Historisch Archief 1877-1940
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
No. 2553
DE HAARLEMMERPOORT IN
AMSTERDAMSCHE B IJ ZONDER H EDEN
DOOR PROF. DR. H. BRUGMANS
XXXI. De Willemspoori
WIE het Haarlemmerplein betreedt , ziet onmid
dellijk de Willemspoort voor zich, die de
juiste afsluiting vormt van het plein. Dat spreekt
ook van zelf. Want het Haarlemmerplein, waarop
de Haarlemmerdijk uitmondt, is niet anders dan het
poortplein voor de Haarlemmerpoort. Zulke poort
pleinen, waar de wagens der buitenlieden konden
stallen en waar ook voor het lichamelijk welzijn der
inkomende vreemdelingen werd gezorgd, hadden
onze steden er vele; tal van pleinen zijn zoo ontstaan.
Amsterdam dankt aan zulke poortpleinen het
Leidscheen het Weesperplein en ook het Rembrandtplein.
Het Haarlemmerplein was dus het poortplein
voor de Haarlemmerpoort. Dat wil zeggen, de Haar
lemmerpoort daar ter plaatse. Want Amsterdam
heeft verschillende Haarlemmerponrten gehad; de
tegenwoordige Willemspoort is de vijfde; zij zal wel
de laatste blijven. Met de voortdurende uitbreiding
der stad schoof de poort steeds verder langs den
Haarlemmerdijk. Ons voorgeslacht verzette niet
alleen de bakens met het getij, maar ook de poorten
met de uitbreiding der stad. Men kan de uitbreiding
van Amsterdam naar den westkant liet best
aeceittueeren door achtereenvolgens de vijf
Haarlemmerpoorten iu onze gedachten terug te roepen. Zij ver
tegenwoordigen bovendien een merkwaardige evolutie
in de geschiedenis der bouwkunst en van de
versterkingskuust.
De oudste Haarlenimerpoort stond aan IK l einde
van den Nieuwendijk, waar deze de Martclaarsgracht
bereikt. Daar was 'de oude stadsgracht, die niet ver
vandaar in het 1] uitmondde. Daar stond een puurt,
waarvóór over de stadsgracht een brug lag;
lateilag daar ook een sluis, waarvan de schut deuren met
houten wielen konden worden opgewonden, zoodat
de schepen met gestreken mast er onderdoor konden
varen. De poort heette Nieuwendijker poort, ook
wel naar den ouden naam van den Nieuwendijk de
Windmolenpoort. Ook werd zij, omdat zij naar het
Kartuizerklooster leidde, wel de Karthuizerpoort
genoemd. DJ naam Haarlenimerpoort schijnt minder
te zijn gebruikt. Hoe de poort er heeft uitgezien
weten wij evenmin als wanneer zij is gebouwd. In
een schepenbrief van 1418 wordt zij vermeld als ,,der
Wintmolenzijde poirthuys"; mogelijk was zij niet
meer dan een huis met een breeden doorgang voor
het verkeer.
Deze oudste Haarlemmerpoort werd in lol)(> afge
broken om de deugdelijke reden, dat zij overbodig
was geworden. Want in den loop der vijftiende eeuw
werd Amsterdam aan alle zijden uitgelegd. Aan de
westzijde werd het terrein tusschen den Nieuwe
Zijds Achterburgwal (de tegenwoordige Spuistraat)
en het Singel binnen de stad getrokken; wat uu het
Singel is werd de stadsgracht. De Nieuwendijk, de
gewone weg naar Haarlem, werd doorgetrokken
tot die nieuwe stadsgracht; waar zij elkander sneden
werd een nieuwe poort gebouwd. Die poort was een
onderdeel van den nieuwen muur, waarmede Amster
dam zich nu voor het eerst omgeven had Die om
muring kwam omstreeks het midden der vijftiende
eeuw tot stand aan de nieuwe zijde der stad; in dien
tijd zal dan ook de poort zijn gebouwd, (n tegen
stelling tot de oude poort, die nog tot IfiiMi bleet
staan noemde men deze de liuiten-1 laarleinmerpoort.
Hoe zij er heeft uitgezien, weten wij d ' de kaart
van Coruelis Aiiioninsz. en ook van andere
alhceldingen Men kan er zich een voorstelling van maken.
wanneer men deskundig de M. Antuni-ispoorl op de
Nieuwmarkt beziet. Ook de Haarlemmerpoort had
een voorpoort, geflankeerd door twee slanke
hoektorens; die \oorpoort was door zware muren ver
bonden aan de eigenlijke poort, die ongeveer vierkant
was; dat vierkant had naar de zijde van de voorpoort
twee zware torens en naar de stadszijde twee vrij
kleine en veel minder zware hoektorens. Zoo was
deze nieuwe Haarlenimerpoort nog een echt
middeleeuwsch bouwwerk, dat zich waardig aansloot bij
den zwaren vestingmuur. Vóór de poort lag een
zware sluis, die in 1594 nog werd versterkt.
Toen had deze tweede Haarlenimerpoort haar
dienst ook al weer gedaan. Al weer moest Amsterdam
nog vóór het einde der zestiende eeuw worden uit
gelegd. De uitbreiding van 1585 verschoof de grens
der stad aan de westzijde tot de tegenwoordige l
leerengracht. Zoo moest een nieuwe l laarlemnierpoori
worden gebouwd; zij stond aan de tegenwoordige
Heerenmarkt en was van hout opgetrokken; ervóór
lagen twee houten ophaalbruggen en een houten
hamei ter afsluiting, lilijkbaar was dat alles zeer
voorloopig gebouwd; men had stellig toen reeds de
vei wacht ing, dat spoedig ei n nk'.twe uit k g hk r
noodig zou zijn en dat dan de poort \an zelf li;::;: doei
zon verliezen.
Zoo is hel ook inderdaad gegaan. In l'ti'2 Ivgon
de nieuwe uitkgging van AmsUrdam, die de siad
haar definitief karakter van grachlerstad IKCM
gegeven. Hel was het m'oo'e nlaa \an elgiü^ei'
e zijnen, dat in logii-cllcn en sihoonin opi>:;iv, -e;
wedergade onder de sleiKn Zoekt. ,,<)p hope da'
deselvige met goede, bequame huysen ende tiinnie
ragiën souden worden bezet", had de IVLM rirg de
drie grooie gratiën niet grooie cosun ie: ckraa'.i
dezer stede aangelegd en met -chooiK, gr..ote eru.i
afgestoken". Dat gebeurde hel cu'st aan ileil wesl kant
der stad. Maar dat uk-t alken. Huilen d.e dik urooie
grachten Werd hier een volkswijk niet
straten en dwarsstraten aangelegd, die w
werd bevolkt; een eeuw later heette dit kwartier de
Jordaan. Dat alles werd binnen de vesting getrokken.
De Haarlemmerstraat, de Haarlemmerdijk en het
Haarlemmerplein werden aangelegd; het laatste
plein werd naar buiten afgesloten door een nieuwe
poort. s
Deze nieuwe Haarlemmerpoort, die dus al de
vierdewas van dien naam, werd gebouwd tusschen het
derde en vierde bolwerk, van het IJ af gerekend. De
eerste steen werd den 18 Juli 1615 gelegd door burge
meester dr. Sebastiaan Egbertsz. In drie jaar was
zij voltooid door haar bouwmeester, den befaamden
Hendrick de Keyser. De poort was natuurlijk gebouwd
in den modernen stijl van die dagen, die niet het
minst door de Keyser zelf in zwang was gekomen..
De gevel aan de buitenzijde was geheel opgetrokken
uit blauwen arduinsteen; twee kolommen in klassieken
vorm flankeerden de poort wederzijds, die door een
architraaf waren verbonden. Hoven de doorgang
stond natuurlijk het Anisterdamsehe wapen, gchi.udeii
door monumentale leeuwen. Sterkte was hier met
sieraad zametigevoegd", zegt de oude Domselaei
niet ten; onrechte. De gevel aan de stadszijde was
uitgevoerd in witten zandsteen; ook hier vond men
de klassieke zuilen als sterkend siermotief terug
ook hier een zware architraaf, waarboven een ge
broken fries, waarin het oude zegel met het
koggcschip. Een sierlijk torentje bekroonde het geheel.
Deze fraaie poort, die algemeen zeer werd bewonderd.
was niet recht getraceerd; de doorgang liep niet
recht door, zooals bij de andere stadspoorten, maar
had een bocht, zoodat men er niet dwars doorheen
kon zien. Men mag aannemen, dat hier de plaatselijke
gesteldheid den doorslag heeft gegeven; het motie!
aan de defensie ontleend --- men zou zoo het schieten
door de poort hebben willen beletten kan moeilijk
gelden; immers het is niet in te zien, waarom men
deze eigenaardige en opvallende bouworde alleen
bij deze poort zou hebben toegepast.
Meer dan twee eeuwen heeft de Haarlenimerpoort
van Hendrick de Keyser het westfront der stad
versierd. Toen bleek zij waarschijnlijk door onvol
doend onderhoud in den l'ïanschcn tijd zoo b
nuval'ig, dat men tot haar amotie besloot. Den f? Maart
IKiT besloot het stedelijk bestuur de oude poort at
te breken. Ruim een jaar daarna, den 2 Mei l S.iS
koos de raad uit een tweetal plannen van het
dagelijksch bestuur het klassieke ontwerp, dat is uit
gevoerd en dat wij nog dagelijks kunnen zien. Dit
poorttype wijkt geheel af van de vroegere, liet
i.duidelijk. dat van ernstige verdediging geen spraki
meer behoeft ',e zijn ; geen
.\tnsterdantschen \\al. l'e/e
si ui i ing, bitna uitsluitend
HeM ielii. l .'e pooi'i word! gi
u .icht luiiz"it. bestemd vo
! ie las t in L!.ei!, kot n mie/A u iuii /
pourt w,is hier eigenlijk niel
H11.1 adres \'o()i' prima
PARKETVLOEREN
tcejcn sïcrk c o n c u r r c e r e n d c prijzen is
FRED. MEIJER - Amsterdam
v. Bnerlestraat 160 - Te!. 25oI5 - Gcv. 1908