De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 5 juni pagina 17

5 juni 1926 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

No. 2557 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND 17 WELEER EN NOU door, en m e f feeken i ngen voor ,,d e Groene Amsterdammer van C o r n e / i s V e f h XI. DE GEEST De klok slaaf twaalt! De geest is weer present! Een mensch z'n haar slaat angstig overend. ! Is grootmama, die mij al weer komt plagen. O gruwel! 't Is niel langer te verdragen! 't Is waar, zij hee/t liet beste mei me voor. Maar voor de haan kraait, gaat z'er niel van door. Zoo na de thee. vraagt gastvrouw heel bedaard: \\ie zingt er ivo/.' Of leggen we een knar!.' O/ roepen we een geesl ? Ar/ wal u wiil. lerwijl men al bij voortuin! knusjes rilt. \ orml men een kring, men legl de handen fn'er. Dan roe/)/ er een: hoera' daur is hij u cc.".' AALTJE'S CROQUANTE CROQUETJES DOOR ALIDATZEVENBOOM AL! Ja, mevrouw? Aal, wat is er met mijn toilettafel gebeurd? Met uw toilettafel, mevrouw'? Ik mag. .. . Neen, ik mag niet. Een mensch mag 'niet .,maggen". Dat is zondig, maar ik wou zeggen: ik mag op slag dood blijven als ik weet waar die twee... Ik mis twee flacons, Aal. Gut, mevrouw ! Twee? Ik zal eens kijken. Ik houd er niet van om de waarheid te verdraaien, want ik heb gekeken. Ze waren er niet. Natuurlijk waren ze er niet, want ik had ze boven op mijn kamertje, meegenomen om eens te kijken wat voor goedje het eigenlijk was. Het rook' zondig, meer hoef ik u niet te zeggen. Ik had een paar druppeltjes op mijn haar gedaan, omdat ik naar de zuster-vereeniging ging, waar ook een paar broeders zouden komen en omdat mijn haar wat droog is, maar het was alleen om ze te overtuigen in wat voor een wereldsche omgeving ik dagelijks beproefd word. En broeder Meeuw, die me een eindje opbracht, sprak zoo mooi over de natuur die een mensch niet moet willen verbeteren, want als het anders moest zijn, dan zou het ook anders zijn. Ja, zoo is het ! Kan er op het gebruik van al die kunstmiddeltjes zegen rusten? Dat be gint hier 's morgens al met een juffrouw voor de handen. Die is prompt een half uur bezig met haar nagels te politoeren. In dien tijd had mevrouw zaliger al de theeboel omgewasschen en weggeborgen. En dan laat ze haar teenen ook nog bijvijlen ! Ik heb een kwitantie van dat mensch gevonden. Daarvoor kun je twee heidensche kindertjes laten doopen, heeft Broeder Meeuw, die voor de zen ding is uitgeweest, me verteld. En dan eiken morgen de kapper. Welke fatsoen lijke vrouw laat een man aan haar hoofd friemelen ! Mevrouw zaliger droeg een valsche vlecht toen de krullen uit de mode waren, maar kwam er ooit een man aan haar hoofd, behalve meneer, als hij een goeje bui had en een grapje maakte met de kurketrekkers, zooals hij de krullen noemde? En dan tweemaal in de week met de auto naar den kapper voor liet , ,henneeren". Van de week was ze groen in de zon, maar toen ze naar de Koningin moest was ze in eens donkerblond, met een toetje op haar achterhoofd, net als ik. Hoe vindt u zoo'n huichelarij? Ik vind het min. Ik vond van de week een reke ning van deji kapper. Ze laat alles slingeren, behalve de briefjes die Aal en meneer niet mogen lezen en ik heb mijn handen in elkaar geslagen. Honderd acht en zestig gulden en zeventien centen ! lui dat alles voor dat beetje spiekerige haar dat ze heeft. Mevrouw zaliger zou zich in haar graf omdraaien als /e het wist. En dan wat ze verprutst aan haar gezicht. Ze smeert zich in met klei tegen de rimpels. Ik ben vijf en zestig met Octobcr, maar ik heb nu nog een glad en rozig gezicht, al past hei niet me daar op te verhoovaardigen en al smeerde ze de lieele l j-polder er op. dan kreeg ze de rimpels nog niet weg. Dat zit in het karakter. En dan het geid dat weggesmeten wordt aan lippen stiften. Vergift, anders niet. Ik begrijp nu ook waarom meneer haar altijd achter haar oor zoent. En dan loopt ze nog om den haverklap naar een of anderen kwakzalver voor de ..eleetrische ontha ring!" Heeft u het ooit zoo bijgewoond? Maar tegen het licht gezien, heelt ze beslist een snor. Ik heb me laten ver tellen dat elk haartje met een klein bliksemstraal! je verbrand wordt. Is het niet spotten met alles? U daarvoor tle bliksem? Van de week heb ik vijf gulden voorgeschoten voor een pot gezichtseréme. Ik heb er een vinger van op mijn gezicht gesmeerd. En was het niet des duivels, want waarom wou de groenteman met alle geweld me zoenen? En dan laat ze haar ge/.icht masseeren. Heeft u er ooit van gehoord dat een haaievel door aaien zachter wordt ? Als ze een bad neemt, moet ik er altijd een handvol badzout in doen. Dat maakt de huid blank, zegt ze. ,.Dat heb //,' niet noodig", heb ik me laten ontvallen. Toen had u haar moeten zien kijken. En alle morgen tien liter melk in haar bad. Omdat ze het van die Panische ,,iiiet-veel-bizonders" gelezen heeft. De melk wordt door den melkboer terug gehaald voor de varkens, zegt hij. Ook een compliment. Maar ik zeg maar niets. Ik zeg ook maar niets van de massagerol, die ze eiken morgen over haai' lichaam laat rollen. Broeder Meeuw, die in Indic is geweest voor de zending hij heeft zoo'n zwarte driemaal moeten doopen omdat de Roomschcn hem Klkens terugdoopten - zegt, dat ze in de binnenlanden ook /ulke rollen gebruiken. En als ze dan eindelijk hcelcmaal klaar is, trekt ze een rubber-harnas aan om het vet te laten smelten. \\'al blijft er op zoo'n manier van een christenmensch over, dat vraag ik maar. Toen ik van de week 's nachts een kerel in de dakgoot hoorde loopen en gillend naar beneden vloog, want mannen ziin zoo slecht, vloog ik tegen haar op en ik dacht eerst dat de brand weer er ai was, zoo toegetakeld zag ze er uit met een toestel op haar hoofd om haar jongens-scheiding op zijn plaats en een band over haar neus om de boel in zijn fatsoen te honden. ..Eatsoen", zeg ik, maar ik \ind het alle<behalvi en Alida mag ouderwetsch zijn. ze heeft dat allemaal niet noodig geluid want meneer Pierre zei altijd.... maar dat gaat niemand aar:. LENTE TABA vT Extna

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl