Historisch Archief 1877-1940
No. 2554
DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND
15
Teekening voor ,,de Groene Amsterdammer" door B. van Vlijmen
r
i
DE TILLER-G1RLS
KRONIEK VAN DEN DANS
DO O R J. W. F. W E R U M E U S B U N I X G
AA' VII, Tillcr G iris
T) OUWMEESTERS revue in het Haagsche Scala"
-D heeft ons dan eindelijk de Lawrence-Tiller-Girls
naar Nederland gebracht. Zulk een revue heet altijd
anders en is sinds jaren altijd hetzelfde van samen
stelling; zulke Tiller Girls heeteu altijd hetzelfde
en het zijn altijd weer andere.
Ze zijn, als genre, een voorlaatste evenement in
dancinggirls: de mechanische duizendpoot.In het troe
bele na-oorlogsche Europa dat niet precies wist waar
mee het zich nog amuseeren moest en van de eene gril en
tirelantijn in de andere viel, verschenen deze girls als
een precies geregeld stuk amusements-mcchaniek.
De oogen die moe waren van overladen ensceneering,
zwoelheid, barok van het expressionisme en verwarde
lijnen, vonden plotseling een sober, vitaal, frischen
rechtlijnig dansen voor zich, dat geen enkele andere
inhoud bezat als goed bïheerschte acrobatie. En
plstseling was het een rage. Elke revue bracht nieuwe
troepen girls, het corps de ballet was veranderd in
een dozijn of wat acrobatische dansers.
Onder het dozijn bestaat de girl niet: eerst het
aantal beenen maakt de volstrekte gelijkmatigheid
van alle bewegingen eigenaardig en indrukwekkend;
des te meer personen, des te opvallender wordt het
onpersoonlijke van dit dansen.
* *
Men dacht aan het Chineesche verhaaltje: In een
groot bosch woonde een pracht van een duizendpoot,
en de regelmatigheid, de snelheid en de zekerheid
van haar wandelingen hadden haar tot een aanzien
gebracht als men onder het Chineesche ongedierte
in duizend jaren niet gekend had. Evenwel: de ja
loezie loerde op haar. Een afgunstige zwarte mier
peinsde vier dagen zonder eten of drinken; glimlachte
toen en wachtte de duizendpoot af op haar morgen
wandeling.
En zij vroeg haar beleefd: O, ontelbaarvoetige,
wonder van duizend zekerheden, hoe weet gij tocli
precies uw vierhonderdeeneiivijftigste voet op te
lichten na uw vierhonderdenvijftigste en
vierhonderdnegenenveertigste, zonder u ooit te vergissen?
De duizendpoot, die daarover van haar leven niet
had nagedacht, gelijk geen enkele duizendpoot het
ooit deed, bjgon te denken. Zij dacht en zij dacht, en
naarmate zij zich haar probleem bewust werd raakte
zij in de war, werd onzeker, begon haar dozijnen
extremiteiten te tellen, zette ze verkeerd neer, raakte
Kunsthandel 0. G, SANTEE UHIEEt
Heerengracht 396 Amsterdam
P<;rm. Tentoonstelling van Schilderijen en Prenten
haar weg kwijt en stierf ellendig, nadat zij van iouter
denken geen poot meer bewegen dorst.
Misschien heeft het verwarde Europa na den
oorlog iets van die Chineesclie bewondering voor de
zekerheid van den duizendpoot gevonden m de
Tillergirls, misschien vond het er iets waarscliuwends van
het wijze sprookje in terug. Maar sedert zij beroemd
werden heeft het aantal troepen dat d'ien naam
droeg zich met vervaarlijke snelheid uitgebreid: de
naam werd een fabrieksmerk dat ook ongelijksoor
tige waar dekte. En het genre evolueerde onderwijl
snel tot iets anders.
Parijs zag de Amerikaansche Hoffmanngirls, vol
maakte tegenstelling met het genre Tillei; veelzijdig
en sterk individueel getrainde acrobatie, sport en
dans tegenover eenzijdig en onpersoonlijk serie-werk.
e zwarte danseressen der Revue Nègre over
troffen de blanke Amerikaanscheii weer in vervaarlijk
rythme: van kleiirlooze mechaniek tot
volksdansachtige donkere levenskracht heeft het genre zich
enkele jaren geschakeerd.
Hopelijk krijgen wij die schakeering hier thans ook
verder te zien: de Hofmanngirls en Josephine Baker's
danseressen zijn, nu de Tiller-üirls ons bezochten, aan
de orde.
De kennismaking in Scala", die wel eens in Amster
dam zal worden voortgezet, viel uu niet zoo bijster
mee. Men had ons van een perfectie gesproken: het
haperde soms wel eens, in kleinigheden, en het
was wel eens wat simpel. Maar er waren een paar
go.'de losse nummers van dit dansen op een rijtje, en
een boeiend op en af dansen langs een aantal trap
treden, dat wezenlijk een uitstekend variéténummer
was; in het genre zag men in elk geval in Nederland
nog niets beters.
Ondei tussehen is de girl reeds tot probleem ver
heven. Fritz Oiese heeft er een boek met veel illustra
tiemateriaal aan gewijd, Girlkultur" 1). Het heeft
soms iets van een wijsgeerige verhandeling over een
of ander verdwenen volk naar aanleiding van drie
gevonden potscherven of een beschouwing over
kultuurverschillen met het tabaksverbruik als grond
slag. Het is wat al te zwaarwichtig, maar lezenswaard
als kijk op Amerika, zijn dansambities en zijn
dansindustrie, waarover ons zoo weinig bekend wordt en
waaruit plotseling prachtige dingen te voorschijn zijn
gekomen als de Hofmanngirls", onvergelijkelijk met
deze Tiller-troep. Die daarom haar charme niet mist,
maar als sensatie a! weer ietwat achter ons schijnt te
liggen.
1) Dclpliimerlag H>25.
HET KINDER
PRENTENBOEK
Tentoonstelling in het Kennemer Lyceum
te Overveen
Het was waarlijk een aardig denkbeeld van den
heer Pieck, leeraar aan het Kennemer Lyceum,
om door enkele leerlingen een aantal kleurige plak
katen te laten teekenen, welke nu hier en daar achter
winkelruiten opgeplakt, tot een bezoek aan deze
tentoonstelling opwekken. Te betreuren is het echter,
dat deze platen geteekend zijn naar voorbeelden,
ontleend aan prentenboeken; misschien is dit juist
met opzet geschied, doch, mijns inziens, was hier een
mooie gelegenheid geweest om de eigen fantasie eens
te laten werken en had men iets kunnen verkrijgen,
wat onder deze deskundige leiding zeker niet minder
aantrekkelijk, maar in ieder geval oorspronkelijk
geweest zou zijn.
Intusschen hopen wij, dat deze platen hun doel
niet zullen missen, want een bezoek aan deze ten
toonstelling, die liefst 419 nummer stelt, is werke
lijk de moeite waard. Het is wel jammer, dat de
ruimte, waarover men kon beschikken, te klein is en
de boeken daardoor te dicht op elkaar liggen, soms
elkaar zelfs gedeeltelijk bedekken, hetgeen op een
rustige aanschouwing van het gebodene wel wat
storend werkt.
Het doel van deze tentoonstelling is, zooals uit het
voorwoord van den catalogus blijkt: ,,Te laten zien
wat er in ons land op het gebied van
kinderprcnteiiboeken is verschenen, met toevoeging van enkele
voorbeelden uit het buitenland; verder door een
stelselmatige indeeling de verschillende rubrieken
typeerend te doen uitkomen, en ten slofte door ver
gelijkingen en tegenstellingen de bezoekers duidelijk
te maken waarin het wezenlijke van de soort ligt".
Hierin is men wel geslaagd, maar toch had ik de
indeeling liever iets anders gezien en bijv. ieder land
een eigen afdeeling gegeven. Nu zegt hetzelfde voor
woord wel, dat de buitenlanders ons in menig opzicht
op het gebied der prentenboeken voor zijn, doch voor
den bezoeker is dat moeilijk te constateeren, omdat
eigenlijk alles door elkaar ligt en men zich daardoor
minder gemakkelijk een bepaald oordeel over een
land kan vormen. Ook had ik liever een scherper
afscheiding gezien tussehen ouderwetsche boeken
waarvan er trouwens niet veel aanwezig zijn en de
moderne.
Maar zoo blijft er altijd te wcnschen over, doch dit
doet niets aan iiet feit af. dat hier iets geboden wordt,
waarvan men in alle opzichten genieten kan. Ten
minste, wij onderen, want het mooie en vele dezer
plaatjes zal' door het kind, waarvoor zij toch bedoeld
zijn, niet begrepen worden. Zoo geloof ik dat plaatjes
van Rie Cramer en Midderigh- Bokhorst - o,
snoezig en lief en ontegenzeggelijk ook artistiek op
het kind minder indruk zullen maken, dan bijv. die
van Tjeerd Bottema in ,,Het hoetselmamieije van
Stnttgart". Deze laatste plaatjes zijn naïever en ook
feller van kleur, iets wat ze juist voor het kind zoo
aantrekkelijk maakt. Hetzelfde kan gezegd worden
van Daar was eens...." van l-'elix Timmermans.
In liet kort gezegd: echt leutige plaatjes. Zoo is er
natuurlijk meer, doch het zou ondoenlijk zijn, dit
hier allemaal aan te stippen. Laat ik nog even op
merken, dat er een paar aardige Russische en Deensche
prentenboeken zijn en ook een paar Zweedsche, door
Carl Larsson geïllustreerd, de andere bniteiilandsehe
boekjes, waaronder voornamelijk Dnitsciiland en
Engeland goed vertegenwoordigd zijn, kunnen voor
het meerendeel als bekend genoeg verondersteld
worden.
Onder de Hollandsche prentenboeken trok vooral
mijn aandacht een plaatje van Raonl llynckes: Hen
jongetje in den regen. Men ziet wel geen regen, maar
het is misschien juist de bedoeling van den teekenaar
geweest ook iets aan de fantasie van het kind - dat
immers gaarne fantaseert? - over te laten. Nu kan
dit kind het hard of zacht laten regenen, desnoods
motregenen, al naar verkiezing. Overigens doet dit
plaatje sterk denken aan de vele futuristische schil
derijen, welke tegenwoordig den volke als hooge kunst
vertoond worden, ofschoon zij door het meerendeel
daarvan evenmin begrepen worden als de hoog
dravende, met vele vreemde woorden doorspekte
taal, waarmede zij door dwepers met dit soort ktinst(V)
worden opgehemeld.
Ten slofte nog dit : Aan den wand hangen eenige
platen van Anton Pieck en ik vrees, dat de meesten
die voorbij zullen loopeii, omdat ile aandacht wel
voornamelijk op e boeken geconcentreerd 'zal worden
en dit is jammer, want die platen illustraties voor
kinderboeken -- zijn niet te versmaden. Vooral die
teekening van luilekkerland is niet alleen schitterend
uitgevoerd, maar eenig leuk en, ik zou haast zeggen,
Vlaamsen van opvatting, zoodat ik mij al heb afge
vraagd: Is Pieck nu Vlaming of llolland'er?
l. G. S1MA
Nederlandsche Munt
Holland's beste 10 cents sigaar