidet,
Waschtafel met marmer en spiegel.
G, J. DE KONING 6 ZOON
Keizersgracht 447, A'dam
Hotel Café-Restaurant L O M M E R O O R D"
86 H e e r e n w e g h. K e r k l a a n HEEMSTEDE
Nieuw gerestaureerd -- Restaurant a la earie
PENSÏON vanaf t 4.50 p. p. en per day
Aanbevelend W. SCHRAM, v.h. l?dus?a?], ,\\i.?.
PEEK* CLOPPEMBUR!