De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 12 juni pagina 18

12 juni 1926 – pagina 18

Dit is een ingescande tekst.

18 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND No. 2558 WELEER EN NOU door, en met feeken i ngen voor de Groene Amsterdammer" van ^C o r n e l i s V e t h XII. DE TOONEELSPELER Het was geen tccs/, comediant te wezen, Je kunt het bij Louis Couperus lezen : Een masker voor, eolhurncn min de voeten En achter je. (wee critici met knoeten. Zeg nu eens zelf. hoe zou lic! u behagc-n. Zoo Alexandrijnen voor te moeten drugen J Dcez Hamlet, voor de rol een beetje dik. Is niettemin de .s/tv van l oogenblik. \ oor wie liet eenmaal zoover weel Ie schop/ten. Komt weldra / jubileum op de />rc>/>/>en. De kon:ng ze//, nog /)as door hem cioors/okcn, Heelt bij de nlgemeene hulde niet ontbroken. M IJ N F l L M Den geest van Loearno mag ik nu bij u [g ^bekend veronderstellen ; zij manilestecrl zich slechts zelden, maar er zijn toch enkele proces verbalen ^aanwezig waarin haar verschijning, mor zoover geesfesverschijningen verbaal zijn neer te leggen. neergelegd i's. Thans zullen wij spreken over den geest van Roosendaal, die zich door middel van Morsefeckens sedert eenigen lijd demonstreerde in ?een metselaarsgezin ,,met acht kinderen te Roosen daal, meer precies in de Julianastraat. De bericht gever vermeldde die acht kinderen natuurlijk, ten ?einde het bovennatuurlijke in een gezin waarin zooveel natuurlijks voorkwam, des te scherper te doen uilkomen. Gelukkig zijn de tijden waarin wij Jeven verlicht en weet ieder onmiddel/i/k, zelfs .tegenover het bovennatuurlijke, verantwoordelijkheden vast te stellen, zoodat niet gezonden werd om den duivelbanner, maar om den woningopzichtcr en de politie. Werd er in Rosendaal gebouwd onder dezelfde voorwaarden als te Amsterdam, dan zou waarschijnlijk ook om de schoonheidscommissie gestuurd zijn, die zich dan echter al dadelijk in competent had moeten verklaren, wijl het getik zich i n de woning voordeed en de S. C. zich, zooals hekend, alleen met de gevels bezig houdt. Ik zou in dei alles niets merkwaardigs hebben gevonden voor mijn bescheiden notities, indien ik niet had mogen lezen dat de politie, de in Holland aange wezen autoriteit voor hef constateeren en verba liseeren van bovennatuurlijke en geestelijke mouve menten, hef verschijnsel heeft kunnen verklaren, waarvoor er zelfs twee waren agenten bedoel Kunstzaal VAN LIER e\S C\S »«««t het Poitfamtoor t« Luren (N.-H.) <M> c\s ANTIQUITEITEN - OOSTERSCHE KUNST SCHILDERIJEN - NEGERPLASTIEK D B g e l i' k i ook dei Zondags geopend Ve;n zich dagelijks met den geest van Loearno afgeeft, staat de polilie tol in de kleinste sleden voor opgaven, die eveneens een meer dan bui/engewonen geest vragen. Alen moge klagen dal de geest t-fin Loearno zoek is soms, maar zelfs een zoo eenvoudige geest als die van Roosendaal geeft de handen al vo/ aan twee 'politieagenten en een commissaris. Hoewel er proces-verbaal was opge maakt voor de geest werd ontdekt, fin nu zou ik wel willen dat dit proces-verbaal gepubliceerd werd. om te bewijzen dat in ons land van sprekende slangen en zwarte kaf/en de politie klaar staal de rumoerigste zwarte kat en kloppendste geest een proces-verbaal aan den staart te binden, om zoo maar te zeggen. Wij hebben zooveel verslagen van spirilislische manifestaties gewaarborgd gezien door den naam van wetenschappelijke lieden, maar er gaat niets boven de onpersoon/ijkhcid en het ob jectieve van een po/itievcrbaal. Nu de geest van Roosendaal er gloeiend ..bij is kan men verzekerd zijn dat er justitie gedaan is. Al ware het slechts wegens burengerucht. Het dochtertje van den metselaar een meisje met romantische trekjes, zou a/dus een kleine at wisse/ing in het bestaan van een eenvoudig gezin niet acht kinderen te Roosendaal hebben "willen aan brengen. ffn zou hef tevens nu geen aanbeveling ver dienen den C~omnn'ssari.s van Roosendaal, be nevens zijn twee scherpzinnige agenten mei een dcliniticl onderzoek naar den geest van Loearno te belas/en, opdat ook daar het hinderlijk gek/op eindige 'J IOH. L. HET NEDERLANDSCH-bELGISClI VERDRAG (I: ii 11 o e .VI en 't l 'e ;? d r a a i> /l l oen t \ 'erdrag was onderteeltend was de groote Men content: wal de geste had beteekend, l voordeel, werd niet nagerekend. en de scha blecl onbekend. Stralend riep men vriend en maag saam. en men prees l lerdrag verdraagzaam! l oen, na vele lange dagen. de criliek sprak in de krant. kon Men /ilots met welbehagen het verdrag niet meer verdragen, en Men werd recalcitrant. Men ging' s/rijden voor z n hachje, doch Men dee t op z n verdragje '. Toen de listige minister publiceerde t Protocol, zong Men ecnsk/a/js, steeds beslister (Alen is heden niet van gis/er!) blij weer do-re-mi-fa-sol. In hel land van sloot en po/der leed Men aan een (proto)holdcr.' f oen de oppositiebladen bleven werken met criliek. las A-len ernstig liun /iraden. en Men voelde zich verraden, en Alen keek melancholiek. Men verklaarde, onbehaaglijk, het Verdrag voor - - onverdraaglijk! Als de honderdvijltig leden onzer Sloten tlcncraal straks l l'erdrag een toekomst smeden (hand/end naar omstandigheden!). hooit Alen decze mannenlaal: hoe hel o/loopt, is om t even, ,..V1 e n zal hier den doorslag geven .' KllMCKA NOSALiS

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl