De Groene Amsterdammer

Historisch Archief 1877-1940

Alle jaargangen 1926 17 juli pagina 17

17 juli 1926 – pagina 17

Dit is een ingescande tekst.

No. 2563 DE GROENE AMSTERDAMMER, WEEKBLAD VOOR NEDERLAND AALTJE'S CROQUANTE CROQUETJES DOOR ALIDA ZEVENBOOM tTT K heb vier dagen II vrij gehad met twee JL gulden per dag vacantie-toeslag, zooals dat heet. Wan neer komt er nu ook eens geor ganiseerd over leg voor ons dienstboden? Ik ben anders niet voor al die roode dingen, maar ais ik zie wat het ver plegend personeel", zoo heeten tegen woordig de liefdezusters uit mijn tijd, verdient, dan moet ik zeggen, dat wij dienstboden Wel eens een paar raads leden mochten hebben om onze be langen te behartigen. Ik ben een paar daagjes naar den Haag geweest, waar mijn zuster ge trouwd is met een ambtenaar" bij de 'gemeentereiniging. Onder ons gezegd, geloof ik, dat hij niet eens beambte is maar doodgewoon werkman, maar dat is hun zaak. En zoo ben ik met het mooie weer ook op de Pier geweest. Wat de vrouwen daar allemaal laten zien en niet laten zien, is crimineel. Dan heb ik het liever maar wat warm dan zoo te loopen. Ik zat er zoo'n beetje naar het pietermannen-visschen te kijken, toen er een meneer naast me kwam zitten. Het is erg maar je kan tegenwoordig als alleenloopende vrouw niet ergens zitten of direct komt er de een of ander naast je zitten. Ik keek hem eens schuin aan en ik schrok, want het was niemand anders dan meneer van Karnebeek. Ik nam mijn zakdoek met lavendel er op en rook er aan en ineens zag ik, dat meneer van Karnebeek begon te snuiven en toen herkende hij me. Juffrouw Zevenboom? zei hij nog een tikje vreemd. Ik schoof wat op zij, want hij had een groote tasch bij zich die hij nu naast zich neer kon leggen. Het Voorloopig Verslag over Nederland-België? vroeg ik. Wat is u toch een politieke vrouw, zei hij. Zoo goed op de hoogte. Wil u Wel gelooven dat ik daar straks een van de dames-Kamerleden tegen haar lijf liep en die dacht dat ik wat Belgisch deeg in mijn tasch had om te gaan hengelen. Zouden ze in uw Belgische deeg bijten? vroeg ik. Hoe is uw meening over het Voor loopig? vroeg hij, Wat een lamme ge woonte van diplomaten is, want -zoo doende krijg je nooit een behoorlijk antwoord. Ik voor mij vind het een ingewik kelde kwestie, zei ik. Het is met Ant werpen net als op de trap bij mijn schoonzuster. Als mijn zuster naar be neden Wil, moet ze altijd over het portaaltje van de benedenburen en dat is allemaal niets als je goed met elkaar bent, maar de vorige Week heeft dat neefje van me het zoontje van de buur vrouw zijn vliegertouw afgenomen en daar is de herrie over aangekomen en nu heeft de benedenbuur allemaal rommel op het portaaltje gezet, zoodat ik er al eenmaal over gevallen ben en mijn bruine zijdje aan een ouwe fiets, die ze er ook neergeplakt heeft, heb opgehaald. Uw beeld is treffend juist, zei van Karnebeek. Inderdaad, en het spijt me dat ik het niet gebruikt heb in mijn toelichting. En hoe is het nu verder met het portaaltje gegaan? O, zei ik, ik heb eens een hartig CADILLAC De schitterende constructie en afwer king der nieuwe CADILLAC V 65 bewijzen, dat Cadillac haar leidende jJositie op zeldzame wijze weet te handhaven. K. LANDEWEER - UTRECHT. woordje met de juffrouw van beneden gesproken en ik heb een gevoelige snaar weten aan te raken, want ze kwam me erg bekend voor en toen het eene woord het andere uithaalde, wist ik het in eens. Ze heeft een broer gehad, die in Leeuwarden is geweest .... voor zijn gezondheid, zal ik maar zeggen, want je mag van het ongeluk van anderen geen misbruik maken en toen had ze haar mond te houden, anders had ik het uit het raam geschreeuwd en nu is het portaaltje weer leeg. Maar ze groet ons niet meer, wat toch niet commeil-faut is. Wat u? U heeft een helderen kijk op het ingewikkelde Schelde-probleem .... Waarom lacht u? vroeg hij in eens. Dat is er een voor Charivarius, zei ik. Maar dat moet u weten. Wat wou u verder zeggen? ??En het is te betreuren dat het land uw voorlichting in zijn raadszaal moet missen Wat kan zoo'n diplomaat de een voudigste dingen toch mooi zeggen. En daarom zou ik het op prijs stellen als u mij uw oordeel over de kwestie eens zeggen wilde. De juffrouw van n hoog heeft geprobeerd mijn zuster dicht te spijkeren. Kan u dat met Antwerpen doen? Hij schudde van neen. ??Dat is jammer, zei ik, want dan was Rotterdam meteen uit den brand. En stiekum de Schelde te laten ver zanden gaat ook niet? ??Dat zou internationaal on-netjes zijn, juffrouw Zevenboom. Goed, dan dat niet, maar dan be grijp ik niets meer van de concurrentie. Als u wist Wat ze in het geloovige al niet doen om elkaar een paar zieltjes af te halen Geloof me, het gaat niet, al zouden wij het willen. Dus Antwerpen moet kunnen concurreerenmet Rotterdamen Amsterdam? Zoo is het, juffrouw. Maar dan zou ik ze ook alle kanalen geven, waar ze om vroegen. Eén kanaal niet genoeg? Dan twee. Nog niet genoeg? Dan nog een paar er bij. Wij kijken niet op een paar van die waterwegen meer of minder. Maar wat zou ik dan doen? Dan legde ik, waar nu Bergen-op Zoom ligt een reuzehaven aan, die net alles opving wat er van Dordrecht naar beneden kwam gezakt. Mag dat? Dat zou mogen, zei van Karnebeek. O, zoo. Waarom altijd Rotterdam en nog eens Rotterdam als het Bergenop-Zoom kan wezen? En dan zou u eens wat zien! Wedden dat als de Belgen dat wisten, ze nooit meer zouden kikken van een kanaal Dordrecht Antwerpen? En als u mij vraagt, ik heb een neef, die monteur is bij de Electrische Cen trale, en die zegt altijd dat door de overbevolking het met den landbouw hier toch mis gaat en dat het allemaal industrie zal worden en als het zoo ver is, dan zal een kanaal Moerdijk?Ant werpen voor ons van net zoo veel nut zijn als voor de Belgen en dan hebben zij het voor ons aangelegd. En ik zou zoo zeggen dat mijn neef een goede kijk op de dingen heeft. Een mensch moet vooruit zien, Excellentie, en in de toe komst leven en .... kijk daar gaat dat meubel van n hoog. Zou' u zeggen dat die een broer heeft die .... urft u hard Leeuwarden" te roepen?.... dan zal u eens wat zien ! Maar de tegenwoordige mannen dur ven niets en meneer van Karnebeek stond erg haastig op en gaf me een handje en zei: als u het toestaat, dan zal ik in mijn memorie van uw opmer kingen een gepast gebruik maken. Prettige vacantie verder, juffrouw Zevenboom". En weg was hij. Toen ik thuis kwam, had het nakomertje van mijn zuster knikkers op de trap van n hoog ge legd en het had niets gescheeld of ik was er over uitgegleden. Als het van Karnebeek ook maar niet net zoo gaat Teekening voor ,,de Groene Amsterdammer', door J. G. Sinia BA TA VIA DOOR J. G. SINIA )EN eersten keer, dat ik de oude stad Batavia bezocht, was het op een z.g. passar malam" (= avondmarkt); ik was nog maar kort in Indië, dus ook mijne reukzenuwen waren nog niet bijster gewend aan al die verschillende geuren, welke de stalletjes der rondvensters van eetwaren de lucht inslingeren en bovendien had het dien dag zwaar geregend, zoodat de straten en grachtjes in ware modderpoelen herschapen waren. Maar nog herinner ik mij goed welk een machtigen indruk dit eerste bezoek op mij maakte, 't Was druk dien avond, voornamelijk op en in den omtrek van het Glodokplein (aan het noordelijk einde van de wijk Molenvliet-West) en nog steeds brachten de trams zwermen bezoekers aan, meest Inlanders en Chineezen, allen op hun mooist uitgedost. Toch verstoorde geen rumoer van hossende en joelende menschen, zooals wij dat zoo in het vader land gewoon zijn, de stilte van den tropischen nacht; voetje voor voetje, bijna geluidloos, schuifelde die menigte voort, fantastisch verlicht door den rossigen gloed der vele olielampjes, die hier grillige, reusachtige schaduwen op de muren wierp, daar weer als lijnen van vuur in het stille water der grachten weerspiegelde. Toen ik buiten het gewoel en in de stiller gedeelten kwam, stond ik plotseling op een grachtje met talrijke bruggetjes, slechts hier en daar door een enkele lantaarn spaarzaam verlicht, en bekroop mij het gevoel alsof ik mij weer in Holland bevond, op een van die typische grachtjes, die men in ons vaderland zooveel aantreft. Na dit eerste bezoek ben ik meermalen terug geweest, zoowel vroeg in den morgen, als de zonnestralen nog niet konden doordringen in de nauwe steegjes en de breedere straten bijna gansch bedekt waren met de donkere slagschaduw der huizen, als des avonds, wanneer het was, alsof langzamerhand een blauw, doorzichtig waas nederdaalde, dat de kleuren ineen deed smelten en de scherpe omtrekken der daken vervaagde en steeds vond ik weer nieuwe plekjes vol kleur en afwisseling. Eén van de schilderachtigste gedeelten vond ik wel den achterkant der Chineesche huizen in de buurt Pintoe Ketjil. Volgens een vast plan heeft de bouwmeester hier niet gewerkt; alles staat schots en scheef door elkaar; groote stevig in elkaar gezette huizen naast kleine krotjes, door den tand des tijds reeds danig geschonden, met inspringende hoeken hier en uitbouwsels daar en bouwvallige steenen trapjes, die naar het water leiden, het bruine, troebele water, dat zich traag voortbeweegt met gladden spiegel en alleen dan zijn effenheid verliest en eenige rimpels vertoont, wanneer een prauw zijn rustige rust komt storen. HOOGTEVLUCHT Hoe waait de wind op Soesterberg ? Men kucht er ze e r, men hoest ere r g, en tóch is 't geen verkoudheid: het is niet grappig, 't is niet grootsch, 't is maar een doodgewone loods, waaraan 'k m'n korrel zout wijd! Hef is daarginds 't gewone werk, het vliegtuig langs het zwoegend zwerk fe loodsen door de luchten: heel Nederland aanvaardt voetstoots de noodzaak van een vliegtuigloods, met vliegluigloodsgeruchten f Dies staan op f Soesferbergsche veld de vliegtuigloodsen opgesteld, nog ver van reparatie: de loodsen zijn solied gebouwd (het vliegfuigwezen is niet oud) voor 'f heil (en 't geld) der natie ! Nu werd op 't Soesterbergsch terreinhel aantal loodsen heusch te klein, want menig vliegtuig snorde r. Dit heeft tot het besluit geleid : ,,Het aantal worde uitgebreid'. dus Duifschland kreeg de order' Toen heeft het Soesterbergsche veld die loods precies op maat besteld, omdat het maat wou houden! toen kwam die loods-op-maat, van ver, en bleek, dat zij al jaren her de plaats ervoor bebouwden! Nu schijnt men daar op Soesterberg (men kucht er zee r, men hoest er e rg!) verkoudheid na te bootsen: het is niet grappig, 'f is niet grootsch. maar Aoe zal zelfs de beste loods die loods nu binnenloodsen f KUMGRA NOSALIS:

De Groene Amsterdammer Historisch Archief 1877–1940

Ga naar groene.nl